ECLI:NL:RBNNE:2023:3938

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
28 september 2023
Publicatiedatum
28 september 2023
Zaaknummer
18-066336-23
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak voor diefstal in vereniging, veroordeling voor diefstal gedurende de nachtrust en diefstal van kentekenplaten

Op 28 september 2023 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van meerdere diefstallen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van diefstal in vereniging, maar veroordeelde hem wel voor diefstal gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd op een besloten erf en voor de diefstal van twee kentekenplaten. De zaak kwam ter terechtzitting na een onderzoek op 14 september 2023, waarbij de verdachte aanwezig was en werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. L.A.E. Timmer. Het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. E. Veen.

De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de diefstal in vereniging, omdat niet kon worden vastgesteld dat de verdachte op de hoogte was van de diefstal van de telefoon. Echter, de rechtbank achtte de diefstal van het lego bouwpakket en de kentekenplaten wel bewezen. De rechtbank baseerde haar oordeel op camerabeelden en DNA-onderzoek, waaruit bleek dat het DNA van de verdachte op de kentekenplaten was aangetroffen. De verdachte ontkende enige betrokkenheid bij de diefstal van de kentekenplaten, maar de rechtbank oordeelde dat hij geen aannemelijke verklaring had gegeven voor de aanwezigheid van zijn DNA.

