ECLI:NL:RBNNE:2023:199

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
16 januari 2023
Publicatiedatum
23 januari 2023
Zaaknummer
18/920258-18
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van verdachte in verband met afpersing en bad standing binnen motorclub No Surrender

Op 16 januari 2023 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van afpersing in het kader van een bad standing binnen de motorclub No Surrender. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 30 augustus 2014, waarbij de verdachte en medeverdachten de president van de Gypsy Reapers, een supportgroep van No Surrender, onder druk zetten om zijn motor en geld af te geven. De rechtbank oordeelde dat de verdachte aanwezig was tijdens de bad standing en dat hij op de hoogte was van het geweld en de bedreigingen die werden gebruikt tegen het slachtoffer. Het slachtoffer werd gedwongen om € 1.000,- te pinnen en zijn motor in te leveren, wat de rechtbank kwalificeerde als afpersing. De verdachte werd vrijgesproken van een ander ten laste gelegd feit, maar werd schuldig bevonden aan het medeplegen van afpersing. De rechtbank legde een taakstraf op van 80 uren op, rekening houdend met de rol van de verdachte en de context van de motorclub.

Uitspraak

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht Locatie Assen
parketnummer 18/920258-18
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 16 januari 2023 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1992 te [geboorteplaats] , wonende te [straatnaam] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 1 december 2022 (inhoudelijke behandeling) en 16 januari 2023 (sluiting van het onderzoek). Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. M. R .P. Ossentjuk, advocaat te Groningen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. J. Houwink en mr. H. Mous, waarbij het woord is gevoerd door mr. J. Houwink.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 30 augustus 2014 te Assen en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een hesje/vest en/of motor- en/of autopapieren en/of een paspoort (op naam van [slachtoffer] ) en/of een (ABN-AMRO) bankpas en/of een creditcard (op naam van [slachtoffer] ), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn medeverdachte(n), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, die [slachtoffer] ,
die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het/een clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden/laten komen en/of (vervolgens) daarbinnen heeft tegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en/of
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere (mede)verdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft laten plaatsnemen en/of heeft beschuldigd en/of verwijten heeft gemaakt, en/of
  • onverhoeds (bij de kleding) heeft vastgepakt en/of beetgehouden, en/of
  • heeft toegeroepen en/of toegeschreeuwd, en/of (daarbij) ook (dreigend) met een glas heeftgegooid, en/of
  • ( dreigend) gezegd/gevraagd of verdachte(n) die [slachtoffer] een pak slaag moest(en) geven,althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
  • aan dat hesje/vest van die [slachtoffer] heeft gerukt en/of getrokken, en/of (aldus) zijn hesje/vestheeft uitgetrokken en/of weggenomen/afgepakt, en/of
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en/of 5000 euro diende te betalen, en/of
(aldus) die [slachtoffer] heeft geroyeerd en/of een zogenaamde 'bad standing' heeft gegegeven, en/of (aldus)
- door de (agressieve of intimiderende) houding en/of wijze van optreden van verdachte en/of zijnmedeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees opgewekt dat verdachte en/of zijn medevedachte(n) (ernstiger) geweld zou(den) gaan toepassen en/of door anderen zou doen/laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van verdachte en/of zijn medeverdachte(n) zou voldoen, en/of voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
[medeverdachte 1] op of omstreeks 30 augustus 2014 te Assen en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een hesje/vest en/of motor- en/of autopapieren en/of een paspoort (op naam van [slachtoffer] ) en/of een (ABN-AMRO) bankpas en/of een creditcard (op naam van
[slachtoffer] ), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) en/of verdachte, welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn medeverdachte(n) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat die
[medeverdachte 1] tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, die [slachtoffer] , die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het/een clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden/laten komen en/of (vervolgens) daarbinnen heeft tegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en/of
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere (mede)verdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft laten plaatsnemen en/of heeft beschuldigd en/of verwijten heeft gemaakt, en/of
  • onverhoeds (bij de kleding) heeft vastgepakt en/of beetgehouden, en/of
  • heeft toegeroepen en/of toegeschreeuwd, en/of (daarbij) ook (dreigend) met een glas heeftgegooid, en/of
  • ( dreigend) gezegd/gevraagd of die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) die [slachtoffer] een pak slaag moest(en) geven, althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking, en/of
  • aan dat hesje/vest van die [slachtoffer] heeft gerukt en/of getrokken, en/of (aldus) zijn hesje/vestheeft uitgetrokken en/of weggenomen/afgepakt, en/of
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en/of 5000 euro diende te betalen, en/of
(aldus) die [slachtoffer] heeft geroyeerd en/of een zogenaamde 'bad standing' heeft gegegeven, en/of (aldus)
- door de (agressieve of intimiderende) houding en/of wijze van optreden van die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees opgewekt dat die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) (ernstiger) geweld zou(den) gaan toepassen en/of door anderen zou doen/laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) zou voldoen, en/of voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft door met dat opzet die [slachtoffer] naar dat clubhuis te laten komen en/of in dat clubhuis aanwezig te zijn teneinde de groep te helpen in/bij hun dreigende en/of intimiderende houding en/of wijze van optreden jegens die [slachtoffer] , en/of anderszins te assisteren en/of te faciliteren bij het (organiseren van het) wegnemen van dat/die goed(eren) door het geven van informatie en/of het op de hoogte brengen en/of houden van die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n);
2.
hij in of omstreeks de periode van 30 augustus 2014 tot en met 3 september 2014, te Assen en/of Oudeschans en/of [plaats] en/of Winschoten en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van 1000 euro en/of een motorfiets, merk Harley Davidson, in elk geval een hoeveelheid geld/enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn medeverdachte(n), welk geweld en/of welke bedreiging met geweld (onder meer) hierin bestond(en) dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen,
die [slachtoffer] ,
die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het/een clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden/laten komen en/of (vervolgens) daarbinnen heeft tegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en/of
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere (mede)verdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft doen plaatsnemen en/of heeft beschuldigd en/of verwijten heeft gemaakt, en/of
  • onverhoeds (bij de kleding) heeft vastgepakt en/of beetgehouden, en/of
  • heeft toegeroepen en/of toegeschreeuwd, en/of (daarbij) ook (dreigend) met een glas heeftgegooid, en/of
  • dreigend gezegd/gevraagd of verdachte(n) die [slachtoffer] een pak slaag moest(en) geven, althanswoorden van geljke dreigende aard of strekking, en/of
  • aan het hesje/vest van die [slachtoffer] heeft gerukt en/of getrokken, en/of (aldus)
  • zijn hesje/vest heeft uitgetrokken en/of afgepakt, en/of
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en/of 5000 euro diende te betalen, en/of
(aldus) die [slachtoffer] heeft geroyeerd en/of een zogenaamde 'bad standing' heeft gegeven, en/of (vervolgens)
  • samen met die [slachtoffer] in een of meer auto('s) naar de woning van die [slachtoffer] is gegaan,en/of (aldus) door de intimiderende wijze van (groeps)optreden jegens die [slachtoffer] (opnieuw) die [slachtoffer] heeft verhinderd om in vrijheid te gaan en staan waar deze wenste, en/of (tevens)
