Op 20 oktober 2023 heeft betrokkene, als bestuurder van een personenauto, een boete van € 119,00 opgelegd gekregen op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv) voor het handelen in strijd met een geslotenverklaring in beide richtingen aan het Van Harenspad in Heerenveen. Betrokkene heeft tegen deze boete beroep ingesteld bij de officier van justitie, die het beroep ongegrond verklaarde. Hierna heeft betrokkene beroep ingesteld bij de kantonrechter, die de zaak op 11 maart 2025 heeft behandeld. Tijdens de zitting waren de gemachtigde van betrokkene en de vertegenwoordiger van de officier van justitie, mr. P. Belopavlovic, aanwezig. De kantonrechter heeft na de zitting onmiddellijk uitspraak gedaan.
De kantonrechter heeft het beroep gegrond verklaard en de boete vernietigd. De gemachtigde van betrokkene voerde aan dat de verkeersregels en rijinrichtingen niet duidelijk waren en dat betrokkene zich aan de laad- en lostijden hield. De vertegenwoordiger van de officier van justitie stelde dat van de weggebruiker verwacht mag worden dat hij oplettend is op de aanwezige bebording en dat er een waarschuwingsperiode was. De kantonrechter oordeelde dat uit informatie van de gemeente bleek dat er een geslotenverklaring was, maar dat er geen bewijs was van de gedraging. Aangezien betrokkene op een vrijdag om 10:36 uur de geslotenverklaring is ingereden, kon de gedraging niet worden vastgesteld, waardoor het beroep gegrond werd verklaard.
De kantonrechter heeft de beslissing van de officier van justitie vernietigd en bepaald dat het bedrag van de zekerheidstelling aan betrokkene wordt gerestitueerd. Betrokkene kan binnen zes weken na de datum van deze beslissing hoger beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, mits het (hoger) beroepschrift wordt ingediend bij de rechtbank Noord-Nederland, Afdeling Bestuursrecht, locatie Groningen, met vermelding van het zaaknummer.