ECLI:NL:RBNNE:2024:4468
Rechtbank Noord-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Beëindiging gezamenlijk gezag en ontzegging omgang voor zes maanden gelet op de psychische toestand van de vader
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 27 september 2024 een beschikking gegeven inzake het gezamenlijk gezag en de omgangsregeling van twee minderjarige kinderen, [kind 1] en [kind 2], geboren op respectievelijk 23 oktober 2014 en 18 februari 2017. De vrouw, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. R.A. Schütz, heeft verzocht om het gezamenlijk gezag te beëindigen en de man, die niet in rechte verschenen is, het recht op omgang te ontzeggen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man lijdt aan ernstige psychische problematiek, waaronder een bipolaire stoornis, en dat dit een negatieve impact heeft op de kinderen. De vrouw heeft aangegeven dat de kinderen bang zijn voor de man en geen omgang met hem willen. De Raad voor de Kinderbescherming heeft geadviseerd dat de kinderen hulp nodig hebben en dat omgang onder begeleiding van een professionele instantie moet plaatsvinden. De rechtbank heeft geoordeeld dat er een onaanvaardbaar risico is dat de kinderen klem of verloren raken tussen de ouders en dat het in het belang van de kinderen is dat de vrouw alleen met het gezag wordt belast. De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw toegewezen en de man het recht op omgang voor de duur van zes maanden ontzegd, gekoppeld aan de maximale duur van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg.