ECLI:NL:RBNNE:2023:4691

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
17 januari 2023
Publicatiedatum
15 november 2023
Zaaknummer
187543
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een machtiging voor gesloten jeugdhulp aan een minderjarige met ernstige agressie-regulatieproblematiek

In deze zaak heeft de kinderrechter op 17 januari 2023 een machtiging verleend voor gesloten jeugdhulp aan een minderjarige, die kampt met ernstige agressie-regulatieproblematiek. De minderjarige vertoont zelfbepalend gedrag en heeft moeite om zijn emoties onder controle te houden, wat leidt tot woede-uitbarstingen. Ondanks zijn voorkeur voor een open setting, is de kinderrechter van mening dat de minderjarige momenteel de structuur en begeleiding nodig heeft die alleen in een gesloten accommodatie kan worden geboden. De kinderrechter heeft eerder op 6 januari 2023 al een spoedmachtiging verleend voor een periode van vier weken, en op basis van de huidige situatie is besloten om deze machtiging te verlengen voor een periode van zes maanden. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er geen andere geschikte plekken beschikbaar zijn voor de minderjarige en dat de behandeling in een gestructureerde omgeving de meeste kans van slagen heeft. De ouders van de minderjarige steunen het verzoek voor gesloten jeugdhulp, terwijl de minderjarige zelf aanvankelijk tegen de gesloten setting was, maar de noodzaak ervan inziet. De kinderrechter benadrukt het belang van een goede regie door het college en het tijdig zoeken naar een vervolgplek voor de minderjarige, aangezien hij volgend jaar achttien jaar wordt en er wachtlijsten zijn voor open plekken.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Leeuwarden
Zaaknummer: C/17/187543 / JE RK 23-14
Datum uitspraak: 17 januari 2023
Beschikking van de kinderrechter over een machtiging gesloten jeugdhulp na spoed
in de zaak van
het college van Burgemeester & Wethouders van de gemeente Leeuwarden,
gevestigd te Leeuwarden, hierna te noemen: het college,
betreffende
[naam], geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] ,
hierna te noemen: [de minderjarige] ,
advocaat: mr. A.A. Scholtmeijer, te Heerenveen.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:
[naam],
hierna te noemen: de moeder,
wonende te [woonplaats] ,
[naam],
hierna te noemen: de vader,
wonende op een bij de rechtbank bekend adres.

1.Het procesverloop

1.1.
Bij beschikking van 6 januari 2023, waarvan de inhoud hier als herhaald en ingelast moet worden beschouwd, heeft de kinderrechter een spoedmachtiging verleend om [de minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de duur van vier weken, te weten tot 3 februari 2023. De kinderrechter heeft de beslissing op het verzoek voor het overige aangehouden.
1.2.
Op 17 januari 2023 heeft de kinderrechter de zaak tijdens de mondelinge behandeling met gesloten deuren behandeld. Verschenen en gehoord zijn:
- [de minderjarige] , bijgestaan door mr. A.A. Scholtmeijer;
- de vader;
- namens het college, [naam] en [naam] .
1.3.
De moeder is op de juiste wijze opgeroepen, maar niet op de zitting verschenen.
1.4.
Door het college is ter zitting een brief van de moeder overgelegd aan de kinderrechter waarin de moeder haar standpunt uiteenzet.

2.De (verdere) feiten

2.1.
[de minderjarige] verblijft bij [locatie] .

3.Het verzoek

3.1.
De kinderrechter moet de spoedbeslissing van 6 januari 2023 toetsen. Het college verzoekt aansluitend op de spoedbeslissing een machtiging om [de minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van zes maanden.
3.2.
[de minderjarige] heeft al veel meegemaakt in zijn leven. Hij is gediagnostiseerd met ODD, een reactieve hechtingstoornis en ADHD. Dit maakt dat hij veel structuur en begeleiding nodig heeft om binnen aanvaardbare grenzen te functioneren. Na een periode van ruim een jaar binnen de gesloten jeugdhulp, is [de minderjarige] op 30 december 2021 overgeplaatst naar behandelgroep [locatie 2] . Deze plaatsing verliep positief. Sinds de herfstvakantie van 2022 is echter de problematiek die eerder ook aan de orde was in alle hevigheid teruggekomen.
[de minderjarige] laat zelfbepalend gedrag zien en houdt zich niet aan de regels van de groep. Dit heeft in de afgelopen maanden meermaals geleid tot ernstige incidenten waarbij [de minderjarige] extreem agressief gedrag vertoonde. [de minderjarige] is verbaal agressief en heeft meermaals fysieke agressie laten zien richting begeleiding en groepsgenoten. De plaatsing op de behandelgroep is daarop vroegtijdig beëindigd. Op 20 november 2022 is [de minderjarige] overgeplaatst naar de crisisgroep. Hier heeft [de minderjarige] soortgelijk gedrag vertoond. Hij is veelvuldig aangesproken op zijn gedrag en ook al geeft hij aan dat hij zich aan de afspraken zal houden, lukt hem dit in de praktijk niet. Vanwege de incidenten is [de minderjarige] niet meer welkom op de crisisgroep. De veiligheid van zowel [de minderjarige] , de groepsleiding als groepsgenoten kon niet langer gewaarborgd worden. Het college is van mening dat [de minderjarige] behandeling nodig heeft voor zijn emotieregulatie en het leren aanbrengen van structuur in zijn dag. Op dit ogenblik is er geen open plek voor [de minderjarige] beschikbaar. De benaderde instellingen willen hem onder deze omstandigheden niet opnemen. Tegelijkertijd stelt het college zich de vraag of [de minderjarige] op dit moment in staat is te functioneren op een open groep. [de minderjarige] kan niet terug naar huis. Dit maakt dat het college geen andere mogelijkheid ziet dan een gesloten machtiging te verzoeken, om [de minderjarige] de behandeling te kunnen bieden die hij nodig heeft.

4.Het standpunt van de belanghebbenden

Het standpunt van [de minderjarige]
4.1.
Door en namens [de minderjarige] is primair tot afwijzing van het verzoek gepleit. [de minderjarige] wil niet binnen een gesloten setting verblijven. Desondanks begrijpt hij wel dat er iets moest gebeuren en dat hij met spoed in gesloten jeugdhulp is geplaatst. [de minderjarige] geeft aan dat hij baat heeft bij duidelijkheid en structuur. Hij wil het liefst dat er een plek voor hem gezocht wordt waar hem dezelfde structuur geboden wordt als bij [locatie] , maar dan in een open setting. Subsidiair verzoekt [de minderjarige] om de duur van de machtiging te bekorten.
Het standpunt van de ouders
4.2.
De ouders stemmen in met het verblijf van [de minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp voor de duur van zes maanden, zodat [de minderjarige] in deze tijd de hulp kan krijgen die hij nodig heeft. De vader heeft benadrukt dat hij naast [de minderjarige] staat om de problemen proberen te overwinnen.

5.De beoordeling

Ten aanzien van de spoedmachtiging gesloten jeugdhulp
5.1.
De kinderrechter is van oordeel dat de beschikking van 6 januari 2023 waarbij de spoedmachtiging tot gesloten jeugdhulp is verleend op terechte gronden is gegeven en dat deze beschikking in stand moet blijven. De crisis en de zorgen die er op dat moment waren rechtvaardigen die beslissing.
Ten aanzien van de reguliere machtiging gesloten jeugdhulp
5.2.
Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en het verblijf in een gesloten accommodatie noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken.
5.3.
De kinderrechter is van oordeel dat aan de hiervoor genoemde gronden is voldaan. De kinderrechter onderschrijft de zorgen van het college over de huidige ontwikkeling van [de minderjarige] richting zijn volwassenheid. Bij [de minderjarige] is sprake van ernstige agressie-regulatieproblematiek. Hij heeft moeite om zijn emoties onder controle te houden en dit resulteert in woede-uitbarstingen. Hij vertoont daarnaast zelfbepalend gedrag en houdt zich niet aan de regels die gelden op de open groep, waardoor de plaatsing op [locatie 2] en de crisisgroep beëindigd is. Duidelijk is dat [de minderjarige] veel duidelijkheid en structuur nodig heeft om goed te functioneren. De kinderrechter vindt het knap van [de minderjarige] dat hij dit zelf ook inziet. De kinderrechter is met de betrokkenen van oordeel dat [de minderjarige] een behandeling nodig heeft voor de gedragsproblemen waar hij mee kampt. De psychomotorische therapie (PMT) waar het college aan denkt lijkt daarvoor een goed middel; [de minderjarige] zou daarbij kunnen leren aan te voelen wanneer hij door zijn emoties en boosheid overmand dreigt te worden. Hoewel [de minderjarige] aangeeft dat hij het liefst binnen een open setting wil verblijven, is het de kinderrechter duidelijk geworden dat er nu geen andere plek voor hem beschikbaar is waar hij een behandeling kan volgen. Daarbij heeft de behandeling de meeste kans van slagen in een gestructureerde omgeving, iets wat men hem bij [locatie] kan bieden.
5.4.
De kinderrechter zal daarom de machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp verlenen, en wel voor de periode van zes maanden. Gelet op de complexe problematiek en omdat een behandeling tijd neemt, ziet de kinderrechter geen aanleiding om de duur van de machtiging te bekorten. Mocht [de minderjarige] eerder klaar zijn om door te stromen naar een open setting, dan staat deze machtiging dat niet in de weg. De kinderrechter benadrukt dat het van belang is dat het college in deze periode strak de regie voert, omdat die in de afgelopen periode bij [locatie 2] heeft ontbroken. Mogelijk zouden de escalaties voorkomen kunnen zijn als tijdig was ingezien dat [de minderjarige] zich niet op zijn plek voelde daar. Daarvoor was ook nodig dat [de minderjarige] open was over zijn gevoelens, iets wat hij wellicht kan leren beter aan te geven. Ook zal het college tijdig op zoek moeten gaan naar een passende vervolgplek, zodat [de minderjarige] niet langer dan strik noodzakelijk binnen de gesloten jeugdhulp hoeft te blijven. Dit is temeer belangrijk omdat [de minderjarige] volgend jaar al achttien jaar wordt en algemeen bekend is dat er wachtlijsten zijn, waardoor het moeilijk is om een plek te vinden.
5.5.
Gelet op de concrete ontwikkelingsbedreigingen heeft de kinderrechter niet de mogelijkheid geboden en familiegroepsplan op te stellen.

6.De beslissing

De kinderrechter:
6.1.
verleent een machtiging om [de minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 17 januari 2023 tot uiterlijk 17 juli 2023.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 17 januari 2023 door mr. M. van der Hoeven, kinderrechter, in tegenwoordigheid van E. Massink, als griffier. De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 31 januari 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Arnhem-Leeuwarden.