Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 september 2019 tot en met 26 mei
2020 te Emmen en/of Amsterdam en/of elders in Nederland, een of meer geschrift(en) dat/die bestemd was/waren om tot bewijs van enig feit te dienen (in verband met een aanvraag en/of verkrijging van (een uitbreiding van) een financieringsfaciliteit), te weten:
a)-een (concept) jaarrekening 2019 van het bedrijf [bedrijf 1] , inhoudende (tevens) een toelichting op de balans (bijlage 6, document dossierpagina 173 e.v.), en/of
b)-een ‘overeenkomst van achtergestelde lening’, gedateerd op 10 september 2019 en/of groot 658.094 euro, tussen verdachte [verdachte] en het bedrijf [bedrijf 1] (bijlage 18, document dossierpagina 388), en/of
c)-(een kopie van) een bankafschrift, zogenaamd vanwege de [bedrijf 2] en/of gedateerd op 10 september 2019, inhoudende dat er een bedrag van 658.094 euro zou zijn overgemaakt van verdachtes privérekening naar de bankrekening van het bedrijf [bedrijf 1] (bijlage 16, document dossierpagina 386), en/of
d)-(een kopie van) een bankafschrift, zogenaamd vanwege de [bedrijf 3] , gedateerd 10 september 2019, inhoudende dat er een bedrag van 658.094 euro door het bedrijf [bedrijf 1] zou zijn ontvangen afkomstig van verdachtes bankrekening (bijlage 17, document dossierpagina 387),
valselijk heeft opgemaakt of vervalst,
immers heeft verdachte valselijk op dat/die geschrift(en), ten aanzien van het geschrift sub a):
-aangegeven (op pagina’s 19 en/of 20 van dat document) dat er een onderhandse lening zou zijn van verdachte [verdachte] , groot 658.094 euro, aan dat bedrijf [bedrijf 1] en/of weggelaten/verzwegen, althans niet vermeld, dat er een of meer schuld(en) was/waren van dat bedrijf [bedrijf 1] aan kredietverstrekkende bedrijf/bedrijven (ter hoogte van (ongeveer) 658.094 euro), en/of ten aanzien van het geschrift sub b):
-die overeenkomst geheel vals/fictief opgemaakt, en/of ten aanzien van het/de geschrift(en) sub c) en/of d): -die bankafschrift(en) geheel vals/fictief opgemaakt
met het oogmerk om het (telkens) als echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij (op verschillende tijdstippen) in of omstreeks de periode van 1 september 2019 tot en met 26 mei
2020 te Emmen en/of Amsterdam en/of elders in Nederland, meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een vals of vervalst geschrift, bestemd om te dienen tot bewijs van enig feit, als ware het echt en onvervalst, te weten:
a)-een (concept) jaarrekening 2019 van het bedrijf [bedrijf 1] , inhoudende (tevens) een toelichting op de balans (bijlage 6, document dossierpagina 173 e.v.), en/of
b)-een ‘overeenkomst van achtergestelde lening’, gedateerd op 10 september 2019 en/of groot 658.094 euro, tussen verdachte [verdachte] en het bedrijf [bedrijf 1] (bijlage 18, document dossierpagina 388), en/of
c)-(een kopie van) een bankafschrift, zogenaamd vanwege de [bedrijf 2] en/of gedateerd op 10 september 2019, inhoudende dat er een bedrag van 658.094 euro zou zijn overgemaakt van verdachtes privé-bankrekening naar de bankrekening van het bedrijf [bedrijf 1]
(bijlage 16, document dossierpagina 386), en/of
d)-(een kopie van) een bankafschrift, zogenaamd vanwege de [bedrijf 3] , gedateerd op 10 september 2019, inhoudende dat er een bedrag van 658.094 euro door het bedrijf [bedrijf 1] zou zijn ontvangen afkomstig van verdachtes privé-bankrekening (bijlage 17, document dossierpagina 387),
bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat op dat/die geschrift(en) (telkens) valselijk was vermeld en/of aangegeven,
ten aanzien van het geschrift sub a):
-(op pagina’s 19 en/of 20 van dat document) dat er een onderhandse lening zou zijn van verdachte [verdachte] , groot 658.094 euro, aan dat bedrijf [bedrijf 1] en/of dat was weggelaten, althans niet vermeld, dat er een of meer schuld(en) was/waren van dat bedrijf [bedrijf 1] aan kredietverstrekkende bedrijf/bedrijven (ter hoogte van (ongeveer) 658.094 euro), en/of
ten aanzien van het geschrift sub b):
-dat die overeenkomst geheel vals/fictief was, en/of ten aanzien van het/de geschrift(en) sub c) en/of d): -dat die bankafschrift(en) geheel vals/fictief was/waren,
en bestaande dat gebruikmaken hierin dat verdachte dat/die geschrift(en) (telkens) aan het bedrijf [bedrijf 4] (ook handelende onder de naam [bedrijf 4] ) heeft doen/laten toekomen, in verband met een aanvraag en/of verkrijging van (een uitbreiding van) een financieringsfaciliteit,
dan wel opzettelijk zodanig(e) geschrift(en) heeft afgeleverd of voorhanden gehad,
terwijl verdachte wist of redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat dat geschrift bestemd was voor zodanig gebruik.