Op 27 november 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, onder leiding van mr. Th. A. Wiersma, een beslissing genomen op een verzoek tot verschoning van mr. C.M. Telman, die betrokken was bij een wrakingsprocedure. Het verzoek tot verschoning werd ingediend omdat mr. Telman privé-contacten onderhoudt met de gewraakte rechter. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheden zodanig waren dat mr. Telman zich niet vrij voelde om een beslissing te nemen in de zaak. Dit leidde tot de conclusie dat het verzoek tot verschoning moest worden toegewezen, wat betekent dat mr. Telman niet langer deel uitmaakt van de wrakingskamer die de wraking behandelt onder zaaknummer C/18/240345 KG RK 24-348.
De rechtbank benadrukte het belang van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechters. Het verschoningsverzoek werd niet ter zitting behandeld, in tegenstelling tot een wrakingsverzoek, en de beslissing werd genomen op basis van de ingediende stukken. De rechtbank stelde vast dat er voldoende redenen waren om aan te nemen dat de rechter zich niet onpartijdig kon opstellen, wat essentieel is voor het vertrouwen van rechtzoekenden in het rechtssysteem. De beslissing om het verzoek tot verschoning toe te wijzen, werd unaniem genomen door de rechters in de meervoudige kamer.
De rechtbank heeft ook bepaald dat de wraking voortgezet wordt in de stand waarin deze zich bevond op het moment van het indienen van het verschoningsverzoek. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open, wat betekent dat de uitspraak definitief is.