Op 25 oktober 2020 om 9:08 uur werd een zwarte Ford Kuga, met Duits kenteken [kenteken] , gecontroleerd nabij de grenspassage bij Holtet in Noorwegen. De bestuurster van de auto was een vrouw, die zich met een Nederlands paspoort legitimeerde als [medeverdachte 8] . Er werd besloten om de auto mee te nemen voor een uitgebreide controle.
Het aantreffen van de drugs in de Ford Kuga
De auto werd vervolgens door een douanebeambte met de drugshond doorzocht. De douanebeambten zagen pakketjes verpakt in bolletjesplastic in de achterklep. Er werd een pakketje uit de achterklep gehaald voor onderzoek. Dit was een vierkant, langwerpig pakketje met een Chanellogo. Onder het bolletjesplastic zaten twee lagen met vacuümplastic, zwarte krimpfolie en twee lagen gewoon plastic voordat het pakketje met het logo tevoorschijn kwam. Op 27 oktober 2020 werd een nacontrole van bovengenoemde auto uitgevoerd. Er werd wederom gezocht door een douanebeambte met de drugshond. Vervolgens werden er achttien pakketten aangetroffen met bruine tape, waarvan enkele pakketten waren voorzien van een Davidster aangebracht met een blauwe stift.
48De totale hoeveelheid, samen met hetgeen daaraan voorafgaand werd aangetroffen, is forensisch onderzocht en bedraagt in totaal: 6.626,5 gram cocaïne en 8.751,6 gram heroïne.
49Er is gebruik gemaakt van de aanwezige holle ruimtes/bergplaatsen in de auto.
De GPS-tracker aangetroffen in de Ford Kuga
Nabij het pakket onder de vloerbedekking voor de passagiersstoel werd een tracker aangetroffen.
50Deze tracker werd bemonsterd.
51Op de binnenkant van het deksel werd DNA-materiaal aangetroffen dat geschikt was om te vergelijken.
52Dit DNA-materiaal is vergeleken met het DNA-profiel van [medeverdachte 3] en het komt overeen.
53
In de tracker werd een simkaart van Lebara aangetroffen. Deze simkaart werd onderzocht en uit dit onderzoek blijkt dat het Nederlandse telefoonnummer + [telefoonnummer] was gekoppeld aan deze simkaart. Uit informatie van de opgevraagde historische verkeersgegevens van dit telefoonnummer blijkt dat dit telefoonnummer ook in een telefoon met imeinummer [imeinummer] heeft gezeten. Dit was in de periode van 5 september 2020 vanaf 19:56 uur tot en met 3 oktober 2020 om 02:59 uur. Uit de historische verkeersgegevens blijkt dat er drie simkaartjes in dit toestel hebben gezeten. Namelijk de nummers + [telefoonnummer] , + [telefoonnummer] (nummer tracker) en het nummer + [telefoonnummer] .
Op 3 oktober 2020 ging het simkaartje met het telefoonnummer + [telefoonnummer] in de GPS-tracker met het imei-nummer [imeinummer] . Deze combinatie heeft op 3 oktober 2020 omstreeks 3:12 uur nog contact met het Nederlandse telefonienetwerk en daarna niet meer.
54Opvallend is dat op 2 oktober 2020 om 22.36 uur [medeverdachte 3] (+ [telefoonnummer] ) met [medeverdachte 4] (+ [telefoonnummer] ) belde en vroeg waar die GPS lag. Volgens [medeverdachte 4] was er naast de auto een witte kast en lag de GPS daar onderin.
55
Op 6 oktober 2020 om 11:09 uur was er weer contact met het Nederlandse telefonienetwerk. Uit de historische telefoongegevens blijkt dat het toestel op 3 oktober 2020 omstreeks 3:12 uur een zendmast aanstraalde in Wolvega. Ook is te lezen dat het toestel op 6 oktober 2020 om 11:09 uur een telefoonmast aanstraalde in Nieuweschans.
Uit historische verkeersgegevens van de telefoon van [medeverdachte 9] (feit 2) met het telefoonnummer + [telefoonnummer] blijkt dat ze zich op 3 oktober 2020 om 4:43 uur nog in Nederland bevond. Haar telefoon had toen nog contact via de zendmast welke staat in Balk aan de Dubbelstraat. Hierna straalde haar telefoon geen masten meer aan in Nederland. Tot 6 oktober 2020 om 11:11 uur toen de telefoon een zendmast aanstraalde gelegen in Oudeschans.
In de periode van 6 oktober 2020 om 11:09 uur en 24 oktober 2020 om 07:50 uur bevond het simkaartje met telefoonnummer + [telefoonnummer] zich nog steeds in een toestel (GPS-tracker) met het imei-nummer [imeinummer] . Het telefoonnummer + [telefoonnummer] had op 24 oktober 2020 om 7:50 nog contact heeft met het Nederlandse telefonienetwerk, namelijk met de zendmast in Nijetrijne. Daarna was er nog wel contact met het nummer maar niet meer met het Nederlandse netwerk. Het telefoonnummer + [telefoonnummer] kwam vervolgens niet meer in Nederland. Het telefoonnummer + [telefoonnummer] dat in gebruik is bij [medeverdachte 8] bevond zich op 24 oktober 2020 om 14:20 uur nog in Nederland. Hierna straalde de telefoon geen zendmasten meer aan in Nederland.
