ECLI:NL:RBNNE:2023:813

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
7 maart 2023
Publicatiedatum
6 maart 2023
Zaaknummer
18.174261.22
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling wegens subsidiefraude en valsheid in geschrift met betrekking tot aanvragen bij Samenwerkingsverband Noord-Nederland

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 7 maart 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij subsidiefraude en valsheid in geschrift. De verdachte, geboren in 1967 en niet ingeschreven in de basisregistratie, was betrokken bij meerdere subsidieaanvragen in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF). De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met medeverdachten op verschillende tijdstippen subsidies heeft aangevraagd en ontvangen, waarbij de werkelijke kosten van de marketingplannen aanzienlijk lager waren dan de opgegeven bedragen. Dit leidde tot onterecht uitgekeerde subsidies door het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN). De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van enkele feiten, maar heeft hem wel schuldig bevonden aan oplichting en valsheid in geschrift in verband met twee specifieke subsidieaanvragen. De verdachte is veroordeeld tot een taakstraf van 180 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 3 maanden, met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank heeft rekening gehouden met de overschrijding van de redelijke termijn en de ernst van de feiten, waarbij het benadelingsbedrag in totaal € 22.000 bedroeg. De rechtbank heeft de verdachte als een ervaren subsidieadviseur gekwalificeerd die op een doortrapte wijze misbruik heeft gemaakt van publieke gelden.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie Groningen
parketnummer 18.174261.22
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, Noordelijke Fraudekamer, d.d. 7 maart 2023 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1967 te [geboorteplaats] , niet als ingezetene ingeschreven in de basisregistratie personen en zonder bekende feitelijke woonof verblijfplaats.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 9 februari 2023.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. N.J.H. Lina, advocaat te Groningen.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. S.M. von Bartheld.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
Zaaksdossier: [bedrijf 7]
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 april 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met (de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] ., althans met een of meer andere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130179, ten behoeve van de
subsidieaanvrager(s), te weten (de heer) [naam 6] en/of (mevrouw) [naam 7] (beiden) handelend onder de naam [bedrijf 7] ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €8.160, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft hij, verdachte, (telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij) - aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €16.320 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €8.160 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €4.000 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven
(subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
(de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] , althans een of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), in of omstreeks de periode van 1 april 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met elkaar of een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130179, ten behoeve van de
subsidieaanvrager(s), te weten (de heer) [naam 6] en/of (mevrouw) [naam 7] (beiden) handelend onder de naam [bedrijf 7] ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €8.160, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft dan wel hebben die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans één of meerdere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en),
(telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven
oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €16.320 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €8.160 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €4.000 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven
(subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
bij en/of tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 april 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement NoordNederland, in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, immers heeft hij:
  • aan die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), feedback en/of aanwijzingen gegeven over de subsidie(aanvraag), en/of de vaststelling van de subsidie en/of over het marketingplan, en/of
  • leiding gegeven aan, en/of toezicht gehouden op en/of advies, feedback en/of aanwijzingengegeven over de subsidie(aanvraag) en/of over het opstellen van (de inhoud van) het marketingplan aan (de heer) [naam 1] en/of (de heer) [naam 2] en/of [naam 3] , althans één of meer medewerkers van dan wel werkzaam bij [bedrijf 1] , en/of
  • het marketingplan opgesteld en/of ervoor gezorgd dat het marketingplan (door medewerkers van[bedrijf 1] ) opgesteld werd en/of erop toe gezien dat het marketingplan aan de (minimale) subsidievoorwaarden voldeed, en/of
  • advies gegeven aan en/of vragen beantwoord van de subsidieaanvrager(s) over desubsidie(aanvraag) en/of één of meerdere gesprekken met de subsidieaanvrager(s) gevoerd;
2.
Zaaksdossier: [bedrijf 9]
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met (de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] ., althans met een of meer andere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te
weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130189, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de vennootschap onder firma) [bedrijf 9] ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €7.200, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie, immers heeft hij, verdachte, (telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €14.400 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €7.200 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €2.000 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven
(subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
(de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] , althans een of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met elkaar of een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te
weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130189, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de vennootschap onder firma) [bedrijf 9] ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €7.200, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft dan wel hebben die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans één of meerdere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en),
(telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven
oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €14.400 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €7.200 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €2.000 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven
(subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
bij en/of tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord
Nederland, in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, immers heeft hij:
  • aan die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), feedback en/of aanwijzingen gegeven over de subsidie(aanvraag), en/of de vaststelling van de subsidie en/of over het marketingplan, en/of
  • leiding gegeven aan, en/of toezicht gehouden op en/of advies, feedback en/of aanwijzingen
gegeven over de subsidie(aanvraag) en/of over het opstellen van (de inhoud van) het marketingplan aan (de heer) [naam 1] en/of (de heer) [naam 2] en/of [naam 3] , althans één of meer medewerkers van dan wel werkzaam bij [bedrijf 1] , en/of
  • het marketingplan opgesteld en/of ervoor gezorgd dat het marketingplan (door medewerkers van[bedrijf 1] ) opgesteld werd en/of erop toe gezien dat het marketingplan aan de (minimale) subsidievoorwaarden voldeed, en/of
  • advies gegeven aan en/of vragen beantwoord van de subsidieaanvrager(s) over desubsidie(aanvraag) en/of één of meerdere gesprekken met de subsidieaanvrager(s) gevoerd;
3.
Zaaksdossier: [naam 8]
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met (de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] ., althans met een of meer andere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te
weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130113, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de heer) [naam 8] handelend onder de naam [bedrijf 10] ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €8.000, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft hij, verdachte, (telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €16.000 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €8.000 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan(exclusief BTW) €2.950 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven (subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
(de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] , althans een of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met elkaar of een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te
weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130113, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de heer) [naam 8] handelend onder de naam [bedrijf 10] ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €8.000, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft dan wel hebben die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans één of meerdere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en),
(telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven
oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €16.000 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €8.000 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan(exclusief BTW) €2.950 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven (subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
bij en/of tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-
Nederland, in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, immers heeft hij:
  • aan die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), feedback en/of aanwijzingen gegeven over de subsidie(aanvraag), en/of de vaststelling van de subsidie en/of over het marketingplan, en/of
  • leiding gegeven aan, en/of toezicht gehouden op en/of advies, feedback en/of aanwijzingen
gegeven over de subsidie(aanvraag) en/of over het opstellen van (de inhoud van) het marketingplan aan (de heer) [naam 1] en/of (de heer) [naam 2] en/of [naam 3] , althans één of meer medewerkers van dan wel werkzaam bij [bedrijf 1] , en/of
  • het marketingplan opgesteld en/of ervoor gezorgd dat het marketingplan (door medewerkers van[bedrijf 1] ) opgesteld werd en/of erop toe gezien dat het marketingplan aan de (minimale) subsidievoorwaarden voldeed, en/of
  • advies gegeven aan en/of vragen beantwoord van de subsidieaanvrager(s) over desubsidie(aanvraag) en/of één of meerdere gesprekken met de subsidieaanvrager(s) gevoerd;
4.
