ECLI:NL:RBNNE:2023:4430

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
31 oktober 2023
Publicatiedatum
31 oktober 2023
Zaaknummer
18-012920-23
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in bankhelpdeskfraudezaak wegens onvoldoende bewijs van medeplegen

Op 31 oktober 2023 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van betrokkenheid bij bankhelpdeskfraude. De rechtbank sprak de verdachte integraal vrij van de tenlastegelegde feiten, omdat niet was komen vast te staan dat hij een significante bijdrage had geleverd aan de gepleegde misdrijven. De rechtbank oordeelde dat de rol van de verdachte uitsluitend die van chauffeur was, waarbij hij medeverdachten naar locaties reed waar oplichtingen en diefstallen plaatsvonden. Er was geen bewijs dat de verdachte op de hoogte was van de criminele activiteiten of dat hij enige intellectuele bijdrage had geleverd aan de uitvoering van de misdrijven. De rechtbank concludeerde dat de vereiste nauwe en bewuste samenwerking voor medeplegen niet was aangetoond, waardoor de verdachte werd vrijgesproken van de feiten 1, 2 en 3. De rechtbank heeft ook de inbeslaggenomen goederen teruggegeven aan de verdachte, omdat het belang van strafvordering zich daartegen niet verzette. De vorderingen van de benadeelde partijen werden niet-ontvankelijk verklaard, omdat de feiten niet bewezen waren.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
Parketnummer 18-012920-23
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 31 oktober 2023 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 2003 te [geboorteplaats] , wonende [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 2 oktober 2023 (inhoudelijke behandeling) en 17 oktober 2023 (sluiting van het onderzoek). De strafzaak tegen verdachte is eerder behandeld op de zitting van 25 april 2023 (pro forma).
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. H.O. den Otter, advocaat te Arnhem. Ter terechtzitting van 17 oktober 2023 zijn beiden niet verschenen.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. G. Veenstra en ter terechtzitting van 17 oktober 2023 door mr. H.J. Mous.