  • bij en/of in die woning van die [slachtoffer] heeft verbleven teneinde te bewerkstelligen en/of zichervan te verzekeren dat die [slachtoffer] geld zou overmaken en/of beschikbaar zou stellen aan verdachte en/of zijn medeverdachte(n) en/of zijn motor zou afgeven, en/of
  • met die [slachtoffer] (vervolgens) naar een pinautomaat is gereden en/of die [slachtoffer] daar 1000 euro, althans geld, heeft laten opnemen en/of afgeven, terwijl (een) andere medeverdachte(n) in de woning van die [slachtoffer] bij de vrouw van [slachtoffer] en hun kind(eren) (dreigend) achterbleef/achterbleven, en/of (vervolgens)
  • gezegd dat die [slachtoffer] bij de garage waar zijn motorfiets ter reparatie stond moest aangevendat de motorfiets door een ander zou worden opgehaald, en/of (aldus)
  • door de (agressieve of intimiderende) houding en/of wijze van (groeps)optreden van verdachte en/ofzijn medeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees heeft/hebben opgewekt dat verdachte en/of zijn medeverdachte(n) (ernstig) geweld zou(den) toepassen en/of door anderen zou doen/laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van verdachte en/of zijn medeverdachte(n) zou voldoen, en/of voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
[medeverdachte 1] in of omstreeks de periode van 30 augustus 2014 tot en met 3 september 2014, te Assen en/of Oudeschans en/of [plaats] en/of Winschoten en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van 1000 euro en/of een motorfiets, merk Harley Davidson, in elk geval een hoeveelheid geld/enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) en/of verdachte, welk geweld en/of welke bedreiging met geweld (onder meer) hierin bestond(en) dat die [medeverdachte 1] tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte(n), althans alleen, die [slachtoffer] ,
die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het/een clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden/laten komen en/of (vervolgens) daarbinnen heeft tegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en/of
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere (mede)verdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft doen plaatsnemen en/of heeft beschuldigd en/of verwijten heeft gemaakt, en/of
  • onverhoeds (bij de kleding) heeft vastgepakt en/of beetgehouden, en/of
  • heeft toegeroepen en/of toegeschreeuwd, en/of (daarbij) ook (dreigend) met een glas heeftgegooid, en/of
  • dreigend gezegd/gevraagd of die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) die [slachtoffer] een pak slaag moest(en) geven, althans woorden van geljke dreigende aard of strekking, en/of
  • aan het hesje/vest van die [slachtoffer] heeft gerukt en/of getrokken, en/of (aldus)
  • zijn hesje/vest heeft uitgetrokken en/of afgepakt, en/of
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en/of 5000 euro diende te betalen, en/of
(aldus) die [slachtoffer] heeft geroyeerd en/of een zogenaamde 'bad standing' heeft gegeven, en/of (vervolgens)
  • samen met die [slachtoffer] in een of meer auto('s) naar de woning van die [slachtoffer] is gegaan,en/of (aldus) door de intimiderende wijze van (groeps)optreden jegens die [slachtoffer] (opnieuw) die [slachtoffer] heeft verhinderd om in vrijheid te gaan en staan waar deze wenste, en/of (tevens)
  • bij en/of in die woning van die [slachtoffer] heeft verbleven teneinde te bewerkstelligen en/of zichervan te verzekeren dat die [slachtoffer] geld zou overmaken en/of beschikbaar zou stellen aan die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) en/of zijn motor zou afgeven, en/of
  • met die [slachtoffer] (vervolgens) naar een pinautomaat is gereden en/of die [slachtoffer] daar 1000 euro, althans geld, heeft laten opnemen en/of afgeven, terwijl (een) andere medeverdachte(n) in de woning van die [slachtoffer] bij de vrouw van [slachtoffer] en hun kind(eren) (dreigend) achterbleef/achterbleven, en/of (vervolgens)
  • gezegd dat die [slachtoffer] bij de garage waar zijn motorfiets ter reparatie stond moest aangevendat de motorfiets door een ander zou worden opgehaald, en/of (aldus)
  • door de (agressieve of intimiderende) houding en/of wijze van (groeps)optreden van die[medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees heeft/hebben opgewekt dat die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) (ernstig) geweld zou(den) toepassen en/of door anderen zou doen/laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n) zou voldoen, en/of voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen,
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf verdachte opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft door met dat opzet die [slachtoffer] naar dat clubhuis te laten komen, en/of in dat clubhuis en/of (vervolgens) bij en/of in de woning van die [slachtoffer] aanwezig te zijn teneinde de groep te helpen in/bij hun dreigende en/of intimiderende houding en/of wijze van optreden jegens die [slachtoffer] , en/of anderszins te assisteren en/of te faciliteren bij het afnemen van dat geld en/of die motor door het geven van informatie en/of het op de hoogte brengen en/of houden van die [medeverdachte 1] en/of zijn medeverdachte(n).

Beoordeling van het bewijs

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor het onder 1 primair en het onder 2 primair ten laste gelegde. Daartoe heeft de officier van justitie aangevoerd dat de onderscheiden rollen van verdachte en de medeverdachten alle kwalificeren als medeplegen.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte integraal moet worden vrijgesproken.
Ten aanzien van feit 1 heeft de raadsman aangevoerd dat verdachte daarbij op geen enkele manier was betrokken, anders dan dat hij in het clubgebouw aanwezig was. Dat levert geen medeplegen op en ook geen medeplichtigheid.
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman aangevoerd dat nergens uit blijkt dat sprake is geweest van bedreiging met geweld. Integendeel, [slachtoffer] heeft met [medeverdachte 1] onderhandeld over het te betalen bedrag, is vrijwillig het geld gaan pinnen en heeft zelf tegen de reparateur gezegd dat een vriend de motor komt ophalen. [slachtoffer] heeft deze goederen dan ook vrijwillig afgegeven zodat niet gesproken kan worden van diefstal. Omdat het geld vrijwillig is afgegeven kan verdachte ook geen opzet hebben gehad op de diefstal van het geld. Ten aanzien van de motor wist verdachte niet dat het de bedoeling was dat de motor definitief zou worden afgenomen. Verdachte had dan ook evenmin opzet op de diefstal van de motor. Er kan daarom geen sprake zijn van medeplegen noch van medeplichtigheid.
De rechtbank merkt aangaande het standpunt van de verdediging ten aanzien van feit 2 op dat feit 2 ziet op overtreding van artikel 317 van het Wetboek van Strafrecht (afpersing).
Het standpunt van de verdediging ten aanzien van feit 2 heeft inhoudelijk evenwel het oog op overtreding van artikel 312 Sr (gekwalificeerde diefstal). De rechtbank merkt dit aan als een kennelijke vergissing van de verdediging en verstaat het standpunt van de verdediging ten aanzien van feit 2 als te zijn gericht tegen de (ten laste gelegde) afpersing.
Oordeel van de rechtbank
Vrijspraak feit 1
De rechtbank acht feit 1 niet wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van de betrokkenheid van verdachte kan enkel worden vastgesteld dat hij – na daartoe opgeroepen te zijn – aanwezig is geweest in het clubhuis toen [slachtoffer] aldaar een bad standing kreeg. Hij was in het clubhuis op geen enkele manier betrokken bij de diefstal van het hesje (met inhoud) van [slachtoffer] , noch bij het op dat moment jegens [slachtoffer] toegepaste geweld en de bedreiging met geweld. Er is ook geen enkele aanwijzing dat verdachte, op het moment dat hij werd opgeroepen naar het clubhuis te komen, wist wat er stond te gebeuren. Naar het oordeel van de rechtbank kan dan ook niet wettig en overtuigend bewezen worden dat verdachte als medepleger of als medeplichtige heeft deelgenomen aan de diefstal met geweld en bedreiging met geweld, zodat verdachte integraal zal worden vrijgesproken van het onder 1 ten laste gelegde.
Bewezenverklaring feit 2
De rechtbank past de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven.
1.
De door verdachte ter zitting van 1 december 2022 afgelegde verklaring, voor zover inhoudende:
Ik was aanwezig bij de bad standing en heb gehoord dat [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en een boete van € 5.000,- moest betalen. Het klopt dat ik met [slachtoffer] ben meegegaan naar zijn huis en daarna met hem ben meegegaan om het geldbedrag van € 1.000,- te pinnen. Ik heb dat bedrag in ontvangst genomen en aan medeverdachte [medeverdachte 1] afgeven.
