ECLI:NL:RBNNE:2023:4683

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
19 juni 2023
Publicatiedatum
14 november 2023
Zaaknummer
189709
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Tussenbeschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlening machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van drie maanden

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 19 juni 2023 een beschikking gegeven over de verlening van een machtiging voor gesloten jeugdhulp voor de minderjarige [minderjarige]. De zaak betreft een verzoek van de gecertificeerde instelling William Schrikker Jeugdbescherming & Jeugdreclassering, die een machtiging vroeg om [minderjarige] in een gesloten accommodatie te plaatsen voor de duur van zes maanden, aansluitend op een eerder verleende spoedmachtiging. De kinderrechter had eerder op 7 juni 2023 een spoedmachtiging verleend voor vier weken, omdat de veiligheid van [minderjarige] niet kon worden gewaarborgd in haar vorige woonvoorziening, de Bosk. Tijdens de mondelinge behandeling op 15 juni 2023 werd duidelijk dat [minderjarige] kwetsbaar is in sociale interacties en dat er risico's zijn op grensoverschrijdend gedrag en seksueel misbruik. De kinderrechter heeft de zorgen van de GI onderschreven en geconcludeerd dat een gesloten plaatsing noodzakelijk is voor de veiligheid van [minderjarige]. De kinderrechter heeft de machtiging voor gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van drie maanden, met een aanhouding van de beslissing over de resterende duur tot een zitting op 18 september 2023. De kinderrechter heeft de GI opgedragen om voor deze datum een nieuwe verklaring van een gedragswetenschapper over te leggen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Familie- en Jeugdrecht
Locatie Leeuwarden
Zaaknummer: C/17/189709 / JE RK 23-499
Datum uitspraak: 19 juni 2023
Beschikking van de kinderrechter over een machtiging gesloten jeugdhulp
in de zaak van
William Schrikker Jeugdbescherming & Jeugdreclassering,
wonende te Amsterdam, hierna te noemen: de GI (gecertificeerde instelling),
betreffende
[minderjarige], geboren op [geboortedag] 2007 te [plaats] ,
hierna te noemen: [minderjarige] ,
advocaat: mr. M.R. Rauwerda, te Leeuwarden.
De rechtbank merkt als belanghebbenden aan:
[de moeder], wonende te [plaats] ,
hierna te noemen: de moeder,
De heer [de vader], wonende te [plaats] ,
hierna te noemen: de vader.

1.Het verdere procesverloop

1.1.
Bij beschikking van 7 juni 2023, waarvan de inhoud als hier herhaald en ingelast dient te worden beschouwd, heeft de kinderrechter een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van vier weken, te weten tot 5 juli 2023.
1.2.
Na 7 juni 2023 heeft de kinderrechter kennisgenomen van het verzoekschrift van de GI d.d. 7 juni 2023, ingekomen bij de griffie op 8 juni 2023.
1.3.
Op 15 juni 2023 heeft de kinderrechter de zaak tijdens de mondelinge behandeling met gesloten deuren behandeld. Verschenen en gehoord zijn:
- [minderjarige] , bijgestaan door mr. M.R. Rauwerda;
- de vader;
- namens de GI, jeugdzorgwerker [naam] .
De moeder is opgeroepen voor de mondelinge behandeling, maar niet verschenen.
1.4.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de GI een toelichting gegeven op de meest recente verklaring van de gedragswetenschapper d.d. 12 juni 2023. Deze instemmingsverklaring is bij de rechtbank binnengekomen op 22 juni 2023.

2.De feiten

2.1.
Het ouderlijk gezag over [minderjarige] wordt uitgeoefend door de ouders.
2.2.
[minderjarige] verblijft in een gesloten accommodatie van Woodbrookers.
2.3.
Bij beschikking van 3 mei 2023 is de ondertoezichtstelling van [minderjarige] verlengd tot 18 mei 2024. Ook is toen de machtiging uithuisplaatsing van [minderjarige] in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder verlengd tot 18 mei 2024.
2.4.
Bij beschikking van 7 juni 2023, heeft de kinderrechter een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van vier weken, te weten tot 5 juli 2023.

3.Het verzoek

3.1.
De GI verzoekt om - aansluitend op de spoedmachtiging - een machtiging om [minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van zes maanden, te weten tot 5 januari 2024. De GI heeft het verzoek onderbouwd in een verzoekschrift met bijlagen waarin de gronden staan vermeld.
3.2.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de GI het verzoek nader toegelicht en
aangevoerd dat er vanuit de vorige woonvoorziening (de Bosk) grote zorgen werden geuit. [minderjarige] liep daar weg, had seks met verschillende volwassen mannen en hield zich niet aan de afspraken. Ondanks dat [minderjarige] de gebeurtenissen ontkent, waren er op de Bosk wel grote zorgen om haar veiligheid. Op de Bosk kon de veiligheid van [minderjarige] niet meer worden gewaarborgd, zodat met spoed een gesloten machtiging is aangevraagd. [minderjarige] is kwetsbaar in sociale interacties en het niet bewaken van haar grenzen. Er is daarbij een risico op grensoverschrijdend gedrag en seksueel misbruik. Het toezicht en de structuur van een gesloten accommodatie is nodig om dit risico weg te nemen en om [minderjarige] haar veiligheid te waarborgen. De plaatsing is ook de enige mogelijkheid voor diagnostiek en behandeling omdat dit bij de Bosk niet van de grond kwam. Van belang is dat er in de komende periode een duidelijk beeld wordt verkregen. Allereerst is het belangrijk dat er rust wordt gecreëerd en wordt gekeken naar wat er nodig is.

