ECLI:NL:RBNNE:2023:2384
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek ongegrond verklaard wegens gebrek aan concrete feiten en omstandigheden
Op 15 juni 2023 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een wrakingsverzoek van een verzoeker tegen mr. T.K. Hoogslag, rechter in een civiele procedure. De verzoeker, die als gedaagde was opgeroepen in de hoofdzaak, stelde dat de rechter en de griffier fictieve personen waren en dat de rechtbank niet onafhankelijk was. Hij voerde aan dat de rechter zijn aanstellingsbesluit en andere brondocumenten had geweigerd te tonen, wat zijn vertrouwen in de rechtspraak zou hebben geschaad. De wrakingskamer heeft de procedure beoordeeld aan de hand van artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens. De wrakingskamer concludeerde dat de verzoeker onvoldoende concrete feiten of omstandigheden had aangedragen die zouden wijzen op vooringenomenheid van de rechter. Ook ontbrak een wettelijke grondslag voor de wraking van de griffier. De wrakingskamer verklaarde het verzoek kennelijk ongegrond en besloot dat de procedure in de hoofdzaak voortgezet zou worden in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek.