ECLI:NL:RBNNE:2023:3560
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vordering tot verbod op tijdelijke opvang van Oekraïners in woonboerderij
In deze zaak vorderen eisers, bestaande uit de Holding en de ouders, een verbod op de Gemeente Waadhoeke en hun dochter om een huurovereenkomst aan te gaan voor de opvang van Oekraïense vluchtelingen in een woonboerderij. De ouders zijn bezorgd over de gevolgen van de opvang voor hun woongenot, aangezien de dochter van hen een gedeelte van de woonboerderij heeft verbouwd tot een Bed and Breakfast. De Gemeente heeft plannen om de schuur van de dochter te gebruiken voor de opvang van maximaal 35 vluchtelingen. Tijdens de mondelinge behandeling is gebleken dat er geen overleg heeft plaatsgevonden tussen de Gemeente en de ouders over deze plannen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs is dat de opvang onrechtmatig zou zijn en dat de vorderingen van de ouders niet toewijsbaar zijn. De rechter heeft geoordeeld dat de vorderingen van de ouders zijn afgewezen, omdat er geen gegronde vrees is voor onrechtmatige hinder en dat de Gemeente haar taak om opvang te regelen voor Oekraïense vluchtelingen zorgvuldig uitvoert. De proceskosten zijn gecompenseerd tussen de ouders en de dochter, terwijl de ouders hoofdelijk zijn veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van de Gemeente.