In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland, gedateerd 10 februari 2023, zijn de beroepen van eisers I en II gegrond verklaard. De zaak betreft een handhavingsverzoek met betrekking tot het concours hippique terrein op een specifiek perceel. Eisers hebben bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van hun verzoek om handhaving door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Wolden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de motivering van de afwijzing onvoldoende was en dat er geen sprake was van een overtreding, aangezien de vergunning al in werking was getreden voor een deel van de activiteiten. De rechtbank heeft de bestreden besluiten van 25 juni 2019 vernietigd en het college opgedragen om opnieuw een besluit te nemen op het handhavingsverzoek. Tevens is het college veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan eiser I. De uitspraak benadrukt het belang van een deugdelijke motivering bij besluiten van het college en de noodzaak om handhaving serieus te overwegen wanneer er sprake is van overtredingen van het bestemmingsplan.