Zaaksdossier: [bedrijf 11]
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 april 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met (de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] ., althans met een of meer andere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te
weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130134, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de besloten vennootschap) [bedrijf 11] , (één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €7.360, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft hij, verdachte, (telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €14.720 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €7.360 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €3.680 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven
(subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
(de heer) [medeverdachte] en/of het bedrijf of de bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 1] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 2] , althans een of meer natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), in of omstreeks de periode van 1 april 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met elkaar of een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130134, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de besloten vennootschap) [bedrijf 11]
,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €7.360, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft dan wel hebben die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans één of meerdere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en),
(telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven
oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €14.720 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 1] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €7.360 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 1] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €3.680 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven
(subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, en/of(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
bij en/of tot het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 1 april 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement NoordNederland, in elk geval in Nederland, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft, immers heeft hij:
  • aan die [medeverdachte] en/of dat bedrijf dan wel die bedrijven, althans natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), feedback en/of aanwijzingen gegeven over de subsidie(aanvraag), en/of de vaststelling van de subsidie en/of over het marketingplan, en/of
  • leiding gegeven aan, en/of toezicht gehouden op en/of advies, feedback en/of aanwijzingengegeven over de subsidie(aanvraag) en/of over het opstellen van (de inhoud van) het marketingplan aan (de heer) [naam 1] en/of (de heer) [naam 2] en/of [naam 3] , althans één of meer medewerkers van dan wel werkzaam bij [bedrijf 1] , en/of
  • het marketingplan opgesteld en/of ervoor gezorgd dat het marketingplan (door medewerkers van[bedrijf 1] ) opgesteld werd en/of erop toe gezien dat het marketingplan aan de (minimale) subsidievoorwaarden voldeed, en/of
  • advies gegeven aan en/of vragen beantwoord van de subsidieaanvrager(s) over desubsidie(aanvraag) en/of één of meerdere gesprekken met de subsidieaanvrager(s) gevoerd;
5.
Zaaksdossier: [bedrijf 12]
hij (op verschillende tijdstippen) in de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of
Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met het bedrijf of bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 3] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 4] , althans met één of meer andere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te
weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130199, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de besloten vennootschap) [bedrijf 12] . ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €12.200, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft hij, verdachte, (telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €24.400 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 3] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €12.200 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid (een deel van) het door desubsidieaanvrager(s) aan verdachte althans aan [bedrijf 3] betaalde bedrag(en) door (tussenkomst van) verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (direct dan wel indirect) aan die subsidieaanvrager(s) zou dan wel zouden worden terugbetaald en/of was dan wel waren terugbetaald, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €7.600 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven
(subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, althans(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
6.
Zaaksdossier: [bedrijf 12]
hij op of omstreeks 14 november 2014, althans in elk geval in of omstreeks de periode van 1 juni 2013 tot 1 januari 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland,
een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten een brief gedateerd op 11 november 2014 van [naam 9] aan verdachte en/of [bedrijf 3] , valselijk heeft opgemaakt en/of heeft vervalst,
immers heeft verdachte:
  • een brief opgesteld die moest doorgaan voor een op 11 november 2014 verzonden brief (afkomstig) van [naam 9] aan verdachte en/of [bedrijf 3] , en/of (daarbij)
  • deze brief afgedrukt althans laten afdrukken op (briefpapier gelijkend op) briefpapier van (debesloten vennootschap) [bedrijf 12] . , en/of
  • op deze (op briefpapier van of gelijkend op het briefpapier van [bedrijf 12] . afgedrukte) brief eenhandtekening gezet die moest doorgaan voor een handtekening van [naam 9] althans van een daartoe gerechtigd persoon, althans deze brief van een ondertekening voorzien,
met het oogmerk om het als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
7.
Zaaksdossier: [naam 5]
hij (op verschillende tijdstippen) in de periode van 1 december 2013 tot 1 maart 2017, te Groningen en/of Beilen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
(telkens) tezamen en in vereniging met het bedrijf of bedrijven (de besloten vennootschap) [bedrijf 3] en/of (de vennootschap naar Engels recht) [bedrijf 4] , althans met één of meer andere natuurlijke perso(o)n(en) en/of rechtsperso(o)n(en), althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te
weten een subsidie(aanvraag) met projectnummer 022130567, ten behoeve van de subsidieaanvrager(s), te weten (de heer) [naam 5] handelend onder de naam [bedrijf 8] ,
(één of meerdere medewerkers van) Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot:
  • de afgifte van één of meerdere geldbedragen van in totaal €9.800, althans enig goed, en/of
  • het verlenen van een dienst en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan vaneen schuld, te weten het verlenen en/of voorschieten en/of vaststellen van die subsidie,
immers heeft hij, verdachte, (telkens) tezamen en in vereniging met die ander(en), althans alleen, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij (één of meerdere medewerkers van) SNN:
  • een aanvraag voor en/of vaststelling van die (genoemde) subsidie(s), ten behoeve van de kostenvan een marketingplan, doen/laten toekomen, en/of (daarbij)
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) en/of (daarmee) de subsidiabele kosten (in ieder geval) €19.600 bedroegen, en/of
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager(s) de kosten van het marketingplan aan verdachte althansaan het bedrijf [bedrijf 3] had(den) voldaan, en/of
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en/of dat (aldus) de subsidie opeen bedrag van €9.800 vastgesteld diende te worden, en/of (daarbij)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat in werkelijkheid een deel van de (totale) kosten van hetmarketingplan, te weten een bedrag van €18.875 (inclusief BTW), niet althans niet volledig aan verdachte(n) dan wel aan [bedrijf 3] is betaald en/of de aan SNN toegestuurde (kopie van een) bankgiro-opdracht, waaruit de betaling van een bedrag van € 18.875 blijkt, vals is en/of valselijk is opgesteld, en/of (aldus)
  • niet (tijdig en/of volledig) aangegeven dat de werkelijke (subsidiabele) kosten van het marketingplan
(exclusief BTW) niet meer dan €4.000 en/of in ieder geval (veel) minder dan de aangegeven (subsidiabele) kosten van het marketingplan bedroegen, en/of
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangeven en/of een onjuist subsidiebedrag (aan)gevraagd, althans(tevens)
  • een marketingplan met een (voor de subsidieaanvrager(s)) (zeer) beperkt nut of belang gestuurd ofdoen en/of laten sturen, en/of
  • een onjuiste voorstelling van zaken en belangen gegeven, en/of (aldus)
  • zich (telkens) voorgedaan als bonafide aanvrager(s) van die subsidie en/of aanvrager(s) van devaststelling van die subsidie(s),
waardoor (die medewerker(s) van) SNN (telkens) werd(en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n) en/of het verlenen van een dienst(en) en/of het ter beschikking stellen van gegevens en/of het aangaan van een/die schuld(en);
8.