Tenlastelegging

Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1
(zaaksdossier 26, aangifte pag. 736)
hij op of omstreeks 12 januari 2023 te [plaatsnaam] , in de gemeente Aa en Hunze, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, [slachtoffer 1] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas van de [bank] en/of een telefoon, waarop de bankapp was geïnstalleerd en/of een hoeveelheid contant geld (in totaal (ongeveer) 670 euro) en/of het ter beschikking stellen van de bij die bankpas behorende pincode, althans van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met voor omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • ( telefonisch) voorgedaan alszijnde een medewerker van de [bank] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] - zakelijk weergegeven- er op gewezen dat er een vreemdebetaalopdracht van 200 euro was gedaan vanaf de rekening vanuit Amsterdam en/of die [slachtoffer 1] gevraagd haar rekening te controleren en/of die [slachtoffer 1] gevraagd of zij nog andere rekeningen had en/of gevraagd hoeveel geld er op die rekening(en) stond en/of die [slachtoffer 1] gevraagd of het juist was dat op haar spaarrekening een bedrag van 26.000 euro stond en/of dat zij haar bankpas naar het kantoor in [plaatsnaam] moest brengen om het te laten blokkeren en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 1] - zakelijk weergegeven- er op gewezen dat er toevalligiemand in de buurt was die ook in [plaatsnaam] woonde en wel even langs zou komen en/of
  • zich bij het (woon)adres van die [slachtoffer 1] gemeld en zich voorgedaan als een medewerker vande [bank] en/of
  • samen met die [slachtoffer 1] op de mobiele telefoon van die [slachtoffer 1] ingelogd op de [bank] app en/of ingelogd op de laptop van die [slachtoffer 1] en/of
  • die [slachtoffer 1] aangegeven dat de bankpas inmiddels was geblokkeerd en die [slachtoffer 1] gevraagd of zij zich financieel kon redden en/of
  • toen die [slachtoffer 1] aangaf dat zij nog ((in totaal) ongeveer) 700 euro contant geld in de woninghad liggen die [slachtoffer 1] medegedeeld dat dit geld mee moest om te controleren of het hier niet om vals geld ging en/of
  • een hoeveelheid geld, te weten (in totaal) ongeveer 670 euro van die [slachtoffer 1] in ontvangstgenomen en meegenomen en/of
  • van de spaarrekening van die [slachtoffer 1] een overboeking van 26.000 euro gedaan naar delopende rekening van die [slachtoffer 1] en/of
  • een overboeking gedaan van 16.778 euro naar een rekening van [bedrijf] ,waardoor die [slachtoffer 1] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
2
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 10 januari 2023 tot en met 11 januari 2023 te [plaatsnaam] en/of te [plaatsnaam] , in de gemeente Aa en Hunze en/of in de gemeente Emmen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, (onder meer)
(zaaksdossier 25, aangifte pag. 678)
[slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas van de [bank] en/of het ter beschikking stellen van de bij die bankpas behorende pincode, althans van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met voor omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • op 11 januari 2023 (telefonisch) voorgedaan alszijnde een medewerker van de [bank] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] - zakelijk weergegeven- gevraagd of hij houder was van derekening op naam van [slachtoffer 2] en [naam] en eindigend met de cijfers [cijfers] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 2] - zakelijk weergegeven- er op gewezen dat er nog eenrekening penstond van 2250 euro en/of die [slachtoffer 2] gevraagd of hij zich goed kon redden met de computer en/of dat hij wel een collega langs kon sturen om hiermee te helpen en/of
  • zich bij het (woon)adres van die [slachtoffer 2] gemeld en zich voorgedaan als een medewerker vande [bank] en/of
  • op de laptop van die [slachtoffer 2] met behulp van de bankpas en bijbehorende pincode van die
[slachtoffer 2] ingelogd op de [bank] website en/of - een overboeking gedaan van 6305 euro naar de [bedrijf] , waardoor die [slachtoffer 2] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte,
en/of
(zaaksdossier 31, aangifte pag. 824)
[slachtoffer 3]heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas van de [bank] en/of een mobiele telefoon en/of het ter beschikking van de bij die bankpas behorende pincode en/of de inloggegevens van
Internetbankieren, althans van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met voor omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • op 10 januari 2023 (telefonisch) voorgedaan als medewerker van de [bank] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 3] - zakelijk weergegeven- er op gewezen dat er iemand bezigwas om 2000 euro van haar rekening te halen en/of ze haar rekening wilde controleren en/of dat hij haar kon helpen om haar geld veilig te stellen en/of of ze in de gelegenheid was naar de bank te komen en/of dat er toevallig een collega van hem in de buurt was die wel aan huis kon komen en/of
  • zich bij het (woon)adres van die [slachtoffer 3] gemeld en zich voorgedaan als een medewerker vande [bank] en/of
  • de bankpas en/of de daarbij behorende pincode en/of de inloggegevens van Internetbankieren en/ofde mobiele telefoon (met bijbehorend hoesje met daarin het rijbewijs en/of ID-kaart en/of een geldbedrag van 20 euro) van die [slachtoffer 3] in ontvangst genomen en meegenomen en/of
  • vanaf de spaarrekening van die [slachtoffer 3] een overboeking gedaan van
