ECLI:NL:RBNNE:2022:3386
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Voorwaardelijke taakstraf wegens telen van hennep met aandacht voor onredelijke vertraging in de procedure
Op 8 september 2022 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het telen van hennep. De zaak kwam voort uit een onderzoek dat begon met een terechtzitting op 25 augustus 2022. De verdachte, geboren in 1970 en woonachtig in Delfzijl, werd bijgestaan door advocaat mr. W. Koopmans, terwijl het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. B. Rademacher. De tenlastelegging omvatte twee feiten: het opzettelijk telen van hennepplanten in de periode van 23 november 2017 tot en met 1 april 2019, en het opzettelijk aanwezig hebben van een aanzienlijke hoeveelheid hennep op 1 april 2019. De rechtbank oordeelde dat de verdachte de feiten 1 en 2 wettig en overtuigend bewezen had verklaard, maar het medeplegen werd niet bewezen geacht. De rechtbank overwoog dat de verdachte de hennep kweekte voor eigen gebruik en voor vrienden, en dat hij geen gevaar voor de omgeving had veroorzaakt. De rechtbank hield rekening met de overschrijding van de redelijke termijn van de procedure en de omstandigheden waaronder de feiten waren gepleegd. De officier van justitie had een voorwaardelijke taakstraf van 50 uren geëist, en de verdediging stelde voor om de proeftijd op een jaar te stellen. De rechtbank volgde dit advies en legde de verdachte een voorwaardelijke taakstraf op, met een proeftijd van een jaar. Tevens werd het in beslag genomen geldbedrag van € 3.690,00 verbeurd verklaard.