Op 14 december 2023 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van poging tot brandstichting. De verdachte, geboren in 2000, heeft op 16 oktober 2022 in De Fryske Marren molotovcocktails gemaakt en deze in de richting van een pand gegooid. Tijdens de zitting op 30 november 2023 heeft de verdachte bekend dat hij de molotovcocktails heeft gemaakt en deze heeft aangestoken, maar ontkende dat hij ze tegen de gevel heeft gegooid. De officier van justitie eiste veroordeling op basis van de aangifte en de verklaring van de verdachte, terwijl de verdediging pleitte voor vrijspraak, stellende dat er geen levensgevaar was en dat de verdachte enkel intimidatie bedoelde.
De rechtbank oordeelde dat het primair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen was, ondanks dat er geen levensgevaar voor personen was aangetoond. De rechtbank concludeerde dat de verdachte zich willens en wetens blootstelde aan de aanmerkelijke kans dat er brand zou ontstaan door het gooien van de brandende molotovcocktails. De rechtbank achtte de poging tot brandstichting bewezen, maar sprak de verdachte vrij van andere tenlasteleggingen.
In de strafmotivering hield de rechtbank rekening met de ernst van het feit, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, en de vordering van de officier van justitie. De verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van 240 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden met een proeftijd van 3 jaren. De rechtbank benadrukte dat de straf moest dienen ter afschrikking en om herhaling te voorkomen.