  • een bestelling en/of overboeking gedaan van
en/of
(zaaksdossier 32, aangifte pag. 850)
[slachtoffer 4]heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas van de [bank] en/of het ter beschikking stellen van de bij die bankpas behorende pincode, althans van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met voor omschreven oogmerk - zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • op 10 januari 2023 (telefonisch) voorgedaan als medewerker van de [bank] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 4] - zakelijk weergegeven- er op gewezen dat er geld van haarrekening was afgeschreven in Amsterdam en/of dat hij de rekening inmiddels had geblokkeerd en/of dat haar bankpas vernietigd moest worden en/of dat er een collega van hem, [naam] , in
[plaatsnaam] woonde die wel even langs kon komen en/of dat zij al vast in haar portemonnee moest kijken of haar bankpas daarin aanwezig was en/of
  • zich bij het (woon)adres) van die [slachtoffer 4] gemeld en zich voorgedaan alszijnde [naam] en/of
  • de bankpas (en/of de daarbij behorende pincode) van die [slachtoffer 4] in ontvangst genomen en/of(vervolgens) de bankpas doorgeknipt en meegenomen en/of
  • vanaf de spaarrekening van die [slachtoffer 4] een overboeking gedaan van
en/of
(zaaksdossier 33, aangifte pag.882)
[slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6]heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas van de [bank] het ter beschikking stellen van de bij die bankpas behorende pincode, althans van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met voor omschreven oogmerk - zakelijk weergegevenvalselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • op 10 januari 2023 (telefonisch) voorgedaan als medewerker van de [bank] en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] - zakelijk weergegeven- er op gewezendat er een verdachte transactie plaatsvond en/of dat er een geldbedrag van 2200 euro van de rekening was gehaald naar [land] en/of dat er een medewerker langs zou komen om de bankpas en scanner op te halen en/of
  • zich bij het (woon)adres van die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] gemeld en de bankpas en/ofscanner van die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] in ontvangst genomen en/of ter controle van de bankpas de pincode laten invoeren op de scanner en/of
  • de bankpas doorgeknipt en meegenomen en/of
  • vanaf de spaarrekening een overboeking gedaan van 49.000 euro naar de lopende rekening tenname van [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] , waardoor die [slachtoffer 5] en/of [slachtoffer 6] werd(en) bewogen tot bovengenoemde afgifte,
en/of
(zaaksdossier 34, aangifte pag. 890)
[slachtoffer 7]heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en/of het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas van de [bank] en/of het ter beschikking stellen van de bij die bankpas behorende pincode, althans van enig goed, hebbende verdachte en/of verdachtes mededader(s) zich met voor omschreven oogmerk
  • zakelijk weergegeven- valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid
  • op
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 7] - zakelijk weergegeven- er op gewezen dat er een bedragvan 2100 euro van de bankrekening was overgemaakt naar [land] en/of dat er een collega in de buurt was die even langs zou komen en/of
  • ( in die hoedanigheid) die [slachtoffer 7] - zakelijk weergegeven – een nummer gegeven zodat zijwist dat dit een medewerker van de [bank] was en/of
  • zich bij het (woon)adres van die [slachtoffer 7] gemeld en/of en hetzelfde nummer genoemd alswelke die [slachtoffer 7] had gekregen en/of
  • de bankpas en/of de daarbij behorende pincode van die [slachtoffer 7] in ontvangst genomen en/of
  • vanaf de spaarrekening van die [slachtoffer 7] een overboeking gedaan van
3
(zaaksdossiers 25, 26,31,32/ aangiftes respectievelijk pag. 678,736,824 en 850) hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 10 januari 2023 tot en met 12 januari 2023 op na te noemen plaatsen, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, althans alleen, meermalen, op verschillende tijdstippen, althans eenmaal, (telkens) een of meer geldbedrag(en) , in elk geval enig goed, (telkens) geheel of ten dele aan een ander of anderen toebehoorde, te weten aan [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 1] , (telkens) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich (telkens) de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen
geldbedrag(en) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (telkens) zonder toestemming van die genoemde perso(o)n(en) haar/zijn/hun bankpas(sen) te gebruiken, (telkens) met het gebruik van de bij die bankpas(sen) bijbehorende pincode(s) geldopnames heeft/hebben verricht,
middels een [bankpas] van de rekening, ten name van [slachtoffer 2] , te weten; - 11 januari 2023 bij de Geldmaat te [plaatsnaam] , een geldbedrag van 1250 euro en/of
middels een [bankpas] van de rekening, ten name van [slachtoffer 1] , te weten; - 12 januari 2023 bij de Geldmaat te [plaatsnaam] , een geldbedrag van 1110 euro en/of
middels een [bankpas] van de rekening, ten name van [slachtoffer 3] ,te weten
10 januari 2023 bij de Geldmaat te [plaatsnaam] , een geldbedrag van 1250 euro en/of
middels een [bankpas] van de rekening, ten name van [slachtoffer 4] ,te weten:
10 januari 2023 bij de Geldmaat te [plaatsnaam] , een geldbedrag van 1250 euro.

