Het advies van de instelling
In het verlengingsadvies wordt geadviseerd de termijn van de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen te verlengen met 21 dagen. In dit verlengingsadvies is onder meer het volgende aangegeven, zakelijk weergegeven:
De veroordeelde is een 20-jarige zwakbegaafde jongeman met een autismespectrumstoornis, welke substantiële ondersteuning vraagt en een onrijpe persoonlijkheid waardoor antisociale kenmerken in gedrag zichtbaar zijn. Daarnaast is er sprake van een parafilie stoornis en dient nader onderzocht te worden in hoeverre veroordeelde ook werkelijk pedofiele gevoelens kent losstaand van zijn pedofiele delicten. Vanwege deze complexe problematiek in combinatie met een zeer gebrekkig probleembesef en - inzicht, en de vooralsnog beperkt gebleken leerbaarheid van de veroordeelde hierin, zal er blijvende ondersteuning nodig zijn.
Op basis van de huidige gegevens en behandelresultaten is het duidelijk geworden dat de veroordeelde in de toekomst blijvend afhankelijk is van 24-uursbegeleiding in een woonvoorziening die gericht is op mensen met een licht verstandelijke beperking en psychiatrisch beeld. De veroordeelde zal blijvend begeleiding nodig hebben die hem toezicht en controle biedt, ondersteunt in het oplossen van problemen, het omgaan met grenzen, en het open zijn over zijn binnenwereld, en het structureren van zijn leven.
Bij het wegvallen van het kader voor behandeling, begeleiding en toezicht wordt het recidiverisico als zeer hoog ingeschat. Wanneer de veroordeelde zonder de huidige maatregel en zonder professioneel toezicht in de maatschappij zal komen te staan, zal destabilisatie zeker optreden.
Aankomende periode zijn er twee trajecten. Enerzijds is de veroordeelde in afwachting van de afwikkeling van de nieuwe feiten (het bezitten en verzamelen van kinderporno), anderzijds is het traject van omzetting van de PIJ-maatregel naar TBS met dwang ingezet. Op het moment dat duidelijk is hoe het traject van veroordeelde op de lange termijn er uit gaat zien, wat afhankelijk is van de rechtszitting op 2 maart 2023, kunnen er verdere concrete stappen worden gezet. Op dit moment is er enkel sprake van continuering van de huidige behandeling.
De kliniek adviseert, los van de reeds lopende trajecten, de PIJ-maatregel te verlengen tot het einde van de maatregel waarna behandeling binnen een voorwaardelijke beëindiging, onder toezicht van reclassering voortgezet zal moeten worden, mits er niet anders is besloten in de rechtszitting voor een eventuele omzetting of veroordeelde zijn nieuwe gepleegde feiten.
Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft ter zitting haar vordering gewijzigd in die zin dat zij primair gevorderd heeft het openbaar ministerie niet-ontvankelijk te verklaren, omdat de PIJ-maatregel van de veroordeelde op 31 maart 2023 zes jaar heeft geduurd.
De officier van justitie heeft daartoe het volgende aangevoerd. De PIJ-maatregel van de veroordeelde is op 21 april 2017 aangevangen. Na de eerste periode van twee jaren zijn er vervolgens verschillende verlengingszittingen geweest, waarbij de termijn steeds is verlengd in maanden, met een totaal van 48 maanden. Dit zou in normaal taalgebruik vier jaren zijn, waarbij de totale duur van de PIJ-maatregel zes jaren zou bedragen. Op grond van artikel 88 van het Wetboek van Strafrecht en artikel 136 Wetboek van Strafvordering wordt onder een maand echter verstaan een periode van dertig dagen. Strafrechtelijk is een maand dus dertig dagen, maar een jaar niet 360, maar 365 dagen. Gelet op het aantal maanden heeft de PIJ-maatregel van veroordeelde zes jaren geduurd.
Indien de rechtbank van oordeel is dat de PIJ-maatregel van veroordeelde op 31 maart 2023 nog niet zes jaar heeft geduurd, heeft de officier van justitie subsidiair gepersisteerd bij haar vordering tot verlenging van de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen met 21 dagen.