56
Gelet op voornoemde stelt de rechtbank vast dat in de auto waarin [medeverdachte 8] reed een GPStracker is aangetroffen. Op de binnenkant van deze GPS-tracker is het DNA-materiaal van
[medeverdachte 3] aangetroffen. De auto waarin [medeverdachte 8] reed kon via deze GPS-tracker op afstand (ook vanuit Nederland) worden gevolgd.
In de periode dat [medeverdachte 9] naar Oslo en terug is gereisd straalde de GPS-tracker geen zendmasten aan in Nederland, terwijl hij bij terugkomst van [medeverdachte 9] in Nederland op bijna hetzelfde moment een zendmast bij de grens aanstraalt als de telefoon van [medeverdachte 9] . De rechtbank maakt hieruit op dat de GPS-tracker die in de auto waarin [medeverdachte 8] reed ook is gebruikt voor het transport van [medeverdachte 9] van 3 oktober 2020 tot en met 6 oktober 2020 naar Oslo.
Het regelen van de koerier [medeverdachte 8] en het huren van de auto, de Ford Kuga
[medeverdachte 2] heeft verklaard dat [medeverdachte 1] hem heeft gevraagd of hij een chauffeur wilde regelen. [medeverdachte 2] kende [medeverdachte 8] en heeft haar gevraagd. Ze konden hiermee beiden een paar duizend euro verdienen. [medeverdachte 8] wilde het wel doen.
[medeverdachte 1] zei dat ze een auto in Duitsland bij [bedrijf 2] moesten huren. [medeverdachte 2] is met [medeverdachte 8] mee geweest naar Duitsland om een auto te huren. [medeverdachte 2] had hiervoor geld gekregen van [medeverdachte 1] . Dit geld moest [medeverdachte 8] op haar rekening storten, zodat ze de autohuur per pin kon betalen. Ze heeft een Opel Grandland gehuurd. Toen [medeverdachte 2] deze auto naar [medeverdachte 1] in Wolvega reed werd hij kort na de overdracht met zijn eigen auto staande gehouden door de politie. Er is toen gezegd dat de auto “heet” was en dat deze omgewisseld moest worden. [medeverdachte 8] heeft toen de Opel Grandland naar Duitsland teruggebracht en een andere auto gehuurd. Het geld voor deze tweede auto kwam ook van [medeverdachte 1] en is door [medeverdachte 2] aan haar gegeven. [medeverdachte 8] heeft de auto in de buurt van de woning van [medeverdachte 2] neergezet en de sleutel bij hem thuis afgeleverd.
57[medeverdachte 2] heeft de auto, dit was een Ford Kuga, naar een parkeerplaats in Wolvega gebracht en vervolgens [medeverdachte 1] gebeld met de mededeling dat de auto er stond en dat hij deze op kon halen. [medeverdachte 2] heeft [medeverdachte 8] ook driehonderd tot vierhonderd euro aan reisgeld meegegeven.
58
De verklaring van [medeverdachte 8] komt overeen met de verklaring van [medeverdachte 2] . Ze heeft verklaard dat [medeverdachte 2] haar heeft gevraagd om met een auto met daarin cocaïne naar Oslo te rijden. Ze zou hiervoor € 6.000,-- ontvangen. Op 28 september 2020 heeft ze hiermee ingestemd. Ze heeft met [medeverdachte 2] in Düsseldorf bij een locatie van [bedrijf 2] een Opel Grandland gehuurd. Ze heeft de auto later omgeruild voor een Ford Kuga.
59
Uit de gegevens van [bedrijf 2] blijkt dat [medeverdachte 8] op 23 oktober 2020 een Ford Kuga, met kenteken [kenteken] heeft gehuurd.
60
Het persen van de drugs voor het transport van koerier [medeverdachte 8]
Op het pand [straatnaam] te Wolvega was een camera gericht. Uit de omschrijving van deze camerabeelden blijkt het volgende
.Op 23 oktober 2020 om 21:52 uur kwam verdachte als bijrijder uit een Mercedes. De bestuurder was [medeverdachte 3] . Verdachte had in zijn hand een gele plastic tas. Zowel Verdachte als [medeverdachte 3] liepen in de richting van de loods van [medeverdachte 7] . Om 22:19 uur kwam verdachte samen met [medeverdachte 4] uit het pand aan de [straatnaam] . Ze brachten spullen in de richting van de loods van [medeverdachte 7] . Verdachte droeg een voorwerp lijkend op de pers die het onderzoeksteam op 1 december 2021 in beslag heeft genomen in de loods van [medeverdachte 7] . Om 22:33 uur liep [medeverdachte 7] met een rood voorwerp in zijn hand het pand aan de [straatnaam] uit in de richting van zijn eigen loods. Het voorwerp kwam overeen met het voorwerp dat op 1 december 2021 in de loods van [medeverdachte 7] in beslag is genomen. Dit werd gebruikt bij het persen.