Zaaksdossier: [naam 5]
hij op of omstreeks 29 april 2019, althans in elk geval in of omstreeks de periode van 1 maart 2015 tot 17 februari 2017, te Groningen, althans in het arrondissement Noord-Nederland, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal,
opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een vals en/of vervalst(e) (kopie van een) bankgiro-opdracht, waaruit een op of omstreeks 29 april 2016 uitgevoerde bankoverschrijving van een bedrag van €18.875 van [bedrijf 8] (van rekeningnummer [rekeningnummer] ) aan [bedrijf 5] op (rekeningnummer [rekeningnummer] ) met omschrijving ‘UHB 01-032015; [bedrijf 5] fase 2’ blijkt, – zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen – als ware dit geschrift echt en onvervalst,
bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, die (kopie van die) bankgiro-opdracht aan Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft toegezonden, teneinde een subsidie(aanvraag) in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF) met projectnummer 022130567 ten behoeve van (de heer) [naam 5] vast te (kunnen) laten stellen,
bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat die (kopie van die) bankgiro-opdracht fictief althans onjuist en/of onvolledig was en/of dat die [bedrijf 8] in werkelijkheid op of omstreeks 29 april 2019 geen bedrag van €18.875 door middel van een bankoverschrijving (van rekeningnummer [rekeningnummer] naar rekeningnummer [rekeningnummer] ) aan [bedrijf 5] en/of aan verdachte en/of [bedrijf 4] had betaald.

Beoordeling van het bewijs

Inleiding
Uit het dossier blijkt dat de genoemde subsidieaanvragers in de tenlastelegging subsidie hebben ontvangen van het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) in het kader van de Noordelijke Innovatie Ondersteuningsfaciliteit (NIOF). Deze subsidie is bedoeld om innovatie in het midden- en kleinbedrijf in Noord-Nederland te stimuleren. Op grond van deze regeling kon door de subsidieaanvrager een onafhankelijke deskundige worden ingehuurd voor het laten maken van een marketingplan. De kosten voor het opstellen van een marketingplan konden voor maximaal 50% gesubsidieerd worden. De subsidies werden na een aanvraag voorlopig toegekend door SNN, die de aanvragen op hoofdlijnen beoordeelde. Uiteindelijk werden de aanvragen definitief ingediend, voorzien van het marketingplan, de factuur en het betaalbewijs. SNN heeft beoordeeld of de aanvragen voldeden aan de voorschriften. SNN heeft daarbij de marketingplannen globaal op inhoud beoordeeld en gescand op plagiaat. Daarop zijn de subsidies definitief vastgesteld en uitgekeerd aan de subsidieaanvragers.
Naar aanleiding van boekenonderzoek van de Belastingdienst en een rapport van het RIEC (Regionaal Informatie en Expertise Centrum) heeft SNN aangifte gedaan met betrekking tot een aantal
subsidieaanvragen waarbij de rechtspersonen [bedrijf 1] (feiten 1 tot en met 4; hierna ook: [bedrijf 1] ) en [bedrijf 3] (feiten 5 tot en met 8; hierna ook: [bedrijf 3] ) waren betrokken als onafhankelijke deskundigen, die de subsidieaanvragers van een marketingplan hebben voorzien.
In het onderzoek is naar voren gekomen dat veelal vlak na de betaling van de facturen voor de marketingplannen aan de rechtspersonen (een gedeelte van) de bedragen terug zijn overgemaakt naar de subsidieaanvragers, al dan niet via andere rekeningnummers. Hierdoor ontstond het vermoeden dat er sprake was van een zogenaamde ‘kasronde’. De facturen voor het opstellen van de marketingplannen zijn voldaan aan [bedrijf 1] of [bedrijf 3] , waarna deze bedragen vervolgens weer (deels) zijn teruggestort. Daarna zijn de subsidies uitgekeerd op basis van de hoogte die op de facturen van het marketingplan waren aangegeven. Daardoor zou de facto het aangevraagde en ontvangen subsidiebedrag zijn verdeeld tussen de subsidieaanvrager en genoemde rechtspersonen en zou (in strijd met de subsidievoorwaarden) slechts een klein deel van de gefactureerde bedragen voor de marketingplannen bij [bedrijf 1] of [bedrijf 3] terecht zijn gekomen.
Daarnaast ontstond het vermoeden bij SNN dat de kwaliteit van de marketingplannen dusdanig beperkt was en dat de prijs die ervoor was betaald veel te hoog was en dat deze enkel werden gebruikt om SNN te misleiden en een te hoog subsidiebedrag te verkrijgen.
Uit het dossier volgt dat medeverdachte [medeverdachte] als projectleider was betrokken bij [bedrijf 1] en dat hij de subsidieaanvragen hiervoor coördineerde. Verdachte had bij de subsidieaanvragen van [bedrijf 1] geen formele rol, maar uit het dossier blijkt wel van betrokkenheid van verdachte. Verdachte was voorts betrokken bij subsidieaanvragen vanuit zijn onderneming [bedrijf 3] .
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van feit 6 en veroordeling gevorderd voor feiten 1 primair, 2 primair, 3 primair, 4 primair, 5 (met uitzondering van het medeplegen), 7 en 8.
