ECLI:NL:RBNNE:2023:233

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
16 januari 2023
Publicatiedatum
25 januari 2023
Zaaknummer
18/930006-18
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor diefstal met geweld en afpersing binnen motorclub No Surrender

Op 16 januari 2023 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die betrokken was bij een gewelddadige afhandeling binnen de motorclub No Surrender. De verdachte, die president was van het chapter Assen, werd beschuldigd van diefstal met geweld en afpersing. De zaak draaide om de 'bad standing' van een lid van de Gypsy Reapers, die gedwongen werd zijn motor en geld af te geven. De rechtbank oordeelde dat de verdachte en zijn medeverdachten de benadeelde onder druk hebben gezet, wat leidde tot de afgifte van € 1.000,- en een Harley Davidson motor. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan het medeplegen van deze feiten, waarbij geweld en bedreiging met geweld een cruciale rol speelden. De verdachte werd veroordeeld tot een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden, met een proeftijd van 2 jaar. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot schadevergoeding aan de benadeelde partij, die schade had geleden door de afpersing en diefstal.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie Assen
parketnummer 18/930006-18
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 16 januari 2023 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1975 te [geboorteplaats] , wonende te [straatnaam] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 29 november 2022 (inhoudelijke behandeling) en 16 januari 2023 (sluiting van het onderzoek). Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. V.P.J. Tuma, advocaat te Amersfoort. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. J. Hoekman en J. Houwink, waarbij het woord is gevoerd door mr. J.
Houwink.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 30 augustus 2014 te Assen en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een hesje/vest en/of motor- en/of autopapieren en/of een paspoort (op naam van [slachtoffer] ) en/of een (ABN-AMRO) bankpas en/of een creditcard (op naam van [slachtoffer] ), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn medeverdachte(n), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn medeverdachte(n) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, die [slachtoffer] , die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het/een clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden/laten komen en/of (vervolgens) daarbinnen heeft tegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en/of
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere (mede)verdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft laten plaatsnemen en/of heeft beschuldigd en/of verwijten heeft gemaakt, en/of
  • onverhoeds (bij de kleding) heeft vastgepakt en/of beetgehouden, en/of
  • heeft toegeroepen en/of toegeschreeuwd, en/of (daarbij) ook (dreigend) met een glas heeftgegooid, en/of
  • ( dreigend) gezegd/gevraagd of verdachte(n) die [slachtoffer] een pak slaag moest(en) geven,althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
  • aan dat hesje/vest van die [slachtoffer] heeft gerukt en/of getrokken, en/of (aldus) zijn hesje/vestheeft uitgetrokken en/of weggenomen/afgepakt, en/of
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en/of 5000 euro diende te betalen, en/of
(aldus) die [slachtoffer] heeft geroyeerd en/of een zogenaamde 'bad standing' heeft gegegeven, en/of (aldus)
- door de (agressieve of intimiderende) houding en/of wijze van optreden van verdachte en/of zijnmedeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees opgewekt dat verdachte en/of zijn medevedachte(n) (ernstiger) geweld zou(den) gaan toepassen en/of door anderen zou doen/laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van verdachte en/of zijn medeverdachte(n) zou voldoen, en/of voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen;
2.
hij in of omstreeks de periode van 30 augustus 2014 tot en met 3 september 2014, te Assen en/of Oudeschans en/of [plaats] en/of Winschoten en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van 1000 euro en/of een motorfiets, merk Harley Davidson, in elk geval een hoeveelheid geld/enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn medeverdachte(n), welk geweld en/of welke bedreiging met geweld (onder meer) hierin bestond(en) dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, die [slachtoffer] ,
die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het/een clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden/laten komen en/of (vervolgens) daarbinnen heeft tegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en/of
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere (mede)verdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft doen plaatsnemen en/of heeft beschuldigd en/of verwijten heeft gemaakt, en/of
  • onverhoeds (bij de kleding) heeft vastgepakt en/of beetgehouden, en/of
  • heeft toegeroepen en/of toegeschreeuwd, en/of (daarbij) ook (dreigend) met een glas heeftgegooid, en/of
  • dreigend gezegd/gevraagd of verdachte(n) die [slachtoffer] een pak slaag moest(en) geven, althanswoorden van geljke dreigende aard of strekking, en/of
  • aan het hesje/vest van die [slachtoffer] heeft gerukt en/of getrokken, en/of (aldus)
  • zijn hesje/vest heeft uitgetrokken en/of afgepakt, en/of
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en/of 5000 euro diende te betalen, en/of
(aldus) die [slachtoffer] heeft geroyeerd en/of een zogenaamde 'bad standing' heeft gegeven, en/of (vervolgens)
  • samen met die [slachtoffer] in een of meer auto('s) naar de woning van die [slachtoffer] is gegaan,en/of (aldus) door de intimiderende wijze van (groeps)optreden jegens die [slachtoffer] (opnieuw) die [slachtoffer] heeft verhinderd om in vrijheid te gaan en staan waar deze wenste, en/of (tevens)
  • bij en/of in die woning van die [slachtoffer] heeft verbleven teneinde te bewerkstelligen en/of zichervan te verzekeren dat die [slachtoffer] geld zou overmaken en/of beschikbaar zou stellen aan verdachte en/of zijn medeverdachte(n) en/of zijn motor zou afgeven, en/of
  • met die [slachtoffer] (vervolgens) naar een pinautomaat is gereden en/of die [slachtoffer] daar 1000 euro, althans geld, heeft laten opnemen en/of afgeven, terwijl (een) andere medeverdachte(n) in de woning van die [slachtoffer] bij de vrouw van [slachtoffer] en hun kind(eren) (dreigend) achterbleef/achterbleven, en/of (vervolgens)
  • gezegd dat die [slachtoffer] bij de garage waar zijn motorfiets ter reparatie stond moest aangevendat de motorfiets door een ander zou worden opgehaald, en/of (aldus)
  • door de (agressieve of intimiderende) houding en/of wijze van (groeps)optreden van verdachte en/ofzijn medeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees heeft/hebben opgewekt dat verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (ernstig) geweld zou(den) toepassen en/of door anderen zou doen/laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van verdachte en/of zijn medeverdachte(n) zou voldoen, en/of voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen.

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor het onder 1 en het onder 2 ten laste gelegde.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte moet worden vrijgesproken van beide ten laste gelegde feiten.
Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsman aangevoerd dat aangever bij het lid worden van de motorclub bepaalde regels heeft geaccepteerd, waaronder de regel dat als een lid uit de club wordt gezet, hij zijn hesje moet inleveren. De diefstal van het hesje kan dan ook niet worden bewezen, nu het hesje formeel nooit in eigendom toebehoorde aan aangever. Ook de diefstal van de auto/motorpapieren, paspoort, bankpas en creditcard die zich kennelijk in het hesje bevonden, kan niet worden bewezen nu verdachte deze goederen via de politie heeft laten terugbezorgen bij aangever. Voorts kan het laatste gedachtestreepje, te weten – kort gezegd – de uitgeoefende druk op aangever, niet worden bewezen. Aangever heeft zelf tegenstrijdig verklaard over die vermeende jegens hem uitgeoefende druk en meerdere getuigen hebben verklaard dat er geen geweld is gebruikt en er evenmin gedreigd is met geweld richting aangever.
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman aangevoerd dat het bestanddeel ‘heeft gedwongen’ niet bewezen kan worden. In de eerste plaats omdat aangever met het lid worden van de motorclub de procedure heeft geaccepteerd waarbij het hesje ingeleverd moet worden en als boete voor de misdraging een geldbedrag aan de motorclub moet worden betaald. In de tweede plaats omdat meerdere getuigen hebben verklaard dat er geen geweld is gebruikt en er evenmin is gedreigd met geweld.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
1.
De door verdachte ter terechtzitting van 29 november 2022 afgelegde verklaring, voor zoverinhoudende:
Het klopt dat de € 1.000,- die door [slachtoffer] is gepind, bij mij terecht is gekomen. De ene helft was voor de clubkas van de Gypsy Reapers, met de andere helft heb ik een horloge voor mezelf gekocht.
2.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 5 september 2014,opgenomen op pagina 419 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland, zaak 3.05 [slachtoffer] d.d. 28 mei 2018, inhoudende als verklaring van [slachtoffer] :
Tot 30 augustus 2014 was ik lid van een supportgroep, de Gypsy Reapers Brotherhood. Dit is een supportgroep van motorclub No Surrender in Assen. Ik was eerst president van de supportgroep en later penningmeester. Op 28 of 29 augustus 2014, werd ik verzocht om de komende zaterdag naar het clubhuis van No Surrender in Assen te komen. Als je wordt ontboden dan ben je verplicht te komen. Op zaterdag 30 augustus 2014, omstreeks 14.00 uur, was ik ter plaatse bij het clubhuis. Er was op dat moment een groep personen van een man of vijftien. Dit waren onder andere [naam 1] , [medeverdachte 1], [naam 2] , [medeverdachte 2] en [verdachte] .
