ECLI:NL:RBNNE:2025:1898

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
8 mei 2025
Publicatiedatum
19 mei 2025
Zaaknummer
18.124917.21
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verdachte veroordeeld voor medeplichtigheid aan de productie van synthetische drugs in drugslaboratoria

Op 8 mei 2025 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij de productie van synthetische drugs, waaronder metamfetamine en MDMA. De zaak begon met een melding op 26 februari 2021, waarna een drugslaboratorium werd aangetroffen in Friesland. Verdachte had zijn schuur ter beschikking gesteld voor de productie van synthetische drugs en was ook betrokken bij een ander drugslaboratorium. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan medeplichtigheid aan de productie van harddrugs, maar sprak hem vrij van medeplegen. De rechtbank legde een taakstraf van 360 uren op, evenals een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden, rekening houdend met de overschrijding van de redelijke termijn en de rol van de verdachte in de zaak.

Uitspraak

Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling strafrecht Locatie Leeuwarden
Parketnummer 18-124917-21
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 8 mei 2025 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte] ,
geboren op [geboorte datum] 1985 te [geboorte plaats] , wonende [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het inhoudelijke onderzoek ter terechtzitting van 24 maart 2025, 25 maart 2025, 26 maart 2025 en 25 april 2025. De strafzaak tegen verdachte is eerder behandeld op de zitting van 9 november 2021.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. E.J. Kuiters, advocaat te Leeuwarden.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. D. Homans-De Boer.
Tenlastelegging
Aan verdachte is, na wijziging van de tenlastelegging d.d. 24 maart 2025, ten laste gelegd dat:
1
Hij, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 9 december 2020 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad
  • ongeveer 94,2 kilogram l-metamfetamine tartraat, en/of
  • ongeveer 90 liter metamfetamine (en BMK in zure vloeistof), en/of
  • ongeveer 60 liter metamfetamine (en BMK in aceton),
in elk geval een of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine, zijnde metamfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
[medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] en/of een of meer andere (onbekend gebleven) verdachte(n), op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd,
in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad
  • ongeveer 94,2 kilogram l-metamfetamine tartraat, en/of
  • ongeveer 90 liter metamfetamine (en BMK in zure vloeistof), en/of
  • ongeveer 60 liter metamfetamine (en BMK in aceton),
in elk geval een of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine, zijnde metamfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet,
tot en/of bij het plegen van voornoemd misdrijf verdachte, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 9 december 2020 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen en/of te [plaats] , althans in Nederland,
opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door
  • (voor die [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] en/of een of meer (onbekend gebleven) personen)) een locatie voor een drugslab te regelen en/of te laten regelen aan de [adres] te [plaats] , en/of
  • (daartoe) die [medeverdachte] te vragen/verzoeken zijn loods, althans een (gedeelte van een) ruimte van het pand aan de [adres] , die verdachte [verdachte] al dan niet huurde, ter beschikking te stellen aan die [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] en/of een of meer (onbekend gebleven) personen, en/of
  • die [medeverdachte] in contact te brengen met [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] en/of een of meer (onbekend gebleven) personen, en/of
  • contact te hebben en/of onderhouden met die [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] ,
[medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] en/of een of meer (onbekend gebleven) personen en/of aan een of meerdere voornoemde personen inlichtingen te verschaffen over (benodigde) voorwerpen en/of
  • in voornoemde ruimte aan de [adres] een tussenwand te (laten) maken/neer te (laten) zetten, en/of
  • in voornoemde ruimte aan de [adres] ramen te (laten) blinderen en/of af te (laten) schermen;
2
Hij, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 23 juli 2020 tot en met 31 januari 2021, te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of vervaardigd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad
- een of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende MDMA en/of metamfetamine, zijnde MDMA en/of metamfetamine, een of meer middelen als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
Hij, op een of meerdere tijdstippen, in of omstreeks de periode van 23 juli 2020 tot en met 31 januari 2021, te [plaats] , althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet voor te bereiden en/of te bevorderen, te weten:
  • het opzettelijk telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken en/of vervoeren, en/of
  • het opzettelijk vervaardigen,
van een of meer hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine en/of MDMA, zijnde metamfetamine en/of MDMA, een of meer middelen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I,
  • een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
  • zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen, en/of
  • voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij en/of zijn mededader(s) wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
immers hebben verdachte en/of zijn mededader(s)
  • een schuur, althans een ruimte van een pand aan de [adres] te [plaats] geregeld, gehuurd en/of laten huren en/of gebruikt en/of laten gebruiken voor de productie van synthetische drugs, en/of
  • vervoer geregeld en/of laten regelen naar/in de richting van voornoemde ruimte en/of medeverdachte(n) (laten) vervoeren naar/in de richting van voornoemde ruimte, en/of
  • (benodigde) goederen en/of voorwerpen voorhanden gehad, waaronder een of meer containers, vaten, koolstoffilters, trechters, gasflessen, emmers, jerrycans, gieters en/of vrieskisten en/of andere goederen, voorwerpen en/of apparatuur ten behoeve van de productie van synthetische drugs voorhanden gehad, en/of
  • chemicaliën, althans materialen, voorhanden gehad, waaronder zoutzuur, tolueen en/of aceton en/of een of meer hoeveelheden (restanten) van een stof bevattende metamfetamine en/of MDMA, voorhanden gehad.

Beoordeling van het bewijs Standpunt van de officier van justitie Feit 1

De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd van feit 1 primair, in de variant van het medeplegen van het bereiden en bewerken van metamfetamine. Uit het dossier blijkt dat verdachte de medeverdachte
[medeverdachte] heeft benaderd voor de verhuur van zijn loods. Verdachte heeft meegeholpen met het plaatsen van een tussenwand en het blinderen van de ramen in de loods. Verdachte heeft contact onderhouden met anderen over onder meer de verplaatsing van spullen naar de loods en de toegang tot de loods. Er is sprake van voorwaardelijk opzet op de productie van harddrugs, omdat verdachte wist dat er illegale activiteiten zouden worden ondernomen in de loods.
Feit 2
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd van feit 2 primair, in de variant van het medeplegen van het bereiden en bewerken van metamfetamine en MDMA. Verdachte heeft zijn schuur verhuurd voor illegale activiteiten en daarvoor een vergoeding ontvangen. Verdachte heeft veelvuldig en intensief contact onderhouden over de illegale activiteiten met anderen. Er is sprake van voorwaardelijk opzet op de productie van harddrugs, omdat verdachte wist dat er illegale activiteiten zouden worden ondernomen in de loods.
Standpunt van de verdediging
Feit 1
De raadsman heeft vrijspraak van het primair ten laste gelegde bepleit, omdat onvoldoende bewijs aanwezig is om te komen tot medeplegen.
Ten aanzien van het subsidiair ten laste gelegde heeft de raadsman eveneens vrijspraak bepleit. Opzet, al dan niet in voorwaardelijke zin, op het gronddelict ontbreekt. Daarbij komt dat de handelingen van onvoldoende gewicht zijn om te komen tot medeplichtigheid.
Feit 2
De raadsman heeft vrijspraak van het primair ten laste gelegde bepleit. Uit het dossier blijkt niet dat verdachte als pleger of medepleger is betrokken bij de productie van metamfetamine. Ten aanzien van het opzettelijk aanwezig hebben van metamfetamine heeft de raadsman er op gewezen dat verdachte die wetenschap kreeg na de ontdekking van het drugslaboratorium in [plaats] , dus na 26 februari 2021, terwijl de ten laste gelegde periode eindigt op 31 januari 2021. Daarbij komt dat verdachte heeft verklaard dat hij geen sleutel had van de afgesloten ruimte waarin het drugslaboratorium zich bevond.
Ten aanzien van het subsidiair ten laste gelegde heeft de raadsman eveneens vrijspraak bepleit, omdat verdachte geen wetenschap heeft gehad van een harddrugslaboratorium. Verdachte heeft consistent verklaard dat hij zijn schuur ter beschikking heeft gesteld voor een wietplantage, zodat opzet, al dan niet in voorwaardelijke zin, op harddrugs ontbreekt.

Oordeel van de rechtbank 1

Inleiding
De politie Noord-Nederland krijgt op 26 februari 2021 een TCI melding met de inhoud: “Op locatie [adres] in [plaats] wordt drugs geproduceerd”. De locatie blijkt de helft van een vrijstaande loods. Op basis van de TCI informatie is diezelfde dag om 21.24 uur de loods binnengetreden. In de loods is een in werking zijnde drugslaboratorium aangetroffen. Hierop is een onderzoek gestart genaamd SORA.
Gedurende het onderzoek ontstaat, op basis van berichten uit een inbeslaggenomen telefoon en een tapgesprek, het vermoeden dat er op het adres [adres] in [plaats] ook een drugslaboratorium heeft gezeten. Op 10 maart 2021 is het achterste gedeelte van de losstaande schuur behorende bij dit perceel binnengetreden en zijn restanten van een drugslaboratorium aangetroffen. Uiteindelijk zijn er acht verdachten in beeld gekomen.
De rechtbank zal per verdachte beoordelen of er sprake is van een strafbare betrokkenheid bij deze drugslaboratoriums, een en ander specifiek ten aanzien van het aan die verdachte ten laste gelegde.
FEIT 1
Aantreffen drugslaboratorium [plaats]
Op 26 februari 2021 zijn [medeverdachte] en [medeverdachte] aangehouden in het drugslaboratorium aan de [adres] in [plaats] .2
In het drugslaboratorium zijn onder meer drie blauwe vaten aangetroffen waarvan er twee wit en één lichtroze poeder bevatten (L2-A). De totale hoeveelheid poeder is 94,2 kilogram. Een willekeurige bemonstering is onderzocht en bevat metamfetamine (vermoedelijk als tartraatzout).3
Verder zijn twee blauwe vaten met in totaal ongeveer 90 liter lichtzure lichtroze vloeistof aangetroffen (L5- A en L5-B). Beide vaten zijn bemonsterd, onderzocht en blijken metamfetamine (en BMK in een zwak zure waterige stof te bevatten).4
Ook zijn drie witte 30 liter jerrycans met in totaal ongeveer 60 liter lichtbruine vloeistof aangetroffen (L13- A). Een willekeurige bemonstering is onderzocht en bevat metamfetamine (en BMK in aceton).5
In het onderzoeksmateriaal is dus metamfetamine aangetoond. Metamfetamine is vermeld op lijst I van de Opiumwet.6
Nadere bewijsmiddelen
Tijdlijn [plaats]
Uit de WhatsApp berichten, de Sky-berichten, alle historische verkeersgegevens en andere bewijsmiddelen blijkt met betrekking tot het drugslaboratorium in [plaats] onder meer het volgende.
Op 9 december 2020 vraagt [telefoonnr:] (in gebruik bij [verdachte]7) aan [telefoonnr:] (in gebruik bij [medeverdachte]8) hoe groot de werkruimte is. [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) zegt 60m2.9
Op 10 december 2020 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of er zaterdag al spul gebracht kan worden.10
Op 12 december 2020 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) wederom aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of de werkruimte 60m2 is en hij geeft aan dat eventuele gemaakte kosten betaald zullen worden.11
Op 14 december 2020 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of er ook in het weekend gewerkt kan worden. Na een bevestigend antwoord zegt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) dat hij dat door zal geven. Enkele uren later vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:]
( [medeverdachte] ) hoeveel zijn kar kan hebben, waarop 1500 kilo is geantwoord. Daarop zegt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) dat zij van de week gaan rijden, want het gaat door.12
Op 14 januari 2021 geeft [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan dat het komende week bij hem los gaat. Als ze het op de rit hebben dan gaan ze een goede week later [
de rechtbank begrijpt: 25 januari 2021] naar [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ).13
Op 19 januari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) om vrijdagavond
[de rechtbank begrijpt: 22 januari 2021]te gaan blinderen.14
Uit de historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] blijkt dat de telefoon van [verdachte] , na voornoemde afspraak om op vrijdag te blinderen, op vrijdag 22 januari 2021 tussen 19.56 uur en 21.26 uur in [plaats] aanstraalt.15
Op 28 januari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) of [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) er morgen is. Daarop antwoordt [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) dat hij de sleutel ook wel onder de steen kan leggen. Vervolgens zegt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) dat dit te moeilijk is voor ze, maar dat hij het wel uitlegt.16
Uit de historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] blijkt dat de telefoon van [verdachte] op 29 januari 2021 tussen 9.00 uur en 9.15 uur een mast aanstraalt in [plaats] .17
Op 29 januari 2021 geeft [nummer] ( [medeverdachte]18) bij [nummer] ( [medeverdachte]19) aan dat hij de auto niet meer vertrouwt na de aanhouding van [nummer] ( [medeverdachte] ) door de politie. [nummer] ( [medeverdachte] ) geeft aan dat zij niet meer in die auto naar de locatie rijden, maar wisselen van auto. [nummer] ( [medeverdachte] ) geeft aan dat zij nog een auto hebben en dat zij alleen bij de locatie gaan kijken en [nummer] ( [medeverdachte] ) later zelf mag beslissen. Ook moet de [naam] man luisteren naar [nummer] ( [medeverdachte] ) over hoe te werken.20
Op 30 januari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of diegene om 15.30 uur langs kan komen. Daarop is een bevestigend antwoord gekregen. Later die dag om 17.14 uur vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) of het is gelukt, waarop [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) aangeeft dat hij zo belt.21
Uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte]22) blijkt dat de telefoon op 30 januari 2021 tussen 16.01-17.05 uur masten in [plaats] en [plaats] aanstraalt.23 Ook blijkt uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] ( [medeverdachte]24) dat deze telefoon op 30 januari 2021 tussen 16.46-17.07 uur een mast in [plaats] aanstraalt.25
Ook blijkt uit historische verkeersgegevens van IMEI [nummer] dat het Sky-account [nummer] ( [medeverdachte] ) op 30 januari 2021 om 16:36 uur een mast in [plaats]26 aanstraalt.27
Op 1 februari 2021 zegt [nummer] ( [medeverdachte]28) in een gesprek met [nummer] (een onbekende) dat ze onderweg zijn. [nummer] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [nummer] (een onbekende) dat hij alles aan het regelen is voor die plek. [nummer] ( [medeverdachte] ) vraagt aan [nummer] (een onbekende) of die gast is gesproken van die vriezer en die base olie. Ook geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat het gewoon een industrieterrein is. [nummer] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [nummer] (een onbekende) dat hij (een derde) gewoon naar zijn werk kan gaan, als die de deur open laat.29
Later diezelfde dag geeft [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan dat ze het bij hem zouden leeghalen en dan naar [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) toe brengen. Daarop antwoordt [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) aanvankelijk dat het niet is gelukt, maar geeft later (om 19.53 uur) aan dat ze net wat gebracht hebben.30
Uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] ( [medeverdachte]31) blijkt dat het telefoonnummer op 1 februari 2021 tussen 18.11-19.48 uur onder meer een mast in [plaats] aanstraalt.32 Uit de historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) blijkt dat het telefoonnummer op 1 februari 2021 tussen 18.26-20.01 uur o.a. een mast in [plaats] aanstraalt.33
Op 2 februari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) om 9.20 uur aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of er verder afspraken gemaakt zijn over wanneer ze komen, hetgeen ontkennend wordt beantwoord.
Daarop stelt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) dat zij ze er niet meer in laten als ze er buiten de afgesproken tijd niet zijn.34
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) op 2 februari 2021 tussen 11.42-13.31 uur onder meer een mast aanstraalt in [plaats] .35 Ook het telefoonnummer [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) straalt diezelfde dag tussen 10.45-13.43 uur aan in onder andere [plaats] en [plaats] .36
Later die dag geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) door dat hij een sample of pasta for washing heeft. In de avond stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer]
( [medeverdachte] ): “Oke, ik ga vragen ze hebben alles verhuisd.”37
Op 3 februari 2021 zegt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) om 14.33 uur dat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) alles op slot moet doen en dat er eerst goed gecommuniceerd moet worden met de tussenpersoon, anders gebeurt er niks. Tussen 17.31-17.46 uur zegt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) dat [telefoonnr:]
( [medeverdachte] ) het alarm er op moet doen, zodat duidelijk is of ze een sleutel hebben bijgemaakt.38
Uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) blijkt dat het telefoonnummer op 3 februari 2021 tussen 20.06-20.55 uur onder meer een mast in [plaats] heeft aangestraald.39 Het telefoonnummer [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) heeft die dag om 19.51 uur een mast in [plaats] aangestraald.40
Op 3 februari 2021 geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat zij morgen [nummer]
( [medeverdachte] ) ophalen. Daarmee gaat [nummer] ( [medeverdachte] ) mee akkoord. Hij moet een uur werken en dan een dag wachten op de volgende stap. Hij wil om 14.00 uur opgehaald worden en daar slapen en vrijdag om 17.00 uur opgehaald worden. Op verzoek van [nummer] ( [medeverdachte] ) zal [nummer] ( [medeverdachte] ) hem vierduizend euro geven.41
[nummer] ( [medeverdachte] ) stuurt diezelfde dag aan [nummer] ( [medeverdachte] ): dan olie gwn brengen en “ja zelfde vaste chauffeur gaat hun brengen.42
Op 4 februari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij slecht nieuws heeft, want de metholie is er nog niet. Er is vertraging. Dit bericht is vervolgens tien minuten later doorgestuurd door [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) met de mededeling dat zij afwachten. Later die dag stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer]
( [medeverdachte] ) dat het om 19.00 uur in Kerkrade moet worden opgehaald.43 Vervolgens stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) dat de m olie om 19.00 uur komt, dus morgen wordt hij opgehaald om 12.30 uur.44
[nummer] ( [medeverdachte] ) vraagt daarop aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of de [medeverdachte] morgen of maandag gaat werken.45
Op 4 februari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of alles op slot zit en of het alarm er op zit, hetgeen wordt bevestigd. Ook volgt er van [telefoonnr:] ( [verdachte] ) een verzoek om wat fotos te sturen van de situatie. Daarop vraagt [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of dat vertrouwd is om te sturen via de app, waarop [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aangeeft dat het gesprek daarna gewist moet worden.46
Daarop heeft [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) drie berichten gestuurd die zijn gewist en niet meer traceerbaar zijn. In de telefoon van [medeverdachte] zijn wel drie fotos gevonden die zijn gemaakt in de loods die kort na het verzoek van [telefoonnr:] ( [verdachte] ) om fotos zijn gemaakt47.
