ECLI:NL:RBNNE:2022:2236
Rechtbank Noord-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ondertoezichtstelling en machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in het kader van ouderverstoting
In deze zaak heeft de kinderrechter op 10 juni 2022 uitspraak gedaan over de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [de minderjarige]. De moeder van [de minderjarige] heeft gedurende drie jaar niet meegewerkt aan contact tussen de minderjarige en zijn vader, en is recent zonder toestemming van de vader verhuisd. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder niet bereid is om terug te verhuizen en dat de hulpverlening niet van de grond komt. Er zijn zorgelijke signalen van ouderverstoting, waarbij de moeder de minderjarige blootstelt aan negatieve uitspraken over de vader. De kinderrechter heeft de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK) en de Gecertificeerde Instelling (GI) gehoord, die beiden een uithuisplaatsing bij de vader hebben verzocht. De kinderrechter heeft geoordeeld dat de situatie van de minderjarige ernstig in gevaar is en dat er geen minder ingrijpende maatregelen meer mogelijk zijn. Daarom is besloten om de minderjarige onder toezicht te stellen tot 4 maart 2023 en hem uit huis te plaatsen bij de vader met gezag voor dezelfde periode. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.