Op 17 december 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, zittingsplaats Leeuwarden, een mondelinge uitspraak gedaan in een zaak onder de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). De zaak betreft een betrokkene die een sanctie van € 109,00 had ontvangen voor het parkeren van zijn voertuig op een groenstrook aan de Anna Maria van Schurmansingel te Franeker op 16 juli 2022. De betrokkene was niet ter zitting verschenen, maar had wel zijn standpunt naar voren gebracht. Hij stelde dat het niet duidelijk was dat parkeren op de groenstrook verboden was, aangezien er veel andere voertuigen stonden en het verkeersbord niet duidelijk aangaf dat het verbod gold voor de verharde parkeerplaatsen achter de groenstrook.
De kantonrechter, mr. C.H. de Groot, overwoog dat de situatie ter plaatse onduidelijk was. De groenstrook was vol met auto’s en er stond een parkeerbord naast de strook. In het verleden had er een onderbord gehangen dat aangaf dat parkeren op het gazon niet was toegestaan, wat bijdroeg aan de verwarring. De kantonrechter concludeerde dat de verlaagde stoeprand leek op een oprit, wat de situatie verder complicaties gaf. Gezien deze omstandigheden besloot de kantonrechter de opgelegde sanctie te matigen tot nihil, ondanks het feit dat de betrokkene de gedraging niet betwistte.
De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke verkeersborden en de verantwoordelijkheid van verkeersdeelnemers om alert te zijn op hun omgeving, vooral als zij onbekend zijn met de locatie. De kantonrechter vernietigde de beslissing van de officier van justitie en bepaalde dat de zekerheidstelling aan de betrokkene moest worden terugbetaald. De betrokkene heeft de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem - Leeuwarden, indien hij het niet eens is met deze beslissing.