Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 april 2024 in de zaak tussen
[eiseres], te [plaatsnaam], eiseres
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ameland
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Procesbelang
Het perceel waarop het restaurant en het terras gerealiseerd zijn, heeft de bestemming “Natuurgebied met recreatieobjecten” en de aanduiding “C” (café/restaurant). Rondom het perceel is op de plankaart een rode onderbroken lijn getekend en binnen die belijning staat “70%”.
De zinsnede “voor zover aanwezig” in artikel 4.1.1 van de planregels brengt naar het oordeel van de rechtbank mee dat nieuwvestiging van een café-restaurant ten opzichte van de situatie ten tijde van ter inzagelegging van het ontwerpplan niet is toegestaan, maar dat betekent niet dat uitbreiding van de bebouwing die op dat moment ten behoeve van een bestaand café-restaurant aanwezig was is uitgesloten. Een andere lezing van deze bepaling ligt ook niet voor de hand tegen de achtergrond van artikel 4.3.1. Voor zomerhuizen en woningen wordt daarin namelijk uitdrukkelijk bepaald dat ze uitsluitend in hun gegeven afmetingen ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan in stand mogen worden gehouden. Voor het café-restaurant wordt echter een maximale oppervlakte van 250 m² voorgeschreven, en een verwijzing naar de afmetingen ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpplan ontbreekt. Ook uit de hiervoor bedoelde zinsnede in artikel 4.1.1 vloeit dus niet voort dat uitbreiding van het restaurant ten opzichte van de situatie op het moment dat het ontwerpplan ter inzage werd gelegd is uitgesloten.
Uit de aanvraag en de daarbij behorende tekeningen en uit de toelichting op de zitting blijkt dat het terras, zoals dat is vergund, in essentie bestaat uit een constructie van houten palen met windschermen van glas. Tegen die achtergrond is de rechtbank van oordeel dat het gerealiseerde terras een bouwwerk is. Omdat noch uit de aanvraag, noch uit de besluiten blijkt dat de vergunning ziet op het aanbrengen van overkapping van enige soort, is het terras niet aan te merken als gebouw.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
mr.S.G. Steenbergen, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op
19 april 2024.
mede te ondertekenen