In deze civiele procedure heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 23 augustus 2023 uitspraak gedaan in een zaak waarin eiser, bijgestaan door zijn advocaat mr. R.J. de Boer, vorderingen heeft ingesteld tegen de gedaagden, waaronder [gedaagde sub 1] Advocaten C.S. B.V. en [gedaagde sub 2]. Eiser stelt dat zijn advocaat beroepsfouten heeft gemaakt in verschillende procedures, wat heeft geleid tot schade. De rechtbank heeft vastgesteld dat er inderdaad sprake was van een beroepsfout, maar dat eiser niet heeft aangetoond dat hij door deze fout in een slechtere positie is komen te verkeren of schade heeft geleden. De rechtbank heeft de vorderingen van eiser afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden, die zijn vastgesteld op € 11.027,00. De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid van advocaten en de noodzaak voor eisers om hun schade voldoende te onderbouwen. De rechtbank heeft geoordeeld dat eiser niet heeft voldaan aan zijn stelplicht met betrekking tot de schade die hij zou hebben geleden door de beroepsfout van zijn advocaat.