Hij heeft in het bijzonder ten aanzien van feiten 1 tot en met 4 het volgende aangevoerd. Ten aanzien van alle ten laste gelegde oplichtingen is dezelfde werkwijze gehanteerd. Hoewel verdachte niet formeel was betrokken bij de subsidieaanvragen onder feiten 1 tot en met 4, kan wel worden bewezen dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] nauw en bewust hebben samengewerkt. Uit de verklaringen van medeverdachte [medeverdachte] en van de medewerkers van [bedrijf 1] , [naam 1] en [naam 3] , volgt dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte] (inwisselbare) leidende rollen hadden ten aanzien van de subsidieaanvragen. Ook de verklaring van aangever [naam 8] is relevant, nu daaruit blijkt dat verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte] naar hem is toegegaan om het geld te innen, nadat SNN aan aangever [naam 8] het geld had gestort. Hieruit volgt dat beide verdachten op de hoogte waren van en de intentie hadden tot het opzetten van de zogenaamde ‘kasronde’.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van de gehele tenlastelegging.
Zij heeft in het bijzonder ten aanzien van feiten 5, 7 en 8 het volgende aangevoerd. Met betrekking tot de ten laste gelegde oplichtingen onder feiten 5 en 7 had verdachte geen oogmerk om zichzelf of een ander wederrechtelijk te bevoordelen. De subsidies zijn rechtmatig verkregen. De betaling van € 20.812 van [bedrijf 3] aan [bedrijf 12] (feit 5), die op dezelfde dag heeft plaatsgevonden als de twee betalingen van € 15.004 ten behoeve van het marketingplan door [bedrijf 12] aan [bedrijf 3] , zag op een ander subsidieproject dat verdachte voor [bedrijf 12] had gedaan. Ook al zijn die betalingen op dezelfde dag verricht, zij hebben niets met elkaar te maken. Ten aanzien van feit 7 is geen sprake van een zogenaamde ‘kasronde’, omdat er überhaupt nooit contant of giraal een geldbedrag is overgemaakt naar het bedrijf van verdachte. Voorts dient verdachte ten aanzien van feiten 5 en 7 te worden vrijgesproken van medeplegen, omdat verdachte enkel heeft gehandeld vanuit [bedrijf 3] en niet samen met een van de in de tenlastelegging genoemde rechtspersonen. Met betrekking feit 8 was verdachte niet op de hoogte van de vermeende valsheid, omdat verdachte dit stuk zonder goed te kijken heeft doorgestuurd naar SNN.
Oordeel van de rechtbank
Vrijspraak feiten 1, 2, 3 en 4
De rechtbank is van oordeel dat deze ten laste gelegde feiten niet kunnen worden bewezen verklaard en zal verdachte hiervan vrijspreken. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Zoals hierboven weergegeven had verdachte geen formele rol in de subsidieaanvragen van [bedrijf 1] . Verdachte heeft bij de politie en ter terechtzitting verklaard dat hij wel eens adviezen of antwoorden op vragen heeft gegeven aan medewerkers van [bedrijf 1] in het kader van de op te stellen marketingplannen. Ook uit de verklaringen van de werknemers van [bedrijf 1] die werkzaamheden uitvoerden met betrekking tot het opstellen van de marketingplannen, [naam 1] en [naam 3] , volgt dat verdachte betrokkenheid had ten aanzien van de marketingplannen die [bedrijf 1] als onafhankelijke deskundige opstelde. Uit deze verklaringen volgt dat verdachte een grotere rol zou hebben binnen [bedrijf 1] dan de rol die verdachte zichzelf heeft toegedicht ter terechtzitting. Uit het dossier blijkt niet dat verdachte voor zijn adviezen een vergoeding heeft ontvangen, hetgeen verdachte overigens ook heeft ontkend.
Hoewel de rechtbank op basis van de verklaringen van verdachte, [naam 1] en [naam 3] kan vaststellen dat verdachte in meerdere of mindere mate bemoeienis heeft gehad met de marketingplannen in het kader van de subsidieaanvragen, kan op basis van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting niet worden vastgesteld dat verdachte ook wetenschap had van de geldstromen die gemoeid waren met de subsidieaanvragen en van de zogenaamde kasronde, en dat is waaruit de aan SNN gepresenteerde onjuiste voorstelling van zaken heeft bestaan. Verdachte heeft verklaard dat hij pas achteraf te weten is gekomen dat er tegenfacturen uitgingen naar de subsidieaanvragers; het tegendeel is niet gebleken.
Dat verdachte zou hebben gezegd tegen de medewerkers hoe zij aan de minimale eisen voor een marketingplan zouden kunnen voldoen, betekent nog niet dat hij wetenschap had van de kasronde. Datzelfde geldt voor de omstandigheid dat verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte] bij [naam 8] zou zijn geweest om betaling te krijgen voor het geleverde marketingplan.
Gelet op het voorgaande kan naar het oordeel van de rechtbank het oogmerk van wederrechtelijke bevoordeling niet worden bewezen verklaard en dient verdachte te worden vrijgesproken van feiten 1, 2, 3 en 4.
Vrijspraak feit 6
De rechtbank is, conform de standpunten van de officier van justitie en de verdediging, van oordeel dat feit 6 niet is bewezen en zal verdachte hiervan vrijspreken.
Bewijsmiddelen feiten 5, 7 en 8
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Ten aanzien van alle feiten:
1. De door verdachte ter zitting van 9 februari 2023 afgelegde verklaring, voor zover inhoudend:
Ik was verantwoordelijk namens [bedrijf 3] voor de subsidieprojecten van [bedrijf 12] en [bedrijf 8] . Ik was gemachtigd door deze bedrijven in de subsidieprocedure. Ik heb het marktonderzoek voor beide bedrijven uitgevoerd en de subsidieaanvragen gedaan.
2. Een schriftelijk bescheid, te weten een aangifte namens Samenwerkingsverband Noord-Nederland
d.d. 22 maart 2019, opgenomen op pagina 25 e.v. van map 1 van het dossier Botervis met nummer NNRBB19005 d.d. 23 juli 2020, inhoudende als verklaring van [naam 4] :
Ik doe hierbij in mijn functie als directeur, namens het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN), aangifte van enig strafbaar feit. Sinds de start van de NIOF-regeling hebben wij meerdere malen te maken gehad met [bedrijf 1] en met [bedrijf 3] . Deze bedrijven traden op als subsidieadviseur, maar ook als onafhankelijke derde die het strategisch marketingplan opstelde, e.e.a. zoals vereist is in de eerder beschreven regeling.
