[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] 1996 te [geboorteplaats] , wonende te [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 20 maart 2024.
Verdachte is verschenen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. S.E. Eijzenga.
Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij, op of omstreeks 9 september 2021 te Ter Apel, althans in Nederland en (vanuit) Duitsland en/of Oostenrijk, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen, een ander, te weten:
- [slachtoffer 1] , en/of
- [slachtoffer 2]
behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot of doorreis door Nederland, en/of die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] in een auto van Oostenrijk via Duitsland naar Nederland te vervoeren en/of over de grens te brengen, terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat die toegang of doorreis wederrechtelijk was;
2.
hij, in of omstreeks de periode 13 november 2019 tot en met 9 september 2021 te Ter Apel, althans in Nederland, en (vanuit) Duitsland, meermalen althans eenmaal, telkens, op een telefoon (Apple iPhone Xs Max, IMEI [nummer] ), althans een
gegevensdrager, afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken heeft verspreid en/of heeft ingevoerd en/of heeft verworven en/of in het bezit heeft gehad en/of en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de penis oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, en/of het met de penis oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
te weten, afbeeldingsnummers in Overzicht Geselecteerde Afbeeldingen en Toonmap:
- video 1 ( [bestandsnaam] .mp4),
- video 2 ( [bestandsnaam] .mp4),
- video 3 ( [bestandsnaam] .mp4), en/of
- video 4 ( [bestandsnaam] .mp4).
Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling voor de feiten gevorderd die hij te bewijzen acht op grond van de zich in het dossier bevindende bewijsmiddelen.
Standpunt van verdachte
Verdachte heeft beide feiten ontkend. Ten aanzien van feit 1 heeft hij verklaard dat hij pas tijdens de reis in Duitsland ontdekte dat de in de tenlastelegging genoemde personen asiel in Nederland wilden aanvragen.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank constateert dat verdachte ter terechtzitting aanvankelijk heeft aangegeven dat hij bij de marechaussee naar waarheid heeft verklaard. Echter, toen hij tijdens de behandeling werd geconfronteerd met voor hem belastende onderdelen uit zijn verklaringen, heeft hij gesteld dat hij door de spanningen die hij op dat moment ervoer, toch niet steeds juist heeft verklaard.
De rechtbank overweegt dat zij geen reden heeft om aan de juistheid van de eerder door verdachte afgelegde verklaringen te twijfelen, temeer nu deze verklaringen op essentiële onderdelen door andere bewijsmiddelen worden ondersteund. De rechtbank houdt verdachte dan ook aan de verklaringen die hij bij marechaussee heeft afgelegd.
De rechtbank past ten aanzien van het onder 1 en 2 ten laste gelegde de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aanhouding d.d. 9 september 2021, opgenomen op pagina 24 e.v. van het dossier van de Koninklijke Marechaussee, Landelijk Tactisch Commando, Brigade Oostgrens-Noord, met nummer PL27NN/21-002849, ongedateerd, inhoudend als relaas van verbalisanten:
Op donderdag 9 september 2021, omstreeks 09:30 uur, zagen wij een personenauto, voorzien van het Duitse kenteken [kenteken] , stil staan bij het [bedrijf] te Ter Apel. Wij zagen dat er een persoon in het grasveld nabij dit voertuig stond en aan het bellen was. Wij vroegen aan de werkneemster van het [bedrijf] of de persoon in het gras ook bij het voertuig hoorde. Wij hoorde haar tegen ons zeggen: "Ja, en er zitten nu nog twee personen in het voertuig". Hierop hebben wij de personen in het voertuig en de persoon die naast het voornoemd voertuig in het gras stond, gecontroleerd op identiteit, nationaliteit en verblijfsrechtelijke positie. Tijdens de controle zagen wij een manspersoon naar ons toe lopen. Wij hoorden hem zeggen dat hij de bestuurder is van voornoemd voertuig.
Ik, [naam] , zag dat de bestuurder van het voertuig mij een Duitse Aufenthaltstitel met goedgelijkende foto overhandigde. Ik zag dat deze persoon [verdachte] heette en geboren was op [geboortedatum] -1996 te [geboorteplaats] .
Ik, [naam] , zag de bijrijder van het voertuig mij een Duitse Aufenthaltstitel met goedgelijkende foto overhandigde. Ik zag dat deze persoon [medeverdachte] heette en geboren was op [geboortedatum] - 1999 te [geboorteplaats] .
Ik, [naam] , vroeg aan de man op de achterbank van het voertuig mij een document te tonen waaruit zijn identiteit, nationaliteit en verblijfsrechtelijke positie kon blijken en hoorde hem zeggen: "No paspoort".
Ik, [naam] , vroeg aan de persoon op het gras nabij het voertuig, mij een document te tonen waaruit zijn identiteit, nationaliteit en verblijfsrechtelijke positie kon blijken. Ik, [naam] hoorde hem tegen mij zeggen: "No document". Ik hoorde hem zeggen middels Arabische tolk: "Die heb ik niet".
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 september 2021, opgenomen op pagina 183 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op 9 september 2021 is onder verdachte [medeverdachte] , een telefoon Apple iPhone XS inbeslaggenomen. Ik trof daarop aan:
(p. 184) Foto/video galerij: 07-09-2021 11: 26 uur:
Een filmpje waar een huurauto zichtbaar is met het Duitse kenteken: [kenteken] . Op het filmpje met het voertuig [kenteken] is verdachte [verdachte] te zien met formulieren in zijn hand.
Whatsapp: Gesprek tussen [medeverdachte] en + [telefoonnummer] (verdachte [verdachte] zichtbaar op profielfoto)
09-09-2021
00:07 uur [medeverdachte] stuurt 1 afbeelding van een treinreis begin onbekend met als eindbestemming Keulen
00:12 uur [medeverdachte] stuurt 1 afbeelding van een gedeelte van een treinreis met als eindbestemming Keulen.
04:22 uur [medeverdachte] stuurt een afbeelding van een treinreis van Mannheim naar Keulen.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 maart 2021, opgenomen op pagina 187 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisanten:
Onderzoek naar de Apple iPhone XS, die op donderdag 9 september 2021 onder [verdachte] , in beslag is genomen.
(p. 189) In de periode van 08-09-2021 13:43:33 tot en met 09-09-2021 07:42:39, vindt het volgende gesprek plaats tussen [verdachte] en het nummer + [telefoonnummer] .
Woensdag 08-09-2021
16:06 uur [verdachte] (audiobericht): Ik heb begrepen dat ik het geld hier van de personen zou krijgen, maar ze zeiden dat ze allemaal het geld hebben op geldkantoor gereserveerd. Dus als ik kom, dan heb ik geen genoeg geld voor het tanken en om daar te kunnen komen. Dat haal ik niet. [naam] , vooral de personen die naar Nederland moeten. Die van Keulen, is het niet zo een groot probleem, maar van Keulen moet ik nog 4 uur verder om die van Nederland weg te brengen.
18:36 uur [verdachte] (audiobericht): Chef, hoe is het verder? Ik heb echt moeilijk.
(p. 190) 22:02 uur + [telefoonnummer] (audiobericht):
We hadden met z'n drieën over twee malen afgesproken. Maar ik heb een extra malen voor jullie binnen Duitsland geregeld. Die zijn extra.
22:32 uur + [telefoonnummer] (audiobericht): Zeg het maar, heb je al iemand naar bestemming gebracht of niet en waar ben je nu? Stuur je locatie naar mij?
(p. 191) 05:45 uur [verdachte] (audiobericht): Ik ben aan het slapen. Probeer 200 te regelen voor mijn om terug te kunnen keren.
07:27 uur [verdachte] (audiobericht): los het op a.u.b.
07:27 uur + [telefoonnummer] (audiobericht): ze zijn twee personen. elke geeft jou 200 dan heb je 400. Laat ze aan jou betalen en ze kunnen 400 aftrekken van hun reservering. Oké.
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 9 september 2021, opgenomen op pagina 103 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 2] :
(p. 104) Na 3 dagen in Oostenrijk kwam een jonge man naar ons toe die bracht ons naar een park.
(p. 105) Eenmaal in het park moesten wij een kwartier wachten. Toen kwam er een auto aan. Toen zei de jongen dat wij hier in moesten stappen. De auto waar wij instapten betrof hetzelfde voertuig waar wij vandaag in zijn gecontroleerd. Met wij bedoel ik [slachtoffer 1] en ik.