Op 24 oktober 2020 werd [naam 2] gecontroleerd door de politie. lbraahim was hierbij aanwezig. Toen de politie was vertrokken liepen [medeverdachte 7] en verdachte uit de richting van de loods van [medeverdachte 7] naar de personen voor het pand [straatnaam] .
61
[medeverdachte 7] heeft verklaard dat hij van 23 oktober op 24 oktober 2020 drugs heeft geperst. Dit was van te voren in de loods aan de [straatnaam] besproken. Hierbij waren in ieder geval aanwezig [medeverdachte 1] , [medeverdachte 6] en [medeverdachte 3] . Het afwegen en persen moest in de loods van [medeverdachte 7] gebeuren, omdat ze bang waren dat de politie in de loods aan de [straatnaam] zou komen. De pers en de toebehoren zijn toen naar de loods van [medeverdachte 7] gebracht. Hij heeft twaalf blokken van 500 gram geperst. Dit was een vermenging van versnijdingsmiddelen en heroïne. De blokken gingen bij [medeverdachte 7] vandaan in boterhamzakjes, folie en bruine tape. Daarna hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 4] het erover dat de blokken nog vacuüm verpakt moesten worden, maar dat het sealapparaat zoek was. Het was volgens [medeverdachte 7] de bedoeling dat de geperste blokken naar Scandinavië zouden worden gebracht.
62Het persen heeft [medeverdachte 7] samen met verdachte gedaan. Verdachte zeefde de drugs en deed deze in de boterhamzakjes waarna [medeverdachte 7] een en ander perste. Een paar dagen later heeft [medeverdachte 7] € 200,-- voor zijn werkzaamheden van [medeverdachte 3] ontvangen.
63
De verklaring van [medeverdachte 7] vindt naast voornoemde camerabeelden ook steun in de inhoud van volgende tapgesprekken.
Op 23 oktober 2020 om 21:08 uur belde [medeverdachte 1] (+ [telefoonnummer] ) naar
[medeverdachte 4] (+ [telefoonnummer] ) en spreekt over vacuümtassen. De telefoon van
[medeverdachte 4] straalde op het moment van het gesprek een zendmast aan op Aan de Schipsloot 28 te Wolvega. Zowel het pand aan de [straatnaam] als het pand aan de [straatnaam] vallen in het antennegebied van deze zendmast.
Op 24 oktober 2020 om 1:49 uur belde [medeverdachte 1] (+ [telefoonnummer] ) naar het nummer van [medeverdachte 7] (+ [telefoonnummer] ). [medeverdachte 1] vroeg hem wat er aan de hand is. [medeverdachte 7] zei dat er “wouten” voor de deur zijn en een auto over de kop werd gehaald. Hij zei dat hij aan het persen was en beëindigde het gesprek.
64
Prepareren van de auto van de Ford Kuga
Op 24 oktober 2020 om 7.51 uur werd [medeverdachte 1] (+ [telefoonnummer] ) gebeld door [medeverdachte 5] (+ [telefoonnummer] ). [medeverdachte 1] vroeg waar [medeverdachte 5] was. [medeverdachte 5] zei dat hij in de garage was. Volgens [medeverdachte 1] was dat “mooi” en komt hij eraan. Om 8.16 uur belde [medeverdachte 1] (+ [telefoonnummer] ) [medeverdachte 5] (+ [telefoonnummer] ) en vroeg hem of hij groene platen heeft. Om 8:26 uur belde [medeverdachte 1] (+
[telefoonnummer] ) [medeverdachte 2] (+[telefoonnummer]). [medeverdachte 1] (+ [telefoonnummer] ) zei dat hij over een uurtje bij hem zou zijn [medeverdachte 2] antwoordde dat dat goed is, maar dat hij al onderweg is. [medeverdachte 1] kan de auto bij zijn huis neerzetten. Om 9:34 uur belde [medeverdachte 2] (+[telefoonnummer]) [medeverdachte 1] (+ [telefoonnummer] ) en vroeg hem of de “waggie” er al staat. Volgens [medeverdachte 1] duurde het nog een half uurtje. [medeverdachte 2] gaf aan dat die “chick” daar staat te wachten. Ze spraken af dat ze voor de zekerheid nog een uur nemen en dat de “chick” thuis moet wachten.
65
Op het pand [straatnaam] te Wolvega was een camera gericht. Uit de omschrijving van deze camerabeelden blijkt het volgende. Op 24 oktober 2020 om 8:33 uur werd een zwart voertuig voorzien van een witte kentekenplaat het pand aan de [straatnaam] ingereden. De deur werd daarna meteen gesloten. Om 11.24 uur werd dit voertuig weer naar buiten gereden. Het voertuig was toen voorzien van handelaarskentekenplaten. Ondertussen zijn er diverse voertuigen bij het pand aan de [straatnaam] geweest.