Beoordeling van het bewijs

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft bewezenverklaring gevorderd voor de feiten 1, 2 en 3, gelet op de aangiftes, camerabeelden, telecom/mastgegevens, ANPR-gegevens, gegevens van onder meer [bedrijf] , digitaal onderzoek aan de inbeslaggenomen telefoons alsmede de eigen afgelegde verklaringen van verdachte en de medeverdachten. Er is telkens sprake van medeplegen van oplichting en van diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel in het ruime verband, omdat de vier medeverdachten zowel onderling, als met de opdrachtgever en de afhalers van de bestelde goederen hebben samengewerkt.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft integrale vrijspraak bepleit, omdat verdachte niet als medepleger kan worden aangemerkt ten aanzien van de feiten 1, 2 en 3. Verdachte is slechts drie keer naar het Noorden van het land afgereisd, waarvan twee keer als chauffeur en één keer als bijrijder. Nergens in het dossier zijn aanwijzingen te vinden dat verdachte ook maar enige wetenschap heeft gehad van de oplichtingen en diefstallen of anderszins hieraan een significante bijdrage heeft geleverd. Van een nauwe en bewuste samenwerking is niet gebleken.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht feiten 1, 2 en 3 niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte hiervan integraal zal worden vrijgesproken. De rechtbank overweegt hiertoe het volgende.
Vooraf
Nadat de politie eind 2022 opvallend veel meldingen ontving van ouderen die op een vergelijkbare wijze waren opgelicht in Noord-Nederland werd het onderzoek [naam] gestart. Daaruit ontstond de verdenking dat meerdere dadergroepen actief waren die afzonderlijk van elkaar opereerden. Om die reden werd het onderzoek opgesplitst in [naam] en [naam] . In [naam] heeft de rechtbank eerder, te weten op 14 september 2023 vonnissen gewezen. Onderhavige zaak ziet op [naam] waarbij een viertal verdachten in beeld is gekomen bij de politie. Onder de vier verdachten zijn in totaal 21 oplichtingszaken ten laste gelegd. De rechtbank heeft per verdachte beoordeeld welk aandeel en welke rol zij al dan niet hebben gehad in de specifiek onder hen ten laste gelegde feiten.
Vaststelling van de feiten
Aan de hand van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting stelt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden vast.
Verdachte heeft op 10 en 11 januari 2023 als chauffeur gefungeerd tijdens ritten naar het Noorden van het land. Op 12 januari 2023 was hij tijdens eenzelfde rit als bijrijder aanwezig. Bij al deze ritten was medeverdachte [medeverdachte 1] aanwezig. Bij de laatste twee ritten was daarnaast ook medeverdachte [medeverdachte 2] aanwezig. Verdachte is met allebei bevriend. Medeverdachte [medeverdachte 1] had verdachte gevraagd of hij tegen een kleine (tank)vergoeding op voornoemde pleegdata iemand kon afzetten. De personen die verdachte moest afzetten, kende hij niet.
Uit onderzoek is gebleken dat, naast voornoemde medeverdachten, bij de ritten op 10 en 12 januari medeverdachte [medeverdachte 3] aanwezig was. Bij de rit op 11 januari 2023 was, naast verdachte en medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] , nog een vierde persoon aanwezig. Medeverdachte [medeverdachte 1] zocht de adressen van aangevers en de pinlocaties op waar medeverdachte [medeverdachte 3] vervolgens op 10 en 12 januari 2023 in de nabije omgeving werd afgezet. Op deze dagen verrichte medeverdachte [medeverdachte 3] vervolgens de
uitvoeringshandelingen ten aanzien van de oplichtingen en diefstallen. Op 11 januari 2023 werden deze uitvoeringshandelingen door iemand anders verricht. In totaal zijn op deze drie achtereenvolgende dagen zes ouderen opgelicht en is in de meeste gevallen geld van hen gestolen.
Overwegingen medeplegen
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Ook indien het tenlastegelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering tijdens het begaan van het strafbare feit, maar uit gedragingen die doorgaans met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht (zoals het verstrekken van inlichtingen, op de uitkijk staan, helpen bij de vlucht), kan sprake zijn van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking. De materiële en/of intellectuele bijdrage van de verdachte aan het strafbare feit zal dan van voldoende gewicht moeten zijn.
Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
De bijdrage van de medepleger kan in uitzonderlijke gevallen in hoofdzaak vóór of ná het strafbare feit zijn geleverd. Een geringe rol of het ontbreken van enige rol in de uitvoering van het delict zal in dergelijke gevallen moeten worden gecompenseerd, bijvoorbeeld door een grote(re) rol in de voorbereiding.
Uit hetgeen uit het dossier en het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen met betrekking tot de betrokkenheid van verdachte bij het tenlastegelegde, is de rechtbank van oordeel dat de rol van verdachte uitsluitend die van chauffeur is geweest. Hij heeft zijn medeverdachten gereden naar en afgezet in de nabijheid van locaties waar vervolgens de oplichtingen en diefstallen werden uitgevoerd. Verdachte heeft consequent verklaard dat hij niet wist dat de ritten bedoeld waren om de medeverdachten naar locaties te brengen waar vervolgens oplichtingen en diefstallen werden gepleegd. De rechtbank is van oordeel dat zijn verklaringen niet kunnen worden weerlegd middels andere bewijsmiddelen. Uit het dossier volgt immers niet dat verdachte van tevoren of tijdens de ritten wist dat er strafbare feiten werden gepleegd. Er zijn geen tapgesprekken en chatberichten gevonden die hierop duiden. Ook is niet gebleken dat verdachte bij de uitvoering van de misdrijven anderszins een significante bijdrage heeft geleverd of zou delen in de buit. Uit het dossier volgt immers niet dat verdachte een rol heeft gespeeld bij de voorbereiding of uitvoering van de delicten. Zo is niet gebleken dat hij bij de woningen van aangevers naar binnen is geweest, herhaaldelijk adressen van aangevers en pinautomaten heeft opgezocht of dat hij met de ontfutselde pinpassen heeft gepind. Van een intellectuele bijdrage is evenmin gebleken. Dat verdachte op 10 januari 2023 één keer heeft getankt in [plaatsnaam] maakt dit niet anders.
Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat de voor medeplegen vereiste voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en de medeverdachten niet is komen vast te staan. De bijdrage van verdachte aan het onder feiten 1, 2 en 3 tenlastegelegde is naar het oordeel van de rechtbank van onvoldoende gewicht voor medeplegen. Daarom zal verdachte integraal worden vrijgesproken van het ten laste gelegde.

