ECLI:NL:RBNNE:2024:2246

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
30 april 2024
Publicatiedatum
12 juni 2024
Zaaknummer
18-134994-23
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Meervoudige strafzaak tegen verdachte wegens identiteitsfraude, flessentrekkerij, gewoontewitwassen, verduistering in dienstbetrekking en oplichting

Op 30 april 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Leeuwarden uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere delicten, waaronder identiteitsfraude, flessentrekkerij, gewoontewitwassen, verduistering in dienstbetrekking en oplichting. De verdachte, geboren in 1996 en thans gedetineerd, heeft in de periode van januari 2023 tot en met juli 2023 goederen besteld bij verschillende webshops met gebruik van valse identiteitsgegevens en zonder deze te betalen. Dit leidde tot een schade van meer dan 16.740 euro voor de benadeelde partijen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte meerdere keren gebruik heeft gemaakt van de gegevens van anderen om goederen te verkrijgen, en dat zij daarbij op grove wijze misbruik heeft gemaakt van haar positie als pakketbezorger. De verdachte heeft bekend dat zij de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd, maar heeft zich op het standpunt gesteld dat niet alle feiten bewezen kunnen worden. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden voor behandeling en begeleiding. De rechtbank heeft ook de vordering van de benadeelde partijen toegewezen, met uitzondering van enkele vorderingen die niet ontvankelijk zijn verklaard. De rechtbank heeft de tenuitvoerlegging van eerdere voorwaardelijke straffen gelast, omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
Parketnummer 18-134994-23
ter terechtzitting gevoegd parketnummer 18-106443-23
vordering na voorwaardelijke veroordeling parketnummers 18-020279-21 en 21-003610-20
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 30 april 2024 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1996 te [geboorteplaats] , wonende [adres] ,
thans gedetineerd in de [instelling] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het inhoudelijke onderzoek ter terechtzitting van 16 april 2024.
De strafzaak met parketnummer 18-134994-23 is eerder behandeld op de zitting van 2 november 2023. De strafzaken met parketnummers 18-134994-23 en 18-106443-23 zijn eerder behandeld op de zitting van 30 januari 2024.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. P.R. Logemann, advocaat te Leeuwarden. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. S.G. Broekstra.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging op 16 april 2024, ten laste gelegd dat:
Parketnummer 18-134994-231
zij in of omstreeks de periode tussen 4 januari 2023 tot en met 25 juli 2023 te [plaats] en/of Heerenveen, althans in de provincie Friesland, althans in Nederland, een beroep of een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich en/of een ander de beschikking over die goederen te verzekeren, door met de gegevens van bedrijven en/of private personen en op krediet van [bedrijf 1] in [bedrijf 1] en/of [bedrijf 1] (voorheen [bedrijf 1] ):
(zie lijst [bedrijf 1] op bijgevoegde DVD)
  • meermalen (te weten: 83 keer) Olaplex producten in de periode tussen januari 2023 tot en met juli 2023 te bestellen bij (onder meer) de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 22] / [bedrijf 23] en/of [bedrijf 4] en/of
  • meermalen (te weten: 26 keer) schoenen (te weten: Panama Jack laarzen en/of Dr. Martens laarzen) in de periode tussen januari 2023 tot en met april 2023 te bestellen bij (onder meer) de [bedrijf 5] , [bedrijf 6] , [bedrijf 7] / [bedrijf 8]
en/of
  • meermalen (te weten: 10 keer) parfum in de periode tussen januari 2023 en maart 2023 te bestellen bij (onder meer) de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 9] , [bedrijf 10] en/of [bedrijf 11] en/of
  • meermalen (te weten: 5 keer) haarproducten en/of hairextenstions in de periode tussen januari 2023 en juni 2023 te bestellen bij (onder meer) de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 12] , [bedrijf 13] en/of [bedrijf 22] / [bedrijf 23] en/of
  • meermalen (te weten: 3 keer) hoesjes voor telefoons/tablets en/of een Dell laptop in de periode tussen januari 2023 tot en met april 2023 te bestellen bij de [bedrijf 14] en/of [bedrijf 15] en/of
  • meermalen (te weten: 3 keer) make-up en/of verzorgingsproducten te bestellen in de periode tussen januari 2023 tot en met mei 2023 bij de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 10] en/of [bedrijf 9] en/of
  • tweemaal een toiletmat te bestellen op 4 en 5 januari 2023 bij de webshops [bedrijf 16] en/of [bedrijf 17] en/of
  • de activiteit zelf rijden op het circuit 2 rondes te bestellen op 5 februari 2023 bij de webshop [bedrijf 18] en/of
  • tweemaal voederbakjes te bestellen op 17 en 20 januari 2023 bij de webshop [bedrijf 19] en/of
  • wasmiddel te bestellen op 10 januari 2023 bij de webshop [bedrijf 20] en/of
  • lingerie te bestellen op 16 februari 2023 bij de webshop [bedrijf 21] ;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
zij in of omstreeks de periode van 4 januari 2023 tot en met 25 juli 2023 te [plaats] en/of Heerenveen, althans in de provincie Friesland, althans in Nederland, meermalen (ten minste 137 keer) telkens met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, meerdere webshops (onder meer [bedrijf 2] , [bedrijf 10] , [bedrijf 40] schoenen, [bedrijf 22] en/of [bedrijf 12] ) en/of het bedrijf [bedrijf 1] en [bedrijf 1] en/of [bedrijf 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan
van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten tot de afgifte van goederen (waaronder Olaplex-producten, schoenen van het merk Panama Jack en/of verzorgingsartikelen) en/of
-door onder valse naam en/of voorwendselen op krediet van [bedrijf 1] in [bedrijf 1] en/of [bedrijf 1] (voorheen [bedrijf 1] ) krediet voor die (afgegeven) goederen te krijgen -, met een totaalwaarde van ten minste 16740,80 euro, door:
  • met de gegevens (onder andere naam en/of adres) van bedrijven en/of private personen veelvuldig goederen te bestellen op meerdere webshops en/of
  • die goederen te bestellen op krediet en/of betaling via [bedrijf 1] in [bedrijf 1] en/of [bedrijf 1] , waarbij verdachte op voorhand niet van plan was enig bedrag te betalen aan deze kredietverstrekker, althans [bedrijf 1] in [bedrijf 1] en/of [bedrijf 1] heeft opgelicht door goederen te bestellen en hier niet voor te betalen en/of
  • die goederen vervolgens te bemachtigen door deze te bestellen op naam en/of adres van personen op de route welke zij reed voor haar werk als pakketbezorger en/of het afleveradres te wijzigen naar een ophaalpunt;
2
zij in of omstreeks de periode tussen 11 februari 2022 tot en met 25 juli 2023 in Leeuwarden en/of [plaats] , althans in Nederland,
opzettelijk en wederrechtelijk meermalen identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander, te weten de namen en/of adresgegevens en/of KVK-nummers van bedrijven en/of personen (onder meer: [slachtoffer 3] Beheer BV, [slachtoffer 3] , [slachtoffer 3] , [naam 3] , [naam 4] , [naam 5] , [naam 11] , [bedrijf 26] , [bedrijf 27] , [naam 13] , [bedrijf 30] , [bedrijf 31] , [bedrijf 32] en [bedrijf 33] , [bedrijf 34] en/of [bedrijf 35] ), heeft gebruikt met het oogmerk om haar identiteit te verhelen en de identiteit van de ander te misbruiken, waardoor enig nadeel kon ontstaan, welk gebruik telkens erin bestond dat zij, verdachte met de gegevens van genoemde bedrijven en/of personen goederen heeft besteld bij meerdere webshops (onder meer: [bedrijf 2] , [bedrijf 22] , [bedrijf 36] , [bedrijf 37] , [bedrijf 10] en/of [bedrijf 38] ) zonder deze te betalen;
3
zij in of omstreeks de periode tussen 2 september 2022 tot en met 25 juli 2023, te [plaats] , althans in Nederland
(van) een groot aantal goederen, onder meer: Olaplex producten en/of schoenen van het merk Panama Jack en/of Dr. Martens en/of luxe- en beautyproducten
Sub a
  • de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of heeft verhuld, dan wel
  • heeft verborgen en/of heeft verhuld wie de rechthebbende(n) op dat/die voorwerp(en) was/waren, en/of
  • heeft verborgen en/of heeft verhuld wie dat/die voorwerp(en) voorhanden had(den)
Sub b
  • heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet, en/of
  • gebruik heeft gemaakt
terwijl zij, verdachte, wist dat dat/die voorwerp(en) - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig (eigen) misdrijf en zij, verdachte van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt;
4
zij in of omstreeks de periode tussen 28 december 2022 tot en met 27 maart 2023 te [plaats] en/of
[plaats] , althans in de provincie Friesland, althans in Nederland, meermalen opzettelijk goederen en/of postpakketten, in elk geval enig goed, die geheel of ten dele toebehoorden aan webshops, te weten onder meer: [bedrijf 2] en/of [bedrijf 10] en/of [bedrijf 40] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en welke goederen en/of pakketten verdachte uit hoofde van haar persoonlijke dienstbetrekking, te weten als chauffeur voor het bedrijf [bedrijf 41] en/of als pakketbezorger voor [bedrijf 42] , in elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, telkens wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
5
zij op of omstreeks 6 juli 2023 te [plaats] , althans in Nederland met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten een geldbedrag van 75 euro, door
  • de indruk te wekken dat zij, verdachte, in bezit was van een jacuzzi door zich op Facebook voor te doen als aanbieder/verkoper van een jacuzzi Lay-z-Spa en/of
  • zich voor te doen als het bedrijf [bedrijf 35] te [plaats] (door gebruik van naam en/of adresgegevens) en/of
  • met die [naam 18] af te spreken een aanbetaling te doen op een bankrekening t.n.v. [bedrijf 35] , waarna het resterende bedrag na ontvangen van de jacuzzi betaald diende te worden, terwijl verdachte wist dat zij niet in het bezit was van voorgenoemde jacuzzi en aldus de jacuzzi niet kon leveren;
Parketnummer 18-106443-23
zij in of omstreeks de periode tussen 8 september 2022 tot en met 19 september 2022 te Leeuwarden, althans in Nederland
meermalen opzettelijk pakketten, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehoorde aan [bedrijf 43] en/of [bedrijf 44] Parcel Leeuwarden, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, en welk goed verdachte uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking, te weten pakketbezorger, elk geval anders dan door misdrijf onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
zij in of omstreeks de periode tussen 8 september 2022 tot en met 19 september 2022 te Leeuwarden, althans in Nederland
meermalen pakketten, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [bedrijf 43] en/of [bedrijf 44] Parcel Leeuwarden, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie

Parketnummer 18-134994-23
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd van feit 1 primair, 2, 3, 4 en 5.
Parketnummer 18-106443-23
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd van het primair ten laste gelegde feit.

Standpunt van de verdediging

Parketnummer 18-134994-23
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de feiten kunnen worden bewezen verklaard.
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman bepleit verdachte vrij te spreken van de bestelling bij de webshop [bedrijf 38] , vanwege de stellige ontkenning van verdachte.
Parketnummer 18-106443-23
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat het feit kan worden bewezen verklaard.

Oordeel van de rechtbank

Parketnummer 18-134994-231
Feit 1
De verdachte heeft bekend dat zij het onder 1 primair ten laste gelegde heeft gepleegd, zoals hierna blijkt uit de bewezenverklaring. Door haar is niet om vrijspraak van het feit gevraagd. De rechtbank volstaat, op grond van het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, Sv., met een opgave van de bewijsmiddelen zonder de inhoud ervan weer te geven:
  • de aangifte van [naam 7] namens [bedrijf 1]2;
  • de aanvullende verklaring van [naam 7]3;
  • het proces-verbaal van bevindingen4;
  • een schriftelijk bescheid, te weten de Excellijst aangeleverd door [bedrijf 1]5;
  • de bekennende verklaring van verdachte.6
Feit 2
De verdachte heeft bekend dat zij het onder 2 ten laste gelegde heeft gepleegd, zoals hierna blijkt uit de bewezenverklaring. Door haar is niet om vrijspraak van het feit gevraagd. De rechtbank volstaat, op grond van het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, Sv., met een opgave van de bewijsmiddelen zonder de inhoud ervan weer te geven:
  • de aangifte van [slachtoffer 2]7;
  • de aangifte van [slachtoffer 3]8;
  • de aangifte van [slachtoffer 3]9;
  • de aangifte van [naam 9]10;
  • de verklaring van getuige [naam 4]11;
  • de verklaring van getuige [naam 11]12;
  • de verklaring van getuige [naam 10]13;
  • de verklaring van getuige [naam 12]14;
  • de verklaring van getuige [naam 13]15;
  • de verklaring van getuige [naam 14]16;
  • het proces-verbaal van bevindingen17;
  • het proces-verbaal van bevindingen18;
  • de verklaring van getuige [naam 15]19;
  • de bekennende verklaring van verdachte20.
De rechtbank overweegt ten aanzien van de bestelling geplaatst bij webshop [bedrijf 38] als volgt.
Aangever [slachtoffer 2] heeft verklaard dat iemand zonder zijn toestemming op naam van zijn bedrijf [slachtoffer 3] Beheer BV bestellingen heeft gedaan bij webshops. Op 15 juni 2023 heeft aangever een brief gekregen van een openstaande factuur in verband met een aankoop bij [bedrijf 22] . Op 21 juni 2023 heeft aangever een brief gekregen van een openstaande factuur in verband met een aankoop bij [bedrijf 38] . Aangever heeft deze bestellingen niet gedaan.21
Uit onderzoek blijkt dat de bestelling van [bedrijf 38] is bezorgd op het adres [adres] in [plaats] , te weten het adres van de oma van verdachte.22
Verdachte heeft bekend dat zij de bestelling bij [bedrijf 22] heeft gedaan.23
Deze bewijsmiddelen laten geen andere uitleg toe dan dat verdachte, ondanks haar stellige ontkenning, zich ook schuldig heeft gemaakt aan de bestelling bij webshop [bedrijf 38] . Verdachte heeft immers bekend dat zij met de bedrijfsgegevens van [slachtoffer 2] de bestelling bij webshop [bedrijf 22] heeft gedaan. Dezelfde bedrijfsgegevens zijn in diezelfde periode gebruikt voor de bestelling bij webshop [bedrijf 38] . Verdachte heeft, zoals uit de hiervoor opgesomde bewijsmiddelen blijkt, ook vaker gebruik gemaakt van gegevens van personen die dezelfde achternaam hebben als zijzelf. Daarbij komt dat de bestelling bij [bedrijf 38] is bezorgd op het adres van de oma van verdachte.
Feit 3
De verdachte heeft bekend dat zij het onder 3 ten laste gelegde heeft gepleegd, zoals hierna blijkt uit de bewezenverklaring. Door haar is niet om vrijspraak van het feit gevraagd. De rechtbank volstaat, op grond van het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, Sv., met een opgave van de bewijsmiddelen zonder de inhoud ervan weer te geven:
  • het proces-verbaal van bevindingen24;
  • het proces-verbaal van bevindingen25;
  • het proces-verbaal van bevindingen26;
  • de bekennende verklaring van verdachte27.
Feit 4
De verdachte heeft bekend dat zij het onder 4 ten laste gelegde heeft gepleegd, zoals hierna blijkt uit de bewezenverklaring. Door haar is niet om vrijspraak van het feit gevraagd. De rechtbank volstaat, op grond van het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, Sv., met een opgave van de bewijsmiddelen zonder de inhoud ervan weer te geven:
  • de aangifte van [naam 17]28;
  • de bekennende verklaring van verdachte29.
Feit 5
De verdachte heeft bekend dat zij het onder 5 ten laste gelegde heeft gepleegd, zoals hierna blijkt uit de bewezenverklaring. Door haar is niet om vrijspraak van het feit gevraagd. De rechtbank volstaat, op grond van het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, Sv., met een opgave van de bewijsmiddelen
zonder de inhoud ervan weer te geven:
  • de aangifte van [slachtoffer 4]30;
