ECLI:NL:RBNNE:2022:3282

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
8 september 2022
Publicatiedatum
9 september 2022
Zaaknummer
182820
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbetering van de geboorteakte van een kind geboren tijdens het huwelijk van de moeder

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, op 8 september 2022 een beschikking gegeven over de verbetering van de geboorteakte van een kind dat tijdens het huwelijk van de moeder is geboren. De officier van justitie verzocht om de geboorteakte te verbeteren, omdat de erkenning door een andere man, de heer [de verwekker], nietig was. De rechtbank stelde vast dat de moeder ten tijde van de geboorte van het kind nog gehuwd was met de heer [de man], waardoor deze als juridische vader van het kind wordt erkend. De rechtbank oordeelde dat de geboorteakte onjuist was opgemaakt, aangezien de vadergegevens van de heer [de verwekker] niet correct waren. De rechtbank gelastte de ambtenaar van de burgerlijke stand om de geboorteakte te verbeteren en de latere vermelding van erkenning door te halen. De rechtbank overwoog dat het Eritrese namenrecht van toepassing was op de namenreeks van het kind, en dat de namenreeks moest worden aangepast aan de juridische vader, de heer [de man]. De beschikking benadrukte het belang van de juiste registratie van de ouders in de geboorteakte, vooral in het licht van de juridische status van de betrokkenen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie Leeuwarden
zaak-/rekestnummer: C/17/182820 / FA RK 22-183
beschikking d.d. 8 september 2022 betreffende de registers van de burgerlijke stand
inzake
de officier van justitie in het arrondissement Noord-Nederland,
zetelend te Groningen,
hierna ook te noemen de officier van justitie.
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
[de vrouw]
wonende te [woonplaats] ,
hierna ook te noemen de moeder,
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente],
zetelend te [plaats] ,
hierna ook te noemen de ABS.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen van de officier van justitie van 23 februari 2022, ingekomen bij de griffie op 24 februari 2022.
1.2.
Ter zitting van 19 augustus 2022 is de zaak mondeling behandeld. Daarbij zijn verschenen:
- mevrouw [naam] en mevrouw [naam] , namens de ABS.
1.3.
De officier van justitie en de moeder zijn opgeroepen, maar niet op de zitting verschenen.

2.De feiten

2.1.
De rechtbank stelt aan de hand van de overgelegde stukken het volgende vast:
- Uit de moeder is op [geboortedatum] 2020 in de gemeente [gemeente] de minderjarige [naam kind] (verder ook wel: het kind) geboren;
- Op de geboorteakte van het kind staan de heer [de verwekker] en mevrouw [de vrouw] als ouders vermeld;
- Ten tijde van de geboorte van het kind was niet bekend dat de moeder was gehuwd met de heer [de man] (verder ook wel: de man).
2.2.
De rechtbank is ambtshalve bekend met de beschikking van deze rechtbank van [datum] 2020 waarin de echtscheiding tussen de moeder en de man is uitgesproken. Deze beschikking is op [datum] 2020 ingeschreven in de daartoe bestemde registers van de burgerlijke stand.
2.3.
Tijdens het huwelijk van de moeder en de man is het kind geboren.
2.4.
Het kind woont bij de moeder.
2.5.
De moeder beschikt over een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd.
2.6.
In het uittreksel ingevolge de Wet basisregistratie personen betreffende de vrouw en het kind, is bij beide onder het kopje nationaliteit opgenomen: Eritrese.