In het clubhuis zijn wij aan tafels gaan zitten. [medeverdachte 2] nam het woord en vertelde dat hij boos was over een foto, welke van mij op facebook stond. Hierna gaf [medeverdachte 2] [medeverdachte 1] het woord. Deze was met een heleboel dingen het niet eens en maakte tegen mij zijn ongenoegen daarover kenbaar. Op een gegeven moment pakte [verdachte] mij bij mijn vest en vroeg of hij mij een pak slaag moest geven. Hij trok mijn vest uit. Hierin zaten het
kentekenbewijs van mijn motor, paspoort, kentekenbewijs van mijn auto en een ABN Amro bankpas (eindcijfers 895). Tevens zei hij dat ik op "bad standing" de club moest verlaten en dat ik daarvoor 5000 euro aan hem zou moeten betalen. Hij zei ook dat ik mijn motor moest inleveren. Omdat ik mijn motor niet bij had, moest ik vertellen waar mijn motor was. Deze stond voor reparatie bij een vriend, genaamd [naam 3] , wonende te [plaats] . Ik moest min of meer onder bedreiging van drie leden in mijn auto stappen en hen naar mijn vriend in [plaats] rijden. Ze vertelden mij dat als ik niet zou meewerken, ze mij wel wisten te vinden. Ik heb meegewerkt, omdat ik bang was dat ze mij anders wat aan zouden doen. Ik voelde dat ik niet anders kon, omdat ze ook om mijn auto gingen staan en weten waar ik woon. Bij mijn vriend [naam 3] aangekomen, bleek dat de motor nog niet klaar was. Hierop heb ik [verdachte] gebeld en gevraagd of het goed was om eerst maar 1000 euro te betalen. Hij ging daar mee akkoord. Ik ben met bedoelde personen naar mijn woning gereden, omdat ik geld van mijn spaarrekening naar mijn betaalrekening over moest maken. Hierna ben ik met een van de personen naar de ABN bank in Winschoten gereden en heb daar 1000 euro gepind. Het geld heb ik afgegeven aan de persoon die bij mij in de auto zat. Volgens mij heet hij [medeverdachte 3] . De andere twee personen, [medeverdachte 1] en ene [naam 4] waren bij mijn woning achtergebleven.
Vervolgens kreeg ik diverse SMS-berichten en telefoontjes van [verdachte] en [medeverdachte 2] . Ze wilden dat ik mijn vriend [naam 3] in [plaats] moest bellen en hem vertellen, dat mijn motor bij hem zou worden opgehaald door een vriend. Ik heb aan dit verzoek voldaan, omdat ik mij toch wel bedreigd voelde. Ik was namelijk bang dat ze anders mijn gezin of mij wat aan zouden doen.
Afgelopen woensdag 3 september 2014, kreeg ik een mailtje van de vrouw van [naam 3] , genaamd [naam 5] , dat ze mijn motor hadden opgehaald. Omdat ik mij bedreigd voelde had ik toestemming gegeven om mijn motor af te geven. Als ik niet was bedreigd, dan had ik mijn motor nooit afgegeven. Ondanks dat ik kentekenbewijs deel 3 nog in mijn bezit heb, heb ik begrepen dat de motor inmiddels op naam staat van [verdachte] . De 1000 euro die ik heb betaald, heb ik tegen mijn wil betaald. Ik voelde mij bedreigd en daardoor heb ik het geld afgegeven. Ook de 5000 euro "Bad Standing" zou ik nooit uit vrije wil betalen. Ik weet gewoon, dat als je niet aan hun eisen voldoet, dat je dan trammelant krijgt.
3.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 10 september
2014, opgenomen op pagina 424 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer] :
[verdachte] zei dat ik met bad standing de club werd uitgezet. Ik hoorde [verdachte] alleen maar schreeuwen en roepen. Ik besloot maar om mee te werken uit angst dat mij anders wat zou worden aangedaan. Ik had geen enkele keus en werd gegijzeld, mede door de andere aanwezige MC leden.
Toen we met 4 personen naar mijn motor in [plaats] reden, is [naam 1] ondertussen naar mijn woning gereden. Dit ging in opdracht van [medeverdachte 1] . Mijn gevoel zegt dat ze dit deden uit pure bedreiging en intimidatie naar mijn vrouw en kinderen toe.
4.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige, opgemaakt enondertekend door de rechter-commissaris en de griffier, inhoudende de verklaring van [slachtoffer] op 1 oktober 2020:
U vraagt naar 30 augustus 2014 en zegt mij dat ik werd uitgenodigd om naar het clubhuis in Assen te komen. Ik werd gesommeerd, niet uitgenodigd. [medeverdachte 2] belde ineens, hij zei dat ik naar
Assen moest komen. Ik zei dat ik op het punt stond om naar Ede te gaan. Hij zei: “Je komt eerst naar Assen, daarna kijken jullie maar.” Ik ging naar binnen, heb een glas water gepakt en ben gaan zitten. Op een gegeven moment stond [verdachte] op. Hij kwam bij me staan. Hij sloeg het glas water uit mijn hand en zei: “Moet ik je slaan?”. [verdachte] trok mijn colours uit, dat ging op een heftige manier. Hij trok me bijna van mijn stoel af, ik kon me net overeind houden. Hij zei: “Je hebt mijn naam door het slijk gehaald, ik wil je nooit meer zien.”. Ik ben vervolgens naar buiten gegaan, ik hoorde hem nog wel tieren.
U houdt me voor dat ik bij de politie heb verklaard dat ik werd gegijzeld. Ja, in mijn auto, door drie man. Ik moest en zou naar de garage, waar mijn motor ter reparatie stond. U vraagt hoe de personen bij mij in de auto kwamen. Ze zijn bij mij in de auto gestapt, [verdachte] had ook gezegd dat ze met mij mee moesten. U vraagt of ze overmacht op mij hadden. Ja, wat wil je tegen vijftien man inbrengen? Dan wil je alleen maar zo spoedig mogelijk weg.
U houdt me voor dat ik bij de politie heb verklaard dat ik min of meer onder bedreiging van drie leden in mijn auto moest stappen en vraagt mij wat ik daarmee bedoel. Als er achttien man in een hok zijn en je moet maken dat je wegkomt, waar zou die bedreiging dan uit bestaan? Die achttien man straalden die bedreiging uit. U vraagt wie er bij mij in de auto zaten. [medeverdachte 3] ,
[medeverdachte 1] , die zat voorin, en een Vietnamees jongetje uit Smilde. We reden naar een dorpje boven Groningen. Daar stond mijn motor.
We zijn daarna naar mijn huis gegaan. Ik had [verdachte] geappt of ik eerst 1000 euro mocht betalen. De rest zou ik dan ergens gaan lenen, dit om mijn motor terug te krijgen. Ik had 1000 euro op de bank. [medeverdachte 3] ging mee naar binnen. Vervolgens ben ik met [medeverdachte 3] naar de bank gegaan om te pinnen. Ik heb het geld aan hem gegeven. De anderen zijn bij mijn woning, bij de auto van [naam 1] , blijven wachten tot [medeverdachte 3] en ik terug kwamen van het pinnen.
[medeverdachte 1] belde me later op, hij zei dat hij mijn motor op zou halen. Dat was nadat we bij mij thuis zijn geweest.
5.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 23 februari2017, opgenomen op pagina 463 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [naam 6] :
Van 30 augustus 2014 kan ik me nog herinneren dat [slachtoffer] met 2 jongens binnen kwam lopen. [slachtoffer] ging achter de computer zitten en een van de jongens ging achter hem staan. De andere jongen bleef in de deuropening staan. Het viel me op dat [slachtoffer] erg stil was, timide. Normaal is hij uitbundig en dat was nu niet zo. Ik had daardoor het idee dat er wat aan de hand was. Ik vond het wel een foute sfeer.
6.
Een ander schriftelijk bescheid, te weten opgenomen tapgesprekken, opgenomen op pagina 701
e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudende:
(pag. 703) Datum: 25-08-2014 te 11:04:03
[medeverdachte 2] belt in bij [verdachte]
Ik heb hem 125 keer gewaarschuwd dat ie niets op facebook moest zetten en dat ie normaal moet doen. En niemand zet meer iets op facebook, alleen hij. (…) Dat ken niet meer. Ik ben er klaar mee. [medeverdachte 2] ja, nou klaar toch.
[verdachte] en al die jongens, zijn 13 of 14 jongens die het eigenlijk ook niet meer zien zitten, juist ook door zijn eh hoe noem je dat nou, eh
[medeverdachte 2] gedrag
[verdachte] Het is een goede jongen, ze hebben een clubhuisje, het is een leuk groepje. Weet je, je hebt op zich, als die [slachtoffer] gewoon doet wat ie moet doen, heb je er geen, echt geen omkijken naar. Ze hebben zaterdag een aanvaring gehad. Die sergeant en hij, die zegt dat als je nu niet normaal doet, dan lever ik mijn hesje in, toen zeiden er nog een aantal dan ga ik ook weg.
(…)
[verdachte] Dan ga jij zaterdag mee, ik ga mee, serge gaat mee en [medeverdachte 3] neem ik mee.
[medeverdachte 2] ok
[verdachte] Voor het geval dat ie moeilijk gaat doen, wel je wel.
[medeverdachte 2] ja
[verdachte] Dat ie dan gewoon eh dan overleg ik wel even met [naam 9] wat ik hem kan geven. Het ken gewoon niet. Hij luistert niet, hij gaat overal tegendraads tegen in, en eh
[medeverdachte 2] ja, ik heb ook al een paar keer tegen hem gezegd van die facebook dat ie dat moet weg gieten, en dat heeft ie ook nog niet gedaan.