De rechtbank legde de verdachte een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op van 73 dagen, met aftrek van de tijd die hij in voorarrest had doorgebracht. Daarnaast werden er vorderingen tot schadevergoeding van benadeelde partijen behandeld. De vordering van een benadeelde partij werd toegewezen, terwijl de vordering van een andere benadeelde partij niet-ontvankelijk werd verklaard, omdat de verdachte van het feit waarop deze vordering betrekking had, werd vrijgesproken. De rechtbank gelastte ook de teruggave van in beslag genomen goederen aan de verdachte.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie Assen
parketnummer 18.066336.23
vordering na voorwaardelijke veroordeling parketnummer 08.280152.21
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 28 september 2023 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte] ,geboren op [geboortedatum] 1996 te [geboorteplaats] , wonende te [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 14 september 2023.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. L.A.E. Timmer, advocaat te Rotterdam. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. E. Veen.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1
hij op of omstreeks6 maart 2023 te [plaats]
,in de gemeente Tynaarlo, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een telefoon (Apple Iphone 13 pro), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 1] en/of diens vader, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s)
toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
2
hij op of omstreeks3 maart 2023 te [plaats] , in de gemeente Aa en Hunze, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd op een besloten erf waarop een woning stond, te weten de [adres] aldaar, alwaar verdachte en/of diens mededader zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond, een lego bouwpakket "Porsche"
,in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 2] en/of diens partner, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
3
hij in of omstreeks de periode van 1 maart 2023 tot en met 2 maart 2023 te
Groningen
,een (aantal) kentekenpla(a)t(en) (met kenteken [kenteken]
),in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [slachtoffer 3] , in elk geval aan een
ander toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten.
Ten aanzien van feit 1
Ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde feit heeft de officier van justitie aangevoerd dat verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte] naar de woning van aangeefster is gereden.
Verdachte wist dat daar een telefoon te koop was. Verdachte loopt samen met medeverdachte [medeverdachte] naar de woning van aangeefster om de telefoon te bekijken. Vervolgens loopt verdachte terug naar de auto en wacht daar tot medeverdachte [medeverdachte] met de telefoon terugkomt waarop zij er samen van door gaan. Gelet op deze omstandigheden kan wettig en overtuigend bewezen worden dat verdachte samen met medeverdachte [medeverdachte] de telefoon wedderrechtelijk heeft weggenomen.
Ten aanzien van feit 2
De officier van justitie heeft betoogd dat grote waarde moet worden toegekend aan de herkenning van verdachte door de politie, terwijl ten aanzien van feit 3 het gevonden DNA-spoor van verdachte als volledig bewijsmiddel kan meewerken nu verdachte omtrent dat spoor geen enkele verklaring heeft kunnen geven waarom zijn DNA is aangetroffen.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten.
Ten aanzien van feit 1
Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsvrouw betoogd dat uit de bewijsmiddelen niet kan volgen dat sprake is geweest van een bewuste en nauwe samenwerking bij de wegneming van de telefoon, vooral ook omdat de wegnemingshandeling is verricht door de medeverdachte.
Ten aanzien van feit 2
Ten aanzien van het onder 2 ten laste gelegde feit heeft de raadsvrouw aangevoerd dat de herkenning van verdachte door de verbalisant onvoldoende is om tot een veroordeling te kunnen komen nu daar behoedzaam mee om dient te worden gegaan en de herkenning onvoldoende overtuigend en betrouwbaar is om daadwerkelijk vast te kunnen stellen dat het verdachte is die op de beelden is te zien. Verdachte zelf heeft nadrukkelijk verklaard dat hij niet degene is die op de beelden van 3 maart 2023 is te zien.
Ten aanzien van feit 3
Ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde feit heeft de raadsvrouw aangevoerd dat er geen bewijs is dat verdachte betrokken zou zijn geweest bij het plegen van de diefstal. Voorts is onduidelijk hoe het DNA-materiaal van verdachte op de randen van de kentekenplaten terecht is gekomen. Verdachte ontkent enige betrokkenheid bij de diefstal van de kentekenplaten.
Oordeel van de rechtbank
Vrijspraak ten aanzien van feit 1
De rechtbank acht het onder 1 ten laste gelegde feit, te weten de diefstal in vereniging, niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte hiervan zal worden vrijgesproken. Daartoe overweegt de rechtbank dat uit de inhoud van het dossier onvoldoende is komen vast te staan dat verdachte daadwerkelijk betrokken is geweest bij de diefstal van de telefoon, dan wel wist dat er op dat moment een diefstal plaatsvond, zodat niet bewezen kan worden dat verdachte (alleen of als medepleger) het oogmerk had om zich de goederen wederrechtelijk toe te eigenen.
