Uitspraak
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
Inleiding
Feiten
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, gedaan op 2 november 2023, zijn de beroepen van eiser tegen de uitspraken op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst behandeld. Eiser had bezwaar gemaakt tegen de aanslagen in de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor de jaren 2019 en 2020. De inspecteur had de aanslag voor 2019 opgelegd op basis van een belastbaar inkomen van € 15.117 en voor 2020 op basis van € 12.479. Eiser had bezwaar gemaakt tegen beide aanslagen, maar het bezwaar tegen de aanslag van 2019 werd niet-ontvankelijk verklaard omdat het buiten de bezwaartermijn was ingediend. Het bezwaar tegen de aanslag van 2020 werd ongegrond verklaard.
De rechtbank heeft de beroepen op zitting behandeld, maar eiser en zijn gemachtigde waren niet aanwezig. De rechtbank oordeelde dat de inspecteur terecht het bezwaar tegen de aanslag IB/PVV 2019 niet-ontvankelijk had verklaard. Eiser had geen gronden aangevoerd tegen deze beslissing. Wat betreft de aanslag IB/PVV 2020 oordeelde de rechtbank dat de kwijtschelding van de aanslagen in het kader van een minnelijk schuldsaneringstraject niet leidt tot de vernietiging van de aanslagen zelf. De rechtbank concludeerde dat de rechtmatigheid van de aanslagen niet in twijfel kan worden getrokken, ondanks de kwijtschelding van de invordering.
De rechtbank verklaarde de beroepen ongegrond, wat betekent dat de aanslagen in stand blijven. Eiser krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.