Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
Ik zat op de bank en [verdachte] stond aan de andere kant van de salontafel. Hij richtte het vuurwapen op mij en hij vroeg nogmaals of ik seks had gehad met [naam] . Ik hoorde en zag dat [verdachte] toen schoot met het vuurwapen. Ik zag dat hij het vuurwapen links langs mij heen richtte en hij schoot in de richting van de gangdeur. [verdachte] trok vervolgens weer zijn vuurwapen en richtte dat op mij.
gegeven. Daarnaast heb ik uitgelegd dat hij wel op dit moment mee moet werken aan mijn bevel voor de ademtest en speekseltest. Ik hoorde [verdachte] zeggen dat hij niet mee wilde werken. Ik hoorde hem vragen wat er dan zou gebeuren. Ik heb gezegd dat het niet meewerken aan dit bevel, wordt gezien als een weigering. Ik zag en hoorde [verdachte] vervolgens lachen. Ik hoorde hem zeggen dat dat hem niks deed. Ik heb nogmaals het bevel gegeven om mee te werken. Ik hoorde [verdachte] daarop wederom zeggen dat hij daar niet aan mee wilde werken.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partij
1.
[slachtoffer 2], tot een bedrag van € 2.750 ter vergoeding van immateriële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan;
2.
[slachtoffer 3], tot een bedrag van tussen de € 1.500,00 – € 2.000,00 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan.
Toepassing van wetsartikelen
Uitspraak
De rechtbank
een gevangenisstraf voor de duur van 316 dagen.
een gedeelte, groot 120 dagen, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond, dat de veroordeelde voor het einde van of gedurende de proeftijd, die hierbij wordt vastgesteld op drie jaren, de hierna te noemen voorwaarden niet heeft nageleefd.