Er zat 1 persoon in het voertuig toen wij instapten, dit was de chauffeur. De chauffeur is vandaag ook hier toen wij werden gecontroleerd. De bijrijder is degene die in Duitsland is ingestapt. Bij de controle was hij ook aanwezig, deze zat naast de chauffeur. Het was de bedoeling dat zij ons naar Ter Apel zouden brengen.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 10 september 2021, opgenomen op pagina 109 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 2] :
(p. 111) V: Welke nationaliteiten bezit u? A: De Syrische nationaliteit.
(p. 116) V: Heeft u uw documenten aan de chauffeur getoond? A: Nee.
V: Heeft de chauffeur om uw documenten gevraagd? A: Nee.
V: Wat heeft u de chauffeur over u verteld?
A: Hij vroeg aan mij waar ik heen ga. En ik gaf aan dat ik naar Nederland ging.
A: Ik zei tegen de chauffeur dat ik in Ter Apel uit de auto zou stappen. De chauffeur zei tegen ons "ik breng jullie naar Ter Apel".
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 9 september 2021, opgenomen op pagina 124 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 1] :
(p. 127) De chauffeur heeft ons naar Duitsland gebracht, hier zijn 2 personen uitgestapt en de bijrijder stapte in toen we in Duitsland aankwamen. Wij zijn toen naar Ter Apel gereden.
Ik heb tijdens deze reis met 1 persoon gesproken, de chauffeur. De chauffeur en de bijrijder waren beiden op de hoogte dat wij asiel gingen aanvragen in Ter Apel.
7. De door verdachte ter terechtzitting van 20 maart 2024 afgelegde verklaring, voor zover inhoudend:
Ik heb op 9 september 2021 [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] in de auto van Oostenrijk naar Nederland vervoerd. Medeverdachte [medeverdachte] reed ook mee. Ik deed dit in opdracht van [naam] . Hij heeft mij 200 euro gegeven voor de kosten van de reis, zoals bijvoorbeeld het betalen van de huurauto.
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 10 september 2021, opgenomen op pagina 57 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van verdachte:
(p. 59) [naam] vroeg ons om mensen op te halen in Oostenrijk.
Wij hebben toen 2 auto's gehuurd. Het adres wat ik heb gekregen heb ik daar straks opgeschreven. We zijn daarnaar toe gereden en ik heb daar 4 mensen opgepikt. Ik zei toen tegen mijn vriend, die ook hier is, [medeverdachte] (de rechtbank begrijpt: medeverdachte [medeverdachte] ) dat hij maar met de trein moest gaan omdat we anders met 6 man in de auto zouden zitten. Dit valt heel erg op en zouden we zeker gecontroleerd worden.
De mensen in de auto praatten helemaal niet tegen mij. [naam] heeft hen verteld dat ze niets mochten zeggen. Ik heb onderweg nog gebeld met [naam] omdat ik geen geld had voor benzine. Hij zei toen dat ik wel geld zou krijgen van 1 van de illegalen in de auto. Ik kreeg 100 euro van 1 van hem.
(p. 60) A: Ik wilde in eerste instantie naar Helmond rijden, daar wilde een persoon naartoe. Later wilde hij dit niet meer en gaf hij mij op dat hij naar Ter Apel wilde. Ik ben daarnaar toe gereden en gestopt bij een tankstation.
9. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d.11 september 2021 opgenomen op pagina 67 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van verdachte:
(p. 70) V: Welke instructies kreeg je mee met betrekking tot de illegalen vervoeren en adressen waarnaartoe?
A: Helemaal niets. Ik kreeg het adres waar ik de mensen moest ophalen. Om eerlijk te zijn had ik er een slecht gevoel bij. Die smokkelaar daar had de gesmokkelde jongens op het hart gedrukt dat ze niets mochten vertellen.
10. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 11 september 2021, opgenomen op pagina 98 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van verdachte:
(p. 99) A: [verdachte] (de rechtbank begrijpt: verdachte), ik en een andere vriend hebben een auto gehuurd om mensen in Oostenrijk op te halen. Ik heb het gehoord toen [verdachte] aan de telefoon was met [naam] (de rechtbank begrijpt: [naam] ). [verdachte] zei dat we mensen moesten ophalen in Oostenrijk. Ik ging met [verdachte] naar een restaurant. [verdachte] is toen alleen de mensen gaan ophalen en kwam daarna terug. Ik ging naar een treinstation.
(p. 100) A: Ik ben op een trein gestapt naar München. En van München ben ik naar het station Keulen gegaan. Daar heeft [verdachte] mij opgepikt. Er zaten toen nog 3 mensen in de auto. [verdachte] zat achter het stuur en er zaten 2 onbekende personen achterin het voertuig. Vanuit Keulen zijn wij naar Nederland gereden.
A: [verdachte] wilde de 2 passagiers naar Nederland brengen.
V: Wist jij dat jouw vrienden illegalen gingen ophalen in Oostenrijk en deze naar Duitsland en Nederland gingen brengen.
A: Ja dat wist ik.
(p. 101) Ik heb in Oostenrijk gezien dat [verdachte] 4 mensen in de auto had zitten, 3 achterin en 1 voorin. De auto was vol.
1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen (met bijlagen I tot en met IV) van de Koninklijke Marechaussee, Brigade Recherche, met nummer 22062410003265, d.d. 1 juli 2022, inhoudend als relaas van verbalisant:
In het opsporingsonderzoek contra [verdachte] is op donderdag 9 september 2021 het navolgende in beslag genomen voorwerp verkregen:
Mobiele telefoon, Apple iPhone
Na het onderzoek aan de digitale gegevensdragers zijn (kopieën van) de in deze gegevensdragers aangetroffen afbeeldingen ter beoordeling op 20 april 2022 aan mij aangeboden.
Over het aangetroffen materiaal merk ik het volgende op:
De vier aangetroffen video's welke als kinderpornografisch zijn beoordeeld zijn alle vier via het medium WhatsApp zijn ontvangen en/of ook weer zijn gedeeld met anderen. De periode waarin dit wordt gedaan is:
Ontvangen op: Gedeeld/verspreid op
Video 1 8-10-2020 21:13:58 uur 27-10-2020 te 00:52 uur
Video 2 13-11-2019 20:44:24 uur 15-11-2019 te 22:23 uur
15-11-2019 te 22:23 uur
15:11-2019 te 13:11 uur
Video 3 30-12-2019 11:52:18 uur
Video 4 26-10-2020 23:52:39 uur
De videos 1 en 4 betreffen dezelfde video. Op deze video is te zien dat een jongen met de kennelijke leeftijd van 8 tot 10 jaar oud een meisje met de kennelijke leeftijd van 12 tot 14 jaar penetreert met zijn penis.
Op video 2 is te zien dat een drie jongetjes elkaar penetreren met de penis. Waar 1 jongetje van achter wordt gepenetreerd door de penis en tegelijk oraal wordt gepenetreerd met de penis. De jongetjes hebben de kennelijke leeftijd van 05 tot 07 van 09 tot 12 en van 10 tot 14 jaar.
Video 3 is te zien dat een jongetje van de kennelijke leeftijd van 5 tot 7 jaar wordt gepenetreerd met de penis van achter door een jongetje met de kennelijke leeftijd van 8 tot 10 jaar oud.
Op grond van het bovenstaande constateer ik dat zich op de digitale gegevensdragers en voorwerpen die bij verdachte in beslag zijn genomen vier (4) kinderpornografische afbeeldingen bevonden.
Ten aanzien van feit 1 Gang van zaken
Verdachte en medeverdachte zijn met een gehuurde auto, die zij samen bij het autoverhuurbedrijf hebben opgehaald, naar Oostenrijk gereden om mensen op te halen. Daar heeft verdachte de personen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] en twee andere passagiers opgepikt en is met hen naar Duitsland gereden. Omdat de auto vol zat is medeverdachte met de trein terug naar Duitsland gereisd. Tijdens deze terugreis onderhielden verdachte en medeverdachte contact met elkaar via WhatsApp. Nadat verdachte de twee andere passagiers in Duitsland had afgezet, heeft hij medeverdachte van het treinstation in Keulen opgehaald en hebben zij gezamenlijk [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] naar Nederland vervoerd.
