ECLI:NL:RBNNE:2024:1488

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
8 april 2024
Publicatiedatum
23 april 2024
Zaaknummer
194115
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging en verplichte zorg in het kader van geestelijke gezondheidszorg

Op 8 april 2024 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor een betrokkene, geboren op een onbekende datum en thans verblijvende op een onbekend adres. De beschikking volgde op een verzoek van de officier van justitie, ingediend op 18 maart 2024, ter verlenging van een crisismaatregel op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank heeft kennisgenomen van diverse bijlagen, waaronder medische verklaringen en een zorgplan, en heeft de mondelinge behandeling op dezelfde datum gehouden, waarbij de betrokkene niet aanwezig was, maar wel vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. P. Rijnsburger.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan verschillende psychische stoornissen, waaronder schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen, en dat dit leidt tot ernstig nadeel, zoals verwaarlozing en gevaar voor de veiligheid van anderen. De betrokkene heeft een geschiedenis van alcoholafhankelijkheid en vertoont verward gedrag, wat heeft geleid tot de noodzaak van verplichte zorg. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen mogelijkheden voor vrijwillige zorg zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is om de geestelijke gezondheid van de betrokkene te stabiliseren.

De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor de duur van zes maanden, met specifieke maatregelen zoals het toedienen van medicatie, het beperken van de bewegingsvrijheid, en het uitoefenen van toezicht. De rechtbank heeft de verzoeken van de advocaat van de betrokkene om bepaalde zorgvormen af te wijzen, maar heeft de noodzaak van het beperken van koffiedrinken erkend als een vorm van zorg die onder de verplichte zorg valt. De beschikking is mondeling gegeven en later schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie: Leeuwarden
Zaak-/rekestnr.: C/17/194115 / FA RK 24-531
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van
8 april 2024naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging aansluitend op een verlenging crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[Naam] ,
geboren op [geboortedatum] ,
wonende [woonadres] ,
thans verblijvende bij [verblijfsadres] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. P. Rijnsburger, kantoorhoudende te Leeuwarden.

1.Het procesverloop

1.1.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het verzoekschrift van de officier van justitie, ingekomen bij de griffie op 18 maart 2024, en van de volgende bijlagen:
  • de medische verklaring d.d. 15 maart 2024;
  • het zorgplan d.d. 14 maart 2024;
  • de zorgkaart d.d. 17 maart 2024;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur als bedoeld in artikel 5:15 Wvggz en het door de geneesheer-directeur opgestelde voorstel voor een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 5:17 lid 4 Wvggz d.d. 18 maart 2024;
  • gegevens over een eerder afgegeven crisismaatregel en machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel;
  • strafvorderlijke en justitiële gegevens als bedoeld in de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens;
  • een verklaring van de griffie dat het curatele- en bewindregister ten aanzien van betrokkene geen gegevens bevat.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 8 april 2024, op het verblijfsadres van betrokkene. Daarbij zijn de volgende personen gehoord:
  • mr. P. Rijnsburger, advocaat van betrokkene;
  • [Naam] , verpleegkundig specialist;
  • [Naam] , verpleegkundige.
1.3.
De officier van justitie is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.
1.4.
De rechtbank heeft betrokkene kort in haar kamer gesproken, waarbij ze zeer duidelijk heeft aangegeven dat ze niet aanwezig wil zijn. Ook bij haar advocaat heeft betrokkene aangegeven niet gehord te willen worden. Om die reden is de rechtbank van oordeel dat betrokkene niet bereid was om verder gehoord te worden. De mondelinge behandeling van het verzoek is in samenspraak met de advocaat vervolgens in een andere ruimte voortgezet zonder betrokkene, maar in bijzijn van de overige genoemden.