Inbeslaggenomen goederen

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de onder verdachte inbeslaggenomen telefoons moeten worden verbeurdverklaard. Ten aanzien van het inbeslaggenomen geld heeft de officier van justitie geen standpunt ingenomen.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft ten aanzien van het beslag geen standpunt ingenomen.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de twee inbeslaggenomen telefoons en het geldbedrag moeten worden teruggegeven aan verdachte, omdat het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet.
Benadeelde partijen
De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
[bank] (hierna: [bank] ), tot een bedrag van € 35.893,89, bestaande uit materiële schade;
[slachtoffer 2] , tot een bedrag van € 1.250,00, bestaande uit materiële schade;
[slachtoffer 3] , tot een bedrag van € 500,00, bestaande uit immateriële schade;
Alle benadeelde partijen hebben verzocht de vordering te verhogen met de wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan en een schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
Het standpunt van de officier van justitie
Ten aanzien van de vordering van de [bank] heeft de officier van justitie geconcludeerd dat de vordering hoofdelijk toewijsbaar is tot een bedrag van € 4.650,00, te vermeerderen met de wettelijke rente. Dit bedrag bestaat uit de schadeloosstellingen aan de benadeelde partijen die onder verdachte ten laste zijn gelegd, te weten € 3.750,00 en de gemaakte onderzoekskosten van € 900,00. Daarbij is door de officier van justitie uitdrukkelijk gevorderd de schadevergoedingsmaatregel niet toe te wijzen.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 2] heeft de officier van justitie geconcludeerd tot afwijzing, omdat vast is komen te staan dat de [bank] deze schade reeds heeft vergoed.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 3] heeft de officier van justitie geconcludeerd dat deze volledig toewijsbaar is, hoofdelijk, te vermeerderen met de wettelijke rente en met toepassing van de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f Sr, omdat de immateriële schade voldoende is onderbouwd.
Het standpunt van de verdediging
Primair heeft de raadsman zich op het standpunt gesteld dat alle vorderingen niet-ontvankelijk verklaard moeten worden gelet op de bepleitte integrale vrijspraak.
Subsidiair heeft de raadsman als volgt bepleit.
Ten aanzien van de vordering van de [bank] is de vordering toewijsbaar tot een bedrag van € 3.750,00. Dit bedrag bestaat uit de schadeloosstellingen aan de benadeelde partijen die onder verdachte ten laste zijn gelegd. De gevorderde onderzoekskosten moeten worden afgewezen, omdat dit geen rechtstreekse schade betreft.
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 2] heeft de raadsman bepleit dat de vordering moet worden afgewezen, omdat deze schade al is vergoed door de [bank] .
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 3] heeft de raadsman zich niet verzet tegen een toewijzing.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht de feiten 1, 2 en 3 niet bewezen waaruit de schade zou zijn ontstaan. De benadeelde partijen – [bank] , [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] – zullen daarom allen niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vordering.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder feiten 1, 2 en 3 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Heft op het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis met ingang van heden.
Gelast de teruggaveaan verdachte van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven:
  • GSM met omschrijving 1564860, Apple Iphone;
  • GSM met omschrijving 1564863, zwart, merk: Apple Iphone; - € 207,95 euro met omschrijving G1564903 I.B.N. 12.01.2023.

Benadeelde partijen

Ten aanzien van [bank] , feiten 1, 2 en 3

Verklaart
[bank]niet-ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding.

Ten aanzien van [slachtoffer 2] , feiten 2 en 3

Verklaart
[slachtoffer 2]niet-ontvankelijk in zijn vordering tot schadevergoeding.

Ten aanzien van [slachtoffer 3] , feiten 2 en 3

Verklaart
[slachtoffer 3]niet-ontvankelijk in haar vordering tot schadevergoeding.
Dit vonnis is gewezen door mr. T.M.L. Wolters, voorzitter, mr. B.F. Hammerle en mr. R. Tesfai, rechters, bijgestaan door mr. M. Linde, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 31 oktober 2023.
Mr. R. Tesfai is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.