Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
- “ Kom vandaag jou vader laten lakke.”
- “ Je gaat maar naar Turkije en daar breken ze de botten van de baby en trekken ze het er wel uit".
- “ Ik ga je doodmaken en het kind gaat mee het graf in.” althans woorden van gelijke dreigende aard ofstrekking;
- zich naar de woning van die [slachtoffer] te begeven en daarvan een filmpje te maken en/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen en/of via berichten aan haar toe te sturen: “Vanaf vandaag is de dag jegaat weer sco2 bellen kkr domme hoer wil. Vandaag mij 3 b. Kkr hoer vandaag wil k mij kkr geld. Kkr dikzak.” en/of “Anders gaat anders lopen allemaal. Bel me is ga je zien zelf waar k ben want je denkt k kom niet kkr pussy.“ en/of “Vandaag mij 3 b. Kkr hoer vandaag wil k mij kkr geld. Kkr dikzak." en/of “Kom vandaag jou huis. Zorg maar dat niemand thuis is Want deze x ga k pas weg Wnr k me doekoe heb Kkr pussy”, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking en/of
- tegen die [slachtoffer] te zeggen dat bij weigering van betalen “alles anders zou gaan lopen”, althanswoorden van gelijke dreigende aard of strekking, terwijl de uitvoering van dat misdrijf niet is voltooid;
- een wapen van categorie II, onder 3 van de Wet wapens en munitie, te weten een hagelgeweer(ingekort), dubbelloops basculerend (juxtaposée), kaliber 12, zijnde een vuurwapen dat zodanig was vervaardigd of gewijzigd dat het dragen niet of minder zichtbaar was en/of dat de aanvalskracht werd verhoogd en/of
- een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een (omgebouwd) pistool,
Beoordeling van het bewijs
"je gaat maar naar Turkije en daar breken ze de botten van de baby en trekken ze het er wel uit". Los van de vraag of op basis van deze enkele verklaring van [slachtoffer] kan worden aangenomen dat verdachte deze uitlating ook daadwerkelijk heeft gedaan, is de rechtbank van oordeel dat deze uitlating op zichzelf bezien geen bedreiging oplevert. Deze uitlating, hoe misplaatst en grof deze ook moge zijn, ziet volgens de rechtbank enkel op de wens van verdachte dat de zwangerschap van [slachtoffer] wordt beëindigd. Van een bedreiging met enig misdrijf tegen het leven en/of zware mishandeling van [slachtoffer] en/of [slachtoffer] is bij een uitlating in deze vorm geen sprake, zodat verdachte in zoverre dient te worden vrijgesproken.
“Ik ga je doodmaken en het kind gaat mee het graf in..”. De rechtbank stelt echter vast dat het dossier geen ondersteuning bevat voor het feit dat verdachte een bericht met deze inhoud heeft gestuurd aan [slachtoffer] . Naar het oordeel van de rechtbank kan op basis van alleen de verklaring van [slachtoffer] dan ook niet worden vastgesteld dat verdachte deze uitlating heeft gedaan. Het feit dat verdachte heeft erkend dat hij uit boosheid meerdere berichten heeft gestuurd en niet meer exact weet welke bewoordingen hij heeft gebruikt, is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende om buiten redelijke twijfel aan te nemen dat verdachte ook deze op zichzelf bezien bedreigende uitlating heeft gedaan. De rechtbank merkt daarbij op in geen van de berichten die in het dossier zijn opgenomen sprake is van een dergelijke concrete doodsbedreiging, zodat ook niet gezegd kan worden dat deze uitlating past in de overige vastgelegde uitlatingen van verdachte.
”Kom vandaag jou vader laten lakke”is de rechtbank van oordeel dat niet buiten redelijke twijfel kan worden vastgesteld dat deze uitlating als een bedreiging in de zin van artikel 285 van het Wetboek van Strafrecht kan worden gekenmerkt. Het gaat daarbij met name over de vraag welke betekenis aan het woord lakke dient te worden gegeven. Verdachte heeft verklaard dat hij hiermee heeft bedoeld te zeggen dat de vader van [slachtoffer] , [slachtoffer] , moest betalen als [slachtoffer] dat niet zou doen. Gelet op de overige berichten en de grondslag van het conflict acht de rechtbank deze uitleg niet onbegrijpelijk of buiten twijfel ongeloofwaardig. Dat [slachtoffer] deze uitlating anders heeft geïnterpreteerd, doet niet af aan het feit dat deze uitlating op zichzelf bezien, naar het oordeel van de rechtbank geen bedreiging met een misdrijf tegen het leven of zware mishandeling oplevert.
(de rechtbank begrijpt: verdachte)heeft gisteren, woensdag 31 januari 2024 voor ons huis gestaan. Hij stuurde mij zelfs een filmpje dat hij voor ons huis stond. (...) Ook had ik van [verdachte] 300 Euro gekregen. En dat is nu het bedrag wat hij terug wil, met desnoods geweld. (...)
Anders gaat anders lopen allemaal. Bel me is ga je zien zelf waar k ben want je denkt k kom niet kkr pussy” en “
Kom vandaag jou huis. Zorg maar dat niemand thuis is Want deze x ga k pas weg Wnr k me doekoe heb
- zich naar de woning van die [slachtoffer] te begeven en daarvan een filmpje te maken en
- tegen die [slachtoffer] te zeggen en/of via berichten aan haar toe te sturen: “Vanaf vandaag is de dag jegaat weer sco2 bellen kkr domme hoer wil. Vandaag mij 3 b. Kkr hoer vandaag wil k mij kkr geld. Kkr dikzak.” en/of “Anders gaat anders lopen allemaal. Bel me is ga je zien zelf waar k ben want je denkt k kom niet kkr pussy.“ en/of “Kom vandaag jou huis. Zorg maar dat niemand thuis is Want deze x ga k pas weg Wnr k me doekoe heb Kkr pussy”, en
- tegen die [slachtoffer] te zeggen dat bij weigering van betalen “alles anders zou gaan lopen”, terwijl deuitvoering van dat misdrijf niet is voltooid;
- een wapen van categorie II, onder 3 van de Wet wapens en munitie, te weten een hagelgeweer(ingekort), dubbelloops basculerend (juxtaposée), kaliber 12, zijnde een vuurwapen dat zodanig was vervaardigd of gewijzigd dat het dragen niet of minder zichtbaar was en/of dat de aanvalskracht werd verhoogd en
- een wapen van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een (omgebouwd) pistool,
Veroordeelt verdachte tot: een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden.
een gedeelte, groot 6 maanden, niet zal worden ten uitvoer
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een ofmeer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van hetWetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.