2.De beoordeling

2.1.
De rechter kan op verzoek van de officier van justitie een zorgmachtiging verlenen ten aanzien van betrokkene wanneer wordt voldaan aan de criteria en de doelen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:3 en 3:4 Wvggz. Verplichte zorg is zorg die ondanks verzet kan worden verleend.
Wanneer het gedrag van betrokkene als gevolg van een psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel, kan als uiterste middel verplichte zorg worden verleend, mits er geen mogelijkheden voor zorg op basis van vrijwilligheid zijn, er geen minder bezwarende alternatieven zijn, het verlenen van verplichte zorg evenredig is en redelijkerwijs te verwachten is dat het verlenen van verplichte zorg effectief is.
Verplichte zorg kan worden verleend om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen of de door een psychische stoornis bedreigde of aangetaste fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen.
De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
2.2.
Uit de overgelegde stukken en uit hetgeen tijdens de mondelinge behandeling naar voren is gekomen, is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van:
- schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen;
- middelgerelateerde en verslavingsstoornissen;
- neurocognitieve stoornissen.
2.3.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in:
  • ernstige verwaarlozing;
  • maatschappelijke teloorgang;
  • de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept;
  • de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
Betrokkene lijdt aan een psychotisch toestandsbeeld met reukhallucinaties en paranoïde wanen. Daarnaast lijkt er sprake van cognitief verval ten gevolge van langdurig ernstig alcoholgebruik. Betrokkene is langdurig onder behandeling bij het ACT team in verband met alcoholafhankelijkheid en dakloosheid. De afgelopen maanden is er sprake van verdere achteruitgang en een toename van verward gedrag. Na een klinische verslavingsbehandeling is betrokkene opgenomen binnen de GGZ waarna er in verband met een ontslagwens een crisismaatregel is afgegeven. Betrokkene is zeer achterdochtig. Betrokkene meent dat alles vies is en zij zegt overal vieze luchtjes te ruiken. Zo zegt zij dat zij bij een begeleide wandeling buiten in de stank van de verpleegkundige te hebben moeten lopen, wat ondragelijk was. Tevens zegt betrokkene dat er ontlasting in de wasmachine wordt gestopt zodat alle kleding er smerig uitkomt. Ook zou er ontlasting op het meubilair zijn gesmeerd. Volgens betrokkene zitten de kamers vol met schimmel wat dan maakt dat ook voedsel beschimmelt. Betrokkene is verbaal agressief naar de hulpverleners. Zij dreigt dat ze de ander een klap of schop zou kunnen geven, of dat ze de koppen in elkaar zal stompen. Daarnaast is betrokkene zeer zorg behoevend. Betrokkene komt niet tot algemene dagelijkse levensverrichtingen en heeft hiervoor verpleegkundige ondersteuning nodig. Zonder begrenzing drinkt betrokkene aanhoudend koffie. Betrokkene maakt tevens ongenuanceerde, onfatsoenlijke en platvloerse opmerkingen.
2.4.
Tijdens de mondelinge behandeling van het verzoek is gebleken dat betrokkene medicatie ontvangt welke zij accepteert. Het toestandsbeeld van betrokkene is enigszins verbeterd echter is zij nog volop in herstel. Het uitvoeren van diagnostiek is momenteel niet mogelijk omdat betrokkene snel overprikkeld is. Betrokkene verblijft alleen op de afdeling wat voor haar prettig is omdat zij een prikkelvrije omgeving nodig heeft. Momenteel wordt er gezocht naar een geschikte woonplek voor betrokkene waar haar 24-uur per dag intensieve begeleiding kan worden geboden.
2.5.
Voorgaande maakt dat betrokkene langer zorg nodig heeft voor het afwenden van ernstig nadeel en het stabiliseren van de geestelijke gezondheid van betrokkene. Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Betrokkene is zeer achterdochtig en zorgmijdend. Betrokkene wil met ontslag en zij zegt geen zorg nodig te hebben. Daarnaast is de zorgmachtiging noodzakelijk om voor betrokkene een geschikte woonplek te vinden. De rechtbank is van oordeel dat behandeling en medicatie noodzakelijk zijn om hiermee het ernstig nadeel af te wenden. Om die reden is verplichte zorg nodig.
2.6.
De rechtbank sluit aan bij de in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg deze zijn gebaseerd op het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur en bestaan uit:
  • het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
  • beperken van de bewegingsvrijheid;
  • insluiten;
  • uitoefenen van toezicht op betrokkene;
  • onderzoek aan kleding of lichaam;
  • onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
  • controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
  • aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
  • opnemen in een accommodatie.
De rechtbank wijst - zoals door de advocaat namens betrokkene is bepleit - de verplichte zorg in de vorm van het toedienen van vocht en voeding af nu dit niet noodzakelijk wordt geacht en daarmee een te ingrijpende maatregel is. Het eventueel verplicht beperken van koffiedrinken dient geschaard te worden onder de zorgvorm “aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten”.
2.7.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.8.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de (verzochte) duur van zes maanden.
2.9.
Na de mondelinge behandeling is een kennisgeving van de mondelinge uitspraak aan de zorgaanbieder uitgereikt.

3.De beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [Naam]
,geboren op [geboortedatum] , inhoudende dat gedurende de geldigheid van de machtiging bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
  • het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
  • beperken van de bewegingsvrijheid;
  • insluiten;
  • uitoefenen van toezicht op betrokkene;
  • onderzoek aan kleding of lichaam;
  • onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
  • controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
  • aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
  • opnemen in een accommodatie.
3.2.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk 8 oktober 2024;
3.3.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is mondeling gegeven op 8 april 2024 door mr. G.J. Baken, rechter, bijgestaan door de griffier en schriftelijk uitgewerkt en ondertekend op 16 april 2024.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
..
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!
fn. 998
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.