66
Op het pand [straatnaam] te Wolvega was een camera gericht. Uit de omschrijving van deze camerabeelden blijkt het volgende
.Op 24 oktober 2020 om 11:22 uur kwam er een zwarte Ford Kuga voorzien van handelaarskentekenplaten het terrein op rijden. Het voertuig werd meteen de loods ingereden. Circa twee minuten later stapte [naam 2] uit de loods en [medeverdachte 6] verwijderde de handelaarskentekenplaten. Het originele kenteken van het voertuig was het Duitse kenteken [kenteken] . [medeverdachte 1] was hierbij ook aanwezig waarna hij wegging. De Ford Kuga bleef in de loods staan. Om 11.40 uur ging [medeverdachte 3] de loods in. Vijf minuten later kwam ook
[medeverdachte 1] en ging de loods in. Even later kwamen ook [medeverdachte 6] en [naam 2] bij de loods. Om 11.56 uur kwam [medeverdachte 5] bij de loods. Hij liep de loods in. Om 12.38 uur kwamen [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] uit de loods. [medeverdachte 1] stapte in een auto en reed deze van het terrein. [medeverdachte 6] opende samen met [medeverdachte 3] de loodsdeur. De zwarte Ford Kuga werd de loods uitgereden en [medeverdachte 6] stapte bij [medeverdachte 1] in de auto. Zij reden weg en werden gevolgd door de Ford Kuga. [medeverdachte 3] reed weg en [medeverdachte 5] kwam met een tas van het terrein. Het is aannemelijk dat de bestuurder van de
Ford Kuga, [naam 2] is geweest, omdat deze later niet meer op de beelden te zien is.
67Tevens heeft [naam 2] verklaard dat hij in opdracht van [medeverdachte 1] de Ford Kuga uit de loods heeft gereden en de auto in Marknesse heeft geparkeerd.
68
Op 24 oktober 2020 om 12.48 uur stuurde [medeverdachte 2] een chatbericht naar [medeverdachte
8] inhoudende: “Ga ff naar me huis krijg je van meddie sleutel”. Even later om 13:11 uur stuurde [medeverdachte 2] het volgende chatbericht naar [medeverdachte 8] : “Ligt nog 300 in waggie kun je tanken in Duitsland of eten kopen daarna moet je alles pinnen”. Uit de ANPR-registraties blijkt dat de Ford Kuga met kenteken [kenteken] op 24 oktober 2020 om 14:41 uur bij Emmen de grens overreed naar Duitsland.
69
Contacten tijdens de reis van koerier [medeverdachte 8]
[medeverdachte 2] heeft verklaard dat hij [medeverdachte 3] het wicker-account van [medeverdachte
8] heeft gegeven, zodat hij haar de coördinaten voor onderweg door kon geven. Toen
[medeverdachte 8] onderweg was heeft [medeverdachte 2] haar een bericht gezonden en gevraagd hoe het ging. [medeverdachte 8] vertelde dat ze in een hotel was. Ze was toen in Götenborg. Op 25 oktober 2020 is [medeverdachte 2] gebeld door [medeverdachte 3] , omdat [medeverdachte 3] geen contact meer kon krijgen met [medeverdachte 8] . Nadat bekend was dat [medeverdachte 8] was aangehouden heeft [medeverdachte 3] [medeverdachte 2] gebeld en hem gezegd dat hij veel geld was misgelopen.
70
[medeverdachte 8] heeft verklaard dat ze tijdens de reis via whatsapp contact had met
[medeverdachte 2] . Tevens had zij tijdens de reis telefonisch contact met een persoon die volgens haar niet honderd procent Nederlander was. Hij sprak met een accent. Hij gaf haar de routebeschrijving via de wickr-app en ze hebben gebeld. Het eerste gesprek ging over de vraag waar ze ging slapen. Het tweede gesprek ging erover dat ze weer ging rijden en het derde gesprek was toen [medeverdachte 8] de Noorse grens passeerde. De persoon gaf aan dat ze Oslo moest invoeren als bestemming. [medeverdachte 8] heeft in een hotel in Götenborg overnacht. Het hotel was op haar naam gereserveerd. Ze heeft screenshots van de boekingen ontvangen via de wickr-app. Tijdens de reis heeft ze ook een screenshot ontvangen van het hotel [hotel] in Oslo. De screenshots werden verstuurd vanaf hetzelfde wickr-account dat haar ook de route gaf.
71Via de wickr-app kreeg
[medeverdachte 8] aanwijzingen met betrekking tot de weg die ze moest nemen. Toen ze in Duitsland een verkeerde afslag had genomen, kreeg ze berichtjes van “Waar rijd je nu?” en “Je rijdt op de verkeerde weg”.
72
De telefoon van [medeverdachte 8] is onderzocht en hieruit blijkt het volgende. Op 24 oktober 2020 om 21:38 uur heeft [medeverdachte 8] gebeld met een Zweeds telefoonnummer zijnde + [telefoonnummer] . Uit onderzoek blijkt dat dit nummer is gekoppeld aan het [hotel] in Göteborg, Sweden. Op de telefoon van [medeverdachte 3] is een screenshot aangetroffen van een hotelboeking in het [hotel] voor de nacht van 24 oktober 2020 op 25 oktober 2020. Op deze afbeelding staat hetzelfde nummer dat door [medeverdachte 8] werd gebeld.
Op haar telefoon werd ook een afbeelding aangetroffen van een boeking bij [hotel] voor de nacht van
24 oktober 2020 op 25 oktober 2020. Het bevestigingsnummer was 2620663653. Op de telefoon van [medeverdachte 3] is eenzelfde afbeelding aangetroffen. Het bevestigingsnummer, de pincode, de locatie en de data komen overeen.
In de periode van 24 tot en met 25 oktober 2020 had de telefoon van [medeverdachte 8] contact met het telefoonnummer + [telefoonnummer] . De historische verkeersgegevens van het telefoonnummer + [telefoonnummer] zijn opgevraagd. Hieruit blijkt dat het nummer + [telefoonnummer] tussen 13 oktober 2020 en 26 oktober 2020 gekoppeld was aan het telefoontoestel met het imei-nummer [imeinummer] . Op 1 december 2020 werd tijdens een doorzoeking in perceel [straatnaam] te Heerenveen, de verblijflocatie van [medeverdachte 3] , een mobiele telefoon aangetroffen en inbeslaggenomen. Het betrof hier een mobiele telefoon van het merk Nokia, met imei-nummer [imeinummer] . De zendmastgegevens van het telefoonnummer + [telefoonnummer] zijn vergeleken met de zendmastgegevens van het telefoonnummer van [medeverdachte 3] (+ [telefoonnummer] ). Hieruit blijkt dat de telefoonnummers op veel dezelfde momenten gebruikmaakten van dezelfde zendmastlocaties.
73
Uit het onderzoek in Noorwegen blijkt dat er voor [medeverdachte 8] een reservering was gedaan bij het hotel [hotel] in Oslo op 25 oktober 2020 om 9:30 uur via booking.com en geannuleerd op 25 oktober 2020 om 10:25 uur. Het hotel gaf aan dat een man had gebeld die zei dat hij de echtgenoot van [medeverdachte 8] was en had gevraagd of [medeverdachte 8] in het hotel verbleef. Uit de historische telefoongegevens van het telefoonnummer + [telefoonnummer] blijkt dat dit nummer een uitgaand gesprek van 9.22 minuten heeft gehad naar telefoonnummer + [telefoonnummer] . Het telefoonnummer + [telefoonnummer] is van het hotel [hotel] in Oslo.
74
In Noorwegen is onderzoek gedaan naar het wickr-account op de telefoon van [medeverdachte 8] . Hieruit blijkt dat zij drie actieve gesprekken had met de gebruikersprofielen: [profielnaam] , [profielnaam] en [profielnaam] .
75
Op grond van de voorgaande bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang beschouwd, stelt de rechtbank vast dat [medeverdachte 3] de persoon is met wie [medeverdachte 8] tijdens het transport contact had via de wickr-app en die haar volgde via de GPS-tracker, haar de route doorgaf en haar haar hotelreserveringen doorgaf. Met gebruikmaking van het telefoonnummer + [telefoonnummer] heeft [medeverdachte 3] ook geïnformeerd bij het hotel [hotel] in Oslo of
[medeverdachte 8] al was aangekomen. [medeverdachte 3] maakte gebruik van dezelfde GPS-tracker die hij ook gebruikte tijdens het transport van [medeverdachte 9] (feit 2). Volgens [medeverdachte 9] maakte hij toen gebruikt van het wickr-profiel “ [profielnaam] ”. Ook [medeverdachte 8] had actieve gesprekken met ditzelfde wickr-profiel.
De rollen van verdachte en [medeverdachte 7]
Uit de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen blijkt dat verdachte de drugs heeft versneden en dat [medeverdachte 7] de drugs heeft geperst. Deze handelingen vonden plaats in het pand van [medeverdachte 7] .
De rol van [medeverdachte 1]
Uit de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen volgt dat [medeverdachte 1] [medeverdachte 2] heeft gevraagd om een koerier voor een volgend transport te regelen. Toen [medeverdachte 2] iemand had gevonden, heeft hij [medeverdachte 2] geld voor de huur van de auto voor de koerier gegeven. Nadat de auto was gehuurd, is deze naar [medeverdachte 1] gebracht. Toen was besloten dat de auto moest worden omgewisseld heeft [medeverdachte 1] geld voor de huur van de andere auto aan [medeverdachte 2] gegeven. [medeverdachte 1] was aanwezig toen werd besproken dat [medeverdachte 7] zou gaan persen. Hierna heeft hij met [medeverdachte 4] besproken dat de geperste pakketten nog vacuüm verpakt moesten worden. [medeverdachte 1] heeft contact gehad met [medeverdachte 5] waarna deze langskwam in het pand dat gehuurd werd door [medeverdachte
1] en waar op dat moment ook de gehuurde auto stond. [medeverdachte 1] heeft aan [medeverdachte 2] doorgegeven wanneer de auto voor de koerier klaar zou zijn. Toen de auto geprepareerd was heeft hij opdracht aan [naam 2] gegeven de auto naar Marknesse te rijden, de plek waar de koerier de auto zou ophalen. [medeverdachte 1] heeft hiermee een leidinggevende en belangrijke coördinerende rol gehad bij de voorbereiding van het transport.
De rol van [medeverdachte 3]was aanwezig toen werd besproken dat [medeverdachte 7] zou gaan persen en hij heeft hem hiervoor ook betaald. [medeverdachte 3] was in de door [medeverdachte 1] gehuurde loods toen de huurauto die loods werd ingereden en ook toen deze er weer uit werd gereden. Gelet op de omstandigheid dat er DNA-materiaal van [medeverdachte 3] op de GPS-tracker is aangetroffen en hij, [medeverdachte 3] , [medeverdachte 4] heeft gevraagd waar deze lag is het aannemelijk dat hij deze in de huurauto heeft geplaatst dan wel heeft laten plaatsen. Via deze GPS-tracker heeft
[medeverdachte 3] het transport gevolgd. Hij gaf [medeverdachte 8] tijdens het transport de route door en heeft haar de hotels, die voor haar waren gereserveerd, doorgegeven. [medeverdachte 3] heeft hiermee een leidinggevende en belangrijke coördinerende rol gehad bij de voorbereiding en ook tijdens het transport.
De rol van [medeverdachte 8]
Uit de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen volgt dat [medeverdachte 8] is gevraagd om drugs naar het buitenland te vervoeren. Zij heeft hiermee ingestemd, heeft tot tweemaal toe een auto hiervoor gehuurd en is nadat de auto was geprepareerd met de auto naar Noorwegen gereden. Zij heeft hiermee een uitvoerende rol gehad bij het buiten het grond gebied brengen van Nederland, het vervoeren en aanwezig hebben van de cocaïne.
De rol van [medeverdachte 2]
Uit de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen volgt dat [medeverdachte 2] op zoek is geweest naar een koerier voor een drugtransport naar Oslo. Hij heeft hiervoor [medeverdachte 8] benaderd die daarmee akkoord ging. Hij was vervolgens de contactpersoon van de koerier. Hij heeft haar instructies gegeven, is met haar mee naar Duitsland geweest om de eerste auto te huren en heeft haar geld voor de autohuur gegeven. Ook heeft hij haar instructies gegeven om de auto om te wisselen voor een andere huurauto. Beide keren heeft hij de huurauto naar [medeverdachte 1] gebracht. Toen de auto was geprepareerd heeft hij [medeverdachte 8] laten weten dat de auto klaar was en dat ze kon vertrekken. Ook heeft hij aan haar doorgegeven dat er geld voor tanken en eten in de auto lag. Hij heeft het wickr-profiel van [medeverdachte 8] aan [medeverdachte 3] gegeven. [medeverdachte 2] had derhalve een belangrijke coördinerende rol bij de voorbereiding van het transport.
De rol van [medeverdachte 5]
Uit de bewijsmiddelen volgt dat nadat de heroïne is geperst [medeverdachte 5] wordt gebeld of hij in zijn pand is. Hierna wordt de huurauto naar het pand van [medeverdachte 5] gebracht. Wanneer de huurauto uit het pand van [medeverdachte 5] vertrekt is hij klaar om te vertrekken naar Noorwegen. Gelet op de omstandigheid dat [medeverdachte 5] van beroep automonteur en voornoemde omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat [medeverdachte 5] de persoon is die de huurauto heeft geprepareerd.
De vaststelling van drugs bij het transporten door [medeverdachte 9]
Uit de hiervoor genoemde bewijsmiddelen blijkt niet dat is vastgesteld dat [medeverdachte 9] (feit 2) daadwerkelijk verdovende middelen naar Noorwegen heeft vervoerd. De rechtbank acht voor de vaststelling van de aanwezigheid van drugs bij dit transport de bewijsmiddelen voor de voorbereiding van het transport in de periode van 27 november 2020 tot en met 1 december 2020 van belang en zal deze hieronder opnemen. De rechtbank zal vervolgens de modus operandi in de zaken vergelijken.
Ten aanzien van de voorbereiding van het transport in de periode van 27 november 2020 tot en met 1 december 2020
Regelen van de koerier [medeverdachte 9] en het huren van een auto, de Volkswagen Golf
[medeverdachte 9] kreeg op een gegeven moment via de wickr-app van het profiel “ [gebruikersnaam] ” een bericht. [gebruikersnaam] had haar eerder een bericht gestuurd dat zowel het profiel [profielnaam] als [gebruikersnaam] van hem waren. [medeverdachte 9] had al via de telefoon de stem gehoord dat het om een en dezelfde persoon ging. [gebruikersnaam] vroeg in het bericht of ze nog een transport wilde doen en wanneer ze zou kunnen. [medeverdachte 9] wist dat dit ging over het vervoeren van drugs naar het buitenland. Via de wickr-app werd heen en weer gecommuniceerd totdat ze een afspraak hadden. [medeverdachte 9] had ondertussen contact met [naam 4] en de datum met [naam 4] afgestemd, want ze wilde samen met [naam 4] dit transport doen. Ze heeft aan [gebruikersnaam] de datum doorgegeven waarop zowel zij als [naam 4] kon. Dit speelde zich af in de periode van 23 tot 27 november 2020. De afspraak was dat [gebruikersnaam] een auto zou reserveren bij [bedrijf 2] . [medeverdachte 9] had hiervoor haar e-mailadres aan [gebruikersnaam] gegeven. Op 27 november 2020 zouden ze vertrekken, maar [gebruikersnaam] liet weten dat dit werd uitgesteld en dat ze 28 november 2020 de auto moesten ophalen. Hij zou een nieuwe reservering maken en ook vertelde hij dat er iemand langs zou komen om geld te brengen. [medeverdachte 9] kreeg via haar e-mail een bericht van [bedrijf 2] dat de reservering was geannuleerd. Op 27 november 2020 was [medeverdachte 9] samen met [naam 4] in haar woning aan de [straatnaam] in Leeuwarden. Een jongen belde anoniem dat hij buiten stond. Ze zijn toen naar buiten gegaan. De jongen heeft hun toen € 650,-- in biljetten van € 50,– gegeven. Dit geld moest ze op haar rekening storten voor de huur van de auto. Via haar e-mail kreeg [medeverdachte 9] een bericht dat er een reservering voor een huurauto in Hamburg was gemaakt. Op 28 november 2020 heeft de jongen, die eerder het geld had gebracht, hen opgehaald in Leeuwarden. Hij reed in een rood busje. Hij is eerst met ze naar de Rabobank aan het Zaailand in Leeuwarden gereden, zodat [medeverdachte 9] het geld konden storten. Daarna is hij met hen naar de luchthaven in Hamburg gereden. [medeverdachte 9] en [naam 4] zijn toen naar binnengegaan om de auto te huren. De gereserveerde auto was niet meer beschikbaar, omdat ze te laat waren. [medeverdachte 9] heeft toen via de wickr-app [gebruikersnaam] gebeld. Hij heeft haar gezegd dat ze de Golf moest huren.
[medeverdachte 9] heeft vervolgens de huur voor de Golf betaald en de auto opgehaald. Hierna heeft ze via de wickr-app weer contact opgenomen met [gebruikersnaam] . Hij zei dat ze naar huis konden rijden met de auto. [medeverdachte 9] heeft [naam 4] thuis afgezet en [medeverdachte 9] heeft vervolgens de auto in Leeuwarden bij haar woning geparkeerd en de sleutel op de band aan de voorzijde van de auto gelegd. Dit was vooraf zo afgesproken met [gebruikersnaam] . [medeverdachte 9] en [naam 4] zouden bericht krijgen wanneer ze konden vertrekken. Het plan was om in de nacht van zaterdag op zondag te vertrekken. [gebruikersnaam] had gezegd dat ze de wekker om vijf uur moesten zetten. Om een uur of zeven of acht hadden ze nog niets gehoord. [medeverdachte 9] heeft toen aan [gebruikersnaam] doorgegeven dat het hen die dag niet meer lukte. Dinsdag stond de door haar gehuurde auto weer bij haar in de straat. De sleutel lag weer op de band.
76
Uit de gegevens van [bedrijf 2] blijkt dat [medeverdachte 9] op 28 november 2020 een voertuig van het merk en type Volkswagen Golf, met kenteken [kenteken] heeft gehuurd bij [bedrijf 2] , locatie Hamburg.
77
[naam 2] heeft verklaard dat hij in opdracht van [medeverdachte 3] in zijn rode busje een keer geld naar een meisje in Leeuwarden heeft gebracht. Dit geld moest gestort worden omdat je alleen via een bankrekening een huurauto kunt betalen. [naam 2] heeft [medeverdachte 9] en [naam 4] later ook naar Hamburg gereden, zodat ze daar een auto konden huren. Dit deed hij in opdracht van
[medeverdachte 3] . Nadat hij de hen beiden in Hamburg had afgezet is hij naar Wolvega gereden en heeft daar € 100,-- betaald gekregen van [medeverdachte 3] voor de rit. [naam 2] wist dat in de vorige huurauto, de Ford Kuga, drugs waren verstopt.