[verdachte] Nee. Dus eh
----------------------------------------------------------
(pag. 705) Datum: 26-08-2014 te 9:52:41
[medeverdachte 2] belt in bij [verdachte]
[medeverdachte 2] de inkomsten en uitgaven van de reapers weet je wel dat er 1800 euro is gejat
[verdachte] Maakt mij geen reet uit. Ik wil gewoon de inkomsten en uitgaven formuliertje van iedere maand.
Dan komt [naam 10] aan de telefoon en die zegt dat ze bij de IKEA lopen en dat [verdachte] erg agressief en gek in de kop is.
[verdachte] Het voordeel is, die harley staat al bij de reapers he?
[medeverdachte 2] Ja, die gaat straks naar de maker.
[verdachte] Naar de maker?
[medeverdachte 2] Ja, dat ding is stuk of zo, want hij brengt hem zo naar de maker.
[verdachte] Maar hij moet gewoon (die harley) dat ding inleveren met zijn auto en zijn papieren, dat is een klus voor de sergeant, daar hoef ik mijzelf niet druk over te maken.
[medeverdachte 2] dat moeten jullie maar regelen.
[verdachte] Maar [slachtoffer] ziet de bui ook al hangen of niet?
[medeverdachte 2] Nou, dat weet ik niet. Maar ik vraag me wel af wat daar allemaal speelt. Ik snap nog niet helemaal wat er gebeurt.
[verdachte] Misschien dat ik het vandaag nog niet, dat ik even kijk en dat ik het dan zaterdag de knoop doorhak. Moeten we hoe zeker ik van de zaak ben.
[medeverdachte 2] Ja, nou dan ga ik gewoon mee hoor. Dat is geen probleem.
----------------------------------------------------------
(pag. 710) Datum: 28-08-2014 te 13:58:47
[verdachte] wordt gebeld door NN man. NN man zegt dat hij [naam 2] aan de lijn heeft gehad en die was helemaal.... en die [medeverdachte 1] was helemaal wild over die [slachtoffer] , want die had iemand anders beheerder gemaakt van de Facebook pagina. NN man zegt dat die jongens er helemaal klaar mee zijn. NN man zegt dat [medeverdachte 1] helemaal klaar is met die [slachtoffer] en die brengt een hoop onrust.
----------------------------------------------------------
(pag. 711) Datum: 29-08-2014 te 13:57:46
[medeverdachte 2] belt in bij [verdachte]
[medeverdachte 2] De serge [medeverdachte 1] had gebeld. En ik zat op facebook te kijken en daar zag ik dat [slachtoffer] weer van alles en nog wat te koop zet op facebook. Dus ik zet op de app. Luister even voordat ik wild word, volgens mij hadden we afgesproken dat dat niet zou. Nee, nee en toen kreeg ik [medeverdachte 1] aan de telefoon. En die zei, ik wil je toch even wat in vertrouwen vertellen en dat wil ik dan dinsdag zelf vertellen en aangezien we dinsdag toch een vergadering hebben, hij zegt van eh hij is, [slachtoffer] , die is bij ons geweest en eh die eh nou die had tegen iedereen gezegd dat ie er niet blij mee was hoe het ging en eh dat ie maar vond dat ze dan een clubhuis bij hem in de garage moesten doen. En dat met die 25 euro daar was die het ook niet mee eens. En dan wou die het liefst een dubbele boekhouding doen. [medeverdachte 1] wil dit graag zelf tegen [slachtoffer] zeggen op de vergadering van dinsdag.
[medeverdachte 2] Ik ben er wel klaar mee, wat moet je daar nou mee dan? eh ik wil eigenlijk wel gewoon van hem af.
[verdachte] ja.
[medeverdachte 2] Ik heb ook tegen eh tegen die serge gezegd: zeg moest es luisteren, het lijkt mij gewoon dat ie al zijn schulden weer inlevert en zijn colours weer inlevert en opflikkert. Ja, want hij wou ook niet elke keer verantwoording afleggen over eh als ie wat op facebook wou zetten of eh weet ik veel wat allemaal en hij probeert het kader weer aan zijn kant te krijgen en eh weet je [medeverdachte 2] wat vind jij er nou van dan?
[verdachte] Ja, ik ook, maar hij gaat er wel bad standing uit. Dit kan natuurlijk niet.
[medeverdachte 2] Nee, vind ik ook.
[verdachte] Duseh
[medeverdachte 2] ik ben er helemaal klaar mee.
[verdachte] Ik ben er dinsdag niet, dus dat is kut.
[medeverdachte 2] Ja, dus hoe moeten we dat aanpakken dan.
[verdachte] Ja, niet weer of je moet voor het weekend nog even een vergadering dat we hem van het weekend uitkletsen.
[medeverdachte 2] Ja, dan zouden we dat eh zaterdag even moeten doen ofzo.
[verdachte] Dus dan wordt het morgenmiddag dan?
[medeverdachte 2] Ja, precies, morgenmiddag.
[verdachte] Nou, dat is goed. regel het maar.
[medeverdachte 2] Oké
[verdachte] [naam 7] moet er ook bij?
[medeverdachte 2] Ja, lijkt mij wel
[verdachte] en eh [medeverdachte 3] ook.
[medeverdachte 2] ok. Wil jij dat bij hun op de whats app zetten dan? Dan ga ik hier [medeverdachte 1] bellen. Dat ie dat [medeverdachte 1] dat maar even moet organiseren.
[verdachte] ja, dat is goed. Morgen om 2 uur doe maar
----------------------------------------------------------
(pag. 713) Datum: 30-08-2014 te 14:54:23
[verdachte] wordt gebeld door [medeverdachte 1] . Letterlijk:
[medeverdachte 1] [verdachte] , hij vraagt of je een Bad Standing ook gewoon kan betalen?
[verdachte] Ja, dat mag ook. Maar dan wel per direct.
[medeverdachte 1] Nou, dat kan niet. Dan moet hij maandag eerst naar de bank om een lening te regelen
[verdachte] Nou, dat wordt hem niet.
[medeverdachte 1] Niet?
[verdachte] Nee. Het is of NU of NIET.
[medeverdachte 1] Ok.
----------------------------------------------------------
(pag. 714) Datum: 30-08-2014 te 15:25:21
[verdachte] wordt gebeld door [slachtoffer] . Letterlijk:
[slachtoffer] [verdachte] , kan ik nu duizend euro over maken en maandag de rest?
[verdachte] Eeehhh........ je kan nu eeehh......duizend meegeven
[slachtoffer] Eeehhh..... dat moet ik proberen bij de bank [verdachte] Ja is goed.
[slachtoffer] Wil je het aan [medeverdachte 1] doorgeven dan?
[medeverdachte 1] .
[verdachte] Hey [medeverdachte 1] , [verdachte] . Hij komt duizend euro nu betalen
[medeverdachte 1] Ja
[verdachte] Contant en dan maandag de rest.
[medeverdachte 1] Ja.
[verdachte] En dan moet je even tegen [slachtoffer] zeggen dat ik die motor al heb overgeschreven op mijn naam, dus die staat gewoon op mijn naam en... als onderpand. En als hij maandag die andere vier komt brengen, dan ga ik met hem naar de, naar de postkantoor en dan schrijven we hem weer terug.
[medeverdachte 1] Dat is goed.
[verdachte] Alles van wat hij thuis heeft van de Gypsy Reapers moet mee.
[medeverdachte 1] Ja, is goed en dan is het gewoon akkoord?
[verdachte] Ok, is goed.
[medeverdachte 1] Jo.
----------------------------------------------------------
(pag. 715) Datum: 30-08-2014 te 16:54:18
[verdachte] wordt gebeld door NN vrouw. Letterlijk:
NN : Maar eehh.. hoe is het gegaan?
[verdachte] Nou [slachtoffer] is er uit. Ze zijn nu die motor aan het ophalen, die motor heb ik al op naam gezet, die moet ik alleen maandag nog even verzekeren.
NN: Hoe heb je die op naam gezet?
[verdachte] Bij mij. Op mijn naam.
NN: Dat meen je niet.
[verdachte] Ja.
NN: (Gelach) Je hebt gewoon echt een Harley.
[verdachte] ja. Maar ik moet effen kijken want hij wil hem terug kopen. Dus dan moet ik effen kijken wat ik met Cap doe.
NN: Ja.
[verdachte] Als hij zegt, ik koop hem terug
NN: Ja
[verdachte] of eeh... of hij betaald 5000 euro en dan krijgt hij hem terug en dan moet ik dat geld delen met Cap of ik laat hem gewoon betalen en geef de motor niet terug. Dan heb ik hem dubbel.
NN: Ok?
[verdachte] Dat moet ik nog even kijken.
----------------------------------------------------------
(pag. 717) Datum: 30-08-2014 te 17:10:05
[verdachte] wordt gebeld door [medeverdachte 2] .
[medeverdachte 2] Nou vertel.
[verdachte] Hij heeft duizend aanbetaald nu. Aan [medeverdachte 3] . Dan betaalt hij vrijdag nog vier en dan denkt hij dat hij zijn motor terug krijgt.
[medeverdachte 2] Niet dus.
[verdachte] Ik denk het niet.