  • de bekennende verklaring van verdachte31.
Parketnummer 18-106443-2332
De verdachte heeft bekend dat zij het primair ten laste gelegde heeft gepleegd, zoals hierna blijkt uit de bewezenverklaring. Door haar is niet om vrijspraak van het feit gevraagd. De rechtbank volstaat, op grond van het bepaalde in artikel 359, derde lid tweede volzin, Sv., met een opgave van de bewijsmiddelen zonder de inhoud ervan weer te geven:
  • de aangifte van [naam 19]33;
  • de bekennende verklaring van verdachte34.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht de feiten met parketnummer 18-134994-23 onder 1 primair, 2, 3, 4 en 5 en met parketnummer 18-106443-23 primair wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
Parketnummer 18-134994-23
1. primair
zij in de periode tussen 4 januari 2023 tot en met 25 juli 2023 in de provincie Friesland, een gewoonte heeft gemaakt van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren, door met de gegevens van bedrijven en private personen en op krediet van [bedrijf 1] (voorheen [bedrijf 1] ):
  • meermalen te weten: 83 keer Olaplex producten te bestellen bij onder meer de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 22] / [bedrijf 23] en [bedrijf 4] en
  • meermalen te weten: 26 keer schoenen te weten: Panama Jack laarzen en Dr. Martens laarzen te bestellen bij de [bedrijf 5] , [bedrijf 6] , [bedrijf 7] / [bedrijf 8] en
  • meermalen te weten: 10 keer parfum te bestellen bij de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 9] , [bedrijf 10] en [bedrijf 11] en
  • meermalen te weten: 5 keer haarproducten en hairextenstions te bestellen bij de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 12] , [bedrijf 13] en [bedrijf 22] / [bedrijf 23] en
  • meermalen te weten: 3 keer hoesjes voor telefoons/tablets en een Dell laptop te bestellen bij de [bedrijf 14] en [bedrijf 15] en
  • meermalen te weten: 3 keer make-up en verzorgingsproducten te bestellen bij de webshops [bedrijf 2] , [bedrijf 10] en [bedrijf 9] en
  • tweemaal een toiletmat te bestellen bij de webshops [bedrijf 16] en [bedrijf 17] en
  • de activiteit zelf rijden op het circuit 2 rondes te bestellen bij de webshop [bedrijf 18] en
  • tweemaal voederbakjes te bestellen bij de webshop [bedrijf 19] en
  • wasmiddel te bestellen bij de webshop [bedrijf 20] en
  • lingerie te bestellen bij de webshop [bedrijf 21] .
2
zij in de periode tussen 11 februari 2022 tot en met 25 juli 2023 in Nederland,
opzettelijk en wederrechtelijk meermalen identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander, te weten de namen en adresgegevens en KVK-nummers van bedrijven en personen onder meer: [slachtoffer 3] Beheer BV, [slachtoffer 3] , [slachtoffer 3] , [naam 3] , [naam
4] , [naam 5] , [naam 11] , [bedrijf 26] , [bedrijf 27] , [naam 13] , [bedrijf 30] , [bedrijf 31] , [bedrijf 32] en [bedrijf 33] en [bedrijf 34] , heeft gebruikt met het oogmerk om haar identiteit te verhelen en de identiteit van de ander te misbruiken, waardoor enig nadeel kon ontstaan, welk gebruik telkens erin
bestond dat zij, verdachte met de gegevens van genoemde bedrijven en personen goederen heeft besteld bij meerdere webshops onder meer: [bedrijf 2] , [bedrijf 22] , [bedrijf 36] , [bedrijf 37] , [bedrijf 10] en [bedrijf 38] zonder deze te betalen.
3
zij in de periode tussen 2 september 2022 tot en met 25 juli 2023, in Nederland
een groot aantal goederen, onder meer: Olaplex producten en schoenen van het merk Panama Jack en Dr. Martens en luxe- en beautyproducten
Sub b
- heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet,
terwijl zij, verdachte, wist dat die voorwerpen - onmiddellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf en zij, verdachte van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt.
4
zij in de periode tussen 28 december 2022 tot en met 27 maart 2023 in de provincie Friesland, meermalen opzettelijk postpakketten, die toebehoorden aan webshops, te weten onder meer: [bedrijf 2] en [bedrijf 10] en [bedrijf 40] , en welke pakketten verdachte uit hoofde van haar persoonlijke dienstbetrekking, te weten als chauffeur voor het bedrijf [bedrijf 41] , onder zich had, telkens wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
5
zij op 6 juli 2023 te [plaats] , met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en een valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten een geldbedrag van 75 euro, door
  • de indruk te wekken dat zij, verdachte, in bezit was van een jacuzzi door zich op Facebook voor te doen als aanbieder/verkoper van een jacuzzi Lay-z-Spa en
  • zich voor te doen als het bedrijf [bedrijf 35] te [plaats] (door gebruik van naam en adresgegevens) en
  • met die [naam 18] af te spreken een aanbetaling te doen op een bankrekening t.n.v. [bedrijf 35] , waarna het resterende bedrag na ontvangen van de jacuzzi betaald diende te worden,
terwijl verdachte wist dat zij niet in het bezit was van voorgenoemde jacuzzi en aldus de jacuzzi niet kon leveren.
Parketnummer 18-106443-23Primair
zij in de periode tussen 8 september 2022 tot en met 19 september 2022 te Leeuwarden,
meermalen opzettelijk pakketten, toebehoorde aan [bedrijf 43] , en welk goed verdachte uit hoofde van haar persoonlijke dienstbetrekking, te weten pakketbezorger, onder zich had, wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde levert op:
Parketnummer 18-134994-23
1. primair Een gewoonte maken van het kopen van goederen met het oogmerk om zonder volledige betaling zich de beschikking over die goederen te verzekeren.
2. Opzettelijk en wederrechtelijk identificerende persoonsgegevens, niet zijnde biometrische persoonsgegevens, van een ander gebruiken met het oogmerk om zijn identiteit te verhelen en de identiteit van de ander te misbruiken, waardoor uit dat gebruik enig nadeel kan ontstaan, meermalen gepleegd.
3. Van het plegen van witwassen een gewoonte maken.
4. Verduistering gepleegd door hem die het goed uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich heeft, meermalen gepleegd.
5. Oplichting.
Parketnummer 18-106443-23
Primair Verduistering gepleegd door hem die het goed uit hoofde van zijn persoonlijke dienstbetrekking onder zich heeft, meermalen gepleegd.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan een gedeelte van 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren met daarbij de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft gepleit tot oplegging van een gevangenisstraf van 24 maanden, met aftrek van voorarrest, waarvan een gedeelte van 12 maanden voorwaardelijk met de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden met uitzondering van de middelencontrole. Het is in het belang van de maatschappij dat verdachte zo snel mogelijk kan beginnen met de behandeling van haar problematiek.
Oordeel van de rechtbank
Algemeen
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en de rapporten van de psycholoog en de reclassering, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere gevallen van identiteitsfraude en een veelvoud aan vermogensdelicten, zoals flessentrekkerij, verduistering in dienstbetrekking, oplichting en witwassen.
Verdachte heeft misbruik gemaakt van persoons- en bedrijfsgegevens van anderen om zo bestellingen te doen bij webshops. Verdachte heeft zich in het geheel niet bekommerd om de slachtoffers van de identiteitsfraude die zij overlast en nadeel heeft bezorgd.
Bij het plaatsen van bestellingen heeft verdachte telkens gebruik gemaakt van de mogelijkheid om achteraf te betalen zoals via [bedrijf 1] (voorheen [bedrijf 1] ). Verdachte wist op die manier goederen te bemachtigen zonder daarvoor te betalen. Daardoor is door [bedrijf 1] in zeven maanden tijd meer dan vijftienduizend euro aan schade geleden.
Verdachte is deels door haar werk als pakketbezorger (bij [bedrijf 44] en [bedrijf 41] ) in het bezit van bestellingen gekomen. Verdachte heeft op grove wijze en op grote schaal bewust misbruik gemaakt van haar positie als pakketbezorger. Door haar handelen heeft zij het vertrouwen van haar werkgevers telkens ernstig beschaamd. Ook heeft zij haar werkgever ( [bedrijf 44] ) financiële schade toegebracht. Het handelen van verdachte schaadt ook meer in het algemeen het vertrouwen dat werkgevers in hun werknemers moeten kunnen hebben.
Nadat verdachte tot twee keer toe als pakketbezorger is ontslagen (bij [bedrijf 44] en [bedrijf 41] ) heeft zij de bestellingen laten versturen naar afhaalpunten waar zij zich niet hoefde te legitimeren voor het ophalen van de bestelde pakketten.
De bestelde pakketten die verdachte tot haar beschikking kreeg zijn door haar verkocht via sociale media. Hiermee hij zij zich tevens schuldig gemaakt aan gewoontewitwassen.
Daarnaast heeft zij zich schuldig gemaakt aan oplichting door via internet een jacuzzi te verkopen, terwijl zij wist dat zij die niet kon leveren. Het geld heeft zij wel geïncasseerd en gebruikt.
Bij het plegen van al deze feiten heeft verdachte zich enkel laten leiden door haar persoonlijk belang en geldelijk gewin. Zij heeft misbruik gemaakt van het algemene vertrouwen dat in het economisch verkeer moet kunnen worden gesteld in de wijze waarop (via webshops, maar ook sociale media) goederen worden gekocht en verkocht. Zij is gewetenloos en geraffineerd te werk gegaan.
Documentatie
De rechtbank heeft kennisgenomen van een uittreksel justitiële documentatie van 19 februari 2024, waaruit blijkt dat verdachte eerder (op 25 mei 2022 en 23 december 2022) wegens soortgelijke feiten is veroordeeld. Een deel van de feiten is gepleegd in lopende proeftijden.
Een deel van de feiten is tevens gepleegd voor genoemde veroordelingen, zodat de rechtbank rekening zal houden met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.
Persoon van verdachte
Uit het psychologisch onderzoek Pro Justitia van 21 december 2023, opgesteld door M.M.M. Verberk, GZ- psycholoog blijkt het volgende.
Geconcludeerd is dat bij verdachte sprake is van een autismespectrum stoornis en een persoonlijkheidsstoornis met antisociale, narcistische en borderline trekken. Verdachte heeft in aanleg beperkte empathische vermogens en is vanwege autisme in aanleg weinig flexibel. Deze beperkingen beïnvloeden de persoonlijkheidsontwikkeling. Door negatieve ervaringen met haar omgeving ontwikkelde verdachte wantrouwen en een instabiel zelfbeeld. Ze beredeneert vanuit egocentrisch perspectief en handelt puur uit motivatie tot eigen gewin. Hierbij maakt ze misbruik van anderen om eigen doelen te behalen en heeft ze het gevoel bijzondere rechten te hebben ten koste van anderen.
