Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.Procesverloop
2.Feiten
3.Verzoeken (resterende)
4.Beoordeling
5.Beslissing
fn: 433)
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak heeft de vrouw de rechtbank benaderd met een verzoek om voorlopige voorzieningen in het kader van een echtscheidingsprocedure. Het verzoekschrift is op 9 februari 2023 ingediend. De rechtbank heeft kennisgenomen van verschillende stukken, waaronder het verweerschrift van de man en aanvullende brieven van de vrouw. De mondelinge behandeling vond plaats op 7 maart 2023, waarbij beide partijen en vertegenwoordigers van de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig waren. Tijdens de zitting heeft de vrouw enkele verzoeken ingetrokken, waaronder het verzoek om de man uit te schrijven bij de gemeentelijke basisadministratie en om de man te verbieden de woning te betreden, aangezien hij deze al had verlaten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen een geregistreerd partnerschap hebben en samen twee minderjarige kinderen hebben. De vrouw heeft verzocht om het gebruik van de echtelijke woning en om de kinderen aan haar toe te vertrouwen. De man heeft verzocht om de verzoeken van de vrouw af te wijzen en heeft zelf een zorgregeling voorgesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat de vrouw recht heeft op het gebruik van de woning en dat de kinderen aan haar worden toevertrouwd, aangezien de man geen bezwaar heeft gemaakt tegen deze verzoeken. De rechtbank heeft ook de bestaande zorgregeling bevestigd en de verzoeken van de vrouw om kinderalimentatie afgewezen, omdat deze onvoldoende onderbouwd waren. De beschikking is gegeven door de kinderrechter en is openbaar uitgesproken op 14 maart 2023.