3.Het verzoek en de standpunten van partijen

3.1.
Het verzoek strekt tot verbetering/aanvulling van de geboorteakte met [aktenummer] van het jaar 2020, ingeschreven in het register van geboorten van de gemeente [gemeente] op [datum] 2020.
3.2.
In voormelde akte is - voor zover hier relevant - opgenomen:
Naam/Namme : [roepnaam kind] [namenreeks verwekker]
Voornamen/Foarnammen: -
Voorts zijn - voor zover hier relevant - in voormelde akte de volgende vadergegevens opgenomen:
Naam vader/Namme heit: [de verwekker]
Plaats van geboorte vader/Plak van berte heit : [geboorteplaats] , [geboorteland]
Dag van geboorte vader/Dei fan berte heit : [geboortedatum]
3.3.
Op grond van artikel 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering komt de Nederlandse rechter rechtsmacht toe, aangezien het verzoekschrift is ingediend door voormeld openbaar ministerie. De rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, is bevoegd nu het verzoek ziet op verbetering van een akte welke is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand binnen haar rechtsgebied.
3.4.
Nu het verzoek strekt tot verbetering van een Nederlandse akte, is Nederlands recht van toepassing op het verzoek tot verbetering van de geboorteakte. Ingevolge artikel 1:24, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan aanvulling van een register van de burgerlijke stand met een daarin ontbrekende akte of latere vermelding, doorhaling van een daarin ten onrechte voorkomende akte of latere vermelding, of verbetering van een daarin voorkomende akte of latere vermelding die onvolledig is of een misslag bevat, op verzoek van belanghebbenden of van het openbaar ministerie worden gelast door de rechtbank.
3.5.
De officier van justitie verzoekt de voormelde geboorteakte aldus te verbeteren dat de naam van het kind en de vadergegevens worden gewijzigd, en wel als volgt:
KIND/BERN
Naam / Namme: [roepnaam kind] [namenreeks man]
Geslachtsnaam vader/Skaainamme heit: [de man]
Plaats van geboorte vader/Plak van Berte heit : -
Dag van geboorte vader/Dei fan berte heit : -
Voorts wordt verzocht de latere vermelding betreffende erkenning te mogen doorhalen.
3.6.
Aan het verzoek is ten grondslag gelegd dat bij het opmaken van de geboorteakte van het kind niet bekend was dat de moeder reeds met [de man] was gehuwd. De vadergegevens en de [namenreeks] van de minderjarige zijn afgeleid van een erkenningsakte, waarin [de verwekker] als erkenner staat opgenomen. Nu het kind staande het huwelijk tussen de man en de moeder is geboren en daardoor al twee juridische ouders had ten tijde van het opmaken van de erkenningsakte, is deze erkenning nietig. De vadergegevens zijn door de (achteraf ten onrechte gedane erkenning) foutief opgenomen in de geboorteakte. Dit brengt tevens met zich dat de opgenomen namenreeks van het kind volgens de officier van justitie naar Eritrees recht niet mogelijk is en deze behoeft daarom eveneens wijziging.
3.7.
De rechtbank stelt vast dat de moeder, evenals de erkenner, blijkens een overgelegde verklaring van 3 november 2021, bezwaar heeft tegen het verzoek tot verbetering/aanvulling van voornoemde geboorteakte. Zij wenst dat de namenreeks van het kind voortaan komt te luiden: [roepnaam kind] [namenreeks moeder] .