De stoornissen hebben verdachte haar gedragskeuzes en gedragingen ten tijde van de feiten beïnvloed. Het lukt verdachte vanuit haar rigiditeit in denken en beperkte oplossingsvaardigheden niet verschillende oplossingen tegen elkaar af te wegen. Haar frauduleuze handelen heeft dermate dwangmatige en geroutineerde vormen aangenomen dat zij dit niet meer zelfstandig kan stoppen en rigide blijft vasthouden aan dit gedragspatroon. Gelet hierop wordt geadviseerd om verdachte de feiten verminderd toe te rekenen.
De rechtbank acht verdachte op basis van voornoemd deskundigenadvies ten tijde van het plegen van het bewezenverklaarde verminderd toerekeningsvatbaar.
De psycholoog heeft de kans op herhaling op een soortgelijk delict ingeschat als hoog. Verdachte laat zich leiden door antisociale motieven en ervaart weinig rem op antisociaal gedrag wegens de beperkte empathische vermogens. Het patroon in het plegen van vermogensdelicten is hardnekkig en sancties en interventies hebben tot dusver de kans op herhaling niet verkleind. Op maatschappelijk gebied zijn er verschillende factoren die bijdragen aan de kans op herhaling, zoals schulden, geen passende huisvesting en een zeer beperkt sociaal netwerk. Er zijn weinig beschermende factoren, met uitzondering van het feit dat verdachte gemotiveerd is voor verandering en behandeling en zij steun ervaart van haar moeder. De motivatie van verdachte is vermoedelijk enkel aanwezig vanwege detentie.
Geadviseerd is de oplegging van een deels voorwaardelijke straf met als bijzondere voorwaarden ambulante behandeling en begeleid wonen.
Bij aanvulling van 8 maart 2024 op voornoemd rapport heeft de psycholoog nader uitgelegd dat de problematiek van verdachte blijvend is. De stoornissen van verdachte zullen niet verdwijnen, maar verdachte zal moeten leren met de eigenschappen en kenmerken van deze stoornissen om te gaan. De stoornissen zullen haar dan minder belemmeren in haar functioneren en herhaling kan worden voorkomen. Het zijn geen stoornissen die een acuut toestandsbeeld bewerkstelligen waarbij het cruciaal is dat er direct behandeling volgt. Een langdurige detentie zal de problematiek van verdachte niet verergeren, noch verbeteren. Een ambulante behandeling zal enkel op een later moment van start gaan. Een langdurige detentie zal de kans van slagen van ambulante behandeling niet negatief beïnvloeden.
Uit het meest recente reclasseringsadvies van 26 maart 2024, opgesteld door [naam 20] , reclasseringswerker van Reclassering Nederland (Utrecht), blijkt dat de kans op herhaling en het risico op onttrekken aan voorwaarden wordt ingeschat als hoog. De reclassering stelt vast dat er nog geen behandeling dan wel begeleid wonen-instelling is ingezet die, naast de persoonlijkheidsstoornis, ook aansluit bij de autisme spectrum stoornis van verdachte. Daar dient nu in eerste instantie op ingezet te worden. Tijdens detentie kan worden gezocht naar een voor verdachte passende instelling voor begeleid wonen. Van belang is dat de instelling voldoende kennis heeft van de meervoudige problematiek van verdachte en dat er sprake is van voldoende structuur en duidelijke, strakke regels. Afhankelijk van die plek zal een passende behandelinstelling worden gezocht die ook kennis heeft van de meervoudige
stoornissen en problematiek van verdachte. Verder zal de behandelrelatie veel aandacht krijgen om te zorgen dat verdachte zich meewerkend opstelt en openstelt.
Geadviseerd is de oplegging van een (deels) voorwaardelijke straf met de bijzondere voorwaarden: meldplicht bij de reclassering, ambulante behandeling (met mogelijkheid tot een kortdurende klinische opname), begeleid wonen of maatschappelijke opvang, dagbesteding, meewerken aan schuldhulpverlening en meewerken aan middelencontrole.
Straf
De rechtbank is van oordeel dat een vrijheidsstraf de enige passende straf is, gelet op de aard en ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, alsmede de recidive van verdachte. Door een lichtere strafrechtelijke afdoening van de zaak zou dat miskend worden. Bijzondere omstandigheden die tot een ander oordeel moeten leiden, vindt de rechtbank niet aanwezig. Naast een onvoorwaardelijke gevangenisstraf dient tevens sprake te zijn van een intensieve behandeling van verdachte in een voldoende dwingend kader om herhaling te voorkomen.
Alles afwegend legt de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf van 30 maanden op, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren om verdachte er in de toekomst van te weerhouden wederom strafbare feiten te plegen en de oplegging van de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden mogelijk te maken. Verdachte heeft aangegeven open te staan voor behandeling. De rechtbank vindt het ook in het belang van de maatschappij dat verdachte zich laat behandelen om te voorkomen dat verdachte in de toekomst opnieuw in de fout zal gaan.
Ten aanzien van de bijzondere voorwaarden ziet de rechtbank geen redenen om een middelenverbod op te leggen, omdat niet blijkt dat daarmee de kans op herhaling kan worden voorkomen of ingeperkt.