Op 5 februari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) hoe laat de [medeverdachte] op de plek komt.48
Diezelfde dag om 12.38 uur49 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) om door te geven aan [medeverdachte] “Eikesingel, [plaats] .”50 Dit adres is teruggevonden in de navigatie van de VW Passat op naam van [medeverdachte] .51
[nummer] ( [medeverdachte] ) vraagt vervolgens aan [nummer] ( [medeverdachte] ) om een digitale keukenweegschaal, anders kan hij niet beginnen.52
[nummer] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat de chauffeur daar op hem wacht. Een andere chauffeur is olie halen en brengen. Om 14.56 uur53 zegt [nummer]
( [medeverdachte] ) tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat ze er zijn. Twee minuten later stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) terug dat de chauffeur er ook is. Weer anderhalf uur later zorgt [nummer] ( [medeverdachte] ) ervoor dat [medeverdachte] er is om [nummer] ( [medeverdachte] ) op te halen (16.36 uur).54
Uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) en [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) blijkt dat beide telefoonnummers op 5 februari 2021 tussen 13.28-17.10 uur en 13.47-16.31 uur een mast in [plaats] aanstralen.55 Ook blijkt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) dezelfde dag tussen 14.19-16.29 uur een mast in [plaats] aanstraalt.56 Ook een ander telefoonnummer [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) straalt om 15.17 uur een mast aan in [plaats] .5758
Ook blijkt dat [medeverdachte] ( [telefoonnr:] ) op 5 februari 2021 veelvuldig telefonisch en SMS contact heeft met [telefoonnr:] ( [medeverdachte] )59 en dat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) diezelfde dag om 12:16 uur stuurt “ik ben er over 10 min”.60
Op 5 februari 2021 laat [nummer] ( [medeverdachte] ) s avonds aan [nummer] ( [medeverdachte] ) weten dat hij niet alle benodigdheden heeft om te beginnen met werken. Olie, goede tartaric61 en blauwe vaten zijn er niet. [nummer] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat de olie vandaag komt en vraagt of zij tot maandag
[de rechtbank begrijpt: 8 februari 2021]zullen wachten.62
Kort hierna stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat de olie om 18 uur gebracht zou worden en dat hij dacht dat hij daar gaat slapen.63
[nummer] ( [medeverdachte] ) geeft hierop bij [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat hij daar in het weekend niet blijft slapen. Volgens [nummer] ( [medeverdachte] ) zijn de filters en ventilatie niet goed en hebben ze alleen maar afval gebracht die hij op de andere plek heeft achtergelaten. Hij zal voor maandag bij hem checken of alles gereed is en anders start hij niet. Ook benadrukt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij alleen met [nummer] ( [medeverdachte] ) praat en geen direct contact wil met anderen. 64
[nummer] ( [medeverdachte] ) vraagt vervolgens aan [nummer] ( [medeverdachte] ) om de volgende dag af te spreken bij het huis van “ [medeverdachte] ”.65
Op 6 februari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) twee fotos met telkens een lijst met spullen die hij nodig heeft. [
De rechtbank leest op de geschreven lijsten in ieder geval de woorden:, vaten 8 blauw, olie, tartaric l:90, afzuig, tolueien, witte emmers 20 l, centrifuge, gedestileerd water, koolbox, kippengaas, muskietengaas.] Ook geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) daarbij aan dat een goed filtersysteem het belangrijkste is. [nummer] ( [medeverdachte] ) reageert daarop door te zeggen dat hij vandaag een foto maakt en zal sturen.66
Een klein uur later stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat de blauwe vaten, olie, wijnsteenzuur en tolueen er al staan. Ook laat hij iemand vaten brengen en het afzuigsysteem doen. [nummer] ( [medeverdachte] ) vraagt aan [nummer] ( [medeverdachte] ) wat kippengaas en muskietengaas is. Vervolgens stuurt hij een foto en vraagt of dat de goede kippengaas is.67
Op 8 februari 2021 in de ochtend zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) tegen [nummer]
( [medeverdachte] ) dat de afzuiging nog gedaan moet worden. [nummer] ( [medeverdachte] ) zegt daarna tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat het ventilatie materiaal een dag later komt. Hopelijk is vandaag of morgen alles klaar.68
Diezelfde dag vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) om 20.28 uur aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of hij de sleutel van het hok op de bekende plek wil leggen voor de mannen.69
Op 9 februari 2021 geeft [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) om 17.24 uur aan [telefoonnr:] ( [verdachte] ) door dat hij is geweest en van tevoren heeft gebeld.70
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) op 9 februari 2021 om
14.28
uur telefonisch contact heeft gehad met [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ).71
Ook blijkt dat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) en [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) op 9 februari 2021 tussen 16.28-19.07 uur een mast in [plaats] aanstralen.72
Uit berichten op 11 en 12 februari 2021 van [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer]
( [medeverdachte] ) volgt dat alles klaar is en zij maandag
[de rechtbank begrijpt: 15 februari 2021]
kunnen beginnen.73
Op 15 februari 2021 laat [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) weten dat hij wijnsteen heeft gevonden en vanavond gaat ophalen. De wijnsteen zal een dag later worden gebracht.
Verder vraagt hij of de [medeverdachte] morgen of overmorgen wil en stuurt hij: “Die taxi had foto gemaakt, ik ga straks foto maken met deze telefoon.”74
Enkele uren later stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) drie fotos naar [nummer] ( [medeverdachte] ). Eén van de fotos wordt daarna door [nummer] ( [medeverdachte] ) doorgestuurd aan [nummer]
( [medeverdachte] ) waarop [nummer] ( [medeverdachte] ) terugstuurt dat de filters belangrijk zijn. Hierover geeft hij instructies en stuurt een foto van een tekening mee.75
Op 16 februari 2021 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of die de foto heeft gezien en of hij het systeem snapt. Hierop bevestigt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat het systeem nu goed is.76
Enkele uren later stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat het zo is gegaan “op zolder van filter 1 naar filter 2 dan pas naar buiten”. Hierop stuurt [nummer]
( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat het filtersysteem volgens zijn vriend is gemaakt zoals door [nummer] ( [medeverdachte] ) is getekend; eerste filter, tweede filter en daarna naar buiten.77
Op 18 februari 2021 zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat de wijnsteen daar is. Alles is klaar en hij wacht op hem wanneer [medeverdachte] kan beginnen. Hierop stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat [medeverdachte] hem morgen om 11.00 komt ophalen. Dit vindt [nummer] ( [medeverdachte] ) goed, maar hij benadrukt bij [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij morgen dan wel een blauw vat van 120 liter en goede tartaric nodig heeft. Verder blijkt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) de taxi regelt.78
Kort hierna geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) de volgende hoeveelheden door: 5 x 120 liter, 100 kilo wijnsteen en 200 liter tolueen en stuurt twee fotos door. Hierna stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) een foto aan [nummer] ( [medeverdachte] ), die aangeeft dat het
de juiste tartaric is en daarnaast vraagt om een centrifuge en weegschaal. In reactie hierop geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat er een nieuwe weegschaal is gekocht en [nummer]
( [medeverdachte] ) bevestigt tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat er een centrifuge is.79
Uit de berichten op 19 februari 2021 tussen [nummer] ( [medeverdachte] ) en [nummer]
( [medeverdachte] ) volgt dat afgesproken wordt om de dag erna tartaric te maken, omdat alleen de eigenaar de sleutel heeft en die is vandaag pas om 16.00 uur thuis. Een reservesleutel zal dezelfde avond nog worden opgehaald door een vriend. Daarbij geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat hij morgen the colo and black man zal sturen om de tartaric te maken. Zij kunnen dat en dat moet één dag rusten. Zelf zal hij de week daarop van maandag tot vrijdag gaan80
[de rechtbank begrijpt: van maandag 22 februari tot en met vrijdag 26 februari 2021].
Op 20 februari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of er actie is. Ook vraagt hij nogmaals het nummer te sturen. Hierop geeft [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) aan dat dit niet het geval is en stuurt het telefoonnummer [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) door.81
Op 21 februari 2021 stelt [nummer] ( [medeverdachte] ) in een bericht aan [nummer]
( [medeverdachte] ) dat hij zorgt dat de taxi daar is. Diezelfde dag stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat [medeverdachte] hem morgen
[de rechtbank begrijpt: 22 februari 2021]om 12.00 uur komt ophalen.82
Op de telefoon van [medeverdachte] zijn drie filmpjes aangetroffen die zijn gemaakt op 21 februari 2021. Uit de metadata van de filmpjes blijkt dat deze zijn gemaakt in het drugslaboratorium in [plaats] .
Verbalisant [verbalisant] herkent de ruimtes telkens als zijnde het drugslaboratorium in [plaats] .83
Op 22 februari 2021 geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) bij [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat vandaag de stap met de tarta wordt gedaan en dat zij dan terugkomkomen, omdat het eerst een dag moet blijven staan. Hierna volgt gelijktijdig een discussie tussen [nummer] ( [medeverdachte] ) en [nummer]
( [medeverdachte] ) en tussen [nummer] ( [medeverdachte] ) en [nummer] ( [medeverdachte] ) over de locatie waar [nummer] ( [medeverdachte] ) zou worden opgehaald, omdat daar volgens [nummer]
( [medeverdachte] ) een politieacademie is. [nummer] ( [medeverdachte] ) zegt dat er een andere locatie geregeld moet worden en vraagt aan [nummer] ( [medeverdachte] ) waarom hij en [medeverdachte] dat niet hebben geregeld. Ook stelt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat zijn werk ziet op het werk binnen en dat het werk buiten voor [medeverdachte] is. [nummer] ( [medeverdachte] ) stelt dat [nummer]
( [medeverdachte] ) verantwoordelijk voor hem ( [nummer] ) is.84
[nummer] ( [medeverdachte] ) stelt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) vandaag klaar is met werken. Uit de gesprekken daarna blijkt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) enkele uren later (vanaf een onbekende locatie) is opgehaald door [medeverdachte] . 85
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) en [telefoonnr:] ( [medeverdachte]86) op 22 februari 2021 om 11.54 uur telefonisch contact hebben.87
Uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) en [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) blijkt dat beide telefoonnummers op 22 februari 2021 tussen 12.44-17.38 uur en 13.22-17.16 uur een mast in [plaats] aanstralen.88
Uit de camerabeelden blijkt dat op 22 februari 2021 om 13.01 uur89 een donkere Volkswagen Passat met blauwe kentekenplaat komt aanrijden bij de loods aan de [adres] in [plaats] . De auto rijdt naar de achterzijde van de loods.90 Om 13.07 uur91 vertrekt de donkere Volkswagen Passat met blauwe kentekenplaat en een taxibordje op het dak.92 Om 16.51 uur komt een witte bus van GEA het terrein op.93 Om 16.56 uur94 komt een Volkswagen Passat met blauwe kentekenplaat aanrijden richting het achterste gedeelte van de loods.95 Om 17.00 uur rijdt de Volkswagen Passat weer weg.96
Ook blijkt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) op 22 februari 2021 tussen 14.44-16.35 uur een mast in [plaats] aanstraalt.97
Uit historische verkeersgegevens blijkt ook dat de telefoonnummers [telefoonnr:] ( [medeverdachte]98) en [telefoonnr:] ( [medeverdachte]99) in de omgeving van [plaats] aanstralen, te weten [telefoonnr:]
( [medeverdachte] ) om 16.14 uur in Leeuwarden100 en [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) om 13.55 uur in [plaats]101.