De rechtbank acht de onder 2 en 3 ten laste gelegde feiten wel wettig en overtuigend bewezen.
Ten aanzien van feit 2
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 6 maart 2023,opgenomen op pagina 39 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland met nummer 2023059409 d.d. 7 augustus 2023, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 2] :
We hebben goede camera's rondom onze woning. Ik ging toen kijken in de historie en zag dat er op vrijdag 3 maart 2023 om 00.35 uur twee jongens aan kwamen lopen op onze oprit. Ik zag dat de eerste jongen blank was en een witte plastic zak droeg in zijn rechter hand. Ik zag dat achter deze jongen nog een jongen liep met een donkere huidskleur. Ik zag dat deze jongen schoenen droeg met reflectie. Ik heb nog meer beelden terug gekeken en ik zag dat er een pakje bezorgd was op 2 maart 2023 om 17.05 uur. Dit pakje betreft de lego Porsche die mijn man had besteld. Nu ik de camera beelden goed bekijk, zie ik een licht pakje bij de muur van de garage liggen. Ik zie dat de jongen met de donkere huidskleur en de reflecterende schoenen terug loopt en het pakje meeneemt.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 8 maart 2023,opgenomen op pagina 43 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant] :
Op 8 maart 2023 bekeek ik de camerabeelden van de woning gelegen aan de [adres] te [plaats] . Ik zie dat man 1 lacht en knikt naar de tweede man welke ook in beeld komt. Ik kan deze man, hierna man 2 als volgt omschrijven: Man, donkere huidskleur, rond de 20 jaar oud, draagt een pet met witte opdruk van het merk Under Armour waar op de cap zelf een ronde sticker zit. Hij draagt een donker lange mouwen shirt met over de bovenarm een donkerder gekleurd stuk lopend. Dit shirt heeft ook een capuchon. Over dit shirt draagt hij een donkere bodywarmer met op de linkerborst een logo van het merk Burberry. Hij draagt een donkere joggingbroek met daaronder wit met donker gekleurde sneakers. Op de tong van deze sneakers zit o.a. veel reflectie waardoor deze oplichten op beeld. Ik zie dat wanneer man 2 bijna uit beeld loopt, weer terug komt lopen in de richting van man 1. Ik zie dat man 2 richting de muur loopt en hier een pakketje oppakt. Ik zie dat man 2 dit pakket meeneemt en samen met man 1 uit beeld loopt.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 6 maart 2023,opgenomen op pagina 62 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant] :
Heb ik, verbalisant, verdachte [medeverdachte] en [verdachte] aangehouden op verdenking van diefstal van telefoon dan wel met geweld welke is gepleegd in [plaats] . Ik werd door collega [naam] gewezen op dat deze twee aangehouden verdachte ook wel de personen zijn die op camera zijn vastgelegd aan de [adres] te [plaats] . Ik had de beelden die zondag al gezien en keek ze nog een keer. Ik zag hierop twee personen welke ik direct herkende als verdachte [medeverdachte] en [verdachte] . Verdachte [verdachte] komt overeen met de persoon op de beelden en in combinatie met [medeverdachte] en het feit dat [verdachte] ook schoenen droeg met reflectie maakt het dat ik hem hierin herken.
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende.
Aangeefster [slachtoffer 2] doet aangifte van diefstal van een lego bouwpakket ‘Porsche’ op het besloten erf, behorende bij haar woning aan de [adres] te [plaats] . Op de camerabeelden is te zien dat op 3 maart 2023 omstreeks 00:35 uur twee mannen de oprit komen oplopen. Eén van de mannen heeft een donkere huidskleur en draagt schoenen met reflectie. Deze man loopt richting de muur en pakt daar een pakketje op en neemt dit mee. Dit blijkt achteraf een lego bouwpakket ‘Porsche’ te zijn. Verbalisant [verbalisant] heeft eveneens de camerabeelden bekeken. Gelet op de uiterlijke kenmerken van de man en de schoenen waarop reflectie zit herkent de verbalisant de man op de camerabeelden als verdachte. Hoewel verdachte verklaart dat hij zichzelf niet herkent op de camerabeelden, ziet de rechtbank gelet op de camerabeelden geen reden om te twijfelen aan de juistheid van de herkenning van verdachte door de verbalisant.
De rechtbank is daarnaast van oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat er sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en medeverdachte [medeverdachte] zodat medeplegen niet kan worden bewezen. De rechtbank zal om die reden verdachte hiervan vrijspreken.
Wel acht de rechtbank, gelet op bovenstaande bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd, een lego bouwpakket ‘Porsche’ heeft weggenomen op het besloten erf van aangeefster [slachtoffer 2] .
Ten aanzien van feit 3
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 3 maart 2023,opgenomen op pagina 36 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [slachtoffer 3] :
Tussen 1 maart 12:00 uur en 2 maart 12:00 uur zijn van mijn auto (met Duits kenteken) beide nummerplaten gestolen. Het gestolen kenteken is: [kenteken] . De auto stond geparkeerd op de parkeerplaats aan de [adres] te Groningen.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal vooronderzoek lab d.d. 17 maart 2023,opgenomen op pagina 236 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van forensisch onderzoeker [naam] :

Sporendraqer

Goednummer: PL0100-2023058396-1584241
SIN: AAJX4116NL en AAOK8862NL
Object: Kentekenplaat
Aantal/eenheid: 2 stuks
Land: Nederland
Serienummer: [kenteken]
Bijzonderheden: 2 x Duitse kentekenplaat

Veiliggestelde sporen

Spoornummer: PL0100-2023058396-86244
SIN: AAPV7686NL
Relatie met SIN: AAOK8862NL
Spoortype: Biologisch
Spooromschrijving: Epitheel
Wijze veiligstellen: Wattenstaafje
Datum/tijd veiligstellen: 17 maart 2023 om 09:36 uur
Plaats veiligstellen: Bemonstering randen kentekenplaat
Spoornummer: PL0100-2023058396-86245
SIN: AAPV7687NL
Relatie met SIN: AAJX4116NL
Spoortype: Biologisch
Spooromschrijving: Epitheel
Wijze veiligstellen: Wattenstaafje
Datum/tijd veiligstellen: 17 maart 2023 om 09:50 uur
Plaats veiligstellen: Bem randen muv gedeelte 1 zijde verzegeling dna kit
3. Een deskundigenrapport afkomstig van het Nederlands Forensisch Instituut van het Ministerie van
Veiligheid en Justitie, zaaknummer 2023.04.03.048, d.d. 17 mei 2023 opgemaakt door ing. R.E.J. van Wijk, op de door haar afgelegde algemene belofte als vast gerechtelijk deskundige, voor zover inhoudend als haar verklaring:

SIN Omschrijving bemonstering

AAPV7686NL#01 randen kentekenplaat
AAPV7687NL#01 randen muv gedeelte 1 zijde verzegeling dna kit

Bij het onderzoek betrokken personen

SIN Naam SKN Geboortedatum

WAAP9828NL verdachte [verdachte] 10409984 [geboortedatum] 1996

Resultaten, interpretatie en conclusie van het onderzoek

AAPV7686NL
AAPV7686NL#O1 randen kentekenplaat
DNA kan afkomstig zijn van: Bewijskracht:minimaal drie personen:
  • verdachte [verdachte] meer dan 1 miljard
  • minimaal twee onbekende personen niet van toepassing
AAPV7687N1
AAPV7687NL#O1
randen muv gedeelte 1 zijde verzegeling dna kit

DNA kan afkomstig zijn van: Bewijskracht: minimaal twee personen:

  • verdachte [verdachte] meer dan 1 miljard
  • minimaal één onbekende persoon niet van toepassing
Met betrekking tot de hiervoor weergegeven standpunten overweegt de rechtbank het volgende.
Aangever [slachtoffer 3] doet aangifte van diefstal van twee kentekenplaten voorzien van het kenteken [kenteken] . Tussen 1 maart 2023 en 2 maart 2023 heeft de diefstal plaatsgevonden. De kentekenplaten zijn gevonden door een verbalisant en veiliggesteld voor sporenonderzoek. Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij de kentekenplaten niet heeft aangeraakt. Uit het rapport van het NFI blijkt evenwel dat het DNA van verdachte is aangetroffen op de randen van de kentekenplaat. Gelet op het korte tijdsbestek tussen de diefstal van de kentekenplaten en het aantreffen van de kentekenplaten, en in aanmerking genomen dat een aannemelijke verklaring van verdachte omtrent de aanwezigheid van zijn DNA op de kentekenplaten uit is gebleven, is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan dan dat verdachte de kentekenplaten heeft gestolen. De rechtbank komt daarmee tot een bewezenverklaring van de diefstal van de kentekenplaten.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feiten 2 en 3 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
2. hij op 3 maart 2023 te [plaats] , gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd op een besloten erfwaarop een woning stond, te weten de [adres] aldaar, alwaar verdachte zich buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevond, een lego bouwpakket "Porsche"
,dat aan [slachtoffer 2] en/of diens partner toebehoorde(n), heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
3. hij in de periode van 1 maart 2023 tot en met 2 maart 2023 te Groningen, kentekenplaten (metkenteken [kenteken] ), die aan [slachtoffer 3] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het bewezen verklaarde levert op:

2. diefstal, gedurende de voor de nachtrust bestemde tijd op een besloten erf waarop een woning staat, door iemand die zich aldaar buiten weten of tegen de wil van de rechthebbende bevindt 3. diefstal
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 100 dagen, waarvan 27 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren en met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht. De officier van justitie vordert tevens oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering in haar rapport van 4 mei 2023.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit om, mocht de rechtbank wel tot een veroordeling komen, af te zien van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van langere duur dan de tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Ten aanzien van het reclasseringsrapport merkt de raadsvrouw op dat een deel van de bijzondere voorwaarden die geadviseerd worden inmiddels achterhaald zijn. Het gaat nu beter met verdachte. Een locatiegebod met elektronische monitoring en dagbesteding zijn niet meer aangewezen. Verdachte heeft nu een baan, is vader van twee kinderen en draagt de zorg voor zijn gezin.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting, het reclasseringsadvies van 4 mei 2023, het uittreksel uit de justitiële documentatie van 10 augustus 2023, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan twee diefstallen. In de periode van 1 maart 2023 tot en met 2 maart 2023 heeft verdachte twee kentekenplaten weggenomen. Voorts betrad verdachte op 3 maart 2022 in de nachtelijke uren het besloten erf van aangeefster en nam daar een lego bouwpakket weg. Door zijn handelen heeft verdachte ernstig inbreuk gemaakt op de persoonlijke levenssfeer en het gevoel van veiligheid van aangeefster. De rechtbank rekent dit verdachte zwaar aan. Verdachte heeft er blijk van gegeven geen enkel respect te hebben voor de eigendommen van anderen. De rechtbank overweegt daarbij tevens dat uit het gedrag van verdachte en ook uit zijn houding ter terechtzitting blijkt dat hij geen enkele verantwoordelijkheid neemt voor zijn handelen.
De rechtbank heeft tevens in aanmerking genomen dat verdachte blijkens het hem betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie eerder is veroordeeld voor een vermogensdelict. Ook heeft verdachte onderhavige feiten gepleegd tijdens een nog lopende proeftijd.
De rechtbank leidt uit voornoemd reclasseringsrapport af dat er aanwijzingen zijn voor diverse problemen bij verdachte. Voorkomen moet worden dat verdachte in herhaling valt. De reclassering adviseert om een deels voorwaardelijke straf op te leggen met bijzondere voorwaarden.
Alles afwegende acht de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 73 dagen, met aftrek van de tijd die verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, passend en geboden. Gelet op de positieve ontwikkeling die verdachte doormaakt, waarvan de rechtbank hoopt dat verdachte die vast weet te houden, acht de rechtbank het niet aangewezen om een vrijheidsbenemende straf op te leggen van langere duur dan het voorarrest. De rechtbank ziet hierom evenmin meerwaarde in het opleggen van een voorwaardelijke straf met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering.

Benadeelde partijen

De volgende personen hebben zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding:
[slachtoffer 1] , tot een bedrag van € 737,94 ter vergoeding van materiële schade, een bedrag van€ 1.500,00 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
[slachtoffer 3] , tot een bedrag van € 106,40 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderdmet wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
Benadeelde partij [slachtoffer 1]
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de door de benadeelde partij gevorderde materiële schade van totaal € 737,94 toewijsbaar is. De gevorderde immateriële schade dient te worden gematigd tot een bedrag van € 1.000,00, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en vermeerderd met de wettelijke rente.
Benadeelde partij [slachtoffer 3]
Ten aanzien van de vordering van [slachtoffer 3] heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat deze vordering integraal dient te worden toegewezen, met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel en vermeerderd met de wettelijke rente.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft de rechtbank – gelet op de bepleite vrijspraken – verzocht om benadeelde partij [slachtoffer 1] en benadeelde partij [slachtoffer 3] , niet-ontvankelijk te verklaren in hun vorderingen, dan wel de vorderingen af te wijzen.
Ten aanzien van de vordering van benadeelde partij [slachtoffer 3] heeft de raadsvrouw aangevoerd, dat mocht de rechtbank tot een bewezenverklaring komen, de vordering van benadeelde partij [slachtoffer 3] kan worden toegewezen omdat de vordering voldoende is onderbouwd.
Oordeel van de rechtbank
Benadeelde partij [slachtoffer 1]
Benadeelde partij [slachtoffer 1] zal in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard, nu de verdachte zal worden vrijgesproken van het feit waarop de vordering van de benadeelde partij betrekking heeft.
Benadeelde partij [slachtoffer 3]
Naar het oordeel van de rechtbank is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij [slachtoffer 3] de gestelde schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 3 bewezen verklaarde. De vordering, waarvan de hoogte niet door verdachte is betwist, zal daarom geheel worden toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 2 maart 2023.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij [slachtoffer 3] tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.

Beslag

Oordeel van de rechtbank
Onder verdachte zijn de volgende goederen in beslag genomen:
  • 1 STK GSM (omschrijving 1582143, merk: Apple Iphone)
  • 1 PR Schoenen (omschrijving 1582462, merk: Dior)
  • 1 STK Horloge (omschrijving 1582146, merk: Oris Big Crown Point)
De rechtbank is van oordeel dat deze onder verdachte in beslag genomen en niet teruggegeven goederen, dienen te worden teruggegeven aan verdachte.

Vordering na voorwaardelijke veroordeling

Bij onherroepelijk vonnis van 7 maart 2022 van de politierechter in de rechtbank Overijssel te Zwolle, is verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 maanden, waarvan 1 maand voorwaardelijk en een voorwaardelijke geldboete van € 750,- met een proeftijd van drie jaren. De proeftijd is ingegaan op 22 maart 2022. Daarbij is als algemene voorwaarde gesteld dat veroordeelde voor het einde van de proeftijd geen strafbare feiten zal plegen.
De officier van justitie heeft bij vordering van 10 augustus 2023 de tenuitvoerlegging gevorderd van de voorwaardelijke straf.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich ter zitting op het standpunt gesteld dat de vordering tot tenuitvoerlegging dient te worden toegewezen.
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering dient te worden afgewezen en heeft de rechtbank verzocht om de proeftijd te verlengen. Daartoe heeft zij aangevoerd dat verdachte zijn leven nu op orde heeft. Het zou averechts werken als verdachte nu naar de gevangenis moet.
Oordeel van de rechtbank
Nu veroordeelde de bewezenverklaarde feiten heeft begaan voor het einde van de proeftijd, zal de rechtbank de tenuitvoerlegging gelasten van de voorwaardelijke straf.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 36f, 57, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht. Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder feit 1 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder feit 2 en feit 3 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een gevangenisstraf voor de duur van 73 dagen.

Beveelt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf, geheel in mindering zal worden gebracht.

Benadeelde partijen

Benadeelde partij [slachtoffer 1]
Verklaart de vordering van [slachtoffer 1] niet-ontvankelijk. De vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Bepaalt dat benadeelde partij [slachtoffer 1] haar eigen proceskosten draagt.
Benadeelde partij [slachtoffer 3]
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe en veroordeelt verdachte om aan
[slachtoffer 3]te betalen:
  • het bedrag van
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 2 maart 2023 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerleggingvan deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer 3] aan de Staat te betalen een bedrag van € 106,40 (zegge: honderdzes euro en veertig cent euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 maart 2023 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 2 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Gelast de teruggaveaan verdachte van de in beslag genomen en nog niet teruggegeven goederen te weten:
  • 1 STK GSM (omschrijving 1582143, merk: Apple Iphone)
  • 1 PR Schoenen (omschrijving1582462, merk: Dior)
  • 1 STK Horloge (omschrijving1582146, merk: Oris Big Crown Point)

Beslissing op de vordering na voorwaardelijke veroordeling onder parketnummer

8.280152-21:

Gelast de tenuitvoerlegging van de straf voor zover voorwaardelijk opgelegd bij vonnis van de politierechter van de rechtbank Overijssel, locatie Zwolle van 7 maart 2022 te weten:
een gevangenisstraf voor de duur van 1 maand en een geldboete van € 750,00.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.A. van Capelle, voorzitter, mr. J. van Bruggen en mr. M. van der Veen, rechters, bijgestaan door mr. R.L.M. Meulman, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 28 september 2023.
Mr. M. van der Veen is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.