In deze zaak heeft de kinderrechter op 28 augustus 2024 een beschikking gegeven over de machtiging voor gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, geboren in 2008. Het verzoek is ingediend door het college van B&W van de gemeente Eemsdelta, die de kinderrechter op 9 augustus 2024 heeft benaderd. De kinderrechter heeft de mondelinge behandeling op 21 augustus 2024 gehouden, waarbij de minderjarige, zijn advocaat, de vertegenwoordiger van het college, de moeder en de jeugdreclasseerder aanwezig waren. De minderjarige heeft in de gesloten setting van Harreveld positieve stappen gezet, maar er zijn zorgen over zijn onverwerkt trauma en de noodzaak van traumatherapie.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat er ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen zijn die de ontwikkeling van de minderjarige ernstig belemmeren. Ondanks dat de gekwalificeerde gedragswetenschapper niet instemt met het verzoek voor gesloten jeugdhulp, heeft de kinderrechter geoordeeld dat de huidige situatie en het ontbreken van alternatieve plekken een voortzetting van de gesloten plaatsing noodzakelijk maken. De kinderrechter heeft de machtiging voor gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van drie maanden, tot 1 december 2024, om de minderjarige de kans te geven zijn traumatherapie af te ronden en een goede basis te creëren voor zijn toekomst.
De kinderrechter heeft benadrukt dat de machtiging voor gesloten jeugdhulp een ingrijpende maatregel is en daarom voor de kortst mogelijke periode moet worden verleend. De beslissing is openbaar uitgesproken door de kinderrechter in aanwezigheid van de griffier.