Op 22 februari 2021 om 17.23 uur zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) tegen [nummer]
( [medeverdachte] ) dat hij nog een extra centrifuge moet halen voor woensdag. Even later zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij [nummer] ( [medeverdachte] ) wil ontmoeten, waarop [nummer] ( [medeverdachte] ) zegt dat zij elkaar morgen zullen ontmoeten.102
Op 23 februari 2021 hebben [nummer] ( [medeverdachte] ) en [nummer] ( [medeverdachte] ) een gesprek over het ventilatiesysteem dat nog niet naar behoren werkt. Dit zou door een vriend worden verbeterd.103 Ook zegt [nummer] ( [medeverdachte] ) tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat er twee vaten van 200 liter nodig zijn voor de ventilatie en vraagt waar de foto is die hij heeft verzonden. Hij stelt dat hij het perfect heeft uitgelegd en vraagt waarom het niet zo is gemaakt. Ook heeft hij meer emmers van 20 liter of meer nodig en twee andere centrifuges. [nummer] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat de centrifuges zijn gekocht en dat zij morgen zullen zorgen voor alles op het lijstje.104
[nummer] ( [medeverdachte] ) zegt later die dag tegen [nummer] ( [medeverdachte] ): [medeverdachte] deze week goed werken dan genoeg klaar.105
Op 23 februari 2021 zegt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) tegen [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) dat het de volgende dag los gaat.106
Op 24 februari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of het nummer gewijzigd is, waarop [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) het nummer + [telefoonnr:]
( [medeverdachte] ) doorgeeft. Vervolgens laat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) om 19.51 uur weten dat hij er zo aan komt. Hierop stuurt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) terug dat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) moet opletten hoeveel man er zijn en of er ook Mexicanen bij zijn.107
Uit de camerabeelden blijkt dat op 24 februari 2021 om 21.08 uur108 een donkere auto met blauwe gloed bij de kentekenplaat het terrein van de loods aan de [adres] in [plaats] op komt rijden. De auto rijdt vermoedelijk naar de achterzijde van de loods en vertrekt na zeven minuten weer.109
Uit historische verkeersgegevens blijkt dat [medeverdachte] ( [telefoonnr:] ) en [medeverdachte]
( [telefoonnr:] ) op 24 februari 2021 tussen 5.39-21.37 uur veelvuldig SMS- en telefonisch contact hebben (40 contactmomenten).110
Uit de historische verkeersgegevens blijkt eveneens dat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) op 24 februari 2021 tussen 20.37-21.40 uur een mast in [plaats] aanstraalt111 en [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) om 20.35 uur een mast in [plaats] aanstraalt.112
Op 25 februari 2021 vraagt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) of ze morgen om 13.00 uur kunnen komen. Hierop laat [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) weten dat dit goed is.113
Op 25 februari 2021 laat [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) weten dat [medeverdachte] hem de volgende dag om 11.00 uur ophaalt. Hierop stuurt [nummer]
( [medeverdachte] ) terug dat hij niet gaat werken als het systeem niet goed is. Als het niet goed is neemt hij de olie mee en gaat hij voor anderen werken. Ook stuurt hij een foto [
De rechtbank ziet hierop een doek]en vraagt aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of zij zon doek voor het filter hebben, want anders kan hij niet beginnen met werken.114
[nummer] ( [medeverdachte] ) laat hierna aan [nummer] ( [medeverdachte] ) weten dat die rol van de oude plek is en stuurt een foto mee. Hierop stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) dezelfde foto door naar [nummer] ( [medeverdachte] ) en laat hem weten dat het goed is en dat hij heeft aangegeven dat het er al is en van de oude plek komt.115
Op 26 februari 2021 om 10.35 uur116 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer]
( [medeverdachte] ) dat [medeverdachte] daar is om 11.10 uur. Om 13.30117 uur stuurt [nummer]
( [medeverdachte] ) dat zij bij de [bedrijf] zijn. [nummer] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat hij (een derde) zijn chauffeur naar de [bedrijf] laat komen.118
[nummer] ( [medeverdachte] ) stuurt om 13.49 uur119 aan [nummer] ( [medeverdachte] ) dat ze samen zijn.120
Uit de camerabeelden van de [bedrijf] in [plaats] blijkt dat op 26 februari 2021 om 13.31 uur een Peugeot (kenteken [kenteken] ) de [bedrijf] inrijdt. Verbalisant herkent [medeverdachte] als de bijrijder in voornoemde auto. De bestuurder is omschreven als een oudere man121 en blijkt later te zijn herkend als [medeverdachte] .122
Uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) blijkt dat de telefoon op 26 februari 2021 een mast in [plaats] aanstraalt.123 Ook blijkt dat [telefoonnr:] (het privénummer van [medeverdachte] ) die dag een mast in [plaats] heeft aangestraald.124
Op 26 februari 2021 heeft [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) om 13.37 uur telefonisch contact met [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ).125 Twee minuten later stuurt [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) naar [telefoonnr:] ( [verdachte] ) dat hij er met een half uur is. Dit vindt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) super. 126
Uit de observatie op 26 februari 2021 blijkt dat is gezien dat om 13.50 uur bij de [bedrijf] in [plaats] een taxi (Volkswagen Passat met kenteken [kenteken] op naam van [medeverdachte]127) staat. Er zit een man achter het stuur en een man op de achterbank. Om 13.51 uur vertrekt de taxi. Om 14.06 uur staat deze taxi stil aan de [adres] in [plaats] ter hoogte van een grijze roldeur. Om 14.07 uur staat de taxi niet meer voor deze roldeur. Om 14.12 uur rijdt de taxi het terrein af.128
Uit de camerabeelden aan de voorzijde van de loods gevestigd aan de [adres] in [plaats] blijkt dat op 26 februari 2021 om 14.04 uur een donkere Volkswagen Passat (met blauw kenteken aan de voorzijde) het terrein op komt en naar de achterzijde van de loods rijdt. Om 14.15 uur komt een bestelbus het terrein oprijden en rijdt door naar de achterzijde van de loods. Deze bestelbus is gelijkend op de bestelbus die op
naam staat van [medeverdachte] .
Om 14.21 uur rijdt de Volkswagen Passat (met blauwe kentekenplaat met een taxibordje) weer weg.129
Uit historische verkeersgegevens van [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) blijkt dat dit telefoonnummer op 26 februari 2021 tussen 14.17-14.22 uur een mast in [plaats] aanstraalt.130 Ook blijkt dat [nummer]
( [medeverdachte] ) dezelfde dag tussen 13.29-20.12 uur onder meer een mast in [plaats] aanstraalt.131
[medeverdachte] heeft verklaard dat hij op 26 februari 2021 samen met [medeverdachte] naar [plaats] is afgereisd. Eerst zijn ze door een oudere man bij de [bedrijf] in [plaats] afgezet. Daarna zijn ze overgestapt op een ander voertuig en door een Marokkaanse taxichauffeur naar de loods in [plaats] gebracht.132 De Marokkaanse taxichauffeur heeft bij aankomst het huis van de eigenaar van de loods aangewezen.133
Op 26 februari 2021 om 14.27 uur134 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer]
( [medeverdachte] ) dat er geen caustic soda is en er maar één centrifuge is. Ook stuurt hij een foto
[de rechtbank ziet hierop een maatbeker]en zegt dat hij daarvan meer nodig heeft.135
[nummer] ( [medeverdachte] ) zegt tegen [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij de chauffeur gaat bellen want hij had twee gekocht. Hierop stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer]
( [medeverdachte] ) dat hij twee extra centrifuges zal brengen en vraagt hoeveel caustic soda nodig is. [nummer] ( [medeverdachte] ) reageert daarop dat hij 50 kilo caustic nodig heeft. Ook klaagt hij over het ventilatiesysteem. [nummer] ( [medeverdachte] ) reageert dat later vandaag de maatbekers en caustic soda wordt gebracht.136
Op 26 februari 2021 om 17.54 uur geeft [telefoonnr:] ( [verdachte] ) aan [telefoonnr:]
( [medeverdachte] ) door dat zijn contact heeft gezegd dat ze aan het werk zijn, draaien dus. Hierop bevestigt [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) aan dat ze aan het rommelen zijn.137
[nummer] ( [medeverdachte] ) stuurt vervolgens op 26 februari 2021 om 20.48 uur138 naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat de chauffeur onderweg is en 50 kilo caustic, 2 centrifuges en 4 maatbekers meeneemt.139
Om 20.53 uur140 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) dat over een uur alles wat nodig is zal worden gebracht. [nummer] ( [medeverdachte] ) geeft aan dat nu niemand kan komen want het is te gevaarlijk. Het moet morgenochtend gebracht worden. [nummer]
( [medeverdachte] ) reageert nog dat dit geen probleem is, omdat hij papieren heeft om te mogen reizen, maar [nummer] ( [medeverdachte] ) blijft erbij dat het de volgende ochtend tussen 8.00-9.00 uur gebracht moet worden.141
Op 27 februari 2021 tussen 00.38 en 8.22 uur is met het telefoonnummer [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) veertien keer geprobeerd contact te krijgen met [telefoonnr:]
( [medeverdachte] ).142
Op 27 februari 2021 om 8.23 uur143 geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan bij [nummer] ( [medeverdachte] ) dat de chauffeur daar bijna is.144
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnr:] ( [medeverdachte] ) op 27 februari 2021 om 8.38 uur een mast in [plaats] aanstraalt.145
Op 27 februari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) om 8.55 uur146 naar [nummer]
( [medeverdachte] ) dat er daar problemen zijn en vraagt of de ander al iets heeft gehoord. Een uur later geeft hij aan dat de telefoon ook uit is gevolgd door het bericht om 11.44 uur147 dat 2 man zijn aangehouden, maar eigenaar en vrouw waarschijnlijk niet. Staat artikel, maar telefoon eigenaar ook uit.148
Diezelfde dag stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) een attachment naar [nummer] (onbekende) met de volgende tekst:
From [naam] : Zo, dit is gebeurd gisteravond of van ochtend vroeg
From [naam] : Toen hij vanochtend ging om spullen te brengen hij zag daar politie.149
Op 27 februari 2021 om 11.59 uur150 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer]
( [medeverdachte] ) dat hij nu geen [medeverdachte] meer heeft. [nummer] ( [medeverdachte] ) reageert dat [naam] net aangehouden is en al in het nieuws is.151
Uit een telefoontap tussen [telefoonnr:] ( [verdachte] ) en [telefoonnr:] ( [naam] ) blijkt dat [medeverdachte] vlak voor het gebeurde
[de rechtbank begrijpt: de inval bij de loods van [medeverdachte] ]met een ander nummer heeft gebeld en zei het is in de war, het is in de war.152
Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat [telefoonnr:] ( [verdachte] ) op 26 februari 2021 om 21.38 uur is gebeld door [telefoonnr:] , op naam [naam] , welke de vriendin is van [medeverdachte] . 153
Verdachte heeft bekend dat hij [medeverdachte] heeft geholpen bij het plaatsen van een tussenwand en het blinderen van de ramen in diens loods.154
Overwegingen medeplegen
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard wanneer is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Ook wanneer het tenlastegelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering tijdens het begaan van het strafbare feit, maar uit gedragingen die doorgaans met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht, kan sprake zijn van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking. De materiële en/of intellectuele bijdrage van de verdachte aan het strafbare feit zal dan van voldoende gewicht moeten zijn. Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
Uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting leidt de rechtbank met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het tenlastegelegde het volgende af.