Vaststaat dat de toegang tot of doorreis door Nederland van de in de tenlastelegging genoemde personen wederrechtelijk was. De rechtbank acht tevens bewezen dat verdachte van die wederrechtelijkheid op de hoogte was, immers heeft verdachte bij de marechaussee ten aanzien van bedoelde personen onder meer verklaard dat die smokkelaar daar de gesmokkelde jongens op het hart had gedrukt dat ze niets mochten vertellen.
Verdachte heeft ter terechtzitting zijn betrokkenheid bij mensensmokkel ontkend. De rechtbank acht zijn ontkennende verklaring evenwel door de bewijsmiddelen weersproken.
De rechtbank acht bewezen dat verdachte zich aan de ten laste gelegde mensensmokkel heeft schuldig gemaakt.
Gelet op de hiervoor omschreven gang van zaken en het feit dat verdachte en medeverdachte beiden bekend waren met het doel van de reis van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , is naar het oordeel van de rechtbank sprake van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en medeverdachte, die in de kern heeft bestaan uit een gezamenlijke uitvoering.
De rechtbank acht tevens bewezen dat een derde persoon, genaamd [naam] , bij het feit betrokken is geweest. Uit de bewijsmiddelen volgt dat de smokkel van bedoelde personen in zijn opdracht heeft plaatsgevonden. Tijdens de reis stond verdachte via WhatsApp in contact met [naam] die hij onder meer aanduidt als chef. Deze persoon is tijdens de reis zodanig nauw bij de uitvoering betrokken geweest dat hij als medepleger van het feit moet worden aangemerkt.
Ten aanzien van feit 2
Verdachte heeft het feit ter terechtzitting ontkend. Hij heeft verklaard dat hij zich niet kan herinneren dat hij de in de tenlastelegging genoemde kinderporno via WhatsApp in zijn bezit heeft gekregen dan wel heeft verspreid.
De rechtbank overweegt als volgt.
Op basis van de bewijsmiddelen stelt de rechtbank vast dat verdachte op zijn telefoon via WhatsApp op verschillende momenten in de tenlastegelegde periode drie videos met kinderpornografisch materiaal heeft ontvangen en vervolgens aan anderen heeft doorgestuurd. Niet ter discussie staat dat verdachte de gebruiker van de telefoon en het betreffende WhatsApp-account was. De rechtbank acht hiermee bewezen dat verdachte kinderporno heeft verworven en verspreid.
Tevens kan het bezit van kinderporno gedurende de gehele ten laste gelegde periode worden bewezen. Het is immers een feit van algemene bekendheid dat beeldmateriaal dat wordt ontvangen via WhatsApp, wordt vastgelegd en opgeslagen in de chat en daarmee ook voor de ontvanger beschikbaar blijft tot het beeldmateriaal wordt verwijderd.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht de feiten 1 en 2 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij, op 9 september 2021 te Ter Apel en vanuit Duitsland en Oostenrijk, tezamen en in vereniging anderen, te weten:
- [slachtoffer 1] , en
- [slachtoffer 2]
behulpzaam is geweest bij het zich verschaffen van toegang tot Nederland, door die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] in een auto van Oostenrijk via Duitsland naar Nederland te vervoeren en over de grens te brengen, terwijl hij, verdachte, en zijn mededaders wisten of ernstige redenen hadden te vermoeden dat die toegang wederrechtelijk was;
2.
hij, in de periode van 13 november 2019 tot en met 9 september 2021 te Ter Apel en Duitsland, meermalen, telkens, op een telefoon (Apple iPhone Xs Max, IMEI [nummer] ), afbeeldingen van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken heeft verspreid en/of heeft verworven en/of in het bezit heeft gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de penis oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, en/of het met de penis oraal en/of vaginaal en/of anaal penetreren van het lichaam van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt,
te weten, afbeeldingsnummers in Overzicht Geselecteerde Afbeeldingen en Toonmap:
- video 1 ( [bestandsnaam] .mp4),
- video 2 ( [bestandsnaam] .mp4),
- video 3 ( [bestandsnaam] .mp4),
- video 4 ( [bestandsnaam] .mp4).
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.