Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
uitspraak van de meervoudige belastingkamer van 27 juni 2023 in de zaken tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Leeuwarden, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
De rechtbank ziet vanwege het vorenstaande, meer in het bijzonder de persoonlijke
In de controlejaren heeft [eiseres] diverse betalingen in “rekening courant [eiseres] ” geboekt. Op basis van de omschrijving in het grootboek heb ik de diverse transacties gerubriceerd naar een achttiental soorten betalingen.
“2014
Belastbaar inkomen uit werk en woning (box1)
Te corrigeren inkomen uit werk en woning 44.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang (box2)
Te corrigeren inkomen uit aanmerkelijk belang 96.004”.
Belastbaar inkomen uit werk en woning definitief44.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang definitief 76.298.
“2015
Belastbaar inkomen uit werk en woning (box1)
Gecorrigeerd inkomen uit werk en woning 44.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang (box2)
Gecorrigeerd inkomen uit aanmerkelijk belang 65.920”.
Belastbaar inkomen uit werk en woning definitief44.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang definitief 24.281.
“2016
Belastbaar inkomen uit werk en woning (box1)
Te corrigeren inkomen uit werk en woning 44.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang (box2)
Belastbaar inkomen uit werk en woning definitief44.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang definitief 29.866.
“2017
Belastbaar inkomen uit werk en woning (box1)
Gecorrigeerd inkomen uit werk en woning 45.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang (box2)
Gecorrigeerd inkomen uit aanmerkelijk belang 92.197”.
Belastbaar inkomen uit werk en woning definitief 45.000
Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang definitief 72.264.
resultaat uit overige werkzaamheden(in plaats van als loon uit dienstbetrekking) wordt belast.
niette hoog zijn.
aantalopnames in rekening-courant en op de
aard,
omvangen
samenhang, alsmede (vanaf 2013) het
structurele karakterdaarvan (1.9.). Daaruit komt het beeld naar voren dat eiseres privé geleefd heeft van geld uit de BV. In combinatie met de bescheiden privé inkomens- en vermogenspositie was het naar het oordeel van de rechtbank zo goed als zeker dat eiseres deze gelden niet zou terugbetalen en dat deze gelden dus al op het moment van hun verstrekking moeten worden aangemerkt als een onttrekking [6] .
om gelden aan [werk] B.V. te onttrekken. De in de boekhouding gehanteerde omschrijvingen van de opnames “salaris”, “vergoeding” en of “rekening-courant [eiseres] ” (1.9.) bevestigen dit. De rechtbank gaat ten slotte voorbij aan het standpunt van eiseres dat zij van plan is (geweest) om de van de [werk] B.V. ontvangen bedragen terug te betalen, omdat zij geen feiten en/of omstandigheden heeft aangedragen die dit kunnen onderbouwen.