Verdachte heeft actief contact onderhouden met [medeverdachte] over diens loods. Verdachte heeft geholpen bij het plaatsen van een tussenwand in de loods en het blinderen van de ramen. Verdachte is
kennelijk goed op de hoogte van de afspraken omtrent het drugslaboratorium in de loods van [medeverdachte] . Hij geeft [medeverdachte] de nodige informatie over de aanvang van het produceren. Hij kondigt de verhuizing van zijn locatie naar die van [medeverdachte] aan. Ook instrueert verdachte [medeverdachte] om de toegang tot de ruimte van het drugslaboratorium te controleren: afsluiten en een alarm er op. Ook vraagt hij meermalen aan [medeverdachte] om het telefoonnummer van hun tussenpersoon, kennelijk om op de hoogte gehouden te worden van het productieproces.
Het handelen van verdachte is naar het oordeel van de rechtbank echter niet van voldoende gewicht om te kunnen komen tot een bewezenverklaring van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking ten aanzien van het opzettelijk produceren van harddrugs. Niet blijkt van een gezamenlijke uitvoering van de productie van harddrugs en ook blijkt niet dat verdachte daar op enige wijze bij betrokken is geweest. De enkele wetenschap is immers onvoldoende om te komen tot een wezenlijke bijdrage. Er is dus geen sprake van medeplegen van het produceren van harddrugs.
Ook blijkt niet dat verdachte beschikkingsmacht had over het deel van de loods waarin zich het drugslaboratorium bevond.
De verklaring van [medeverdachte] daaromtrent, te weten dat verdachte zelf beschikte over een sleutel van de loods, is ongeloofwaardig. Uit de WhatsAppberichten volgt immers telkens dat door verdachte aan [medeverdachte] is gevraagd of anderen in de loods van [medeverdachte] kunnen komen, of [medeverdachte] aanwezig is dan wel of door [medeverdachte] een sleutel neergelegd kan worden voor anderen. Dit duidt geenszins op het bezit van een sleutel van de loods van [medeverdachte] door verdachte.
De rechtbank is van oordeel dat er, wegens het ontbreken van beschikkingsmacht door verdachte over de loods van [medeverdachte] , ook geen sprake kan zijn van een nauwe en bewuste samenwerking gericht op het opzettelijk aanwezig hebben van hoeveelheden metamfetamine. Er is dus geen sprake van medeplegen van het opzettelijk aanwezig hebben van hoeveelheden metamfetamine.
Uit voorgaande volgt dat de rechtbank de verdachte van feit 1 primair zal vrijspreken.
Overwegingen medeplichtigheid
Ten aanzien van het subsidiair ten laste gelegde komt de rechtbank tot een bewezenverklaring en overweegt daartoe als volgt.
De rechtbank stelt voorop dat voor de bewezenverklaring van medeplichtigheid aan een misdrijf is vereist dat niet alleen wordt bewezen dat het opzet van de verdachte was gericht op zijn handelingen als medeplichtige als bedoeld in art. 48, aanhef en onder 1° of 2º Sr, maar ook dat zijn opzet, al dan niet in voorwaardelijke vorm, was gericht op het door de dader gepleegde misdrijf (het gronddelict). Bij de bewezenverklaring en kwalificatie van de medeplichtigheid moet worden uitgegaan van de door de dader verrichte handelingen, ook als het opzet van de medeplichtige slechts was gericht op een deel daarvan.
Het opzet van de medeplichtige behoeft niet te zijn gericht op de precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan. Onder die precieze wijze waarop het gronddelict wordt begaan, is ook begrepen of het gronddelict al dan niet in deelneming wordt begaan; op die deelnemingsvorm behoeft het opzet van de medeplichtige dus niet te zijn gericht.
Als het (voorwaardelijk) opzet van de medeplichtige niet (volledig) is gericht op het gronddelict, moet het misdrijf waarop het opzet van de medeplichtige wel was gericht, voldoende verband houden met het gronddelict. Of van zon verband sprake is, hangt af van de concrete omstandigheden van het geval. In de
regel zal echter kunnen worden aangenomen dat dit verband bestaat als het misdrijf waarop het (voorwaardelijk) opzet van de medeplichtige was gericht, een onderdeel vormt van het gronddelict.
Ook in andere gevallen kan sprake zijn van voldoende verband met het gronddelict. Daarbij zijn de aard van het gronddelict, de aard van de gedraging van de medeplichtige en de overige omstandigheden van het geval van belang.
De rechtbank stelt vast dat het verdachte is geweest die in december 2020 het initiatief neemt in het contact met [medeverdachte] over diens loods in [plaats] . Zoals hierna onder feit 2 blijkt, en zoals verdachte ook heeft bekend, begint dit initiële contact nadat verdachte zijn eigen schuur in [plaats] aan onbekenden ter beschikking heeft gesteld voor illegale werkzaamheden, naar eigen zeggen het telen van hennep. Verdachte vraagt vervolgens aan [medeverdachte] om de afmetingen van diens loods, maakt afspraken over het laten brengen van spullen en meldt dat gemaakte kosten betaald zullen worden. Ook helpt verdachte daadwerkelijk met het maken van een tussenwand en het blinderen van de ramen.
Verdachte onderhoudt actief contact met [medeverdachte] over het ter beschikking stellen van de loods. Hij geeft [medeverdachte] de nodige informatie over de aanvang van het produceren. Ook kondigt verdachte de verhuizing van zijn locatie naar die van [medeverdachte] aan.
Op grond hiervan stelt de rechtbank vast dat de verdachte opzet heeft gehad op zijn handelen als medeplichtige door aan [medeverdachte] te vragen een gedeelte van zijn loods aan de [adres] te [plaats] ter beschikking te stellen aan anderen, [medeverdachte] in contact te brengen met anderen, contact te hebben en onderhouden met anderen en door in de loods een tussenwand te maken en de ramen te blinderen.
De rechtbank stelt verder vast dat verdachte ook (ten minste voorwaardelijk) opzet heeft gehad op het gronddelict, te weten het produceren van harddrugs. Door een (afgesloten) lege ruimte op een industrieterrein ter beschikking te laten stellen aan anderen heeft verdachte bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat de locatie gebruikt zou worden voor het produceren van harddrugs (in plaats van het naar eigen zeggen beoogde telen van hennep). Dit is immers geen geheel ander misdrijf dan verdachte voor ogen stond. De rechtbank is van oordeel dat het door verdachte beoogde misdrijf voldoende verband houdt met het gronddelict.
De rechtbank is dus van oordeel dat het handelen van verdachte medeplichtigheid oplevert.
Conclusie
De rechtbank acht, gelet op de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen en overwegingen, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich in de periode van 9 december 2020 tot en met 26 februari 2021 als medeplichtige schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van het bereiden, bewerken, verwerken en vervaardigen van hoeveelheden metamfetamine.
FEIT 2
Aantreffen restanten drugslaboratorium [plaats]
Op 10 maart 2021 zijn de restanten van een drugslaboratorium aangetroffen in een schuur aan de [adres] in [plaats] .155
In het drugslaboratorium is onder meer een witte emmer met vloeistof aangetroffen en veiliggesteld onder SIN [nummer] .156 De bemonstering is onderzocht en bevat een lage concentratie metamfetamine in tolueen.157
In een koelbox is een substantie aangetroffen en veiliggesteld onder SIN [nummer] .158 De bemonstering is onderzocht en bevat metamfetamine.159
Verder is in een zwarte emmer vloeistof aangetroffen en veiliggesteld onder SIN [nummer] .160 De bemonstering is onderzocht en bevat metamfetamine en MDMA in een waterige vloeistof.161
De hiervoor genoemde aangetoonde stoffen metamfetamine en MDMA zijn vermeld op lijst I van de Opiumwet.162
Nadere bewijsmiddelen
Aanloop naar aantreffen restanten drugslaboratorium [plaats]
Uit de WhatsApp- en Sky-berichten, het tapgesprek tussen verdachte en een broer van hem, de verklaring van verdachte, alle historische verkeersgegevens en andere bewijsmiddelen blijkt met betrekking tot het drugslaboratorium in [plaats] onder meer het volgende.