[medeverdachte 2] Nee?
(…)
[verdachte] Nou kijk als ik ze vrijdag niet heb dan is hij die duizend sowieso kwijt en dan hou ik die motor. Die motor staat al op mijn naam. Ze zijn al bij die jongen geweest waar hij gestald staat. Dat is ook duidelijk dat [slachtoffer] hem daar niet meer op kan halen, zeg maar.
[medeverdachte 2] Ok. Nou goed.
[verdachte] Maar een beetje een goed gevoel bij zo?
[medeverdachte 2] Ja (gelach) het was een interessante middag zal ik maar zeggen.
[verdachte] ja?
[medeverdachte 2] Ja maar voor jou toch ook of niet?
[verdachte] Aaahh
[medeverdachte 2] Maar het was wel terecht ja. Een dikke waailap man. Ik laat me niet verneuken. Zo simpel is het. Moet je luisteren als het om geld gaat dan moeten ze wel ehh.... dat gaat nergens over. Nee, nee, dat is gewoon kut geregeld. En die jongens die waren er ook helemaal klaar mee en eehh... weet je er moet gewoon rust komen. Zo simpel is dat. Ja, en dat is dit. jawel ik heb er wel een goed gevoel over.
[verdachte] Nou mooi dan.
[medeverdachte 2] Ja. Jij ook?
[verdachte] Ja, het is altijd goed ja. Ja toch?
[medeverdachte 2] ja, je kon je frustratie even kwijt wou je maar zeggen
[verdachte] ja. We moeten gewoon even kijken van eeh.... ja ik hoop dat ik gewoon die motor kan houden. Weet je wel en die 5 rooien houden.
----------------------------------------------------------
(pag. 719) Datum: 30-08-2014 te 20:29:21
[verdachte] wordt gebeld door [medeverdachte 2] .
[medeverdachte 2] … heb ik gewhatsappt en die belde mij net en die heeft tegen [slachtoffer] gezegd van die motor, dat ding moet er in en dan wordt je motor opgehaald. Ja, zegt hij, ik ga maandag naar de bank. Nou zegt [medeverdachte 1] , je moet eens goed luisteren, je moet zorgen dat die startmotor er in komt en dan die vent bellen en dat die motor door [medeverdachte 3] en door mij en nog iemand wordt opgehaald en dan komt hij op het clubhuis en dan betaal je het vrijdag maar en als je de motor niet terug krijgt dan heb je pech. Och och och, nou nou en eeh..... die motor wordt niet opgehaald. Nou, zegt hij daar moet je wel op rekenen dat die motor wordt opgehaald en ik zeg het ook niet weer, zegt hij. Ja, ik heb een goeie Serge.
[verdachte] Ja, heel goed. Dinges weet war het is. Hoe heet hij? [medeverdachte 3] . Die zegt dan rijden we maandag daar gewoon heen en dan halen we hem maandag nog niet in elkaar gezet op. En dan zetten we hem hier.
[medeverdachte 2] Ja, dat kan ook. Het staat op jouw naam ja?
[verdachte] Ja, dan moeten we hier iemand zoeken die hem in elkaar zet, ja.
[medeverdachte 2] Ja, nou dat kan ook wel, Ja. Maar dan vragen we de kameraad van die Sec. even.
[verdachte] Ja, precies, die kan hem gewoon in elkaar zetten, ja.
[medeverdachte 2] Ja, zo lastig kan het toch ook niet zijn ofwel?
[verdachte] Dus maandag halen we die motor.... En ik denk dat Cap zegt, dat die motor ook niet meer terug komt. Hij kan gewoon die vier rooien betalen en dan is het klaar.
[medeverdachte 2] Nou klaar, ja. Want hij zat nou in de telefoon al weer lekker stoer te doen, dus eehh...
[verdachte] Ja?
[medeverdachte 2] Ja, [medeverdachte 1] die was er al wel flink klaar mee.
[verdachte] Stoer doen?
[medeverdachte 2] Ja, ach die motor wordt niet opgehaald, Ja zegt [medeverdachte 1] die motor wordt wel opgehaald en ik zeg het ook niet weer, het is duidelijk geweest, je hebt mazzel dat je er vanmiddag zo mee bent weggekomen. Ik zeg tegen [medeverdachte 1] . Ik zeg schrok je ook vanmiddag? Nou nou ik schrok niet snel, ik zeg en [verdachte] met die glazen aan het gooien, ik zeg godverdomme ik had het glas in het haar zitten. Ik zeg en heb er nog wel hartelijk om gelachen. (Gelach) Ik kan er nog steeds om lachen. En dan draai je ook nog om en dan begin je gewoon te lachen, he? Ja mooi. Want ik zag dat wel. Je zat .... je had je bril al afgedaan.
[verdachte] Ja.
[medeverdachte 2] Ik denk, die gaat los. (Gelach) Ja mooi. Boefje ben je.
----------------------------------------------------------
(pag. 721) Datum: 02-09-2014 te 11:46:05
[verdachte] belt met [slachtoffer] . Letterlijk:
[slachtoffer] Dat ik uit de club gekeild word jongen, dat vind ik zo vreselijk. Het is nu zo neergelegd alsof ik alles verkeerd heb gedaan en de boel probeerde te belazeren terwijl het helemaal niet zo is, het laten controleren joh, ik weet wat ik doe. Maar goed, het is goed. Hoe houden we nou contact?
[verdachte] Ik bel jou volgende week of zo. ik bedoel, ik zorg er zelf wel voor dat die motor woensdag bij mij komt te staan. Bij de club. Ik heb ook nog jouw paspoort en die gegevens.
[slachtoffer] ja
[verdachte] Zo gauw we de motor hebben krijg jij die papieren terug en dan is dat in ieder geval klaar en bel ik je daar verder nog over, ja?
[slachtoffer] Ja, heel graag.
[verdachte] Ja, oké. Maar je moet even tegen die man zeggen of die man bellen waar die motor staat, dat die woensdag opgehaald wordt, dat die wel woensdag klaar moet zijn, dat ding.
[slachtoffer] Eeehh... ik zal hem vanavond even bellen
[verdachte] Ja, is goed. Regel het maar even. dan halen wij... Dan zorg ik dat ik de motor bij mij heb, dan krijg jij die paspoorten en zo terug.
[verdachte] We gaan het zo doen.
----------------------------------------------------------
(pag. 723) Datum: 02-09-2014 te 11:55:15
[verdachte] belt naar [medeverdachte 2] . Letterlijk:
[verdachte] Nou ik heb [slachtoffer] net gebeld.
[medeverdachte 2] Nou en?
[verdachte] Ik heb gezegd, dat die motor morgen klaar moet zijn en hoe hij dat regelt maakt me niet zo heel veel uit. Ik zeg woensdag moet die motor klaar zijn. dan wordt hij opgehaald, dus sergeant moet ook die vent bellen dat hij die motor klaar maakt. Als ik die motor heb dan krijgt [slachtoffer] zijn paspoort, zijn creditcard en zijn andere shit allemaal terug. Dus je moet sergeant even bellen of appen, dat hij die vent belt, die in Winsum zit, dat hij die startmotor al heeft, die vent is stratenmaker, die is 's avonds thuis, dat hij vanavond even die startmotor er in zet of anders morgenavond afmaakt want dan halen we morgenavond laat die motor op.
[medeverdachte 2] Oke
[verdachte] Die motor MOET wat er gebeurt maar die motor moet morgenavond daar weg.
[medeverdachte 2] Oké. Nee, ik zal het regelen, ja?
[verdachte] Oké en neem jij die paspoortshit en zo mee van hem?
[medeverdachte 2] Ja
----------------------------------------------------------
(pag. 727) Datum: 03-09-2014 te 19:23:42
[verdachte] belt uit naar [medeverdachte 1]
[verdachte] vraagt of [medeverdachte 1] naar hem toe komt met de motor.
[medeverdachte 1] Nou, [slachtoffer] , die werkt niet mee
[verdachte] Hoezo [slachtoffer] werkt niet mee? Waar is die motor dan?
[medeverdachte 1] dat wil hij niet zeggen. Dus ik bel hem op, ik zeg [slachtoffer] ik zeg eeh, waar staat die motor? Waar kan ik hem weghalen? Nee, het is niet eerlijk en [medeverdachte 1] werk daar niet aan mee, dat is diefstal, ja je handen wel aan branden, ik zeg dat maakt me allemaal niet uit me jonge, ik zeg, ik haal die motor op.
----------------------------------------------------------
(pag. 733) Datum: 03-09-2014 te 19:34:58
Gesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 2] over de motor van [slachtoffer] .
[verdachte] zegt dat hij helemaal wild is want de motor is weg. [slachtoffer] wil niet meewerken, hij wil de motor niet kwijt. [verdachte] zegt dat [medeverdachte 3] naar Winsum is om te zien of de motor daar staat, hij is met [naam 8] . Als hij daar niet is moeten ze naar de woning in Finsterwolde van [slachtoffer] .
[verdachte] zegt dat [medeverdachte 2] naar [slachtoffer] moet bellen om te zeggen dat [verdachte] helemaal wild is en dat het beter is dat hij zegt waar de motor is. Als hij dat niet doet komt
[verdachte] vanavond zelf naar Finsterwolde en dan komt hij er niet zo makkelijk af. Deze boodschap moet [medeverdachte 2] over brengen. [verdachte] herhaalt dat [slachtoffer] moet zeggen waar de motor is anders komt [verdachte] met een paar man naar Finsterwolde en dan is hij aan de beurt.