In 2017 werden wij door de Belastingdienst benaderd voor het aanleveren van gegevens van [bedrijf 1] . Ons is daarna bekend geworden dat het boekenonderzoek van de Belastingdienst aanwijzingen gaf dat er sprake leek te zijn van fraude met de subsidies. Ook hebben we begrepen dat het RIEC hierover een rapport heeft geschreven. In vervolgcontact met onder andere het RIEC en de politie, hebben wij van het Openbaar Ministerie ten behoeve van het doen van deze aangifte inzage gekregen in de stukken. Mede op basis van deze stukken doen wij deze aangifte van valsheid in geschrifte en/of oplichting tegen [medeverdachte] , [bedrijf 1] . Op enig moment is een aantal projecten overgegaan van [bedrijf 1] Specialisten naar [bedrijf 3] . [verdachte] was betrokken bij beide ondernemingen. Om deze reden vermoeden wij dat de werkwijze van [bedrijf 1] ook door [bedrijf 3] . is gehanteerd. Wij doen daarom ook aangifte tegen [verdachte] van [bedrijf 3] . Uit de stukken die wij hebben ingezien, blijkt dat er een zogenaamde kasronde ontstaat nadat de betaling die bij ons als bewijs dient is gedaan. Deze kasronde brengt mee dat beide partijen het ontvangen subsidiebedrag evenredig verdelen. Wij zijn geen vakinhoudelijke specialisten, echter dient ten aanzien van de uitgevoerde marketingonderzoeken het volgende te worden opgemerkt:
  • qua inhoud en lay-out lijken de rapportages erg op elkaar;
  • de rapportages zijn net voldoende om niet te kunnen afwijzen;
  • inhoudelijk zijn de rapportages van slechte kwaliteit; - de prijs die ervoor betaald wordt is veel te hoog; - er zijn geen aanwijzingen dat er sprake is van plagiaat.

Specifiek ten aanzien van feit 5:

3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor van Politie Noord-Nederland
d.d. 14 januari 2020, opgenomen op pagina 105 e.v. van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte [naam 9] :
Binnen [bedrijf 12] ben ik voor alles verantwoordelijk. [verdachte] heeft in de loop der jaren meerdere kleine aanvragen op subsidiegebied voor ons gedaan. Ik ken [verdachte] al zeker 20 jaar. Alleen met [verdachte] maakte ik afspraken m.b.t. [bedrijf 3] . Volgens mij klopt het dat wij op 31 december 2016 € 12.200 subsidie hebben ontvangen van SNN. [verdachte] is bezig geweest met het strategisch marktonderzoek. Het klopt dat ik op 24 december 2015 twee keer € 15.004 hebt betaald aan [bedrijf
3] .
4. Een schriftelijk bescheid, te weten een brief van 22 januari 2020 van [bedrijf 6] , opgenomen op pagina 199 e.v. van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende:
Op 14 januari 2020 was ik met de heer [naam 9] bij u in mijn hoedanigheid als adviseur van de heer [bedrijf 12] . Op enig moment heeft [verdachte] twee facturen, beide ten bedrage van
€ 15.004 aan [bedrijf 12] in rekening gebracht, terwijl op dat moment al duidelijk was bij beide partijen dat slechts een deel van het onderzoek vanuit de subsidie zou kunnen worden voldaan omdat de subsidie slechts voor 50% van de kosten van [verdachte] dekkend was. [naam 9] heeft [verdachte] toen aangesproken op de gemaakte afspraak dat het [bedrijf 12] geen geld mocht kosten. Afgesproken is toen tussen partijen dat [verdachte] op het moment van betaling door [bedrijf
12] het te veel gefactureerde direct zou terugstorten, omdat de facturen reeds in zijn debiteurenadministratie zouden zitten. Zulks is ook gebeurd, ik verwijs naar de eveneens bijgevoegde bankafschriften.
5. Een schriftelijk bescheid, te weten een rapportage strategisch marktonderzoek van juli 2015,opgenomen op pagina 45 e.v. van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende:
Rapportage Strategisch Marktonderzoek. [bedrijf 3] in opdracht van [bedrijf 12] , juli 2015.
6. Een schriftelijk bescheid, te weten een Aanvraagformulier Noordelijke Innovatie
Ondersteuningsfaciliteit 2013, opgenomen op pagina 10 e.v. van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende:
Dossier: 022130199
Naam onderneming: [bedrijf 12]
Gemachtigde: Naam onderneming: [bedrijf 3]
Naam gemachtigde: de heer [verdachte] . Functie: consultant
Soort project: strategisch marketingplan
Kostenbegroting. Kosten van uren van extern deskundige. Naam deskundige: [bedrijf 3] , [verdachte] en team. Totale begrote kosten: € 24.400.
Gegevens van de deskundige. Naam onderneming: [bedrijf 3]
Naam contactpersoon: [verdachte]
Ondertekening 1 juli 2013, [naam 9]
Bijlage: machtiging d.d. 10 juli 2013 van [naam 9] , namens [bedrijf 12] , aan [bedrijf 3] , naam contactpersoon: [verdachte] .
7. Een schriftelijk bescheid, te weten een Vaststellingsformulier Noordelijke Innovatie
Ondersteuningsfaciliteit 2013, opgenomen op pagina 72 e.v. van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende:
Dossier: 022130199
Naam onderneming: [bedrijf 12]
Gemachtigde: Naam onderneming: [bedrijf 3]
Naam gemachtigde: de heer [verdachte] . Functie: adviseur
Factuurbedrag: € 12.400 en € 12.400
Factuurdatum: augustus 2015 en 5 november 2015
8. Een schriftelijk bescheid, te weten ‘vaststelling subsidie’ d.d. 4 november 2016, opgenomen oppagina 41 van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende:
Projectnummer 022130199. Geachte heer [naam 9] , Met genoegen kunnen wij u meedelen dat wij hebben besloten de subsidie voor uw bovengenoemde project vast te stellen op € 12.200.
Subsidiabele kosten: € 24.400.
9. Een schriftelijk bescheid, te weten een rekeningafschrift ten name van [bedrijf 3] , opgenomen oppagina 173 van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende:
Crediteurenbetaling van [bedrijf 12] op 24 december 2015: € 15.004
Crediteurenbetaling van [bedrijf 12] op 24 december 2015: € 15.004
10. Een schriftelijk bescheid, te weten een Mijn ING Zakelijk overzicht ten name van [bedrijf 12] ,opgenomen op pagina 203 van map 10 van voornoemd dossier, inhoudende: datum: 24 december 2015. Naam: R+R Groningen. Omschrijving: factuur. € 20.812,- bij.