Op 23 juli 2020 stuurt [nummer] ( [medeverdachte]163) naar [nummer] (een onbekende) dat hij nu naar die boer gaat, want hij had tegen de boer gezegd dat we vandaag zouden langskomen.164
Op 24 juli 2020 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] (een onbekende) dat de plek goed is. Hij gaat er de volgende dag naar toe en vraagt hoeveel ruimte [nummer] denkt dat ze nodig hebben om te pegelen.165
Uit berichten op 27 en 28 juli 2020 tussen [nummer] ( [medeverdachte] ) en [nummer] (een onbekende) blijkt dat de boer twijfelde, maar uiteindelijk toch wil doorgaan.166
Op 31 juli 2020 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] (een onbekende) of het morgenochtend uitkomt om naar die plek te gaan. Hij wil vroeg gaan, omdat die boer morgenmiddag weg moet.167
De daarop volgende dag (1 augustus 2020) stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) een zestal fotos naar [nummer] (een onbekende) van een loods en kelder en geeft aan dat het een goede plek is.168 Deze fotos zijn door verbalisant [verbalisant] herkend als de locatie waar hij tijdens een doorzoeking aan de [adres] in [plaats] restanten van een drugslaboratorium heeft aangetroffen.169
Uit berichten die [nummer] ( [medeverdachte] ) op 8 augustus 2020, 12 augustus 2020 en 8 september 2020 stuurt naar [nummer] en [nummer] (onbekenden) volgt dat de boer ongeduldig wordt.170
Op 12 september 2020 laat [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] (een onbekende) weten dat alles gedaan kan worden wat de kok van [nummer] (een onbekende) wil en stuurt hij op verzoek van [nummer] (een onbekende) een foto waarop een afdruk van het perceel [adres] in [plaats] is te zien. Daarbij geeft [nummer] ( [medeverdachte] ) aan dat hij daar ook een caravan heeft staan die hij heeft overgekocht van de boer. Daar kunnen ze in slapen en koken. In datzelfde gesprek geeft hij aan dat
iedereen uiteindelijk genoeg verdient en dat hij het belangrijker vindt om daar zo spoedig mogelijk iets te hebben staan voor die boer, omdat hij al zes weken verder is met hem.171
Uit berichten op 15 en 16 september 2020 volgt dat [nummer] ( [medeverdachte] ) op 16 september 2020 met de mensen van [nummer] (een onbekende) bij de boer is geweest en dat hij (een derde) het een mooie plek vond en er wil werken als er een goede afzuiging komt of als er een hok wordt gebouwd met koelcelplaten. De geur kan opgelost worden door in fases te filteren.172
Op 19 september 2020 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] (een onbekende) of die [medeverdachte] daar meteen blijft. Ook geeft hij aan dat hij er zelf niet meer wil komen en die bouwer ze wel laat brengen.173
Op 20 september 2020 laat [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] (een onbekende) weten dat de boer ervan op de hoogte is dat er morgen iemand komt.174
Op 22 september 2020 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] (een onbekende) dat er geen heftruck staat, maar dat die boer dat wel kon regelen. Verder vraagt hij aan [nummer] (een onbekende) of de base olie klaar is.175
Op 30 september 2020 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] (een onbekende) onderweg te zijn naar die boer. De boer klaagt dat hij aan het lijntje wordt gehouden, terwijl [nummer]
( [medeverdachte] ) de boer al twee maanden betaalt en nog niks heeft verdiend.176
[verdachte] erkent dat voornoemde Sky-berichten zien op zijn schuur. Hij heeft zijn schuur verhuurd en het eerste contact hierover vond plaats in juli 2020. [verdachte] wist dat er een afscheiding geplaatst zou worden.177
Op 3 december 2020 stuurt [nummer] ( [medeverdachte]178) naar [nummer] (een onbekende) dat zijn [medeverdachte] graag wil werken en overmorgen naar de plek kan kijken. Als het goed is kan er gelijk gestart worden. [nummer] ( [medeverdachte] ) vraagt vervolgens of [nummer] (een onbekende) voor een bezoekafspraak kan zorgen. [nummer] ( [medeverdachte] ) zal dan een chauffeur regelen van ams [
de rechtbank begrijpt: Amsterdam] om [medeverdachte] daar te brengen.179
Een uur later stuurt [nummer] (een onbekende) naar [nummer] ( [medeverdachte]180) dat de Chinees hem net vroeg om zaterdag met hem af te spreken zodat die [medeverdachte] kan komen kijken.181
Op 7 december 2020 vraagt [nummer] (een onbekende) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of die [medeverdachte] morgen komt kijken voor die locatie. Direct hierna stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte]182) dat ze elkaar morgen om 14:00 uur ontmoeten bij Sloter. Hij heeft paper [
de rechtbank begrijpt: geld] voor [nummer] ( [medeverdachte] ) en wil met hem een mooie plek bezoeken. [nummer] ( [medeverdachte] ) zal een auto voor hen regelen. Hierop stuurt [nummer]
( [medeverdachte] ) dat dit goed is.183
Op 8 december 2020 vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) om eerder (13:30 uur) af te spreken, omdat het 2,5 uur duurt om er te komen. [nummer] ( [medeverdachte] ) vindt dit goed.184
Hierop laat [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] (een onbekende) weten dat hij met [medeverdachte] om 13:30 uur vertrekt naar Groningen en er rond 16:00 uur is. Ze rijden in een grijze Peugeot.185
Gebleken is dat IMEI [nummer] (in gebruik bij [medeverdachte]186) op 8 december 2020 tussen 17.48 en
18.12
uur zendmasten in [plaats] aanstraalt.187
Op 11 januari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat ze volgende week [
de rechtbank begrijpt: vanaf 18 januari 2021] starten met 150 goede meth olie in een grote plaats en dat hij het later met hem hierover zal hebben.188
Op 12 januari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat zijn [medeverdachte] na het weekend wil beginnen met het grote werk. Hij wil vier tot vijf dagen doorwerken en daarna pauze.189
Op 14 januari 2021 stuurt [telefoonnr:] ( [verdachte] en tevens de eigenaar van de schuur waar de restanten van het drugslaboratorium zijn aangetroffen190) naar [telefoonnr:] ( [medeverdachte]191) dat het komende week [
de rechtbank begrijpt: vanaf 18 januari 2021] bij hem losgaat. Als ze het bij hem op de rit hebben gaan ze een goede week later naar [medeverdachte] (de eigenaar van de loods waar het drugslaboratorium in [plaats] is aangetroffen).192
Op 15 januari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat [medeverdachte] maandag [
de rechtbank begrijpt: 18 januari 2021] wel kan beginnen. [nummer]
( [medeverdachte] ) geeft daarbij aan dat hij denkt dat het eerst met oude olie kan, maar zal dit nog navragen.193
Op 20 januari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat [medeverdachte] zegt dat alleen paar kg in de oude olie is en dat hij liever gelijk begint met nieuwe meth olie. Ook vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) aan [nummer] ( [medeverdachte] ) of hij morgen een afspraak kan maken naar Groningen. [medeverdachte] wil eerst bezoeken en kijken of alles klaar is om te beginnen. Hij wil liever eerst met groot aantal meth werken en daarna samen collect nummer 2 werken, dat is makkelijk en snel. Ook vraagt [nummer] ( [medeverdachte] ) of [nummer] ( [medeverdachte] ) 1 of 2 liter voor hem heeft. [nummer] ( [medeverdachte] ) zal het laten testen en als het goed is kan hij misschien wel direct afdraaien. Uiteindelijk wordt afgesproken dat [nummer] ( [medeverdachte] ) overmorgen op vrijdag [
de rechtbank begrijpt: 22 januari 2021] eerst met [medeverdachte] naar Utrecht komt bij [nummer] ( [medeverdachte] ) en dat ze daarna naar Groningen gaan.194
Op 30 januari 2021 straalt [telefoonnr:] ( [medeverdachte]195) en IMEI [nummer]
( [medeverdachte]196) rond hetzelfde tijdstip (16.36 uur en 16.46 uur) zendmasten aan in [plaats] .197 Deze plaats ligt op een afstand van tien kilometer van [plaats] .198
Op 1 februari 2021 stuurt [telefoonnr:] ( [verdachte] ) om 18:41 uur een bericht naar [telefoonnr:]
( [medeverdachte] ) dat ze bij hem zouden leeghalen en dan naar [medeverdachte] toe zouden brengen. Een uur later geeft [medeverdachte] aan dat ze net wat hebben gebracht.199 Op diezelfde dag straalt de telefoon [telefoonnr:] ( [medeverdachte] )200 tussen 18.26 en 20.01 uur een zendmast aan in
[plaats] .201
Op 2 februari 2021 stuurt [nummer] ( [medeverdachte] ) naar [nummer] ( [medeverdachte] ) dat ze alles hebben verhuisd. Op diezelfde dag straalt de telefoon [telefoonnr:] ( [medeverdachte] )202 tussen 10.45 en 13.43 uur zendmasten aan in onder meer [plaats] en [plaats] .203
Op 5 februari 2021 klaagt [nummer] ( [medeverdachte] ) bij [nummer] ( [medeverdachte] ) dat hij niet de spullen en het materiaal heeft om te kunnen beginnen met werken en dat ze alleen maar afval hebben gebracht dat hij op de andere plek had achtergelaten.204 Dit herhaalt [nummer] ( [medeverdachte] ) op 6 februari 2021.205
Uit het tapgesprek tussen [verdachte] en [naam] van 3 maart 2021 volgt dat [verdachte] na de politie inval bij [medeverdachte] had verwacht dat de politie ook bij hem zou invallen. Hij vertelt dat [medeverdachte] hem kort voor de inval nog had gebeld en toen heeft hij nog wat kunnen regelen voor de volgende ochtend. In datzelfde gesprek geeft [verdachte] aan dat het spul bij hem weg is en dat er in principe niks meer bij hem staat. Ook benadrukt hij dat iemand specifiek van de situatie daar [
de rechtbank begrijpt: bij [medeverdachte]] moet hebben geweten, want anders waren ze ook wel bij hem geweest. [verdachte] is blij dat hij [medeverdachte] vaak gewaarschuwd heeft dat het op eigen risico is en dat hij, wat er ook gebeurt, keihard moet liegen, onthouden wat je hebt gezegd en dit vol moet houden.206
Verdachte heeft bekend dat hij voor het ter beschikking stellen van zijn schuur is betaald.207
Overwegingen medeplegen
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard wanneer is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking, zoals hiervoor onder feit 1 geschetst.
