ECLI:NL:RBNNE:2024:1674
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen erfpachtcanon door de Rechtbank Noord-Nederland
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, gedaan op 19 april 2024, wordt het beroep van eiseres tegen de niet-ontvankelijk verklaring van haar bezwaar tegen de erfpachtcanon beoordeeld. Eiseres had in 2017 een erfpachtovereenkomst gesloten met het dagelijks bestuur van Wetterskip Fryslân. In januari 2023 verzocht zij om verlaging van de erfpachtcanon, maar dit verzoek werd door verweerder afgewezen. Eiseres maakte bezwaar tegen deze afwijzing, maar verweerder verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk, omdat de afwijzing geen besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) was.
De rechtbank heeft op 13 maart 2024 de zaak behandeld, waarbij de gemachtigde van eiseres en de gemachtigden van verweerder aanwezig waren. De rechtbank oordeelt dat het sluiten van een erfpachtovereenkomst een privaatrechtelijke handeling is en dat de verzoeken van eiseres om verlaging van de erfpachtcanon niet onder de publiekrechtelijke besluiten vallen die vatbaar zijn voor bezwaar of beroep. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en dat eiseres geen recht heeft op terugbetaling van griffierecht of vergoeding van proceskosten.
De uitspraak benadrukt de scheiding tussen privaatrechtelijke en publiekrechtelijke handelingen en bevestigt dat de bestuursrechter niet bevoegd is om te oordelen over geschillen die voortvloeien uit privaatrechtelijke overeenkomsten zoals erfpachtovereenkomsten. De rechtbank verwijst naar relevante artikelen uit de Awb, waaronder artikel 1:3, dat de definitie van een besluit geeft, en concludeert dat de beroepsgrond van eiseres niet slaagt.