----------------------------------------------------------
(pag. 734) Datum: 03-09-2014 te 19:40:12
[verdachte] wordt gebeld door [medeverdachte 2] .
[medeverdachte 2] zegt dat hij hem niet te pakken krijgt en vraagt wat nu.
[verdachte] zegt iets over vanavond (slecht te verstaan)
[medeverdachte 2] zegt dat [verdachte] niet alleen kan gaan en vraagt of hij [medeverdachte 1] moet sturen. [medeverdachte 1] is al in Assen.
----------------------------------------------------------
(pag. 736) Datum: 03-09-2014 te 20:21:30
[verdachte] belt naar een nn man
[verdachte] geeft de man opdracht dat hij naar die man in Winsum moet gaan en de motor van [verdachte] moet halen. De man weet waar de man woont in Winsum.
----------------------------------------------------------
(pag. 737) Datum: 03-09-2014 te 21:46:10
[verdachte] belt uit naar NN man.
De man zegt dat ze hem hebben, hij stond bij die kerel thuis, sleutel erin, hij is gemaakt en rijdt gewoon. [verdachte] zegt dat ze hem moeten inladen en naar het clubhuis moeten brengen.
----------------------------------------------------------
(pag. 751) Datum: 21-09-2014 te 22:13:11
NN ( [naam 7] Dekker) belt [naam 9] . Gesprek gaat over [verdachte]
[naam 9] Hoe bedoel je die jongens hadden er last van
NN: [medeverdachte 2] , die heb ik vanmiddag nog gesproken, en die zit daar gewoon heel erg mee in zijn maag. Dat dat allemaal zo speelt. [medeverdachte 2] denk dan gvd ik word gewoon verneukt weet je wel
[naam 9] Ja
NN: En ehhh en dat stoort [medeverdachte 2] enorm
[naam 9] en ehh ... [medeverdachte 3]
NN: Ja [medeverdachte 3] die zegt ik vind het gewoon gemeen, weet je wel, ik sta altijd klaar, zo'n badstanding ophalen, ik ben er altijd wel, zegt ie. Maar we zien niets terug en hij zegt, hij loopt op de club met horloges, zo bedankt [slachtoffer] he...
[naam 9] Ja
NN: Je hebt zelf ook gezegd je moet maar kijken wat je ermee doet, verdeel dat maar of wat dan ook, maar er is niks verdeeld, hij moet, hij heeft zelf mooie spullen gekocht [naam 9] Ja dat kan niet
7.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen verklaring [naam 3] en
[naam 5] d.d. 3 november 2017, opgenomen op pagina 470 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [verbalisant] :
Naar aanleiding van de aangifte en aanvullende verklaringen van C.F. [slachtoffer] , hebben wij een onderzoek ingesteld naar het door hem genoemde bedrijf in [plaats] waar zijn Harley Davidson ontvreemd is. Op 02 november 2017 hebben wij een bezoek gebracht aan de heer [naam 3] en mevrouw [naam 5] . Over het incident met de Harley Davidson van [slachtoffer] konden zij zich nog het volgende herinneren:
Toen de motor bij ons stond ter reparatie, kregen wij via Facebook messenger het volgende bericht: nou morgen wil een vriend van mij m ophalen.
Er kwamen de volgende avond, 3 september 2014, inderdaad twee mannen de motor ophalen.
8.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 17 januari2018, opgenomen op pagina 516 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:
Ik ben lid van Motorclub No Surrender. Sinds 2014 was ik president van de MC No Surrender, chapter Assen. Later, in 2016 ben ik vice president geworden.
[slachtoffer] was lid van de Gypsy Reapers Brotherhood. [slachtoffer] was eerst president en later penningmeester/treasurer van deze club. [slachtoffer] was ontboden omdat [medeverdachte 1] mij had gebeld en vertelde dat het kasgeld niet klopte van de brotherhood. Ik vertelde [slachtoffer] dat hij volgens de jongens niet meer lid kon zijn van de brotherhood. Ik zei ga maar staan en ik heb hem aan zijn jasje omhoog getrokken om zijn vestje met colors uit te doen. Ik heb bedacht dat [slachtoffer] een Bad Standing moest krijgen en zijn motor moest in leveren. Ik heb dit in overleg besloten met de overige leden van de brotherhood. Ik heb het besluit genomen dat [slachtoffer] de Bad Standing moest krijgen. De brotherhood viel onder mijn chapter dus ik moest die beslissing nemen. Ik heb [slachtoffer] ook € 5.000,- boete op gelegd voor de bad Standing die ik hem heb gegeven. Om zijn motor op te halen zijn [naam 8] en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] met [slachtoffer] naar zijn huis gereden. Volgens mij heeft [medeverdachte 3] de motor naar het clubhuis gereden. Het klopt dat ik de motor van [slachtoffer] heb overgeschreven op mijn naam. Het betrof volgens mij een Harley Davidson FDX.
9.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 24 januari2018, opgenomen op pagina 525 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van verdachte:
Het klopt dat ik een glas heb weggegooid. Omdat ik niet kan slaan of iets dergelijks, wilde ik door het glas weg te gooien iets weergeven.
10.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 31 januari2018, opgenomen op pagina 569 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] :
Het klopt dat ik lid ben geweest van de MC Gypsy Reapers. Dit was in 2013 of 2014. Ik was eerst gewoon lid. Ik ben toen een maand of vier à vijf sergeant at arms geweest. [verdachte] was de pres van de MC No Surrender, chapter Assen.
Er deden zich problemen voor met [slachtoffer] . Toen heb ik [medeverdachte 2] gebeld. Ik moest er voor zorgen dat het kader van de Gypsy Readers naar het clubhuis van No Surrender in Assen kwam. Ik heb iedereen gebeld van de Gypsy Reapers dat ze die zaterdag naar Assen moesten komen.
Iedereen is toen ook geweest. Er zou een degradatie van [slachtoffer] zijn. [verdachte] heeft [slachtoffer] toen een Bad Standing gegeven en gezegd dat hij zijn colours in moest leveren. Er was veel verbaal geweld. Iedereen had zijn colours aan tijdens de bijeenkomst in Assen in verband met de Bad Standing van [slachtoffer] . Dit hoort ook zo binnen de club. Het klopt dat [slachtoffer] is aangesproken. Dat waren [verdachte] en [medeverdachte 2] . Ik heb [slachtoffer] ook aangesproken over de dubbele boekhouding. [slachtoffer] ontkende dat hij mij gesproken over de dubbele boekhouding. Toen werd ik boos en zei tegen [slachtoffer] als je een man bent ga je recht staan en zeg je mij dat ik een leugenaar ben. [naam 7] kwam er toen tussen. Het klopt dat hij een boete van € 5.000,- heeft gekregen. We zijn met vier man bij [slachtoffer] thuis geweest. Het klopt dat ik bij hem in de auto ben gestapt. De anderen die bij hem in de auto stapten waren van No Surrender. Het klopt dat ik bij [slachtoffer] binnen ben geweest. Ik ben in opdracht van [verdachte] naar de woning van [slachtoffer] gegaan. [verdachte] had de opdracht gegeven om de motor van [slachtoffer] op te halen.
Daar waren wij dus voor bij [slachtoffer] . Ik weet dat 1 van de leden van No Surrender met [slachtoffer] naar een pinautomaat is gereden. Toen ze naar de pin reden zijn ik en [naam 1] achtergebleven bij de woning van [slachtoffer] . [slachtoffer] heeft € 1000,- gepind en afgegeven aan 1 van die jongens van No Surrender. Het klopt dat [slachtoffer] zijn motor in moest leveren. Ik wil opmerken dat [slachtoffer] bij mensen van No Surrender alles goed vond. Hij was bang voor No Surrender.
11.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 2 februari2018, opgenomen op pagina 581 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van medeverdachte [medeverdachte 3]:
Ik ben ongeveer een half jaar lid geweest van No Surrender, chapter Assen. Het klopt dat [slachtoffer] zijn motor in moest leveren. Ik moest dat ding van [verdachte] ophalen. Ik ben samen met [naam 8] daar naartoe geweest. Ik heb de motor binnen een week na de Bad Standing opgehaald. Ik heb hem naar het clubhuis moeten brengen en daar heeft [verdachte] , de president van chapter Assen, hem in ontvangst genomen. De € 1.000,- van [slachtoffer] heeft [verdachte] zelf opgemaakt. Hij had het moeten delen zoals afgesproken.
12.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 9 maart 2018,opgenomen op pagina 621 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende de verklaring van [naam 2]:
Ik was lid van de Gypsy Reapers. We werden uitgenodigd door No Surrender in Assen op 30 augustus 2014. We moesten allemaal komen. [slachtoffer] ook. Ineens werd [verdachte] heel boos. Ineens stond hij op en gooide zijn glas drinken over tafel. Hij trok [slachtoffer] zijn jasje uit en hij gooide [slachtoffer] naar buiten. Hij ging als een gek tekeer.