Het handelen van verdachte is naar het oordeel van de rechtbank niet van voldoende gewicht om te komen tot een bewezenverklaring van het voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking ten aanzien van het opzettelijk produceren van harddrugs. Niet blijkt van een gezamenlijke uitvoering van de productie van harddrugs en ook blijkt niet dat verdachte daar op andere wijze bij betrokken is geweest.
Verdachte heeft verklaard dat hij de beschikkingsmacht over het deel van de schuur waarin het drugslaboratorium zich bevond volledig had overgedragen aan onbekenden. Na de ontdekking van het drugslaboratorium in [plaats] heeft verdachte het slot moeten openbreken om in het afgesloten deel van zijn schuur te komen. De rechtbank stelt vast dat deze verklaring van verdachte niet in strijd is met enig bewijsmiddel, zodat deze niet als onaannemelijk en ongeloofwaardig terzijde kan worden geschoven. De rechtbank kan daarom niet vaststellen dat verdachte de beschikkingsmacht had over het deel van de schuur waar het drugslaboratorium zich bevond.
Het enkel ter beschikking stellen van een schuur levert naar het oordeel van de rechtbank niet een bijdrage van voldoende gewicht op om te komen tot een bewezenverklaring van medeplegen van het opzettelijk aanwezig hebben van harddrugs.
De rechtbank zal verdachte daarom van feit 2 primair vrijspreken.
Overwegingen voorbereidingshandelingen
Ten aanzien van het subsidiair ten laste gelegde komt de rechtbank tot een bewezenverklaring en overweegt daartoe als volgt.
De rechtbank stelt vast dat verdachte tegen betaling een deel van zijn schuur beschikbaar heeft gesteld, wetende dat er illegale activiteiten zouden gaan plaatsvinden, namelijk naar eigen zeggen het telen van hennep. Verdachte heeft daarbij de beschikkingsmacht over dat deel van zijn schuur volledig aan onbekenden gegeven. Desondanks heeft verdachte wel kennis van het tijdspad omtrent de illegale activiteiten, omdat hij weet wanneer de werkzaamheden zullen starten en wanneer de verhuizing naar een andere locatie, te weten die van [medeverdachte] in [plaats] , zal plaatsvinden.
Verdachte heeft verklaard dat hij toestemming heeft gegeven voor een hennepkwekerij in zijn schuur, maar expliciet zou hebben geweigerd als hij wist dat het zou gaan om de productie van harddrugs.
De rechtbank is, anders dan de verdediging, van oordeel dat verdachte voorwaardelijk opzet heeft gehad op voorbereidingshandelingen die zien op het produceren van harddrugs. Verdachte heeft immers onbekenden de volledige beschikkingsmacht over een deel van zijn schuur gegeven. Het betreft een schuur op het afgelegen platteland in Groningen, gelegen aan een doodlopende weg.208 Daarbij wist verdachte van meet af aan dat dit deel van zijn schuur zou worden gebruikt voor illegale activiteiten.
Verdachte heeft daarmee bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat zijn schuur gebruikt zou worden voor de productie van harddrugs in plaats van hennepteelt.
Van de andere ten laste gelegde voorbereidingshandelingen (samengevat: het vervoeren van medeverdachten naar de schuur en het voorhanden hebben van voorwerpen en stoffen ten behoeve van de productie van metamfetamine en MDMA) is niet gebleken van enige betrokkenheid van verdachte, zodat verdachte van die onderdelen zal worden vrijgesproken.
Eveneens blijkt niet dat verdachte met een ander/anderen een deel van zijn schuur ter beschikking heeft gesteld, zodat vrijspraak volgt van het medeplegen van de voorbereidingshandeling.
Conclusie
De rechtbank acht, gelet op de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen en overwegingen, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich in de periode van 23 juli 2020 tot en met 31 januari 2021 schuldig heeft gemaakt aan het plegen van voorbereidingshandelingen voor het opzettelijk vervaardigen van metamfetamine en MDMA door zijn schuur hiervoor beschikbaar te stellen.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht feit 1 subsidiair en feit 2 subsidiair wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1. subsidiair)
[medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] in de periode van 30 januari 2021 tot en met 26 februari 2021, te [plaats] , in de gemeente Achtkarspelen, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk hebben bereid, bewerkt, verwerkt en vervaardigd, hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine, zijnde metamfetamine, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
tot het plegen van voornoemd misdrijf verdachte, in de periode van 9 december 2020 tot en met 26 februari 2021, in Nederland,
opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft en opzettelijk behulpzaam is geweest door
  • een locatie voor een drugslaboratorium te regelen aan de [adres] te [plaats] en
  • daartoe die [medeverdachte] te vragen een gedeelte van een ruimte van het pand aan de [adres] ter beschikking te stellen aan die [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] , [medeverdachte] en
  • die [medeverdachte] in contact te brengen met onbekend gebleven personen en
  • contact te hebben en onderhouden met onbekend gebleven personen en
  • in voornoemde ruimte aan de [adres] een tussenwand te maken en
  • in voornoemde ruimte aan de [adres] ramen te blinderen;
2 ( subsidiair)
Hij in de periode van 23 juli 2020 tot en met 31 januari 2021, te [plaats] , om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet voor te bereiden, te weten:
- het opzettelijk vervaardigen,
van hoeveelheden van een materiaal bevattende metamfetamine en MDMA, zijnde metamfetamine en MDMA, middelen vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I,
- daartoe gelegenheid heeft verschaft, immers heeft verdachte
- een schuur aan de [adres] te [plaats] laten gebruiken voor de productie van synthetische drugs.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde levert op:
1. subsidiair
ten aanzien van het bereiden, bewerken en verwerken
medeplichtigheid aan medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod.
ten aanzien van het vervaardigen
medeplichtigheid aan medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder D van de Opiumwet gegeven verbod.
2 subsidiair om een feit, bedoeld in het vierde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden, een ander gelegenheid tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.
Strafbaarheid van verdachte
De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Strafmotivering
Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van de feiten 1 primair en 2 primair wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden met aftrek van voorarrest.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit, indien enige bewezenverklaring volgt, een taakstraf op te leggen met een voorwaardelijke gevangenisstraf. Een taakstraf als strafmodaliteit is passend, gelet op de persoon van verdachte.
Oordeel van de rechtbank
Algemeen
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de reclasseringsrapporten, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zijn schuur (op het platteland van Groningen) ter beschikking gesteld voor de productie van synthetische drugs (i.c. metamfetamine en MDMA). Vervolgens heeft hij zich ook schuldig gemaakt aan medeplichtigheid aan de productie van metamfetamine bij een ander drugslaboratorium in Friesland. Door zijn handelen heeft verdachte het produceren van harddrugs gefaciliteerd en vormde hij een essentiële schakel in het geheel. Zonder het gebruik van daartoe geschikte locaties is het produceren van harddrugs immers niet mogelijk.
Het produceren van synthetische drugs is een zeer ernstig strafbaar feit.
De productie van synthetische drugs, zoals de harddrugs metamfetamine en MDMA, brengt ernstige gevaren met zich mee. Zo bestaat er gevaar voor brand, ontploffing en het vrijkomen van giftige stoffen. Uit het dossier blijkt dat de kok (medeverdachte [medeverdachte] ) herhaaldelijk wijst op het dodelijke gevaar van de in zijn ogen gebrekkige ventilatie. Daarnaast wordt het chemisch afval dat ontstaat bij de
productie van synthetische drugs vrijwel altijd illegaal gedumpt, wat zeer schadelijk is voor het milieu.
Ook gaat de productie van en de handel in harddrugs gepaard met diverse vormen van ondermijnende criminaliteit, omdat er snel en veel geld wordt verdiend. Dit gaat veelal gepaard met zware en georganiseerde criminaliteit, waarbij geweld dan wel dreiging daarmee niet wordt geschuwd.
Tevens is het een feit van algemene bekendheid dat harddrugs schadelijk zijn voor de gezondheid en sterk verslavend werken. Verslaafden aan harddrugs plegen, om in hun dagelijkse behoefte te voorzien, vaak vermogensdelicten.
Documentatie
De rechtbank heeft kennis genomen van het uittreksel justitiële documentatie van 25 februari 2025. Hieruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld wegens een strafbaar feit.
Persoon van verdachte
De rechtbank heeft ook acht geslagen op het (meest recente) reclasseringsrapport van 18 maart 2025, opgesteld door [naam] , reclasseringswerker van de Reclassering Nederland (Leeuwarden). Hieruit blijkt onder meer dat verdachte spijt heeft van zijn aandeel bij de feiten. Verdachte stelt dat hij niet mee had gewerkt als hij had geweten dat het ging om harddrugs. Verdachte heeft in de periode waarop de verdenking ziet antisociale keuzes gemaakt. De reclassering ziet momenteel geen risicofactoren meer. Het strafrechtelijk ingrijpen heeft een afschrikwekkend effect gehad op verdachte. Daarnaast is mede vanwege de verdenking het huwelijk van verdachte uitgelopen op een scheiding. Verdachte heeft zijn leven op de rit en heeft zelf de nodige veranderingen in zijn leven aan weten te brengen. Door de reclassering wordt het risico op recidive ingeschat als laag. Geadviseerd is een straf zonder bijzondere voorwaarden.
Overschrijding van de redelijke termijn
De rechtbank stelt voorop dat in artikel 6, eerste lid, van het EVRM het recht van iedere verdachte is gewaarborgd om binnen een redelijke termijn te worden berecht. Die termijn vangt aan op het moment dat vanwege de Nederlandse Staat tegenover de verdachte een handeling is verricht waaraan hij in redelijkheid de verwachting kan ontlenen dat tegen hem voor een bepaald strafbaar feit door het openbaar ministerie een strafvervolging zal worden ingesteld. Het eerste verhoor van de verdachte door de politie heeft niet steeds als een zodanige handeling te gelden. Wel moeten de inverzekeringstelling van de verdachte en de betekening van de dagvaarding als zon handeling worden aangemerkt.
Als uitgangspunt heeft in deze zaak te gelden dat de behandeling ter terechtzitting moet zijn afgerond met een eindvonnis binnen twee jaar nadat de redelijke termijn is aangevangen, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden, zoals de ingewikkeldheid van een zaak, de invloed van de verdachte en/of zijn raadsman op het procesverloop en de wijze waarop de zaak door de bevoegde autoriteiten is behandeld.
In deze zaak is de redelijke termijn aangevangen bij de inverzekeringstelling van verdachte op 10 maart 2021 en geëindigd op 9 maart 2023. Er is derhalve sprake van een overschrijding. Er zijn geen feiten en/of omstandigheden bekend aan de zijde van het openbaar ministerie dan wel de verdediging die deze overschrijding verontschuldigen. De rechtbank is van oordeel dat de overschrijding dient te worden verdisconteerd in de straf op nader te bepalen wijze.
Straf
Vanwege het ondermijnende en lucratieve karakter van de productie van synthetische drugs moeten straffen voldoende afschrikwekkende werking hebben. Voor deelname aan een drugslaboratorium worden daarom in de regel doorgaans langdurige gevangenisstraffen opgelegd.
De rechtbank houdt er rekening mee dat verdachte, hoewel betrokken bij twee drugslaboratoriums, wordt vrijgesproken voor de daadwerkelijke productie van harddrugs. Ook is er sprake van een forse overschrijding van de redelijke termijn. Gelet op de rol van verdachte en met name gelet op het tijdsverloop vindt de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op dit moment niet meer passend. De rechtbank zal daarom aan verdachte een taakstraf opleggen voor de duur van 360 uren. Nu sprake is van meerdaadse samenloop, waarvoor één taakstraf wordt opgelegd, mag deze de maximum duur van 240 uren overschrijden.209
Om de ernst van de feiten te benadrukken zal de rechtbank daarnaast een voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen voor de duur van 6 maanden, die tevens dient te voorkomen dat verdachte zich opnieuw schuldig maakt aan een strafbaar feit.
Toepassing van wetsartikelen
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9, 22c, 22d, 47, 48 en 57 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 2, 10 en 10a van de Opiumwet.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Uitspraak
De rechtbank
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1 primair en 2 primair is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 subsidiair en 2 subsidiair ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:
Een taakstraf voor de duur van 360 uren.
Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 180 dagen zal worden toegepast.
Beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf geheel in mindering zal worden gebracht naar
de maatstaf van 2 uren per dag inverzekeringstelling.
Een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden.
Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 2 jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Dit vonnis is gewezen door mr. W.S. Sikkema, voorzitter, mr. H. van der Werff en
mr. H.M. Lenting, rechters, bijgestaan door mr. M. Linde en mr. R.G. Bakker-Dees, griffiers, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 8 mei 2025.
Mr. H. van der Werff en mr. H.M. Lenting zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
1. Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpaginas, zijn dit paginas uit het dossier van de politie
Eenheid Noord-Nederland, Dienst Regionale Recherche, met het proces-verbaal nummer 2021052624 (genaamd SORA), doorgenummerd 1 tot en met 1684, met losse aanvullingen. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van voornoemd dossier.
2 Paginas 1056A en 1058.
3 Paginas 1120 en 1151.
4 Paginas 1120 en 1151.
5 Paginas 1121 en 1151.
6 Pagina 1152.
7 Pagina 719.
8 Pagina 635.
9 Pagina 1174.
10 Pagina 1174.
11 Pagina 1174.
12 Pagina 1175.
13 Pagina 1175.
14 Pagina 1175.
15 Pagina 1210.
16 Pagina 1175.
17 Pagina 1210.
18 Paginas 1357 tot en met 1362.
19 Paginas 1348 tot en met 1353.
20 Paginas 1409 en 1410.
21 Pagina 1176.
22 Pagina 972.
23 Paginas 149, 1492 en 1512.
24 Paginas 403, 1227 en 1315.
25 Paginas 1492 en 1508.
26 Feit van algemene bekendheid: uit Google maps blijkt de afstand tussen [plaats] en [plaats] ongeveer 6
kilometer te zijn.
27 Paginas 1492 en 1501.
28 Paginas 1363 tot en met 1367.
29 Pagina 1411.
30 Pagina 1176.
31 Paginas 1527 tot en met 1530.
32 Pagina 1286.
33 Paginas 1492 en 1512.
34 Pagina 1176.
35 Pagina 1286.
36 Paginas 1493 en 1512.
37 Pagina 1411.
38 Paginas 1176 en 1177.
39 Pagina 1286.
40 Pagina 1494.
41 Pagina 1412.
42 Pagina 1412.
43 Pagina 1413.
44 Pagina 1414.
45 Pagina 1414.
46 Pagina 1177.
47 Paginas 1177 tot en met 1179.
48 Pagina 1414.
49 Pagina 1404.
50 Pagina 1414.
51 Paginas 1445 en 1446.
52 Pagina 1414.
53 Pagina 1404.
54 Pagina 1414.
55 Paginas 1286, 1494, 1495 en 1512.
56 Paginas 1319 en 1494.
57 Feit van algemene bekendheid: uit Google maps blijkt de afstand tussen [plaats] en [plaats] ongeveer 5
kilometer te zijn.
58 Paginas 1494 en 1508.
59 Pagina 1192.
60 Pagina 1180.
61 Google translate: tartaric in het Engels betekent in het Nederlands wijnsteenzuur.
62 Pagina 1415.
63 Pagina 1415.
64 Paginas 1415 en 1416.
65 Pagina 1417.
66 Pagina 1417.
67 Paginas 1418 en 1419.
68 Pagina 1419.
69 Pagina 1179.
70 Pagina 1179.
71 Pagina 1192.
72 Paginas 1286, 1495 en 1512.
73 Pagina 1420.
74 Pagina 1420.
75 Pagina 1421.
76 Pagina 1422.
77 Pagina 1422.
78 Pagina 1422.
79 Paginas 1422, 1423 en 1424.
80 Paginas 1424 en 1425.
81 Pagina 1179.
82 Pagina 1425.
83 Paginas 1169 tot en met 1172 en 1182 tot en met 1184.
84 Paginas 1425 en 1426.
85 Paginas 1425 en 1426.
86 Pagina 1527
87 Pagina 1193.
88 Paginas 1290, 1496 en 1513.
89 Pagina 1260.
90 Pagina 1243.
91 Pagina 1260.
92 Pagina 1244.
93 Pagina 1245.
94 Pagina 1260.
95 Pagina 1246.
96 Paginas 1247 en 1260.
97 Pagina 1319.
98 Pagina 1518
99 Pagina 1315 tot en met 1317
100 Pagina 1520.
101 Pagina 1316.
102 Paginas 1426 en 1427.
103 Pagina 1427.
104 Pagina 1428.
105 Pagina 1428.
106 Pagina 1180.
107 Pagina 1180.
108 Pagina 1260.
109 Paginas 1248 en 1249.
110 Pagina 1193.
111 Pagina 1291.
112 Pagina 1513.
113 Pagina 1180.
114 Pagina 1431.
115 Paginas 1431 en 1432.
116 Pagina 1404.
117 Pagina 1404.
118 Pagina 1432.
119 Pagina 1404.
120 Pagina 1432.
121 Paginas 1216 en 1217.
122 Paginas 1224 en 1226.
123 Pagina 1520.
124 Pagina 1513.
125 Pagina 1193.
126 Pagina 1181.
127 Pagina 1300.
128 Pagina 1236.
129 Paginas 1250, 1251, 1252 en 1260.
130 Pagina 1295.
131 Pagina 1319.
132 Paginas 584, 592 en 593.
133 Pagina 4 van het getuigenverhoor van [medeverdachte] bij de rechter-commissaris d.d. 1 april 2022.
134 Pagina 1404.
135 Paginas 1432 en 1433.
136 Pagina 1433.
137 Pagina 1181.
138 Pagina 1404.
139 Pagina 1434.
140 Pagina 1404.
141 Pagina 1435.
142 Pagina 1196.
143 Pagina 1404.
144 Pagina 1435.
145 Pagina 1513.
146 Pagina 1404.
147 Pagina 1404.
148 Pagina 1435.
149 Pagina 1435.
150 Pagina 1404.
151 Paginas 1435 en 1436.
152 Paginas 1204 en 1205.
153 Pagina 1209.
154 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 24 maart 2025.
155 Pagina 1632.
156 Paginas 1643, 1644 en 1674.
157 Pagina 1684.
158 Paginas 1643, 1644, 1674 en 1675.
159 Pagina 1684.
160 Paginas 1643, 1644 en 1675.
161 Pagina 1684.
162 Pagina 1684.
163 Paginas 1456, 1457 en 1458.
164 Pagina 1462.
165 Pagina 1463.
166 Paginas 1465 en 1466.
167 Pagina 1466.
168 Paginas 1467 en 1468.
169 Paginas 1468, 1631, 1632 en 1633.
170 Pagina 1469 en 1472.
171 Paginas 1473 en 1474.
172 Paginas 1474 en 1475.
173 Pagina 1476.
174 Pagina 1476.
175 Pagina 1477.
176 Pagina 1478.
177 De verklaring van verdachte [verdachte] ter terechtzitting van 24 maart 2025.
178 Pagina 1348 ev.
179 Pagina 1478.
180 Pagina 1363 ev.
181 Pagina 1478.
182 Pagina 1357 ev.
183 Pagina 1479.
184 Pagina 1479.
185 Pagina 1480.
186 Pagina 1358, 1360 en 1361
187 Paginas 1319 en1320.
188 Pagina 1406.
189 Pagina 1407.
190 Pagina 1632.
191 Pagina 635.
192 Pagina 1175.
193 Pagina 1407.
194 Pagina 1408.
195 Paginas 403, 1535 en 1536.
196 Paginas 1348, 1449, 1350.
197 Paginas 1500, 1501 en 1508.
198 Pagina 1501.
199 Pagina 1176.
200 Paginas 456, 457, 1580 en 1581.
201 Pagina 1512.
202 Paginas 456, 457, 1580 en 1581.
203 Pagina 1512.
204 Paginas 1415 en 1416.
205 Pagina 1418.
206 Paginas 1204 en 1205.
207 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 24 maart 2025.
208 Pagina 1643.