Specifiek ten aanzien van feiten 7 en 8:

11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor van Politie Noord-Nederland
d.d. 13 januari 2020, opgenomen op pagina 90 e.v. van map 11 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte [bedrijf 8] :
In principe ben ik verantwoordelijk voor de hele handel en wandel van het bedrijf. Het idee om subsidie aan te vragen kwam van [verdachte] . [verdachte] zou het rapport opstellen. Jullie laten mij een machtiging van 24 december 2013. Dit document heb ik niet getekend. Ik heb wel eens blanco briefpapier aan hem gegeven. De opdrachtbevestiging van 16 februari 2015 die jullie mij laten zien heb ik zelf getekend. Het bedrag van € 4.840 heb ik per bank betaald aan [verdachte] . Op 17 februari 2017 heb ik € 9.800 subsidie ontvangen.
12. Een schriftelijk bescheid, te weten een Rapportage Strategisch Marktonderzoek, opgenomen oppagina 39 e.v. van map 11 van voornoemd dossier, inhoudende:
Rapportage Strategisch Marktonderzoek [bedrijf 8] . Uitgevoerd door [bedrijf 3] in opdracht van [naam 5] .
13. Een schriftelijk bescheid, te weten een Aanvraagformulier Noordelijke Innovatie
Ondersteuningsfaciliteit 2013, opgenomen op pagina 10 e.v. van map 11 van voornoemd dossier, inhoudende:
Naam onderneming: [bedrijf 8]
Gemachtigde: Naam onderneming: [bedrijf 3]
Naam gemachtigde: de heer [verdachte] . Functie: adviseur
Soort project: Marktverkenning
Kostenbegroting. Kosten van uren van extern deskundige. Naam deskundige: [bedrijf 3] , [verdachte] en team. Totale begrote kosten: € 19.600.
Gegevens van de deskundige. Naam onderneming: [bedrijf 3]
Naam contactpersoon: [verdachte]
Ondertekening 30 december 2013, [naam 5] , namens deze de gemachtigde [verdachte] .
Bijlage: machtiging d.d. 24 december 2013 van [bedrijf 8] , namens [bedrijf 8] , aan [verdachte] van [bedrijf 3] .
14. Een schriftelijk bescheid, te weten een Vaststellingsformulier Noordelijke Innovatie
Ondersteuningsfaciliteit 2013, opgenomen op pagina 29 e.v. van map 11 van voornoemd dossier, inhoudende:
Dossier: 022130567
Naam onderneming: [bedrijf 8]
Gemachtigde: Naam onderneming: [bedrijf 3]
Naam gemachtigde: de heer [verdachte] . Functie: adviseur
Factuurbedrag: € 4.840 en € 18.875
Betaaldata: 6 december 2015 en 29 april 2016
15. Een schriftelijk bescheid, te weten ‘vaststelling subsidie’ d.d. 17 februari 2017, opgenomen oppagina 62 e.v. van map 11 van voornoemd dossier, inhoudende:
Projectnummer 022130567.
Geachte heer [bedrijf 8] ,
Met genoegen kunnen wij u meedelen dat wij hebben besloten de subsidie voor uw bovengenoemde project vast te stellen op € 9.800. Subsidiabele kosten: € 19.600.
16. Een schriftelijk bescheid, te weten een bankoverzicht, opgenomen op pagina 65 van map 11 vanvoornoemd dossier, inhoudende:
Rekeningnummer: [rekeningnummer] . Tenaamstelling: [bedrijf 4] Boekdatum: 17 december 2015. Omschrijving. Naam: [bedrijf 8] .
€ 4.840 bij.
17. Een schriftelijk bescheid, te weten een bankgiro-opdracht, opgenomen op pagina 174 van map 11 van voornoemd dossier, inhoudende:
29 april 2016.
Bankgiro opdracht van rekeningnummer [rekeningnummer] en ten name van [bedrijf 8] . Tegenrekening: [rekeningnummer] ten name van [bedrijf 5] .
- € 18.875.
Omschrijving: UHB 01-032015; [bedrijf 5] fase 2.
18. Een schriftelijk bescheid, te weten een rekeningafschrift van de Rabobank ten name van [bedrijf 8] , opgenomen op pagina 172 van map 11 van voornoemd dossier, inhoudende de afschriften van 28 april 2016 tot en met 5 mei 2016, waaruit niet blijkt dat er op of omstreeks 29 april 2016 een bedrag van € 18.875 is overgeboekt.
18. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor van Politie Noord-Nederland
d.d. 11 maart 2020, opgenomen op pagina 181 e.v. van map 7 van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:
Bij SNN heb ik facturen en betalingsbewijzen ingediend. [naam 5] heeft mijzelf deze bankgiro opdrachten gegeven. Ik heb nooit contant geld geaccepteerd. Ik heb alleen maar stukken ingeleverd bij SNN die ik van [naam 5] heb gekregen.
Bewijsoverwegingen feiten 5 en 7
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen overweegt de rechtbank het volgende.
Verdachte heeft erkend dat hij als onafhankelijke deskundige en contactpersoon namens [bedrijf 3] was betrokken bij de subsidieaanvragen van [bedrijf 12] en [bedrijf 8] .
Ten aanzien van [bedrijf 12] (feit 5) heeft verdachte verklaard dat er op dezelfde dag dat de twee facturen voor het strategisch marktonderzoek ter hoogte van € 15.004 zijn voldaan aan [bedrijf 3] , een terugboeking van € 20.812 is gedaan naar [bedrijf 12] . Verdachte heeft verklaard dat deze terugboeking niet zag op de ten laste gelegde subsidieaanvraag, maar op een eerdere subsidieaanvraag voor het ontwikkelen van een betonmolen die uiteindelijk niet is doorgezet, maar waar wel kosten voor waren gemaakt. Verdachte voelde zich verantwoordelijk voor deze gemiste subsidie en heeft dit willen compenseren met deze schadevergoeding.
De rechtbank gaat voorbij aan deze verklaring van verdachte. Verdachte heeft, na meerdere keren verhoord te zijn geweest bij de politie, pas ter terechtzitting, bijna drie jaar later, verklaard dat de terugbetaling op een andere kwestie zag dan deze subsidieaanvraag. Dat verdachte zich pas nu kan herinneren waar betaling op zag, acht de rechtbank ongeloofwaardig. Daarbij komt ook dat de terugbetaling zeer snel, ongeveer een half uur later, is gedaan na de betaling van de factuur aan [bedrijf 3] . De rechtbank gaat dus uit van een gedeeltelijke terugbetaling van de factuur voor het strategisch marktonderzoek aan [bedrijf 12] , hetgeen ook door het betrokken bedrijf is bevestigd.
