ECLI:NL:RBNNE:2024:930
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering van toestemming voor beveiligingswerkzaamheden op basis van betrouwbaarheidseisen
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Groningen, op 14 maart 2024, wordt het beroep van eiser tegen de weigering van de korpschef van politie om toestemming te verlenen voor beveiligingswerkzaamheden beoordeeld. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. W.G. ten Have, had een aanvraag ingediend via zijn werkgever, maar deze werd afgewezen op basis van eerdere veroordelingen voor geweldsdelicten. De korpschef had in zijn besluit van 10 januari 2023 en het daaropvolgende bestreden besluit van 22 juni 2023 aangegeven dat de betrouwbaarheid van eiser niet voldoende was voor de functie van beveiliger, gezien zijn criminele verleden en de aard van de gepleegde misdrijven.
De rechtbank oordeelt dat de korpschef in redelijkheid tot deze conclusie heeft kunnen komen. Eiser had eerder een taakstraf opgelegd gekregen voor openlijk geweld en er waren recente meldingen van agressief gedrag. De rechtbank benadrukt dat aan beveiligers hogere eisen van betrouwbaarheid en integriteit worden gesteld dan aan andere beroepsgroepen. Eiser betoogde dat hij zijn leven had gebeterd en dat de incidenten inmiddels ver in het verleden lagen, maar de rechtbank oordeelt dat de korpschef de weigering terecht heeft gehandhaafd. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en bevestigt de beslissing van de korpschef om geen toestemming te verlenen voor de beveiligingswerkzaamheden.