13.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige, opgemaakt enondertekend door de rechter-commissaris en de griffier, inhoudende de verklaring van [naam 1] op 18 november 2020:
Ik ben in 2014 lid geweest van motorclub de Gypsy Reapers. Op 30 augustus 2014 werden we door
No Surrender gesommeerd om naar Assen te komen. Er was een man of 10 aanwezig in het clubhuis.
We gingen zitten, [slachtoffer] ook. [verdachte] , de president van No Surrender, zat links van mij.
Rechts van mij zat [medeverdachte 2] . In het midden zat [slachtoffer] , voor [verdachte] .
[medeverdachte 1] zat tegenover [slachtoffer] . Verder waren er nog drie leden van de security van No Surrender bij, zij stonden. [verdachte] begon over de foto op facebook en over dubbele boekhouding. Het werd best wel grimmig. Dit kwam van de kant van No Surrender. Ik was beduusd, ik voelde mij niet prettig, ik voelde me wat geïntimideerd. Op een gegeven moment ging [verdachte] zijn stem verheffen en stond hij op. [slachtoffer] moest ook opstaan. Hij moest zijn hesje uittrekken. [verdachte] zei dat hij een boete kreeg en dat hij zijn motor moest inleveren.
Ik ben naar [slachtoffer] zijn huis gegaan en heb buiten staan wachten. Op een gegeven moment kwam [slachtoffer] terug, hij werd weer bij zijn huis afgezet. Volgens mij was het [medeverdachte 1] die toen met [slachtoffer] de woning van [slachtoffer] is binnen gegaan. U vraagt of er nog meer mensen de woning van [slachtoffer] binnen gingen. Volgens mij ook mensen van No Surrender.

Bewijsoverweging

Vaststaat dat [slachtoffer] op 30 augustus 2014 met een zogenoemde ‘bad standing’ uit de motorclub, de Gypsy Reapers, waarvan hij toen de president was, is gezet. Daarbij zijn zijn colors (hesje met patches) van de motorclub van hem afgenomen, heeft hij een boete van (uiteindelijk) € 1.000,moeten betalen en heeft hij zijn Harley Davidson motor moeten afgeven.
De rechtbank is, anders dan de verdediging, van oordeel dat een en ander – kort gezegd – onder dwang/druk heeft plaatsgevonden.
Diefstal met geweld en bedreiging met geweld
Het afnemen van het hesje met inhoud is onder 1 ten laste gelegd als diefstal met geweld en bedreiging met geweld. Uit de bewijsmiddelen volgt dat [slachtoffer] was ontboden om naar het clubhuis van motorclub No Surrender in Assen te komen. Aldaar is hij, door de manier waarop men aan tafel plaatsnam, ingesloten door verdachte en de medeverdachten. In totaal was er een man of tien à
vijftien aanwezig, waardoor [slachtoffer] zich feitelijk gegijzeld heeft gevoeld. Vervolgens zijn meerdere verwijten aan het adres van [slachtoffer] gemaakt. Er was sprake van stevig verbaal geweld jegens [slachtoffer] . Op enig moment is verdachte, destijds president van chapter Assen, in woede uitgebarsten en heeft verdachte [slachtoffer] een bad standing gegeven. Verdachte heeft, terwijl hij een glas water uit de handen van [slachtoffer] sloeg, [slachtoffer] gedreigd met een pak slaag. Vervolgens heeft verdachte [slachtoffer] aan zijn hesje omhoog getrokken en met kracht het hesje uitgetrokken.
Naar het oordeel van de rechtbank is het hardhandige optreden van verdachte te kwalificeren als het gebruik van geweld en het bedreigen met geweld. Er ging een grote mate van agressie uit van verdachte, in de richting van [slachtoffer] . Typerend is dat verdachte zelf heeft verklaard dat hij met het gooien van het glas ‘iets wilde weergeven’. Daarnaast ging ook van de wijze van optreden van verdachte en zijn medeverdachten tezamen en de algehele sfeer die zij aldaar tezamen hadden gecreëerd – het insluiten, het maken van verwijten, het schreeuwen, de grote groep personen die zich in opdracht van verdachte en medeverdachten [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] daar had verzameld – een (zeer) dreigende werking uit. Daarbij heeft de rechtbank in aanmerking genomen dat een en ander plaatsvond in de context van een bad standing binnen outlaw motorclub No Surrender, waarvan algemeen bekend is dat agressie en geweld (daarbij) niet worden geschuwd. [slachtoffer] wist dat ook en heeft dan ook meerdere malen verklaard dat hij bang was dat hem wat zou worden aangedaan. Bovendien heeft niet alleen [slachtoffer] , maar hebben ook [naam 2] en [naam 1] verklaard over de tirade van [verdachte] in het clubgebouw en de intimiderende sfeer.
Naar het oordeel van de rechtbank kan dan ook wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte en zijn medeverdachten het hesje – met inhoud – van [slachtoffer] hebben weggenomen onder geweld en onder bedreiging met geweld.
Afpersing van het geld en de motor
Het betalen van de boete van € 1.000,- en het afgeven van de Harley Davidson is onder 2 ten laste gelegd als afpersing. Uit de bewijsmiddelen volgt dat nadat op de hiervoor omschreven wijze het hesje van [slachtoffer] was weggenomen, verdachte aan [slachtoffer] heeft bevolen zijn motor in te leveren en een boete van € 5.000,- te betalen. In opdracht van verdachte zijn drie leden van No Surrender en de Gypsy Reapers met [slachtoffer] in zijn auto gestapt om zijn motor op te halen bij een reparateur in [plaats] . Onderweg naar [plaats] heeft medeverdachte [medeverdachte 1] [naam 1] opgedragen om naar de woning van [slachtoffer] te gaan, waar op dat moment de vrouw en kinderen van [slachtoffer] zich bevonden. Ook is onderweg tegen [slachtoffer] gezegd dat ze hem wel wisten te vinden als hij niet mee zou werken. Toen bleek dat de motor nog niet gerepareerd was en niet kon worden meegenomen is na overleg met verdachte besloten dat [slachtoffer] eerst € 1.000,- zou betalen. [slachtoffer] is toen met dezelfde personen naar zijn woning gereden om € 1.000,- over te maken van zijn spaarrekening naar zijn betaalrekening. Twee medeverdachten zijn daarbij met [slachtoffer] de woning in gegaan, onder meer om te verzekeren dat [slachtoffer] het geldbedrag daadwerkelijk zou overmaken. Vervolgens is [slachtoffer] met een van die twee medeverdachten naar een pinautomaat gereden om bedoeld bedrag te pinnen, terwijl drie andere leden van beide motorclubs achterbleven bij zijn woning totdat [slachtoffer] terug was met het geld. In de dagen daarna hebben zowel verdachte en medeverdachte [medeverdachte 2] meerdere malen tegen [slachtoffer] gezegd dat de motor hoe dan ook zou worden opgehaald en hebben hem meerdere malen opgedragen tegen de reparateur te zeggen dat de motor door iemand anders zou worden opgehaald, hetgeen [slachtoffer] ook heeft gedaan. De motor is uiteindelijk door medeverdachte [medeverdachte 3] en nog een lid van No Surrender bij de reparateur opgehaald.
Naar het oordeel van de rechtbank volgt hieruit dat verdachte en zijn medeverdachten [slachtoffer] fors onder druk hebben gezet zodat hij zou doen wat hem werd opgedragen. Zo zijn drie leden van No Surrender en de Gypsy Reapers, tegen de wil van [slachtoffer] , bij hem in de auto gestapt, zijn twee van die leden, ongevraagd en ongewenst, meegegaan zijn woning in en zijn drie personen van beide motorclubs bij de woning achtergebleven totdat [slachtoffer] het geld had afgestaan. Deze gedragingen zijn zeer intimiderend en creëren een (buitengewoon) bedreigende situatie. De druk die daarvan uitgaat wordt bovendien versterkt door hetgeen kort daarvóór in het clubhuis heeft plaatsgevonden. Gelet op de gehele gang van zaken – in het clubhuis, direct daarna en de handelwijze de dagen daarna ten aanzien van de motor – en gelet op hetgeen hiervoor is overwogen met betrekking tot de context waarbinnen een en ander zich heeft afgespeeld, te weten de gewelddadige cultuur van No Surrender, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat [slachtoffer] door geweld en door bedreiging met geweld is gedwongen tot afgifte van zijn motor en € 1.000,-.
Regels van de motorclub
Volgens de verdediging leveren deze handelingen desalniettemin diefstal noch afpersing op omdat, aldus de verdediging, [slachtoffer] bij het lid worden van de motorclub de regels van de motorclub heeft geaccepteerd, waaronder het inleveren van het hesje en het betalen van een boete bij misdragingen.
Het met geweld en onder bedreiging met geweld afnemen van andermans geld en goederen is naar zijn aard wederrechtelijk. Dat binnen de motorclub andere regels golden doet daar niet aan af. Die regels kunnen onder geen beding het Wetboek van Strafrecht (Sr) en het Burgerlijk Wetboek buiten spel zetten. Wat voor regels [slachtoffer] ook zou hebben geaccepteerd, is dus niet van belang. Op grond van artikel 317 Sr is sprake van het dwingen tot afgifte van enig goed en daar doet niet aan af dat [slachtoffer] ten tijde van zijn toetreding al dan niet zou hebben geaccepteerd dat hij onder bepaalde omstandigheden geld en zijn motor zou moeten afstaan. Ook de afspraak dat een hesje bij aanschaf direct eigendom wordt van de motorclub en dus niet van [slachtoffer] gestolen kan zijn omdat het hesje nooit aan hem heeft toebehoord, is niet van belang. [slachtoffer] had het hesje zelf aangeschaft, het was dus op grond van het burgerlijk wetboek zijn eigendom en dat is tijdens de bad standing van hem gestolen.
Rol van verdachte
Gelet op vorenstaande kan wettig en overtuigend bewezen worden dat sprake is van diefstal met geweld en bedreiging met geweld en afpersing. Voorts blijkt uit de bewijsmiddelen dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachten die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Daarmee is sprake van medeplegen.
Verdachte had daarbij een leidinggevende rol. Hij nam het besluit om [slachtoffer] een bad standing te geven, organiseerde samen met medeverdachte [medeverdachte 2] de vergadering op 30 augustus 2014, voerde de bad standing uit en heeft daarbij geweld gebruikt en gedreigd met geweld, stuurde de medeverdachten aan in het innen van het geld en het ophalen van de motor en bepaalde hoe en wanneer alles moest gebeuren en heeft de resultaten van de bad standing – het geld en de motor – geïncasseerd.
De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van diefstal met geweld en bedreiging met geweld van het hesje – met inhoud – van [slachtoffer] en aan het medeplegen van afpersing van [slachtoffer] waarbij hij is gedwongen tot afgifte van zijn motorfiets en € 1.000,-, zoals onder 1 en 2 ten laste gelegd.
Onder feit 1 streept de rechtbank de bankpas en creditcard weg. Uit het dossier blijkt niet dat een creditcard van [slachtoffer] is ontvreemd en ten aanzien van de bankpas lijkt uit het dossier te volgen dat [slachtoffer] nadien voornoemde € 1.000,- met die bankpas heeft gepind alsook dat de bankpas niet aan [slachtoffer] toebehoorde, maar aan de Gypsy Reapers. Anders dan alle andere goederen die in het hesje zaten, komt de bankpas ook niet terug op de vordering benadeelde partij. Alles tezamen kan niet bewezen worden dat een bankpas, toebehorende aan [slachtoffer] , is weggenomen.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feit 1 en 2 wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij op 30 augustus 2014 te Assen, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een hesje en motor- en autopapieren en een
paspoort op naam van [slachtoffer] , toebehorende aan [slachtoffer] ,
welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachten, die [slachtoffer] , die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden en vervolgens daarbinnen heefttegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere medeverdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft laten plaatsnemen en verwijten heeft gemaakt, en
  • onverhoeds bij de kleding heeft vastgepakt en beetgehouden, en
  • heeft toegeschreeuwd, en daarbij ook dreigend met een glas heeft gegooid, en
  • dreigend gevraagd of verdachte die [slachtoffer] een pak slaag moest geven, en
  • aan het hesje van die [slachtoffer] heeft gerukt en aldus zijn hesje heeft uitgetrokken en afgepakt,en
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en 5000 euro diende te betalen, en aldus die
[slachtoffer] een zogenaamde 'bad standing' heeft gegeven, en aldus
- door de agressieve of intimiderende houding en wijze van optreden van verdachte en zijnmedeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees heeft opgewekt dat verdachte en/of zijn medeverdachten ernstiger geweld zouden gaan toepassen of door anderen zou laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van verdachte en zijn medeverdachten zou voldoen, en voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen;
2.
hij in de periode van 30 augustus 2014 tot en met 3 september 2014, te Assen en Oudeschans en [plaats] en Winschoten, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van 1000 euro en een motorfiets, merk Harley Davidson, toebehorende aan die [slachtoffer] , welk geweld en welke bedreiging met geweld onder meer hierin bestonden dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachten, die [slachtoffer] , die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden en vervolgens daarbinnen heefttegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere medeverdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft laten plaatsnemen en verwijten heeft gemaakt, en
  • onverhoeds bij de kleding heeft vastgepakt en beetgehouden, en
  • heeft toegeschreeuwd, en daarbij ook dreigend met een glas heeft gegooid, en
  • dreigend gevraagd of verdachte die [slachtoffer] een pak slaag moest geven, en
  • aan het hesje van die [slachtoffer] heeft gerukt en aldus zijn hesje heeft uitgetrokken en afgepakt,en
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en 5000 euro diende te betalen, en aldus die[slachtoffer] een zogenaamde 'bad standing' heeft gegeven, en
  • samen met die [slachtoffer] in een of meer auto's naar de woning van die [slachtoffer] is gegaan, enaldus door de intimiderende wijze van groepsoptreden jegens die [slachtoffer] opnieuw die [slachtoffer] heeft verhinderd om in vrijheid te gaan en staan waar deze wenste, en
  • bij en in die woning van die [slachtoffer] heeft verbleven teneinde te bewerkstelligen en zich ervante verzekeren dat die [slachtoffer] geld zou overmaken en zijn motor zou afgeven, en
  • met die [slachtoffer] vervolgens naar een pinautomaat is gereden en die [slachtoffer] daar 1000 euroheeft laten opnemen en afgeven, terwijl andere medeverdachten bij de woning van die [slachtoffer] bij de vrouw van [slachtoffer] en hun kinderen dreigend achterbleven, en
  • gezegd dat die [slachtoffer] bij de garage waar zijn motorfiets ter reparatie stond moest aangevendat de motorfiets door een ander zou worden opgehaald, en aldus
  • door de agressieve of intimiderende houding en wijze van optreden van verdachte en zijnmedeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees heeft opgewekt dat verdachte en/of zijn medeverdachten ernstiger geweld zouden gaan toepassen of door anderen zou laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van verdachte en zijn medeverdachten zou voldoen, en voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het bewezen verklaarde levert op:

diefstal voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen,gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte -rekening houdend met de overschrijding van de redelijke termijn voor berechting- ter zake van feit 1 en 2 wordt veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden. Daartoe heeft de officier van justitie aangevoerd dat verdachtes rol binnen No Surrender destijds van zwaarwegend belang was. Hij was president van Chapter Assen en had bij het beslissen tot de bad standing van [slachtoffer] en de uitvoering ervan, de touwtjes in handen. Het fysieke geweld kwam van zijn kant, het vervolg liet hij als opdrachtgever uitvoeren door anderen en hij heeft de buit opgestreken. Dergelijke feiten binnen de context van outlaw motorcycle gangs lenen zich, zeker voor de personen die leiding aan die feiten hebben gegeven, niet voor een taakstraf.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft – indien de rechtbank komt tot een bewezenverklaring – gepleit voor het opleggen van een taakstraf. Daartoe heeft de raadsman aangevoerd dat de consequenties voor verdachte enorm zouden zijn indien hij een gevangenisstraf zou krijgen. Hij zou zijn baan verliezen en het zou zeer ontwrichtend zijn voor zijn gezin, in het bijzonder zijn minderjarige dochter voor wie hij de zorg heeft. Bovendien zijn het zeer oude feiten en is verdachte nadien niet meer met justitie in aanraking gekomen. Indien de rechtbank een taakstraf onvoldoende acht, kan een bijkomende voorwaardelijke straf mogelijk uitkomst bieden.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en het reclasseringsrapport van 22 november 2019, het uittreksel uit de justitiële documentatie d.d. 10 oktober 2022, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging. De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van diefstal met geweld en bedreiging met geweld en het medeplegen van afpersing. Deze feiten hebben plaatsgevonden binnen de context van outlaw motorclub No Surrender, waarbinnen verdachte jarenlang een hoge en belangrijke positie heeft vervuld. Van 2014 tot 2016 is verdachte president geweest van chapter Assen. Daarmee had hij het volledige gezag over de zaken en leden van het chapter. Daarna is verdachte in ieder geval nog twee jaar vice-president geweest. Binnen No Surrender heerste een cultuur van geweld en intimidatie en verdachte nam daar blijkens onderhavige feiten ook actief aan deel. De motorclub had eigen gedragsregels die de normen en waarden van de samenleving volledig buiten spel zetten. Van No Surrender ging dan ook een sterk ondermijnend effect uit op de samenleving. Verdachte heeft daar zowel vanuit de positie die hij vervulde maar met name door de strafbare feiten die hij vanuit die positie heeft gepleegd, een grote bijdrage aan geleverd. De rechtbank neemt verdachte dat zeer kwalijk.
Onderhavige zaak betreft een bad standing van [slachtoffer] , president van No Surrendersupportgroep de Gypsy Reapers. [slachtoffer] zou geld van de Gypsy Reapers hebben verduisterd en tegen de afspraak in berichten op sociale media hebben geplaatst. Verdachte heeft naar eigen zeggen samen met leden van de Gypsy Reapers besloten dat [slachtoffer] de club moest verlaten en zijn schuld aan de Gypsy Reapers moest terugbetalen. Uit het dossier komt echter een heel ander beeld van de gebeurtenissen naar voren, te weten dat verdachte vanuit zijn machtspositie eigenhandig heeft besloten dat [slachtoffer] met een bad standing uit de club zou worden gezet. Verdachte heeft die bad standing vervolgens uitgesproken en [slachtoffer] hardhandig zijn hesje afgenomen en hem bevolen een boete van € 5.000,- te betalen en zijn motor in te leveren. Het vervolg liet hij als opdrachtgever uitvoeren door andere leden van No Surrender en de Gypsy Reapers. Uit niets blijkt dat het ging om het vereffenen van een schuld. Verdachtes inspanningen waren er enkel op gericht zichzelf te verzekeren van het geld en de motor van [slachtoffer] . Ondertussen stond [slachtoffer] doodsangsten uit voor zijn eigen veiligheid en de veiligheid van zijn vrouw en kinderen.
Verdachte heeft zich dan ook schuldig gemaakt aan zeer ernstige feiten. Dergelijk handelen is naar zijn aard wederrechtelijk en vindt op geen enkele manier een rechtvaardiging in de regels die binnen de club golden. De rechtbank rekent het verdachte zwaar aan dat hij zich heeft laten leiden door de wetteloosheid binnen No Surrender en zich daarmee boven de samenleving heeft verheven. Voorts rekent de rechtbank het verdachte aan dat hij tot op de dag van vandaag geen enkele verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn handelen. Volgens verdachte wordt er van een mug een olifant gemaakt. Een en ander wekt de indruk dat verdachte het kwalijke en verwerpelijke van zijn handelen niet inziet. Dat is zorgelijk.
In het reclasseringsrapport van 22 november 2019 wordt verdachte omschreven als een kwetsbaar persoon. Verdachte heeft een intensieve behandelhistorie binnen de GGZ en is bekend met psychotische episodes. Ter terechtzitting heeft verdachte toegelicht dat hij na onderhavige feiten opgenomen is geweest bij de GGZ en een langdurig behandeltraject bij de AFPN heeft doorlopen en dat hij zijn leven inmiddels weer op de rit heeft. Hij heeft een vaste baan, samen met zijn vrouw heeft hij een eigen woning en sinds kort woont zijn minderjarige dochter bij hem, wier leven daarvoor weinig stabiliteit kende.
Gelet op de aard, ernst en de context waarbinnen de strafbare feiten zijn gepleegd is in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gerechtvaardigd. Gelet op de overschrijding van de redelijke termijn en in het bijzonder de persoonlijke omstandigheden van verdachte zoals hiervoor omschreven zal de rechtbank echter geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf opleggen. Een onvoorwaardelijke gevangenisstraf zou de positieve ontwikkeling die verdachte de afgelopen jaren heeft doorgemaakt doorkruisen en buitenproportionele gevolgen hebben voor zijn gezinsleven. De rechtbank zal in plaats van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf de maximale werkstraf van 240 uren opleggen met daarnaast - gelet op de ernst van de feiten - een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaren.

Benadeelde partij

[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 8.432,32 ter vergoeding van materiële schade en € 1.000,- ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering hoofdelijk dient te worden toegewezen met wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de vordering dient te worden afgewezen in verband met de bepleite algehele vrijspraak. Subsidiair, in het geval de rechtbank tot een bewezenverklaring komt, heeft de raadsman zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Oordeel van de rechtbank
Het is voldoende aannemelijk dat de benadeelde partij schade heeft geleden, maar niet alle opgevoerde kostenposten komen (volledig) voor vergoeding in aanmerking.
Materiële schade
Harley Davidson
Benadeelde heeft schade geleden omdat hij is gedwongen zijn motor af te staan. Gevraagd wordt een bedrag van € 6.750,- Uit het dossier volgt echter dat benadeelde de motor heeft aangeschaft voor een bedrag van € 5.000,- Naar het oordeel van de rechtbank is dat dan ook de door benadeelde geleden schade, niet een bedrag van € 6.750,- hetgeen is gebaseerd op de prijs van vergelijkbare motoren. Er zal dan ook een bedrag van 5.000,- worden toegewezen.
Leren vest met club emblemen, kentekenbewijs, ID kaart en gepind geld
Ten aanzien van deze goederen is voldoende aannemelijk dat benadeelde deze schade heeft geleden en dat deze schade een rechtstreeks gevolg is van het onder 1 en 2 bewezen verklaarde. Deze kostenposten zullen dan ook worden toegewezen.
Mobiele telefoon met beltegoed
Hoewel uit het dossier wel volgt dat er een mobiele telefoon van benadeelde is afgenomen, is het gevorderde bedrag voor die mobiele telefoon niet onderbouwd. Naar het oordeel van de rechtbank is daarom onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de benadeelde de gestelde schade heeft geleden zodat deze kostenpost zal worden afgewezen.
Rijbewijs
Ten aanzien van het rijbewijs is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende gebleken van causaal verband met de bewezenverklaarde feiten. Deze kostenpost zal dan ook worden afgewezen.
Immateriële schade
Gevorderd wordt een bedrag van 1.000 aan immateriële schade. Ter onderbouwing wordt aangevoerd dat benadeelde na het incident bang was dat verdachte en medeverdachten nog een keer bij hem aan huis zouden komen, niets meer durfde en zich terugtrok in huis. Eerst was hij manisch en daarna werd hij depressief. Hij vertoonde buitensporig gedrag en werd een gevaar voor zichzelf en zijn omgeving. Als gevolg van zijn psychische toestand is benadeelde enkele maanden later met een rechterlijke machtiging opgenomen bij Lentis op een gesloten afdeling. Hij heeft hier 2,5 maanden verbleven en na zijn ontslag is hij nog 6 maanden depressief geweest.
Naar het oordeel van de rechtbank is evenwel onvoldoende onderbouwd of anderszins gebleken dat en in hoeverre de bewezenverklaarde feiten hebben bijgedragen aan de psychische toestand en de opname van benadeelde bij Lentis enkele maanden na deze feiten. De enkele stelling, vermeld in de vordering, dat benadeelde heel bang was dat verdachte en medeverdachten nog een keer bij hem aan huis zouden komen, is daartoe onvoldoende. Met de op dit moment voorhanden informatie is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende duidelijk dat er voldoende causaal verband bestaat tussen de bewezenverklaarde feiten en de gestelde immateriële schade en het vormt een onredelijke belasting van het strafproces om daar nader onderzoek naar te (laten) doen. De vordering tot vergoeding van immateriële schade wordt dan ook afgewezen.
De rechtbank stelt vast dat verdachte het strafbare feit samen met anderen heeft gepleegd. Ten aanzien van het leren vest met club emblemen, met inhoud, te weten het kentekenbewijs en de ID kaart is de rechtbank van oordeel dat de medeverdachten naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom bepalen dat verdachte dit deel van de toegewezen schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien zijn medeverdachten dit al hebben betaald, en andersom.
Ten aanzien van de Harley Davidson en het gepinde geld is de rechtbank van oordeel dat de vergoeding van de schade, ondanks dat sprake is van medeplegen, volledig voor rekening van verdachte dient te komen nu hij de begunstigde was van deze goederen. Ten aanzien van deze kostenposten zal de vordering dus niet hoofdelijk worden toegewezen.
Nu de aansprakelijkheid van verdachte vaststaat, zal de rechtbank de schadevergoedingsmaatregel opleggen om te bevorderen dat verdachte de schade zal vergoeden.
De rechtbank zal verdachte veroordelen in de kosten die de benadeelde partij tot aan deze uitspraak in verband met de vordering heeft gemaakt, tot op heden begroot op nihil, en in de kosten die de benadeelde partij ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog moet maken.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 36f, 47, 57, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart het onder 1 en 2 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een taakstraf voor de duur van 240 uren

Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 120 zal worden toegepast.
Beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf geheel in mindering zal worden gebracht naar de maatstaf van 2 uren per dag inverzekeringstelling/voorlopige hechtenis.

een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden

Bepaalt dat deze gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat de veroordeelde zich voor het einde van een proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op twee jaren, aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Wijst de vordering van de benadeelde partij toe tot het hierna te noemen bedrag en veroordeelt verdachte om aan
[slachtoffer]te betalen:
  • het bedrag van € 6.293,33 (zegge: zesduizendtweehonderddrieënnegentig euro en drieëndertigeurocent);
  • de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 30 augustus 2014 tot de dag van algehele voldoening;
  • de proceskosten die de benadeelde partij heeft gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerleggingvan deze uitspraak alsnog zal maken, tot heden begroot op nihil.
Ten aanzien van een bedrag van € 293,33 geldt dat als een mededader betaalt, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van zijn betalingsverplichting.
Wijst de vordering van [slachtoffer] voor het overige af.
Legt aan verdachte de verplichting op om ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat te betalen een bedrag van € 6.293,33 (zegge: zesduizendtweehonderddrieënnegentig euro en drieëndertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 augustus 2014 tot de dag van algehele voldoening. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
Bepaalt dat bij gebreke van volledig verhaal van de betalingsverplichting aan de Staat gijzeling voor de duur van 66 dagen kan worden toegepast. De toepassing van gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
Bepaalt dat als verdachte of een mededader ten aanzien van een bedrag van € 293,33 voldoet aan de betalingsverplichting aan de benadeelde partij of aan de Staat, verdachte in zoverre zal zijn bevrijd van de betalingsverplichting aan beiden.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.A. van Capelle, voorzitter, mr. R. Depping en mr. E.P. van Sloten, rechters, bijgestaan door mr. L. Lamers, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 16 januari 2023.
Mr. E.P. van Sloten is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.