2.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 5 september 2014,opgenomen op pagina 419 e.v. van het dossier van Politie Noord-Nederland, zaak 3.05 [slachtoffer] d.d. 28 mei 2018, inhoudende als verklaring van [slachtoffer] :
Tot 30 augustus 2014 was ik lid van een supportgroep, de Gypsy Reapers Brotherhood. Dit is een supportgroepje van motorclub No Surrender in Assen. Ik was eerst president van de supportgroep en later penningmeester. Op 28 of 29 augustus 2014, werd ik verzocht om de komende zaterdag naar het clubhuis van No Surrender in Assen te komen. Als je wordt ontboden dan ben je verplicht te komen. Op zaterdag 30 augustus 2014, omstreeks 14.00 uur, was ik ter plaatse bij het clubhuis. Er was op dat moment een groep personen van een man of vijftien. Dit waren onder andere [naam 1] , [medeverdachte 2] ( [medeverdachte 2] ), [naam 2] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] .
In het clubhuis zijn wij aan tafels gaan zitten. [medeverdachte 3] nam het woord en vertelde dat hij boos was over een foto, welke van mij op facebook stond. Hierna gaf [medeverdachte 3] [medeverdachte 2] het woord. Deze was met een heleboel dingen het niet eens en maakte tegen mij zijn ongenoegen daarover kenbaar. Op een gegeven moment pakte [medeverdachte 1] mij bij mijn vest en vroeg of hij mij een pak slaag moest geven. Hij trok mijn vest uit. Hierin zaten het kentekenbewijs van mijn motor, paspoort en het kentekenbewijs van mijn auto. Tevens zei hij dat ik op "bad standing" de club moest verlaten en dat ik daarvoor 5000 euro aan hem zou moeten betalen. Hij zei ook dat ik mijn motor moest inleveren. Omdat ik mijn motor niet bij had, moest ik vertellen waar mijn motor was. Deze stond voor reparatie bij een vriend, genaamd [naam 3] wonende te [plaats]. Ik moest min of meer onder bedreiging van drie leden in mijn auto stappen en hen naar mijn vriend in [plaats] rijden. Ze vertelden mij, dat als ik niet zou meewerken ze mij wel wisten te vinden. Ik heb meegewerkt, omdat ik bang was dat ze mij anders wat aan zouden doen. Ik voelde dat ik niet anders kon, omdat ze ook om mijn auto gingen staan en weten waar ik woon. Bij mijn vriend [naam 3] aangekomen, bleek dat de motor nog niet klaar was. Hierop heb ik [medeverdachte 1] gebeld en gevraagd of het goed was om eerst maar 1000 euro te betalen. Hij ging daar mee akkoord. Ik ben met bedoelde personen naar mijn woning gereden, omdat ik geld van mijn spaarrekening naar mijn betaalrekening over moest maken. Hierna ben ik met een van de personen naar de ABN bank in Winschoten gereden en heb daar 1000 euro gepind. Het geld heb ik afgegeven aan de persoon die bij mij in de auto zat. Volgens mij heet hij [verdachte] . De andere twee personen, [medeverdachte 2] en ene [naam 4] waren bij mijn woning achtergebleven.
Vervolgens kreeg ik diverse SMS-berichten en telefoontjes van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . Ze wilden dat ik mijn vriend [naam 3] in [plaats] moest bellen en hem vertellen, dat mijn motor bij hem zou worden opgehaald door een vriend. Ik heb aan dit verzoek voldaan, omdat ik mij toch wel bedreigd voelde. Ik was namelijk bang dat ze anders mijn gezin of mij wat aan zouden doen.
Afgelopen woensdag 3 september 2014, kreeg ik een mailtje van de vrouw van [naam 3] , genaamd [naam 5] , dat ze mijn motor hadden opgehaald. Omdat ik mij min of meer bedreigd voelde had ik toestemming gegeven om mijn motor af te geven. Als ik niet was bedreigd, dan had ik mijn motor nooit afgegeven. Ondanks dat ik kentekenbewijs deel 3 nog in mijn bezit heb, heb ik begrepen dat de motor inmiddels op naam staat van [medeverdachte 1] . De 1000 euro die ik heb betaald, heb ik tegen mijn wil betaald. Ik voelde mij bedreigd en daardoor heb ik het geld afgegeven. Ook de 5000 euro "Bad Standing" zou ik nooit uit vrije wil betalen. Ik weet gewoon, dat als je niet aan hun eisen voldoet, dat je dan trammelant krijgt.
3.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 10 september
2014, opgenomen op pagina 424 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [slachtoffer] :
[medeverdachte 1] zei dat ik met bad standing de club werd uitgezet. Ik hoorde [medeverdachte 1] alleen maar schreeuwen en roepen. Ik besloot maar om mee te werken uit angst dat mij anders wat zou worden aangedaan. Ik had geen enkele keus en werd gegijzeld, mede door de andere aanwezige MC leden.
Toen we met 4 personen naar mijn motor in [plaats] reden, is [naam 1] ondertussen naar mijn woning gereden. Dit ging in opdracht van [medeverdachte 2] . Mijn gevoel zegt dat ze dit deden uit pure bedreiging en intimidatie naar mijn vrouw en kinderen toe.
4.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige, opgemaakt enondertekend door de rechter-commissaris en de griffier, inhoudende de verklaring van [slachtoffer] op 1 oktober 2020:
U vraagt naar 30 augustus 2014 en zegt mij dat ik werd uitgenodigd om naar het clubhuis in Assen te komen. Ik werd gesommeerd, niet uitgenodigd. [medeverdachte 3] belde ineens, hij zei dat ik naar
Assen moest komen. Ik zei dat ik op het punt stond om naar Ede te gaan. Hij zei: “Je komt eerst naar Assen, daarna kijken jullie maar.” Ik ging naar binnen, heb een glas water gepakt en ben gaan zitten. Op een gegeven moment stond [medeverdachte 1] op. Hij kwam bij me staan. Hij sloeg het glas water uit mijn hand en zei: “Moet ik je slaan?”. [medeverdachte 1] trok mijn colours uit, dat ging op een heftige manier. Hij trok me bijna van mijn stoel af, ik kon me net overeind houden. Hij zei: “Je hebt mijn naam door het slijk gehaald, ik wil je nooit meer zien.”. Ik ben vervolgens naar buiten gegaan, ik hoorde hem nog wel tieren.
U houdt me voor dat ik bij de politie heb verklaard dat ik werd gegijzeld. Ja, in mijn auto, door drie man. Ik moest en zou naar de garage, waar mijn motor ter reparatie stond. U vraagt hoe de personen bij mij in de auto kwamen. Ze zijn bij mij in de auto gestapt, [medeverdachte 1] had ook gezegd dat ze met mij mee moesten. U vraagt of ze overmacht op mij hadden. Ja, wat wil je tegen vijftien man inbrengen? Dan wil je alleen maar zo spoedig mogelijk weg.
U houdt me voor dat ik bij de politie heb verklaard dat ik min of meer onder bedreiging van drie leden in mijn auto moest stappen en vraagt mij wat ik daarmee bedoel. Als er achttien man in een hok zijn en je moet maken dat je wegkomt, waar zou die bedreiging dan uit bestaan? Die achttien man straalden die bedreiging uit. U vraagt wie er bij mij in de auto zaten. [verdachte] , [medeverdachte 2] , die zat voorin, en een Vietnamees jongetje uit Smilde. We reden naar een dorpje boven Groningen. Daar stond mijn motor.
We zijn daarna naar mijn huis gegaan. Ik had [medeverdachte 1] geappt of ik eerst 1000 euro mocht betalen. De rest zou ik dan ergens gaan lenen, dit om mijn motor terug te krijgen. Ik had 1000 euro op de bank. [verdachte] ging mee naar binnen. Vervolgens ben ik met [verdachte] naar de bank gegaan om te pinnen. Ik heb het geld aan hem gegeven. De anderen zijn bij mijn woning, bij de auto van [naam 1] , blijven wachten tot [verdachte] en ik terug kwamen van het pinnen.
