ECLI:NL:RBNNE:2025:1610
Rechtbank Noord-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van de rechter in een bestuursrechtelijke procedure met betrekking tot de Participatiewet
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Nederland op 14 maart 2025 een verzoek tot wraking van mr. M.W. de Jonge, bestuursrechter, behandeld. Het wrakingsverzoek werd ingediend door een verzoeker die eerder optrad als gemachtigde voor partijen in een procedure tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente, dat een uitkering op grond van de Participatiewet introk. Het verzoeker heeft het wrakingsverzoek ingediend na de mondelinge uitspraak van de rechter, waarin hem werd geweigerd bijstand te verlenen aan de betrokken partijen. De rechtbank oordeelde dat het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk was, omdat de verzoeker op het moment van indienen van het verzoek geen gemachtigde meer was van een partij in de zin van artikel 8:15 Awb. De rechtbank stelde vast dat het wrakingsverzoek niet door of namens een partij was ingediend, maar dat de verzoeker zich enkel wilde beklagen over de beslissing van de gewraakte rechter. De rechtbank kwam daarom niet toe aan de inhoudelijke beoordeling van het verzoek en verklaarde het verzoek niet-ontvankelijk. De procedure met het bijbehorende zaaknummer werd voortgezet in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek.