Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van 29 juni 2023 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Zwolle, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
€ 2.129
Er is sprake van het vererven van een akkerbouwbedrijf. U heeft geconstateerd dat de stand van de financiële activa en de liquide middelen dan wel de door u genoemde gestorte bedragen niet als ondernemingsvermogen kwalificeren.
Bedrijfsopvolgingsfaciliteiten
Berekening van het te betalen bedrag
De aanslag
Belaste verkrijging € 1.659.355
30 % van € 122.269 € 36.680
Belaste verkrijging
af €1.651.919
Ten aanzien van de IB 2017 is cijfermatig het volgende van belang voor de beoordeling of sprake is van ondernemingsvermogen dan wel privévermogen.
Omschrijving Rekeningnummer Saldo 1-1-2017
Omschrijving Rekeningnummer Saldo1-1-2017Rente
Bij de regeling van de aanslag erfbelasting is de bedrijfsopvolgingsfaciliteit wel is toegepast, echter niet voor een deel van de onderneming, de liquide middelen en de beleggingen.
1. Indien tot de verkrijging ondernemingsvermogen behoort als bedoeld in artikel 35c, dat wordt verkregen in het kader van een bedrijfsopvolging als bedoeld in het vijfde lid, wordt op verzoek van de verkrijger een voorwaardelijke vrijstelling verleend van:
1. Voor de toepassing van dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen wordt onder de verkrijging van ondernemingsvermogen verstaan de verkrijging van:
nadatzij de onderneming erfrechtelijk had verkregen.
€ 3.116.976
€ 2.500
€ 14.042
€ 30.609
€ 3.116.976
€ 2.129
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- vermindert de aanslag erfbelasting tot een bedrag van € 10.289;
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van de vernietigde uitspraak op bezwaar;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 49 aan eiseres te vergoeden.