Ten aanzien van [bedrijf 8] (feit 7) heeft [naam 5] verklaard dat hij het bedrag van € 18.875 contant heeft betaald aan verdachte. Verdachte heeft dit ontkend. Uit de stukken van SNN is gebleken dat er bankafschriften zijn overgelegd waaruit zou blijken dat de € 18.875 per banktransactie is overgemaakt naar [bedrijf 3] . Verdachte heeft verklaard dat hij in de veronderstelling was dat dit daadwerkelijk was overgemaakt en dat hij het zonder te controleren heeft doorgestuurd naar SNN.
De rechtbank stelt vast dat enkel een banktransactie van € 4.840 heeft plaatsgevonden van [bedrijf 8] naar [bedrijf 3] en dat de banktransactie van € 18.875, zoals deze is overgelegd aan SNN, nooit heeft plaatsgevonden. De rechtbank acht de verklaring van [naam 5] dat er contant zou zijn betaald ongeloofwaardig, mede gelet op de verklaring van verdachte hierover. De rechtbank gaat er dus vanuit dat het bedrag van € 18.875 niet is betaald, maar dat wel aan SNN is gepresenteerd als zou er zijn betaald.
De rechtbank gaat echter niet mee in de verklaring van verdachte dat hij niet wist dat er niet daadwerkelijk was betaald middels een banktransactie, maar dat hij wel in die veronderstelling was. Dit acht de rechtbank ongeloofwaardig, alleen al gelet op de hoogte van het bedrag.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte zijn handelen een onjuiste voorstelling van zaken heeft gegeven bij de aanvraag en het verzoek tot vaststellen van de subsidie bij SNN, zowel ten aanzien van feit 5 als feit 7. Voor de vaststelling van de subsidie was noodzakelijk dat de gehele factuur voor het opstellen van het marketingplan moest zijn voldaan door de subsidieaanvrager. Aan deze voorwaarde is niet voldaan. In werkelijkheid werd door [bedrijf 12] (feit 5) direct na de betaling van de factuur voor het marketingplan een gedeelte van het bedrag teruggestort, kennelijk met de bedoeling om de eerdere betaling deels ongedaan te maken. Door [bedrijf 8] (feit 7) is de betaling van € 18.875 nooit gedaan, waardoor er in werkelijkheid maar € 4.840 is betaald voor het marktonderzoek.
Het gevolg hiervan is dat het opstellen van de strategische marktonderzoeken substantieel minder hebben gekost voor de subsidieaanvragers dan de kosten die zijn opgegeven bij SNN. Door op deze wijze een subsidieaanvraag te (laten) doen bij SNN en doordat is verzuimd aan te geven dat de werkelijke kosten voor de marktonderzoeken lager waren dan aangegeven, heeft verdachte door middel van een valse hoedanigheid en listige kunstgrepen SNN bewogen tot afgifte van de subsidiebedragen. Als SNN van deze gang van zaken op de hoogte zou zijn geweest, zouden de subsidies niet voor de ten laste gelegde bedragen zijn vastgesteld en verstrekt.
De rechtbank acht gelet op het voorgaande de onder feiten 5 en 7 ten laste gelegde oplichtingen ten aanzien van verdachte bewezen, met dien verstande dat niet kan worden bewezen verklaard dat verdachte feit 5 heeft medegepleegd, conform het standpunt van de officier van justitie. Ten aanzien van feit 7 kan het medeplegen wel worden bewezen verklaard, nu de rechtbank de verklaring van [naam 5] dat het geld contant is betaald ongeloofwaardig acht en niet is gebleken dat er een bankoverschrijving is gedaan. [naam 5] heeft naar het oordeel van de rechtbank op deze wijze een bijdrage geleverd aan de oplichting van SNN en nauw en bewust samengewerkt met verdachte.
Bewijsoverwegingen feit 8
Verdachte heeft erkend dat hij verantwoordelijk was voor de subsidieaanvraag en dat hij deze heeft ingediend met alle bijbehorende stukken. Nu uit het bankafschrift van [bedrijf 8] volgt dat er niet € 18.875 is overgeboekt op of omstreeks 29 april 2016, is de rechtbank van oordeel dat de aan SNN overgelegde bankgiro-opdracht, waaruit zou blijken dat dit bedrag wel is overgemaakt, vervalst is. Zoals de rechtbank hierboven heeft overwogen, acht zij de verklaring van verdachte dat hij niet heeft opgemerkt dat hij het bedrag niet op zijn rekening heeft ontvangen, ongeloofwaardig. De rechtbank acht het feit daarom bewezen.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feiten 5, 7 en 8 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
5.
Zaaksdossier: [bedrijf 12]
hij in de periode van 1 mei 2013 tot 1 januari 2017, in Nederland,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te weten een subsidieaanvraag met projectnummer 022130199, ten behoeve van de subsidieaanvrager, te weten [bedrijf 12] ,
Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot de afgifte van een geldbedrag van
€ 12.200,
immers heeft hij, verdachte, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij SNN:
  • een aanvraag voor en vaststelling van die genoemde subsidie, ten behoeve van de kosten van eenmarketingplan, doen/laten toekomen, en daarbij
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) endaarmee de subsidiabele kosten € 24.400 bedroegen, en
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager de kosten van het marketingplan aan verdachte althans aanhet bedrijf [bedrijf 3] had voldaan, en
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en dat de subsidie op eenbedrag van € 12.200 vastgesteld diende te worden, en
  • niet aangegeven dat in werkelijkheid een deel van het door de subsidieaanvrager aan verdachtealthans aan [bedrijf 3] betaalde bedrag door verdachte aan die subsidieaanvrager zou worden terugbetaald en/of was terugbetaald, en
  • niet aangegeven dat de werkelijke subsidiabele kosten van het marketingplan (exclusief BTW) nietmeer dan € 7.600 bedroegen, en
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangegeven en een onjuist subsidiebedrag aangevraagd,
  • zich voorgedaan als bonafide aanvrager van die subsidie,
waardoor SNN werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
7.
