In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland, gedateerd 14 april 2023, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld tegen een bouwstop en een last onder dwangsom opgelegd door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heerenveen. De bouwstop, die op 13 januari 2023 is opgelegd, betreft werkzaamheden aan een pand aan een specifiek adres. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigden W. Veenje en S. Leistra, heeft bezwaar gemaakt tegen deze maatregelen en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 6 april 2023 behandeld en concludeert dat er geen aanleiding is om de bouwstop en de last onder dwangsom te schorsen. De voorzieningenrechter stelt vast dat het college bevoegd was om handhavend op te treden, omdat verzoeker zonder de benodigde omgevingsvergunning constructieve werkzaamheden wilde verrichten. De voorzieningenrechter oordeelt dat het belang van verzoeker, hoewel financieel, niet voldoende is om een voorlopige voorziening te treffen, aangezien er geen sprake is van een financiële noodsituatie. Bovendien kan het gebrek aan een maximum voor de dwangsom in bezwaar worden hersteld.
De voorzieningenrechter wijst het verzoek af, wat betekent dat de opgelegde maatregelen van kracht blijven. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. De voorzieningenrechter benadrukt dat de procedure een spoedprocedure is en dat het oordeel voorlopig is, zonder de rechtbank in een eventueel bodemgeding te binden.