ECLI:NL:RBNNE:2022:2932
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening inzake bouw van een nieuwe beweegbare fiets- en voetgangersbrug te Wergea
Op 18 augustus 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen verzoekers en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leeuwarden. Verzoekers hebben een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening te treffen, waarbij zij vroegen om te verbieden te beginnen met de bouw van een nieuwe beweegbare fiets- en voetgangersbrug ter hoogte van Hilleburen 14 te Wergea, totdat er een definitieve uitspraak is gedaan. De voorzieningenrechter heeft het verzoek niet-ontvankelijk verklaard, omdat er geen beroepsprocedure loopt tegen het besluit waar het verzoek betrekking op heeft.
De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De zaak heeft een lange voorgeschiedenis, waarbij verweerder in eerdere besluiten omgevingsvergunningen heeft verleend en bezwaren van verzoekers ongegrond heeft verklaard. De rechtbank heeft in eerdere uitspraken besluiten van verweerder vernietigd, maar tegen het laatste besluit van 26 januari 2021 hebben verzoekers geen beroep ingesteld. Hierdoor was er geen lopende beroepsprocedure, wat een vereiste is voor het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft ook overwogen dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in het openbaar en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.