4.Beoordeling

Het huwelijk
4.1.
De rechtbank dient allereerst als voorvraag te beantwoorden of op het moment van de geboorte van het kind sprake was van een huwelijk tussen de moeder en [de man] dat in Nederland voor erkenning in aanmerking komt.
4.2.
Artikel 10:4 van het Burgerlijk Wetboek (BW) bepaalt dat indien de vraag welke rechtsgevolgen aan een feit toekomen bij wijze van voorvraag in verband met een andere, aan vreemd recht onderworpen vraag moet worden beantwoord, de voorvraag wordt beschouwd als een zelfstandige vraag. Dit brengt mee dat de vraag of het huwelijk tussen de moeder en de man wordt erkend in Nederland dient te worden beantwoord aan de hand van het Nederlandse conflictenrecht.
4.3.
Ingevolge artikel 10:31 BW wordt een buiten Nederland gesloten huwelijk dat ingevolge het recht van de staat waar de huwelijksvoltrekking plaatsvond rechtsgeldig is of nadien rechtsgeldig is geworden, als zodanig erkend. Een huwelijk wordt vermoed rechtsgeldig te zijn, indien een huwelijksverklaring is afgegeven door een bevoegde autoriteit.
4.4.
De rechtbank stelt vast dat bij beschikking van deze rechtbank van [datum] 2020, de echtscheiding tussen de moeder en de man is uitgesproken en dat daarmee de voorvraag of het huwelijk tussen de moeder en de man vermoed wordt rechtsgeldig te zijn reeds is beantwoord. Naar het oordeel van de rechtbank staat daarmee vast dat partijen ten tijde van de geboorte van het kind (nog) met elkaar gehuwd waren.
Vadergegevens
4.5.
De rechtbank dient vervolgens de vraag te beantwoorden of de vadergegevens in de geboorteakte gewijzigd dienen te worden en zo ja, met welke vadergegevens.
4.6.
Ingevolge artikel 10:92 BW wordt de vraag of een kind door geboorte in familierechtelijke betrekking komt te staan tot de vrouw uit wie het is geboren en de met haar gehuwde man, bepaald door het recht van de staat van de gemeenschappelijke nationaliteit van de man en de vrouw. Indien dit ontbreekt is het recht van de staat waar de man en de vrouw elk hun gewone verblijfplaats hebben bepalend of, indien ook dit ontbreekt, het recht van de staat van de gewone verblijfplaats van het kind. Er wordt hierbij aangeknoopt bij het moment van de geboorte van het kind.
4.7.
De rechtbank overweegt dat de nationaliteit van de man haar onbekend is gebleven en dat aan de moeder een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd is verleend. Het komt de rechtbank dan ook voor dat in onderhavig geval artikel 10:17 lid 1 BW van toepassing is. Blijkens dit artikel wordt de persoonlijke staat van een vreemdeling aan wie (voor zover hier relevant) een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 28 of artikel 33 van de Vreemdelingenwet 2000 is verleend, beheerst door het recht van zijn woonplaats, of, indien hij geen woonplaats heeft, door het recht van zijn verblijfplaats.
Nu de moeder een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd heeft, is voor haar niet de nationaliteit het aanknopingspunt, maar de woonplaats. Dit brengt met zich dat voor toepassing van artikel 10:92 BW niet kan worden aangesloten bij de gemeenschappelijke nationaliteit van de moeder en de man, voor zover zij deze al hadden. Ten tijde van de geboorte van het kind hadden de man en de moeder evenmin een gemeenschappelijke gewone verblijfplaats, zodat aangesloten moet worden bij de gewone verblijfplaats van het kind ten tijde van zijn geboorte.
4.8.
Het kind is in de gemeente [gemeente] geboren en had ten tijde van zijn geboorte zijn gewone verblijfplaats in Nederland. Gelet op het voorgaande is Nederlands recht van toepassing op de vraag wie de juridisch vader van het kind is.
4.9.
Ingevolge artikel 1:199 BW is de vader van een kind de man die op het tijdstip van de geboorte van het kind gehuwd is met de vrouw uit wie het kind is geboren. Het voorgaande betekent dat [de man] de juridische vader van het kind is. Erkenning door een andere man was dan ook niet mogelijk. In de geboorteakte van het kind dienen bij de gegevens van de ouders dan ook de persoonsgegevens van de man als de vader van het kind te worden vermeld. Nu in de onderhavige akte [de verwekker] als vader is opgenomen, is die geboorteakte in zoverre onjuist opgemaakt en is verbetering daarvan aangewezen, zoals door de officier van justitie is verzocht. Dit betekent dat de rechtbank de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente] zal gelasten om de geboorteakte met [aktenummer] van het jaar 2020 van het onder hem berustende register van geboorten te verbeteren en aan te vullen, en wel als volgt:
Geslachtsnaam vader/Skaainamme heit: [de man]
Plaats van geboorte vader/Plak van Berte heit : -
Dag van geboorte vader/Dei fan berte heit : -
Namenreeks van het kind
4.10.
De officier van justitie heeft verder nog verzocht om de namenreeks van het kind te wijzigen van:
[roepnaam kind] [namenreeks verwekker]in
[roepnaam kind] [namenreeks man].
4.11.
Uit artikel 10:19 BW vloeit voort dat dat de geslachtsnaam en de voornamen van een vreemdeling worden bepaald door het recht van de staat waarvan hij de nationaliteit heeft. Onder recht zijn mede begrepen de regels van het internationaal privaatrecht. Uitsluitend voor de vaststelling van de geslachtnaam en de voornamen worden de omstandigheden waarvan deze afhangen beoordeeld naar dat recht.
4.12.
De rechtbank overweegt dat het kind ten tijde van de geboorte op grond van artikel 2 lid 1 van de Eritrese nationaliteitsverordening, net als zijn moeder, van rechtswege door afstamming de Eritrese nationaliteit heeft verkregen. De nationaliteit van de man is onbekend. Indien het kind de nationaliteit van meer dan één staat zou bezitten en hij in een van deze staten zijn gewone verblijfplaats heeft, dan bepaalt artikel 10:19
lid 2 BW dat het recht van die staat als zijn nationale recht geldt. Heeft de betrokken persoon zijn gewone verblijfplaats niet in een van deze staten, dan geldt als zijn nationale recht het recht van de staat van zijn nationaliteit waarmee hij, alle omstandigheden in aanmerking genomen, het nauwst is verbonden.
4.13.
Nu de minderjarige in Nederland is geboren uit een Eritrese moeder en de man niet in Nederland is geweest, zijn nationaliteit onbekend is en niet vaststaat dat de man de biologische vader is van het kind, is de rechtbank van oordeel dat, indien het kind over meer dan één nationaliteit zou beschikken, het kind het nauwst verbonden is met de Eritrese nationaliteit. Op het wijzigen van de geslachtsnaam van het kind is dan ook Eritrees recht van toepassing.
4.14.
Uit het Algemeen ambtsbericht Eritrea van 25 mei 2022 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken blijkt dat er geen aanwijzingen zijn dat de eerder aangekondigde en gepubliceerde nieuwe wetgeving, en daarmee ook een nieuwe Burgerlijk Wetboek (de Civil Code of the State of Eritrea 2015) tot dusverre in werking is getreden. De Transitional Civil Code of Eritrea uit 1991 dient daarom nog steeds te worden toegepast.
4.15.
Op basis van de ''oude wetgeving'', te weten de Transitional Civil Law of Eritrea, volgt dat naar Eritrees recht elke persoon een naam bij de geboorte ontvangt. Het Eritrese naamrecht kent echter geen geslachts- en voornamen. Er is sprake van een namenreeks met een roepnaam, gevolgd door de eerste naam van de vader (eerste patroniem) en de eerste naam van de grootvader (tweede patroniem).
4.16.
Gelet op de Eritrese wetgeving en het feit dat de rechtbank hiervoor heeft vastgesteld dat de juridische vader [de man] is, dient de namenreeks van het kind als volgt te luiden:
[roepnaam kind] [namenreeks man].
4.17.
Aangezien het kind in de geboorteakte een namenreeks heeft afgeleid van [de verwekker] , bevat de geboorteakte in zoverre een misslag, zodat aanleiding is voor verbetering daarvan, zoals de officier van justitie heeft verzocht.
4.18.
Dit betekent dat de rechtbank de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente] zal gelasten om de geboorteakte met [aktenummer] van het jaar 2020 van het onder hem berustende register van geboorten te verbeteren en aan te vullen, en wel als volgt:
Naam / Namme : [roepnaam kind] [namenreeks man]
Voornamen kind / Foarnamme bern: -.
4.19.
Nu de minderjarige is geboren tijdens het huwelijk tussen de moeder en de man kon hij, zoals hiervoor is overwogen, niet worden erkend door [de verwekker] . De rechtbank zal dan ook bepalen dat de akte betreffende de latere vermelding erkenning moet worden doorgehaald.