[medeverdachte 2] belde me later op, hij zei dat hij mijn motor op zou halen. Dat was nadat we bij mij thuis zijn geweest.
5.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 23 februari
2017, opgenomen op pagina 463 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van [naam 6] :
Van 30 augustus 2014 kan ik me nog herinneren dat [slachtoffer] met 2 jongens binnen kwam lopen. [slachtoffer] ging achter de computer zitten en een van de jongens ging achter hem staan. De andere jongen bleef in de deuropening staan. Het viel me op dat [slachtoffer] erg stil was, timide. Normaal is hij uitbundig en dat was nu niet zo. Ik had daardoor het idee dat er wat aan de hand was. Ik vond het wel een foute sfeer.
6.
Een ander schriftelijk bescheid, te weten opgenomen tapgesprekken, opgenomen op pagina 701
e.v. van voornoemd dossier, voor zover inhoudende:
Datum: 30-08-2014 te 15:25:21
[medeverdachte 1] wordt gebeld door [slachtoffer] . Letterlijk:
[medeverdachte 3] [medeverdachte 1] ,kan ik nu duizend euro over maken en maandag de rest?
[medeverdachte 1] Eeehhh........ je kan nu eeehh......duizend meegeven
[slachtoffer] Eeehhh..... dat moet ik proberen bij de bank [medeverdachte 1] Ja is goed.
[slachtoffer] Wil je het aan [medeverdachte 2] doorgeven dan?
[medeverdachte 2] : [medeverdachte 2] .
[medeverdachte 1] Hey [medeverdachte 2] , [medeverdachte 1] . Hij komt duizend euro nu betalen [medeverdachte 2] : Ja
[medeverdachte 1] Contant en dan maandag de rest.
[medeverdachte 2] : Ja.
[medeverdachte 1] En dan moetje even tegen [slachtoffer] zeggen dat ik die motor al heb overgeschreven op mijn naam, dus die staat gewoon op mijn naam en... als onderpand. En als hij maandag die andere vier komt brengen, dan ga ik met hem naar de, naar de postkantoor en dan schrijven we hem weer terug.
[medeverdachte 2] : Dat is goed.
[medeverdachte 1] Alles van wat hij thuis heeft van de Gipsy Reapers moet mee.
[medeverdachte 2] : Ja, is goed en dan is het gewoon akkoord?
[medeverdachte 1] Ok, is goed.
[medeverdachte 2] :Jo.
----------------------------------------------------------
Datum: 30-08-2014 te 17:10:05
[medeverdachte 1] wordt gebeld door [medeverdachte 3] .
[medeverdachte 3] Nou vertel.
[medeverdachte 1] Hij heeft duizend aanbetaald nu. Aan [verdachte] . Dan betaald hij vrijdag nog vier en dan denkt hij dat hij zijn motor terug krijgt.
[medeverdachte 3] Niet dus.
[medeverdachte 1] Ik denk het niet.
[medeverdachte 3] Nee?
(…)
[medeverdachte 1] Nou kijk als ik ze vrijdag niet heb dan is hij die duizend sowieso kwijt en dan hou ik die motor. Die motor staat al op mijn naam. Ze zijn al bij die jongen geweest waar hij gestald staat. Dat is ook duidelijk dat [slachtoffer] hem daar niet meer op kan halen, zeg maar.
[medeverdachte 3] Ok. Nou goed.
----------------------------------------------------------
Datum: 30-08-2014 te 20:29:21
[medeverdachte 1] wordt gebeld door [medeverdachte 3] .
[medeverdachte 3] … heb ik gewhatsappt en die belde mij net en die heeft tegen [slachtoffer] gezegd van die motor, dat ding moet er in en dan wordt je motor opgehaald. Ja, zegt hij, ik ga maandag naar de bank. Nou zegt [medeverdachte 2] , je moet eens goed luisteren, je moet zorgen dat die startmotor er in komt en dan die vent bellen en dat die motor door [verdachte] en door mij en nog iemand wordt opgehaald en dan komt hij op het clubhuis en dan betaal je het vrijdag maar en als je de motor niet terug krijgt dan heb je pech. Och och och, nou nou en eeh..... die motor wordt niet opgehaald. Nou, zegt hij daar moet je wel op rekenen dat die motor wordt opgehaald en ik zeg het ook niet weer, zegt hij. Ja, ik heb een goeie [naam 9].
[medeverdachte 1] Ja, heel goed. Dinges weet war het is. Hoe heet hij? [verdachte] . Die zegt dan rijden we maandag daar gewoon heen en dan halen we hem maandag nog niet in elkaar gezet op. En dan zetten we hem hier.
[medeverdachte 3] Ja, dat kan ook. Het staat op jouw naam ja?
[medeverdachte 1] Ja, dan moeten we hier iemand zoeken die hem in elkaar zet, ja.
[medeverdachte 3] Ja,nou dat kan ook wel, Ja. Maar dan vragen we de kameraad van die Sec.even.
[medeverdachte 1] Ja, precies, die kan hem gewoon in elkaar zetten, ja.
[medeverdachte 3] Ja, zo lastig kan het toch ook niet zijn ofwel?
[medeverdachte 1] Dus maandag halen we die motor.... En ik denk dat Cap zegt, dat die motor ook niet meer terug komt. Hij kan gewoon die vier rooien betalen en dan is het klaar.
[medeverdachte 3] Nou klaar, ja. Want hij zat nou in de telefoon al weer lekker stoer te doen, dus eehh...
[medeverdachte 1] Ja?
[medeverdachte 3] Ja, [medeverdachte 2] die was er al wel flink klaar mee.
[medeverdachte 1] Stoer doen?
[medeverdachte 3] Ja, ach die motor wordt niet opgehaald, Ja zegt [medeverdachte 2] die motor wordt wel opgehaald en ik zeg het ook niet weer, het is duidelijk geweest, je hebt mazzel dat je er vanmiddag zo mee bent weggekomen. Ik zeg tegen [medeverdachte 2] . Ik zeg schrok je ook vanmiddag? Nou nou ik schrok niet snel, ik zeg en [medeverdachte 1] met die glazen aan het gooien, ik zeg godverdomme ik had het glas in het haar zitten. Ik zeg en heb er nog wel hartelijk om gelachen. (Gelach) Ik kan er nog steeds om lachen. En dan draai je ook nog om en dan begin je gewoon te lachen, he? Ja mooi. Want ik zag dat wel. Je zat .... je had je bril al afgedaan.
[medeverdachte 1] Ja.
[medeverdachte 3] Ik denk, die gaat los. (Gelach) Ja mooi. Boefje ben je.
----------------------------------------------------------
Datum: 02-09-2014 te 11:46:05
[medeverdachte 1] belt met [slachtoffer] . Letterlijk:
[slachtoffer] Dat ik uit de club gekeild wordt jongen, dat vind ik zo vreselijk. Het is nu zo neergelegd alsof ik alles verkeerd heb gedaan en de boel probeerde te belazeren terwijl het helemaal niet zo is, het laten controleren joh, ik weet wat ik doe. Maar goed, het is goed. Hoe houden we nou contact?
[medeverdachte 1] Ik bel jou volgende week of zo. ik bedoel, ik zorg er zelf wel voor dat die motor woensdag bij mij komt te staan. Bij de club. Ik heb ook nog jouw paspoort en die gegevens [slachtoffer] ja
[medeverdachte 1] Zo gauw we de motor hebben krijg jij die papieren terug en dan is dat in ieder geval klaar en bel ik je daar verder nog over, ja?
[slachtoffer] Ja, heel graag.
[medeverdachte 1] Ja, oké. Maar je moet even tegen die man zeggen of die man bellen waar die motor staat, dat die woensdag opgehaald wordt, dat die wel woensdag klaar moet zijn, dat ding.
[slachtoffer] Eeehh... ik zal hem vanavond even bellen
[medeverdachte 1] Ja, is goed. Regel het maar even. dan halen wij... Dan zorg ik dat ik de motor bij mij heb, dan krijg jij die paspoorten en zo terug [medeverdachte 1] We gaan het zo doen
----------------------------------------------------------
Datum: 03-09-2014 te 19:23:42
[medeverdachte 1] belt uit naar [medeverdachte 2]
[medeverdachte 1] vraagt of [medeverdachte 2] naar hem toe komt met de motor.
[medeverdachte 2] : Nou, [slachtoffer] , die werkt niet mee
[medeverdachte 1] Hoezo [slachtoffer] werkt niet mee? Waar is die motor dan?
[medeverdachte 2] : Dat wil hij niet zeggen. Ik was samen met [naam 2] er heen gegaan ja, om hem op te halen. Maar ik weet net of dat ie in Winsum staat of bij hem thuis of ergens anders want die motor is wel klaar. Dus ik bel hem op, ik zeg [slachtoffer] ik zeg eeh, waar staat die motor? Waar kan ik hem weghalen? Nee, het is niet eerlijk en [medeverdachte 2] werk daar niet aan mee, dat is diefstal, ja je handen wel aan branden, ik zeg dat maakt me allemaal niet uit me jonge, ik zeg, ik haal die motor op.
----------------------------------------------------------
Datum: 03-09-2014 te 19:34:58
Gesprek tussen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] over de motor van [slachtoffer] .
[medeverdachte 1] zegt dat hij helemaal wild is want de motor is weg. [slachtoffer] wil niet meewerken, hij wil de motor niet kwijt. [medeverdachte 1] zegt dat [verdachte] naar Winsum is om te zien of de motor daar staat , hij is met [naam 7] . Als hij daar niet is moeten ze naar de woning in Finsterwolde van [slachtoffer] .
[medeverdachte 1] zegt dat [medeverdachte 3] naar [slachtoffer] moet bellen om te zeggen dat [medeverdachte 1] helemaal wild is en dat het beter is dat hij zegt waar de motor is. Als hij dat niet doet komt [medeverdachte 1] vanavond zelf naar Finsterwolde en dan komt hij er niet zo makkelijk af. Deze boodschap moet [medeverdachte 3] over brengen. [medeverdachte 1] herhaalt dat [slachtoffer] moet zeggen waar de motor is anders komt [medeverdachte 1] met een paar man naar Finsterwolde en dan is hij aan de beurt.
----------------------------------------------------------
Datum: 03-09-2014 te 20:21:30
[medeverdachte 1] belt naar een nn man
[medeverdachte 1] geeft de man opdracht dat hij naar die man in Winsum moet gaan en de motor van [medeverdachte 1] moet halen. De man weet waar de man woont in Winsum.
----------------------------------------------------------
Datum: 03-09-2014 te 21:46:10
[medeverdachte 1] belt uit naar NNman.
De man zegt dat ze hem hebben, hij stond bij die kerel thuis, sleutel erin, hij is gemaakt en rijdt gewoon. [medeverdachte 1] zegt dat ze hem moeten inladen en naar het clubhuis moeten brengen.
7.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen verklaring [naam 3] en
[naam 5] d.d. 3 november 2017, opgenomen op pagina 470 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als relatering van verbalisant [verbalisant] :
Naar aanleiding van de aangifte en aanvullende verklaringen van [slachtoffer] , hebben wij een onderzoek ingesteld naar het door hem genoemde bedrijf in [plaats] waar zijn Harley Davidson ontvreemd is. Op 02 november 2017 hebben wij een bezoek gebracht aan de heer [naam 3] en mevrouw [naam 5] . Over het incident met de Harley Davidson van [slachtoffer] konden zij zich nog het volgende herinneren:
Toen de motor bij ons stond ter reparatie, kregen wij via Facebook messenger het volgende bericht: nou morgen wil een vriend van mij m ophalen.
Er kwamen de volgende avond, 3 september 2014, inderdaad twee mannen de motor ophalen.
8.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 17 januari2018, opgenomen op pagina 516 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] :
Ik ben lid van Motorclub No Surrender. Sinds 2014 was ik president van de MC No Surrender, chapter Assen. Later, in 2016 ben ik vice president geworden.
[slachtoffer] was lid van de Gypsy Reapers Brotherhood. [slachtoffer] was eerst president en later penningmeester/treasurer van deze club. [slachtoffer] was ontboden omdat [medeverdachte 2] mij had gebeld en vertelde dat het kasgeld niet klopte van de brotherhood. Ik vertelde [slachtoffer] dat hij volgens de jongens niet meer lid kon zijn van de brotherhood. Ik zei ga maar staan en ik heb hem aan zijn jasje omhoog getrokken om zijn vestje met colors uit te doen. Ik heb bedacht dat [slachtoffer] een Bad Standing moest krijgen en zijn motor moest in leveren. Ik heb dit in overleg besloten met de overige leden van de brotherhood. Ik heb het besluit genomen dat [slachtoffer] de Bad Standing moest krijgen. De brotherhood viel onder mijn chapter dus ik moest die beslissing nemen. Ik heb [slachtoffer] ook € 5.000,- boete op gelegd voor de bad Standing die ik hem heb gegeven. Om zijn motor op te halen zijn [naam 7] en [verdachte] en [medeverdachte 2] met [slachtoffer] naar zijn huis gereden. Volgens mij heeft [verdachte] de motor naar het clubhuis gereden. Het klopt dat ik de motor van [slachtoffer] heb overgeschreven op mijn naam. Het betrof volgens mij een Harley Davidson FDX.
9.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 24 januari2018, opgenomen op pagina 525 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] :
Het klopt dat ik een glas heb weggegooid. Omdat ik niet kan slaan of iets dergelijks, wilde ik door het glas weg te gooien iets weergeven.
10.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 31 januari2018, opgenomen op pagina 569 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] :
Het klopt dat ik lid ben geweest van de MC Gypsy Reapers. Dit was in 2013 of 2014. Ik was eerst gewoon lid. Ik ben toen een maand of vier à vijf sergeant at arms geweest. [medeverdachte 1] was de pres van de MC No Surrender, chapter Assen.
Er deden zich problemen voor met [slachtoffer] . Toen heb ik [medeverdachte 3] gebeld. Ik moest er voor zorgen dat het kader van de Gypsy Readers naar het clubhuis van No Surrender in Assen kwam.
Ik heb iedereen gebeld van de Gypsy Reapers dat ze die zaterdag naar Assen moesten komen.
Iedereen is toen ook geweest. Er zou een degradatie van [slachtoffer] zijn. [medeverdachte 1] heeft [slachtoffer] toen een Bad Standing gegeven en gezegd dat hij zijn colours in moest leveren. Er was veel verbaal geweld. Iedereen had zijn colours aan tijdens de bijeenkomst in Assen in verband met de Bad Standing van [slachtoffer] . Dit hoort ook zo binnen de club. Het klopt dat [slachtoffer] is aangesproken. Dat waren [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] . Ik heb [slachtoffer] ook aangesproken over de dubbele boekhouding. [slachtoffer] ontkende dat hij mij gesproken over de dubbele boekhouding. Toen werd ik boos en zei tegen [slachtoffer] als je een man bent ga je recht staan en zeg je mij dat ik een leugenaar ben. [naam 8] kwam er toen tussen. Het klopt dat hij een boete van € 5.000,- heeft gekregen. We zijn met vier man bij [slachtoffer] thuis geweest. Het klopt dat ik bij hem in de auto ben gestapt. De anderen die bij hem in de auto stapten waren van No Surrender. Het klopt dat ik bij [slachtoffer] binnen ben geweest. Ik ben in opdracht van [medeverdachte 1] naar de woning van [slachtoffer] gegaan. [medeverdachte 1] had de opdracht gegeven om de motor van [slachtoffer] op te halen. Daar waren wij dus voor bij [slachtoffer] . Ik weet dat 1 van de leden van No
Surrender met [slachtoffer] naar een pinautomaat is gereden. Toen ze naar de pin reden zijn ik en [naam 1] achtergebleven bij de woning van [slachtoffer] . [slachtoffer] heeft € 1000,- gepind en afgegeven aan 1 van die jongens van No Surrender. Het klopt dat [slachtoffer] zijn motor in moest leveren. Ik wil opmerken dat [slachtoffer] bij mensen van No Surrender alles goed vond. Hij was bang voor No Surrender.
11.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 2 februari2018, opgenomen op pagina 581 e.v. van voornoemd dossier, inhoudende als verklaring van medeverdachte [verdachte]:
Ik ben ongeveer een half jaar lid geweest van No Surrender, chapter Assen. Het klopt dat [slachtoffer] zijn motor in moest leveren. Ik moest dat ding van [medeverdachte 1] ophalen. Ik ben samen met [naam 7] daar naartoe geweest. Ik heb de motor binnen een week na de Bad Standing opgehaald. Ik heb hem naar het clubhuis moeten brengen en daar heeft [medeverdachte 1] , de president van chapter Assen, hem in ontvangst genomen.
12.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor getuige, opgemaakt enondertekend door de rechter-commissaris en de griffier, inhoudende de verklaring van [naam 1] op 18 november 2020:
Ik ben in 2014 lid geweest van motorclub de Gypsy Reapers. Op 30 augustus 2014 werden we door No Surrender gesommeerd om naar Assen te komen. Er was een man of 10 aanwezig in het clubhuis. We gingen zitten, [slachtoffer] ook. [medeverdachte 1] , de president van No Surrender, zat links van mij. Rechts van mij zat [medeverdachte 3] . In het midden zat [slachtoffer] , voor [medeverdachte 1] . [medeverdachte 2] zat tegenover [slachtoffer] . Verder waren er nog drie leden van de security van No Surrender bij, zij stonden. [medeverdachte 1] begon over de foto op facebook en over dubbele boekhouding. Het werd best wel grimmig. Dit kwam van de kant van No Surrender. Ik was beduusd, ik voelde mij niet prettig, ik voelde me wat geïntimideerd. Op een gegeven moment ging [medeverdachte
1] zijn stem verheffen en stond hij op. [slachtoffer] moest ook opstaan. Hij moest zijn hesje uittrekken. [medeverdachte 1] zei dat hij een boete kreeg en dat hij zijn motor moest inleveren. Ik ben naar [slachtoffer] zijn huis gegaan en heb buiten staan wachten. Op een gegeven moment kwam [slachtoffer] terug, hij werd weer bij zijn huis afgezet. Volgens mij was het [medeverdachte 2] die toen met [slachtoffer] de woning van [slachtoffer] is binnen gegaan. U vraagt of er nog meer mensen de woning van [slachtoffer] binnen gingen. Volgens mij ook mensen van No Surrender.

Bewijsoverweging

Vaststaat dat [slachtoffer] op 30 augustus 2014 met een zogenoemde ‘bad standing’ uit de motorclub, de Gypsy Reapers, waarvan hij toen de president was, is gezet. Daarbij zijn zijn colors (hesje met patches) van de motorclub van hem afgenomen, heeft hij een boete van (uiteindelijk) € 1.000,moeten betalen en heeft hij zijn Harley Davidson motor moeten afgeven.
Afpersing van het geld en de motor
De rechtbank is, anders dan de verdediging, van oordeel dat [slachtoffer] de motor en het geldbedrag niet vrijwillig, maar onder geweld en onder bedreiging met geweld heeft afgestaan.
Uit de bewijsmiddelen volgt dat [slachtoffer] was ontboden om naar het clubhuis van motorclub No Surrender in Assen te komen. Aldaar is hij door medeverdachte [medeverdachte 1] met een bad standing de club uitgezet. Zijn hesje is van hem afgenomen en door [medeverdachte 1] werd [slachtoffer] bevolen zijn motor in te leveren en een boete van € 5.000,- te betalen. In opdracht van medeverdachte [medeverdachte 1] zijn verdachte en twee anderen met [slachtoffer] in zijn auto gestapt om zijn motor op te halen bij een reparateur in [plaats]. Onderweg naar [plaats] heeft medeverdachte [medeverdachte 2] aan [naam 1] opgedragen om naar de woning van [slachtoffer] te gaan, waar op dat moment de vrouw en kinderen van [slachtoffer] zich bevonden. Ook is onderweg tegen [slachtoffer] gezegd dat ze hem wel wisten te vinden als hij niet mee zou werken. Toen bleek dat de motor nog niet was gerepareerd en niet kon worden meegenomen is, na overleg met medeverdachte [medeverdachte 1] , besloten dat [slachtoffer] eerst € 1.000,- zou betalen.
[slachtoffer] is toen met dezelfde personen naar zijn woning gereden om € 1.000,- over te maken van zijn spaarrekening naar zijn betaalrekening. Zowel verdachte als medeverdachte [medeverdachte 2] zijn daarbij met [slachtoffer] in de woning geweest. Vervolgens is [slachtoffer] met verdachte naar een pinautomaat gereden om bedoeld bedrag te pinnen, terwijl medeverdachte [medeverdachte 2] en twee anderen bij de woning van [slachtoffer] achterbleven totdat hij terug was. In de dagen daarna hebben zowel verdachte als medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] meerdere malen tegen [slachtoffer] gezegd dat de motor hoe dan ook zou worden opgehaald en zij hebben [slachtoffer] meerdere malen opgedragen tegen de reparateur te zeggen dat de motor door iemand anders zou worden opgehaald, hetgeen [slachtoffer] ook heeft gedaan. De motor is uiteindelijk – in opdracht van medeverdachte [medeverdachte 1] – door verdachte en nog een lid van No Surrender bij de reparateur opgehaald.
Naar het oordeel van de rechtbank volgt hieruit dat verdachte en zijn medeverdachten [slachtoffer] fors onder druk hebben gezet zodat hij zou doen wat hem werd opgedragen. Daarbij is in de eerste plaats van belang dat een en ander plaatsvond in de context van een bad standing binnen outlaw motorclub No Surrender, waarvan algemeen bekend is dat agressie en geweld niet worden geschuwd. [slachtoffer] wist dat ook en heeft dan ook meerdere malen verklaard dat hij bang was dat hem of zijn vrouw en kinderen wat zouden worden aangedaan. Daarnaast moet in ogenschouw worden genomen dat [slachtoffer] kort vóór de afpersing van het geld en de motor, in het clubhuis, omringd door een groep van tien à vijftien leden van No Surrender en de Gypsy Reapers, met veel verbaal geweld de club is uitgezet, hetgeen een zeer intimiderende en bedreigende situatie voor [slachtoffer] opleverde. Bovendien is daarbij geweld gebruikt en gedreigd met geweld. Verdachte was op het moment van de bad standing in het clubhuis aanwezig en heeft het horen/zien gebeuren.