Zaaksdossier: [naam 5]
hij in de periode van 1 december 2013 tot 1 maart 2017 in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen,
in verband met een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF), te weten een subsidieaanvraag met projectnummer 022130567, ten behoeve van de subsidieaanvrager, te weten [bedrijf 8] ,
Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft bewogen tot de afgifte van een geldbedrag van
€ 9.800,
immers heeft hij, verdachte, tezamen en in vereniging met die ander, met het hiervoor omschreven oogmerk, valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – aan dan wel bij SNN:
  • een aanvraag voor en vaststelling van die genoemde subsidie, ten behoeve van de kosten van eenmarketingplan, doen/laten toekomen, en daarbij
  • aangegeven of doen en/of laten aangeven dat de kosten van het marketingplan (exclusief BTW) endaarmee de subsidiabele kosten € 19.600 bedroegen, en
  • aangegeven dat de subsidieaanvrager de kosten van het marketingplan aan verdachte althans aanhet bedrijf [bedrijf 3] had voldaan, en
  • aangegeven dat de aanvraag aan de subsidievoorwaarden voldeed en dat de subsidie op eenbedrag van € 9.800 vastgesteld diende te worden, en
  • niet aangegeven dat in werkelijkheid een deel van de totale kosten van het marketingplan, te weteneen bedrag van € 18.875 (inclusief BTW), niet aan verdachte dan wel aan R[bedrijf 3] is betaald en de aan SNN toegestuurde kopie van een bankgiro-opdracht, waaruit de betaling van een bedrag van € 18.875 blijkt, vals is, en
  • niet aangegeven dat de werkelijke subsidiabele kosten van het marketingplan (exclusief BTW) nietmeer dan € 4.000 bedroegen, en
  • een onjuist subsidiabel bedrag aangegeven en een onjuist subsidiebedrag aangevraagd,
  • zich voorgedaan als bonafide aanvrager van die subsidie,
waardoor SNN werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
8.
Zaaksdossier: [naam 5]hij in de periode van 1 maart 2015 tot 17 februari 2017 in Nederland,
opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een vervalste kopie van een bankgiro-opdracht, waaruit een op 29 april 2016 uitgevoerde bankoverschrijving van een bedrag van € 18.875 van [bedrijf 8] (van rekeningnummer [rekeningnummer] ) aan [bedrijf 5] op (rekeningnummer [rekeningnummer] ) met omschrijving ‘UHB 01-032015; [bedrijf 5] fase 2’ blijkt, – zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen – als ware dit geschrift echt en onvervalst,
bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, die kopie van die bankgiro-opdracht aan Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) heeft toegezonden, teneinde een subsidie in het kader van de regeling Noordelijke Innovatie Faciliteit (NIOF) met projectnummer 022130567 ten behoeve van de heer [naam 5] vast te laten stellen,
bestaande die vervalsing hierin dat die kopie van die bankgiro-opdracht fictief was en dat die [bedrijf 8] in werkelijkheid op of omstreeks 29 april 2019 geen bedrag van € 18.875 door middel van een bankoverschrijving (van rekeningnummer [rekeningnummer] naar rekeningnummer [rekeningnummer] ) aan [bedrijf 5] en/of aan verdachte en/of [bedrijf 4] had betaald.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Strafbaarheid van het bewezen verklaardeHet bewezen verklaarde levert op:
5. oplichting
7. medeplegen van oplichting
8. valsheid in geschrift
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van feiten 1 primair, 2 primair, 3 primair, 4 primair, 5, 7 en 8 wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 17 maanden. Hij heeft daartoe aangevoerd dat gelet op de ernst van de feiten een onvoorwaardelijke gevangenisstraf aan de orde is en dat ten aanzien van de hoogte het uitgangspunt kan gelden van drie maanden gevangenisstraf per oplichting en vier maanden gevangenisstraf als ook valsheid in geschrift bewezen kan worden verklaard. Volgens de officier van justitie is een strafkorting van ongeveer 10% aan de orde in verband met de overschrijding van de redelijke termijn.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft - indien de rechtbank komt tot een bewezenverklaring - gepleit voor oplegging van een voorwaardelijke straf of een taakstraf. Zij heeft de rechtbank verzocht rekening te houden met de ouderdom van de feiten, de overschrijding van de redelijke termijn en het feit dat verdachte geen relevante documentatie heeft.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, het uittreksel uit de justitiële documentatie, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan subsidiefraude en valsheid in geschrift. Verdachte trad op als subsidieadviseur en onafhankelijke deskundige in twee subsidieprocedures bij
Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN). Deze subsidies waren bedoeld om innovatie in het midden- en kleinbedrijf in Noord-Nederland te stimuleren. De bedrijven waarvoor verdachte subsidies aanvroeg konden subsidie ontvangen die maximaal 50% van de kosten voor een marketingplan bedroeg. In werkelijkheid waren de opgegeven kosten van het marketingplan slechts voor een klein deel betaald, waardoor SNN ten onrechte de aangevraagde bedragen heeft uitgekeerd. In een geval heeft verdachte daarbij gebruik gemaakt van een vervalste kopie van een banktransactie. Het door SNN uitgekeerde bedrag kwam uiteindelijk deels bij de bedrijven en deels bij (het bedrijf van) verdachte terecht. Het benadelingsbedrag betreft in totaal € 22.000. De rechtbank acht het zeer kwalijk dat verdachte op deze doortrapte wijze misbruik heeft gemaakt van publieke gelden. Hij heeft meerdere keren bewust de beslissing genomen om SNN op te lichten.
De rechtbank neemt bij het bepalen van de straf het tijdsverloop en de overschrijding van de redelijke termijn in aanmerking. De redelijke termijn is met ruim een jaar overschreden.
Gelet op het benadelingsbedrag en het hiervoor genoemde tijdsverloop, acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf niet meer opportuun, zoals de officier van justitie heeft geëist. Ook heeft de rechtbank minder feiten bewezen geacht dan de officier van justitie.
Alles in aanmerking genomen acht de rechtbank een taakstraf voor de duur van 180 uren alsmede een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden, met een proeftijd van 2 jaren, passend en geboden.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 47, 57, 225 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1 primair en subsidiair, 2 primair en subsidiair, 3 primair en subsidiair, 4 primair en subsidiair en 6 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 5, 7 en 8 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een taakstraf voor de duur van 180 uren.

Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 3 maanden zal worden toegepast.
Beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf geheel in mindering zal worden gebracht naar de maatstaf van 2 uren per dag inverzekeringstelling.

een gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden.

Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op 2 jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Dit vonnis is gewezen door mr. H. Brouwer, voorzitter, mr. F. Sieders en mr. T.M.L. Wolters, rechters, bijgestaan door mr. B.E. Oosterhout, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 7 maart 2023.
Mr. Sieders en mr. Wolters zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.