4.Het standpunt van de belanghebbende(n)

Het standpunt van [minderjarige]
4.1.
vindt het verblijf bij de Woodbrookers wel prettig, maar heeft niet het gevoel dat ze daar thuishoort. De plek waar ze eerder verbleef was meer open, zodat ze ook af en toe even naar buiten kon, maar ze wil niet terug naar deze plek. [minderjarige] wil het liefst bij haar moeder wonen en als dat niet kan bij haar vader. Zij denkt bij moeder te kunnen wonen omdat ze met haar moeder heeft gesproken en de onderlinge situatie is verbeterd. [minderjarige] kan zich deels vinden in de geschetste zorgen, maar vindt ook dat een groot deel daarvan niet waar is.
Namens [minderjarige] heeft de advocaat verzocht om de duur van de machtiging voor gesloten jeugdhulp te beperken. [minderjarige] wil nu wel bij de Woodbrookers blijven en gelet op haar leeftijd is een kortere periode passend. De advocaat pleit dan ook voor een machtiging met een duur van drie maanden, waarbij de resterende duur wordt aangehouden. Binnen drie maanden kan er diagnostiek worden verricht en een duidelijk behandelplan komen.
Het standpunt van de vader
4.2.
De vader heeft aangegeven dat hij achter de gesloten plaatsing staat, ondanks dat hij dit wel sneu vindt voor [minderjarige] .

5.De beoordeling

Ten aanzien van de spoedmachtiging gesloten jeugdhulp
5.1.
De kinderrechter is van oordeel dat de beschikking van 7 juni 2023, waarbij de spoedmachtiging tot gesloten jeugdhulp betreffende [minderjarige] is verleend, op terechte gronden is gegeven en dat deze beschikking in stand moet blijven.
Ten aanzien van de aansluitende machtiging gesloten jeugdhulp
5.2.
Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de rechtbank deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en het verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. De kinderrechter overweegt hiertoe als volgt.
5.3.
De kinderrechter onderschrijft de zorgen van de GI en constateert dat de veiligheid van [minderjarige] niet langer kon worden gewaarborgd in de Bosk. [minderjarige] hield zich regelmatig niet aan de gemaakte afspraken en had wisselende contacten met volwassen mannen. Uit de recente verklaring van de gedragswetenschapper volgt dat de houding van [minderjarige] haar in onveilige en risicovolle situaties brengt, zonder dat zij dat doorheeft. Zeer zorgelijk is ook dat [minderjarige] met meerdere van de volwassen mannen seksueel contact heeft gehad en dat [minderjarige] daarbij heeft aangegeven dat zij zwanger wil worden. [minderjarige] creëert haar eigen werkelijkheid en gaat hier helemaal in op. Het verblijf in een gesloten accommodatie is noodzakelijk om de veiligheid van [minderjarige] te waarborgen. Allereerst zal het verblijf bij de Woodbrookers rust moeten creëren, waarna diagnostiek kan worden verricht en een behandelplan kan worden opgesteld.
5.4.
Gelet op het voorgaande zal de kinderrechter een machtiging verlenen om [minderjarige] in een gesloten accommodatie te doen opnemen en te doen verblijven.
Ten aanzien van de duur van de te verlenen machtiging overweegt de rechtbank dat de GI instemt met een machtiging voor een kortere duur, zoals door de advocaat is bepleit en is toegelicht in 4.2 van deze beschikking. De rechtbank zal de machtiging verlenen voor de duur van drie maanden en een beslissing op de resterende duur aanhouden tot de zitting met gesloten deuren op maandag 18 september om 13:00. Om dan inzicht te krijgen in de actuele stand van zaken en de noodzaak van het verblijf in een gesloten accommodatie voor de resteren duur, is het van belang dat de GI de kinderrechter informeert over het al dan niet handhaven van het verzoek. Indien de GI haar verzoek handhaaft, draagt de kinderrechter de GI op om uiterlijk 15 september 2023 een nieuwe verklaring van een gedragswetenschapper over te doen leggen.

6.De beslissing

De rechtbank:
6.1.
verleent een machtiging om [minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 4 juli 2023 tot 4 oktober 2023;
6.2.
houdt de beslissing op het verzoek voor het overige aan tot de zitting met gesloten deuren op
maandag 18 september 2023 om 13:00, waarvoor de belanghebbenden nog een nadere oproep zullen ontvangen;
6.3.
bepaalt dat GI
uiterlijk 15 september 2023een nieuwe verklaring van een gedragswetenschapper over moet leggen, waarbij de GI de kinderechter ook informeert over het al dan niet handhaven van het verzoek voor de resterende duur;
6.4.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 19 juni 2023 door mr. S.M. Barkhuijsen-Venselaar, kinderrechter, in aanwezigheid van J.S. Andringa als griffier, en op schrift gesteld op 4 juli 3023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Arnhem-Leeuwarden.