Op 25 juni 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die zich schuldig heeft gemaakt aan zware mishandeling. De verdachte heeft op 23 september 2023 in Assen het slachtoffer met een mes in het gezicht gesneden, wat heeft geleid tot een snijwond en een blijvend litteken. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 100 uren en een gevangenisstraf van 221 dagen, waarvan 180 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank heeft de zaak behandeld op basis van het onderzoek ter terechtzitting van 11 juni 2024, waarbij de verdachte aanwezig was en bijgestaan door zijn advocaat, mr. P.R. Logemann. Het Openbaar Ministerie was vertegenwoordigd door mr. A.H.P. Polstra.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte het primair ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen acht. De verdachte heeft het feit bekend en er zijn voldoende bewijsmiddelen gepresenteerd, waaronder de verklaring van de verdachte en proces-verbaal van de politie. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals zijn jonge leeftijd en het feit dat hij niet eerder met justitie in aanraking is gekomen. Ondanks de ernst van het feit, heeft de rechtbank besloten om een deels onvoorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen, rekening houdend met de positieve ontwikkelingen in het leven van de verdachte.
Daarnaast heeft de benadeelde partij, het slachtoffer, een vordering tot schadevergoeding ingediend van 10.000 euro voor immateriële schade. De rechtbank heeft deze vordering gematigd en toegewezen tot een bedrag van 5.000 euro, met wettelijke rente vanaf de datum van de schade. De rechtbank heeft de verdachte ook verplicht om dit bedrag aan de benadeelde partij te betalen, met de mogelijkheid van gijzeling bij niet-betaling.