Binnen de context van een gewelddadige motorclub en gelet op hetgeen zojuist in het clubhuis had plaatsgevonden, levert het een zeer bedreigende situatie op als drie personen van die motorclub, tegen de wil van [slachtoffer] bij hem in de auto stappen, om – eveneens tegen zijn wil – zijn motor op te gaan halen. Datzelfde geldt voor het feit dat twee leden van No Surrender en de Gypsy Reapers met [slachtoffer] ongevraagd en ongewenst meegaan zijn woning in, de plek waar hij en zijn gezin zich bij uitstek veilig moeten kunnen voelen. De aanwezigheid van twee leden in de woning maakt inbreuk op het gezinsleven en is reeds op zichzelf zeer intimiderend, hetgeen ook volgt uit de verklaring van de partner van [slachtoffer] . Hierop aansluitend is [slachtoffer] onder begeleiding van verdachte het geldbedrag van € 1.000,- gaan pinnen. Doordat verdachte (verbonden aan No Surrender) met [slachtoffer] meeging om te pinnen en er drie personen van motorclubs achterbleven bij de woning van [slachtoffer] , is [slachtoffer] naar het oordeel van de rechtbank – mede gelet op al hetgeen zich daarvoor reeds had afgespeeld – onder druk gezet om mee te werken en het geld te gaan pinnen. Bij [slachtoffer] kon op dat moment de gerechtvaardigde vrees bestaan dat er geweld tegen hem of tegen zijn vrouw en kinderen zou worden gebruikt als hij niet mee zou werken. Derhalve kan niet gezegd worden dat hij het geld vrijwillig heeft gepind en afgegeven. Dat hij meewerkt en zonder weerwoord het geld gaat pinnen is (juist) te verklaren door de druk waar [slachtoffer] op dat moment onder stond. Ook de motor is naar het oordeel van de rechtbank niet vrijwillig afgegeven. [slachtoffer] heeft het bericht aan de reparateur dat “een vriend de motor op komt halen” immers niet uit vrije wil gestuurd, maar na daartoe onder druk te zijn gezet door drie medeverdachten en nadat (reeds) op zeer dreigende wijze zijn hesje en een geldbedrag van hem waren afgenomen. In dit kader is de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 2] treffend, te weten dat [slachtoffer] bang was voor No Surrender en dat hij daarom gehoorzaamde.
Ten aanzien van de telefoongesprekken waarin [slachtoffer] volgens de raadsman zou hebben onderhandeld met medeverdachte [medeverdachte 1] over het te betalen geldbedrag merkt de rechtbank nog op dat zij daar geen onderhandelingen in ziet, maar juist een smeekbede van
[slachtoffer] omdat hij zijn motor niet kwijt wil en denkt dat als hij de boete betaald, hij zijn motor kan behouden. [medeverdachte 1] is in de gesprekken dwingend. Hij wil
nugeld zien en benoemt herhaaldelijk dat hij de motor van [slachtoffer] al op zijn naam heeft overgeschreven als onderpand, naar het oordeel van de rechtbank als machtsmiddel om [slachtoffer] ertoe te bewegen (meer) geld af te dragen. Van speelruimte of een onderhandelingspositie aan de kant van [slachtoffer] was naar het oordeel van de rechtbank dan ook geen sprake.
Gelet op al het vorenstaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat [slachtoffer] het geld en zijn motor onder geweld en bedreiging met geweld heeft afgestaan.
Opzet van verdachte
Ten aanzien van het opzet van verdachte overweegt de rechtbank het volgende. Verdachte was in het clubhuis aanwezig toen [slachtoffer] een bad standing kreeg en heeft gehoord en gezien dat daarbij geweld werd gebruikt en werd gedreigd met geweld. Ook heeft hij gehoord dat aan [slachtoffer] bevolen werd een boete te betalen en zijn motor af te geven in het kader van de bad standing. Verdachte wist dus dat [slachtoffer] gedwongen werd deze goederen af te geven en dat dat niet vrijwillig was. De handelingen die verdachte vervolgens in die wetenschap verricht – mee de woning in tijdens het overmaken van het geld, mee naar de pinautomaat, het in ontvangst nemen van het geld en het ophalen van de motor – zijn naar hun uiterlijke verschijningsvorm dusdanig gericht op het tegen de wil van [slachtoffer] afhandig maken van zijn geld en motor dat het niet anders kan dan dat het opzet van verdachte daarop gericht was. Of verdachte dacht dat de motor enkel als onderpand diende en dus zou worden teruggegeven of wist dat de motor definitief van [slachtoffer] werd afgenomen, doet hier niet aan af. [slachtoffer] is gedwongen tot afgifte van de motor, bewezen kan worden dat verdachte daar opzet op had en de motor is ook daadwerkelijk aan de beschikkingsmacht van [slachtoffer] ontnomen. Daarmee is sprake van afpersing.
De rol van verdachte, zoals die naar voren komt uit hetgeen hiervoor is overwogen, is naar het oordeel van de rechtbank van dusdanig gewicht dat verdachte als medepleger kan worden aangemerkt.
De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van afpersing, zoals onder 2 primair ten laste gelegd.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht feit 2 primair wettig en overtuigend bewezen, met dien verstande dat:
2 primair.
hij in de periode van 30 augustus 2014 tot en met 3 september 2014, te Assen en Oudeschans en [plaats] en Winschoten, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer] heeft gedwongen tot de afgifte van 1000 euro en een motorfiets, merk Harley Davidson, toebehorende aan die [slachtoffer] , welk geweld en welke bedreiging met geweld onder meer hierin bestonden dat verdachte tezamen en in vereniging met zijn medeverdachten, die [slachtoffer] , die destijds president was van de No Surrender-supportgroep de Gypsy Reapers,
  • naar het clubhuis van No Surrender te Assen heeft ontboden en vervolgens daarbinnen heefttegengehouden of belet dat clubhuis in vrijheid te verlaten, en
  • in een ruimte in dat clubhuis, tussen andere medeverdachten die samen voor die [slachtoffer] eenovermacht vormden, heeft laten plaatsnemen en verwijten heeft gemaakt, en
  • onverhoeds bij de kleding heeft vastgepakt en beetgehouden, en
  • heeft toegeschreeuwd, en daarbij ook dreigend met een glas heeft gegooid, en
  • dreigend gevraagd of verdachte die [slachtoffer] een pak slaag moest geven, en
  • aan het hesje van die [slachtoffer] heeft gerukt en aldus zijn hesje heeft uitgetrokken en afgepakt,en
  • gezegd dat die [slachtoffer] zijn motor moest inleveren en 5000 euro diende te betalen, en aldus die[slachtoffer] een zogenaamde 'bad standing' heeft gegeven, en
  • samen met die [slachtoffer] in een of meer auto's naar de woning van die [slachtoffer] is gegaan, enaldus door de intimiderende wijze van groepsoptreden jegens die [slachtoffer] opnieuw die [slachtoffer] heeft verhinderd om in vrijheid te gaan en staan waar deze wenste, en
  • bij en in die woning van die [slachtoffer] heeft verbleven teneinde te bewerkstelligen en zich ervante verzekeren dat die [slachtoffer] geld zou overmaken en zijn motor zou afgeven, en
  • met die [slachtoffer] vervolgens naar een pinautomaat is gereden en die [slachtoffer] daar 1000 euroheeft laten opnemen en afgeven, terwijl andere medeverdachten bij de woning van die [slachtoffer] bij de vrouw van [slachtoffer] en hun kinderen dreigend achterbleven, en
  • gezegd dat die [slachtoffer] bij de garage waar zijn motorfiets ter reparatie stond moest aangevendat de motorfiets door een ander zou worden opgehaald, en aldus
  • door de agressieve of intimiderende houding en wijze van optreden van verdachte en zijnmedeverdachten jegens die [slachtoffer] bij die [slachtoffer] de vrees heeft opgewekt dat verdachte en/of zijn medeverdachten ernstiger geweld zouden gaan toepassen of door anderen zou laten toepassen indien die [slachtoffer] niet aan de eisen van verdachte en zijn medeverdachten zou voldoen, en voor die [slachtoffer] een bedreigende situatie heeft geschapen.
Verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde Het bewezen verklaarde levert op:

2 primair. afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
Dit feit is strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte ter zake van feit 1 primair en feit 2 primair wordt veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van 140 uren.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft – indien de rechtbank tot een veroordeling komt – bepleit dat in verband met het tijdsverloop, de beperkte rol van verdachte en nu verdachte geen relevante documentatie heeft, volstaan kan worden met een schuldigverklaring zonder oplegging van straf dan wel een geheel voorwaardelijke werkstraf.
Oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, de persoon van verdachte zoals deze naar voren is gekomen uit het onderzoek ter terechtzitting en het reclasseringsrapport van 9 juli 2019, het uittreksel uit de justitiële documentatie d.d. 10 oktober 2022, alsmede de vordering van de officier van justitie en het pleidooi van de verdediging.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het medeplegen van afpersing. Dit feit heeft plaatsgevonden binnen de context van outlaw motorclub No Surrender. Verdachte is lid geweest van chapter Assen, daarna chapter Hoogeveen en tot slot chapter Groningen. Binnen No Surrender heerste een cultuur van geweld en intimidatie en de motorclub had eigen gedragsregels die de normen en waarden van de samenleving volledig buiten spel zetten. Verdachte heeft met zijn lidmaatschap er bewust voor gekozen onderdeel te zijn van een gewelddadige en ondermijnende motorclub en heeft met het strafbare feit dat hij heeft gepleegd ook actief bijgedragen aan de cultuur van geweld en intimidatie. De rechtbank neemt verdachte dat zeer kwalijk.
Onderhavige zaak betreft een bad standing van [slachtoffer] , president van No Surrendersupportgroep de Gypsy Reapers. [slachtoffer] zou geld van de Gypsy Reapers hebben verduisterd en tegen de afspraak in berichten op sociale media hebben geplaatst. Verdachte moest daarom, in de visie van (binnen de club prominente) medeverdachten, de motorclub verlaten. [slachtoffer] is vervolgens met een bad standing de club uitgezet waarbij hem zijn hesje, zijn motor en een bedrag van € 1.000,- is afgenomen. Verdachte heeft een zeer actieve rol gespeeld bij het innen van het geldbedrag en het ophalen van de motor. Hoewel deze activiteiten hem werden opgedragen door medeverdachte [medeverdachte 1] , heeft verdachte er zelfstandig voor gekozen om deze opdrachten uit te voeren en moet hij hebben geweten dat hij [slachtoffer] hiermee onder druk zette om te gehoorzamen aan de eisen van No Surrender. Een en ander heeft grote impact gehad op [slachtoffer] die zowel tijdens de bad standing als in de weken nadien, vreesde voor zijn eigen veiligheid en de veiligheid van zijn vrouw en kinderen. Verdachte heeft zich dan ook schuldig gemaakt aan een zeer ernstig feit. De rechtbank rekent het verdachte zwaar aan dat hij zich heeft ingelaten met een motorclub zoals No Surrender en de bijbehorende criminaliteit en kennelijk niet heeft stilgestaan bij de gevolgen van zijn handelen.
De rechtbank is met de officier van justitie van oordeel dat gelet op de rol die verdachte bij de strafbare feiten heeft gepleegd – welke rol beperkter is dan die van zijn medeverdachten – en voorts gelet op de overschrijding van de redelijke termijn, een gevangenisstraf thans niet langer op zijn plaats is en dat een werkstraf de meest passende afdoeningsmodaliteit is. Een schuldigverklaring zonder oplegging van straf of een geheel voorwaardelijke straf doet naar het oordeel van de rechtbank geen recht aan de ernst van het strafbare feit en de strafverzwarende context waarbinnen het feit heeft plaatsgevonden, te weten motorclub No Surrender. Gelet op het feit dat de rechtbank verdachte vrijspreekt van het onder 1 ten laste gelegde, zal de rechtbank verdachte wel een aanzienlijk lagere werkstraf opleggen dan aan de medeverdachten wordt opgelegd. Alles afwegende komt de rechtbank tot een werkstraf voor de duur van 80 uren.

Benadeelde partij

[slachtoffer] heeft zich als benadeelde partij in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding. Gevorderd wordt een bedrag van € 8.432,32 ter vergoeding van materiële schade en € 1.000,- ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering hoofdelijk dient te worden toegewezen met wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de vordering dient te worden afgewezen nu verdachte geen enkele rol heeft gehad in de ten laste gelegde feiten. Subsidiair heeft de raadsman bepleit dat het een te zware belasting voor het strafproces oplevert om de daadwerkelijke schade vast te stellen nu de gevorderde bedragen onvoldoende zijn onderbouwd, zodat de vordering ook op die grond dient te worden afgewezen. Meer subsidiair heeft de raadsman verzocht bij toewijzing de vordering niet hoofdelijk toe te wijzen maar verdachte enkel aansprakelijk te houden voor zijn aandeel.
Oordeel van de rechtbank
Leren vest, club emblemen, kentekenbewijs, ID kaart, rijbewijs en mobiele telefoon
Nu deze schade zou zijn ontstaan uit feit 1 en de rechtbank verdachte heeft vrijgesproken van het onder 1 ten laste gelegde, zal dit deel van de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.
Harley Davidson en gepinde geld
Hoewel voldoende aannemelijk is dat de benadeelde deze schade heeft geleden als gevolg van het onder 2 bewezen verklaarde, dient de vergoeding van die schade naar het oordeel van de rechtbank niet voor rekening van verdachte te komen. Nu zowel de motor als het geld volledig ten gunste van medeverdachte [medeverdachte 1] is gekomen, acht de rechtbank het niet redelijk en billijk om de schade die daaruit is voortgekomen mede door verdachte en de andere medeverdachten te laten dragen. Deze kostenposten zullen derhalve worden afgewezen.
Immateriële schade
Gevorderd wordt een bedrag van 1.000 aan immateriële schade. Ter onderbouwing wordt aangevoerd dat benadeelde na het incident bang was dat verdachte en medeverdachten nog een keer bij hem aan huis zouden komen, niets meer durfde en zich terugtrok in huis. Eerst was hij manisch en daarna werd hij depressief. Hij vertoonde buitensporig gedrag en werd een gevaar voor zichzelf en zijn omgeving. Als gevolg van zijn psychische toestand is benadeelde enkele maanden later met een rechterlijke machtiging opgenomen bij Lentis op een gesloten afdeling. Hij heeft hier 2,5 maanden verbleven en na zijn ontslag is hij nog 6 maanden depressief geweest.
Naar het oordeel van de rechtbank is evenwel onvoldoende onderbouwd of anderszins gebleken dat en in hoeverre de bewezenverklaarde feiten hebben bijgedragen aan de psychische toestand en de opname van benadeelde bij Lentis enkele maanden na deze feiten. De enkele stelling, vermeld in de vordering, dat benadeelde heel bang was dat verdachte en medeverdachten nog een keer bij hem aan huis zouden komen, is daartoe onvoldoende. Met de op dit moment voorhanden informatie is naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende duidelijk dat er voldoende causaal verband bestaat tussen de bewezenverklaarde feiten en de gestelde immateriële schade en het vormt een onredelijke belasting van het strafproces om daar nader onderzoek naar te (laten) doen. De vordering tot vergoeding van immateriële schade wordt dan ook afgewezen.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 9, 22c, 22d, 47 en 317 van het Wetboek van Strafrecht. Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1 is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 2 primair ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Veroordeelt verdachte tot:

een taakstraf voor de duur van 80 uren.

Beveelt dat voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis voor de duur van 40 zal worden toegepast.
Verklaart de vordering van [slachtoffer] tot een bedrag van € 682,32 niet-ontvankelijk. Dit deel van de vordering kan slechts bij de burgerlijke rechter worden aangebracht.
Wijst de vordering van [slachtoffer] voor het overige af.
Bepaalt dat [slachtoffer] zijn eigen proceskosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.A. van Capelle, voorzitter, mr. R. Depping en mr. E.P. van Sloten, rechters, bijgestaan door mr. L. Lamers, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 16 januari 2023.
Mr. E.P. van Sloten is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.