5.Beslissing

De rechtbank:
5.1.
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente] om de geboorteakte met [aktenummer] van het jaar 2020 van het onder hem berustende register van geboorten te verbeteren en aan te vullen, en wel als volgt:
Naam / Namme : [roepnaam kind] [namenreeks man]
Voornamen kind / Foarnamme bern: -
Geslachtsnaam vader/Skaainamme heit: [de man]
Plaats van geboorte vader/Plak van Berte heit : -
Dag van geboorte vader/Dei fan berte heit : -;
5.2.
gelast de doorhaling van de latere vermelding betreffende erkenning REf. [nummer] behorende bij de geboorteakte [aktenummer] ;
5.3.
bepaalt dat de griffier niet eerder dan drie maanden na de dag van deze beschikking en voor zover daartegen geen hoger beroep is ingesteld een afschrift daarvan zal zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Leeuwarden, zodat de ambtenaar aan de geboorteakte van verzoekster een latere vermelding betreffende de door de rechtbank gelaste verbeteringen toevoegt.
Deze beschikking is gegeven te Leeuwarden door mr. J. Teertstra, rechter, tevens kinderrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting op
8 september 2022in tegenwoordigheid van mr. H.J. Boon als griffier.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat. worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Arnhem-Leeuwarden
fn: 872