ECLI:NL:RBNNE:2023:239
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering op basis van arbeidsongeschiktheidseisen
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Noord-Nederland het beroep van eiseres tegen de weigering van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) om haar een WIA-uitkering te verstrekken. Het Uwv had op 7 januari 2022 besloten dat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt was, wat een vereiste is voor het verkrijgen van een WIA-uitkering. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het Uwv handhaafde zijn standpunt in een besluit van 28 april 2022. De rechtbank behandelde de zaak op 7 december 2022, waarbij zowel eiseres als haar gemachtigde en de gemachtigde van het Uwv aanwezig waren.
De rechtbank concludeert dat het Uwv de mate van arbeidsongeschiktheid van eiseres terecht heeft vastgesteld op minder dan 35%. De medische beoordeling, uitgevoerd door een verzekeringsarts bezwaar en beroep, was zorgvuldig en de rechtbank oordeelt dat er geen medische indicatie is voor een urenbeperking. Eiseres had aangevoerd dat haar medische beperkingen waren onderschat, maar de rechtbank oordeelt dat de verzekeringsarts voldoende rekening heeft gehouden met de informatie van de behandelend arts. De rechtbank komt tot de conclusie dat het bestreden besluit van het Uwv is gebaseerd op een deugdelijke medische en arbeidskundige grondslag.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de weigering van de WIA-uitkering in stand blijft. Eiseres krijgt geen griffierecht terug en ontvangt geen vergoeding van haar proceskosten. De uitspraak is gedaan door rechter L.E.A. Jonkers-Vellinga en is openbaar uitgesproken op 24 januari 2023.