Inbeslaggenomen goederen

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft de verbeurdverklaring gevorderd van de in beslag genomen goederen.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft gepleit tot verbeurdverklaring van de in beslag genomen goederen.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat op de Lijst van inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerpen met een strafrechtelijk beslagtitel van 19 februari 2024 de navolgende voorwerpen zijn vermeld:
Pakketpost (goednummer 1626560)
3 stuks kleding (goednummer 1627724); 1 jas en 2 polos van PostNL.
De rechtbank stelt vast dat uit het procesdossier (pagina 336) blijkt dat de onder 2 genoemde kledingstukken zijn teruggegeven aan de rechthebbende, te weten PostNL. Een beslissing over deze in beslag genomen voorwerpen is dan ook niet meer nodig.
De rechtbank acht het inbeslaggenomen voorwerp, te weten de onder 1 genoemde pakketpost, vatbaar voor verbeurdverklaring nu met behulp van dit voorwerp het feit is begaan en deze toebehoort aan verdachte.

Benadeelde partij

De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
[slachtoffer 1] (parketnummer 18-134994-23, feit 1 primair), tot een bedrag van 16.740,85 ter vergoeding van materiële schade,
[slachtoffer 2] (parketnummer 18-134994-23, feit 2), tot een bedrag van 500,00 ter vergoeding van materiële schade,
[slachtoffer 3] (parketnummer 18-134994-23, feit 2), tot een bedrag van 250,00 ter vergoeding van immateriële schade,
[slachtoffer 4] (parketnummer 18-134994-23, feit 5), tot een bedrag van 75,00 ter vergoeding van materiële schade,
telkens vermeerderd met wettelijke rente.
Standpunt van de officier van justitie
[slachtoffer 1]
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] volledig kan worden toegewezen.
De officier van justitie heeft expliciet gesteld dat oplegging van de schadevergoedingsmaatregel achterwege kan blijven, omdat de kern van de bedrijfsactiviteiten van de benadeelde partij bestaan uit het incasseren van openstaande betalingen.
[slachtoffer 2]
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij in de vordering niet- ontvankelijk is, omdat het verlies van werktijd onvoldoende is onderbouwd.
[slachtoffer 3] en [slachtoffer 4]
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] kunnen worden toegewezen met toepassing van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunt van de verdediging
[slachtoffer 1] en [slachtoffer 4]
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de vorderingen van de benadeelde partijen toewijsbaar zijn.
[slachtoffer 2]
De raadsman heeft bepleit de benadeelde partij in de vordering niet-ontvankelijk te verklaren.
[slachtoffer 3]
De raadsman heeft de grondslag van de vordering van de benadeelde partij betwist.
Oordeel van de rechtbank
[slachtoffer 1]
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder parketnummer 18-134994-23 onder 1 primair bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte niet door verdachte is betwist, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 25 juli 2023.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
De rechtbank overweegt dat de schadevergoedingsmaatregel het bevorderen van het vergoeden van de schade door verdachte beoogt en dat hiermee de positie van het slachtoffer wordt versterkt ten aanzien van het innen van de vordering. Nu het slachtoffer een rechtspersoon betreft die als bedrijfsactiviteit het innen van openstaande schulden heeft, is de rechtbank van oordeel dat het slachtoffer in staat moet worden geacht de vordering te innen. De rechtbank is van oordeel dat oplegging van een schadevergoedingsmaatregel in dit geval voorbij gaat aan het doel en de strekking van de maatregel. De rechtbank ziet daarom in dit geval af van oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
[slachtoffer 2]
Hoewel voldoende aannemelijk is dat de benadeelde partij schade heeft geleden die het rechtstreeks gevolg is van het bewezen verklaarde, beschikt de rechtbank over onvoldoende informatie om de hoogte daarvan te kunnen beoordelen. Niet nader is gespecificeerd welke uren verlies van werktijd betreffen dan wel verlies van werktijd vanwege reistijd. Reistijd voor het doen van aangifte komt immers niet voor vergoeding in aanmerking.
Schorsing van het onderzoek om de benadeelde partij de hoogte van de schade alsnog te laten aantonen, zal leiden tot een onevenredige belasting van het strafgeding en daartoe zal dan ook niet worden overgegaan. De rechtbank zal de vordering daarom niet-ontvankelijk verklaren. De vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
[slachtoffer 3]
De benadeelde partij heeft vergoeding van immateriële schade gevorderd. Indien geen sprake is van lichamelijk letsel, zoals in dit geval, kan op grond van artikel 6:106 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek (BW) slechts een vergoeding voor immateriële schade worden toegekend indien de benadeelde partij in zijn eer of goede naam is geschaad of op andere wijze in zijn persoon is aangetast. Geestelijk letsel kan pas worden aangemerkt als aantasting van de persoon, indien de psychische gevolgen voldoende ernstig zijn. De door de benadeelde partij beschreven gevoelens van angst, schrik en boosheid vormen geen aantasting van de persoon als bedoeld in artikel 6:106 BW. Ernstige psychische schade, als hiervoor bedoeld, is door de benadeelde partij niet aangevoerd. De vordering tot vergoeding van immateriële schade wordt dan ook afgewezen.
[slachtoffer 4]
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder parketnummer 18-134994-23 onder 5 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte niet door verdachte is betwist, zal daarom worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 6 juli 2023.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
Vordering na voorwaardelijke veroordeling
Parketnummer 18-020279-21
Bij onherroepelijk vonnis van 23 december 2022 van de meervoudige strafkamer in de rechtbank Noord- Nederland te Leeuwarden, is verdachte veroordeeld tot -onder meer- een voorwaardelijke gevangenisstraf van 360 dagen met een proeftijd van 3 jaren. Daarbij is als algemene voorwaarde gesteld dat veroordeelde voor het einde van de proeftijd geen strafbare feiten zal plegen.
De officier van justitie heeft bij vordering van 29 december 2023 de tenuitvoerlegging gevorderd van de voorwaardelijke straf.
Parketnummer 21-003610-20
Bij onherroepelijk arrest van 25 mei 2022 van de meervoudige strafkamer in het gerechtshof Arnhem- Leeuwarden te Leeuwarden, is verdachte veroordeeld tot -onder meer- een voorwaardelijke gevangenisstraf van 457 dagen met een proeftijd van 3 jaren. Daarbij is algemene voorwaarde gesteld dat veroordeelde voor het einde van de proeftijd geen strafbare feiten zal plegen.
De officier van justitie heeft bij vordering van 28 december 2023 de tenuitvoerlegging gevorderd van de voorwaardelijke straf.
Standpunt van de officier van justitie
Parketnummer 18-020279-21
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering tot tenuitvoerlegging moet worden toegewezen, omdat verdachte voor het einde van de proeftijd wederom strafbare feiten heeft gepleegd.
Parketnummer 21-003610-20
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering tot tenuitvoerlegging moet worden afgewezen, omdat de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke gevangenisstraf al onherroepelijk is gelast.
Standpunt van de verdediging
Parketnummer 18-020279-21
De raadsman heeft bepleit de proeftijd te verlengen, omdat het in het belang van de maatschappij is dat verdachte zo snel mogelijk kan beginnen met de behandeling van haar problematiek.
Parketnummer 21-003610-20
De raadsman heeft zich niet expliciet uitgelaten omtrent de vordering tot tenuitvoerlegging.
Oordeel van de rechtbank
Parketnummer 18-020279-21
Nu veroordeelde de bewezenverklaarde feiten heeft begaan voor het einde van de proeftijd, zal de rechtbank de tenuitvoerlegging gelasten van deze voorwaardelijke straf. De rechtbank ziet geen redenen om te komen tot een ander oordeel, temeer nu de psycholoog heeft gesteld dat een langdurige detentie de kans van slagen van ambulante behandeling niet negatief beïnvloedt.
Parketnummer 21-003610-20
Nu veroordeelde de bewezenverklaarde feiten heeft begaan voor het einde van de proeftijd, zal de rechtbank de tenuitvoerlegging gelasten van deze voorwaardelijke straf. Dat de tenuitvoerlegging van de voorwaardelijke opgelegde gevangenisstraf reeds is gelast doet hieraan niets af. Er is immers geen rechtsregel die aan toewijzing in de weg staat.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 33, 33a, 36f, 57, 63, 231b, 321, 322, 326, 326a, 420bis en 420ter van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het met parketnummer 18-134994-23 onder 1 primair, 2, 3, 4 en 5 en met parketnummer 18- 106443-23 primair ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

Een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden.

Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.
Bepaalt dat van deze gevangenisstraf
een gedeelte, groot 12 maanden,niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op
3 jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.
Voorwaarde is, dat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig zal maken aan een strafbaar feit.
Stelt als bijzondere voorwaarden dat:
  • veroordeelde zich meldt bij de Reclassering Nederland op een door de reclassering te bepalen locatie, afhankelijk van waar (bij welke begeleide wooninstelling) veroordeelde gaat verblijven. Veroordeelde blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt.
  • veroordeelde zich laat behandelen door een forensische behandelinstelling, te bepalen door de reclassering. De behandeling richt zich (onder andere) op de persoonlijkheidsstoornis en de ASS problematiek en duurt zolang als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling.
Bij een terugval of verslechtering van het psychiatrische ziektebeeld kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende opname voor crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie en/of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende opname indiceert, zal veroordeelde zich, na goedkeuring door de rechter, laten opnemen in een zorginstelling voor zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. De justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing in forensische zorg bepaalt in welke zorginstelling de opname plaatsvindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. lang als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor haar heeft opgesteld.
  • veroordeelde verblijft in een instelling voor begeleid of beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf start direct volgend op de detentie. Het verblijf duurt zolang als de reclassering nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor haar heeft opgesteld.
  • veroordeelde zich inspant voor het vinden en behouden van passend werk, met een vaste structuur.
  • veroordeelde meewerkt aan het aflossen van haar schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Veroordeelde geeft openheid over haar financiële situatie. Ze geeft de reclassering inzicht in haar financiën en schulden.
Geeft aan voornoemde reclasseringsinstelling de opdracht als bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden.
Voorwaarden daarbij zijn dat de veroordeelde gedurende de proeftijd:
  • ten behoeve van het vaststellen van haar identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
  • medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen.

Verklaart verbeurd het in beslag genomen voorwerp, te weten:

1. Pakketpost (goednummer 1626560).
Ten aanzien van
de benadeelde partij [slachtoffer 1], parketnummer 18-134994-23, feit 1 primair.
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte om aan [slachtoffer 1] te betalen:
  • het bedrag van 16.740,85 (zegge: zestienduizend zevenhonderdveertig euro en vijfentachtig cent);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 25 juli 2023 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Ten aanzien van
de benadeelde partij [slachtoffer 2], parketnummer 18-134994-23, feit 2.
Verklaart de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] niet-ontvankelijk. De vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Bepaalt dat de benadeelde partij haar eigen proceskosten draagt.
Ten aanzien van
de benadeelde partij [slachtoffer 3], parketnummer 18-134994-23, feit 2. Wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] af.
Bepaalt dat de benadeelde partij haar eigen proceskosten draagt.
Ten aanzien van
de benadeelde partij [slachtoffer 4], parketnummer 18-134994-23, feit 5.
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte om aan [slachtoffer 4] te betalen:
  • het bedrag van 75,00 (zegge: vijfenzeventig euro);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 6 juli 2023 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 4] aan de Staat te betalen een bedrag van 75,00 (zegge: vijfenzeventig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 juli 2023 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 1 dag kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.

Beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer

18.020279-21:

Gelast de tenuitvoerlegging van de straf voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de meervoudige strafkamer van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, van 23 december 2022, te weten:

Een gevangenisstraf voor de duur van 360 dagen.

Beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer

21.003610-20:

Gelast de tenuitvoerlegging van de straf voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden, van 25 mei 2022, te weten:

Een gevangenisstraf voor de duur van 457 dagen.

Dit vonnis is gewezen door mr. L.S. Langius, voorzitter, mr. M.J. Dijkstra en
mr. H. Brouwer, rechters, bijgestaan door mr. R.G. Bakker-Dees, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 30 april 2024.
Mr. H. Brouwer en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
1. Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpaginas, zijn dit paginas uit het dossier van de politie, met
proces-verbaalnummer PL0100-2023134135, doorgenummerd 1 tot en met 412. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, opgemaakt proces-verbaal.
2 Paginas 52 en 53.
3 Paginas 60 en 61.
4 Pagina 63.
5 De Excellijst verstrekt door [bedrijf 1] , bijgevoegd op een DVD bij het onder voetnoot 1 genoemde
procesdossier.
6 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 16 april 2024.
7 Paginas 31 en 32.
8 Pagina 37.
9 Paginas 40 en 41.
10 Pagina 48.
11 Pagina 89.
12 Pagina 92.
13 Paginas 151 en 152.
14 Paginas 133 en 134.
15 Paginas 65 en 66.
16 Paginas 136 en 137.
17 Pagina 168.
18 Pagina 197.
19 Paginas 83 en 84.
20 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 16 april 2024.
21 Pagina 31.
22 Pagina 193.
23 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 16 april 2024.
24 Pagina 254.
25 Paginas 175 en 176.
26 Pagina 393.
27 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 16 april 2024.
28 Paginas 17, 18, 19 en 20.
29 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 16 april 2024.
30 Pagina 34.
31 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 16 april 2024.
32 Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpaginas, zijn dit paginas uit het dossier van de politie, met
proces-verbaalnummer PL0100-2022261218, doorgenummerd 1 tot en met 34. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren, opgemaakt proces-verbaal.
33 Paginas 5 en 6.
34 De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 16 april 2024.