78
Gelet op het voorgaande stelt de rechtbank vast dat [naam 2] in opdracht van [medeverdachte 3] geld voor de huurauto naar [medeverdachte 9] heeft gebracht en dat hij haar en [naam 4] in opdracht van [medeverdachte 3] de volgende dag naar Hamburg heeft gebracht, zodat ze daar een auto konden huren voor een voorgenomen drugstransport.
Het halen van een GPS-tracker
Op 28 november 2020 om 15.54 uur belde [medeverdachte 3] (+ [telefoonnummer] ) een onbekende man (+ [telefoonnummer] ). Hij gaf aan dat hij een tracker nodig had en of hij die bij de man kon komen ophalen. Deze zou in Amsterdam IJburg zijn. Dit was goed en ze spraken af. Om 23.36 uur belde [medeverdachte 3] (+ [telefoonnummer] ) weer met de man (+ [telefoonnummer] ) en zei dat het niet meer lukte. Ze spraken af dat [medeverdachte 3] de volgende dag iemand langs zou sturen. Om 23.56 uur belde [medeverdachte 3] (+ [telefoonnummer] ) [naam 5] (+ [telefoonnummer] ) en vroeg hem of hij een GPS uit Amsterdam wilde halen. Hij zou hem daarvoor geld geven. Op 29 november 2020 om 2.32 uur belde [medeverdachte 3] (+ [telefoonnummer] ) weer met de onbekende man (+ [telefoonnummer] ) en vroeg hem of hij hem al gezien had. Dat had hij en [medeverdachte 3] informeerde of is gevraagd hoe je hem moet installeren.
79
Persen van de drugs voor het transport met de Volkswagen Golf
[medeverdachte 7] heeft verklaard dat hij 28 november 2020 heroïne heeft gezeefd, versneden, geperst en verpakt. Hij heeft dit gedaan in zijn loods aan de [straatnaam] te Wolvega.
[medeverdachte 3] had hem gevraagd om dit te doen. Er bleef nog wat heroïne over en dat is achter gebleven in de teiltjes in zijn loods. De zes blokken die hij heeft gemaakt heeft hij naar de loods van [medeverdachte 1] gebracht en achter in de loods in een stelling neergelegd. Op zondagavond zei [medeverdachte 7] tegen [medeverdachte 1] dat de blokken achter in de loods lagen. In het kantoor van [medeverdachte 1] stond een gele tas van de Jumbo. [medeverdachte 1] zei tegen hem dat die er ook nog bij moesten. [medeverdachte 7] heeft toen het tasje met de geperste blokken op de tas van de Jumbo, die bij [medeverdachte 1] in het kantoor stond, gelegd. [medeverdachte 7] heeft in eerste instantie de tas niet meegenomen naar zijn loods, omdat hij “het spul” liever niet in zijn loods had liggen. Later die avond heeft [medeverdachte 1] hem gebeld en gezegd dat de tas er nog lag. [medeverdachte 7] is toen naar de loods van [medeverdachte 1] gegaan en heeft de tas opgehaald en bij de voordeur van zijn eigen loods gezet.
80Uit de tapverslagen blijkt dat [medeverdachte 1] (+ [telefoonnummer] ) op 29 november 2020 om 22.52 uur [medeverdachte 7] (+ [telefoonnummer] ) heeft gebeld en heeft gezegd dat hij de tas was vergeten.
81
Aangetroffen drugs in de loods van [medeverdachte 7]
Op 1 december 2020 werden in het kantoor van het bedrijfspand gevestigd aan de [straatnaam] in Wolvega teiltjes met daarin bruin poeder, een boodschappentas van de Jumbo en een verpakte hoeveelheid bruin poeder aangetroffen. In het kantoor werden ook een drugspers, een weegschaal, een zeef, twee hydraulische krikjes en een mal aangetroffen.
Aan de voorzijde van het pand werd een boodschappentas van de Jumbo aangetroffen met daarin diverse verpakkingen met bruin poeder en zeven dichtgeknoopte plastic zakken met in elke zak beige blokken en poeder. Het nettogewicht van de beige blokken en het poeder was 7.012,6 gram met een indicatie voor een mengsel van coffeïne en paracetamol.
82De verpakkingen betroffen in totaal zes rechthoekige blokken omwikkeld met bruine plastic tape met daaronder kleurloze cellofaan en twee kleurloze plastic zakjes met daarin in ieder blok een lichtbruine substantie. Het nettogewicht van deze blokken was 2.829,35 gram
83en het hieruit genomen monster is getest. Uit de test bleek dat het monster een lage concentratie heroïne bevatte. Tevens bevatte het monster coffeïne en paracetamol. Dit is een bekend mengsel als versnijdingsmateriaal voor heroïne.
84De andere aangetroffen hoeveelheid bruin poeder bevond zich in een sealbag en had een nettogewicht van 249,94 gram
85en het hieruit genomen monster is ook getest en bevat heroïne.
86
Een van de zes rechthoekige blokken is nader onderzocht. Uit dit onderzoek bleek dat het pakket exact paste in de inbeslaggenomen pers.
87