ECLI:NL:RBNNE:2022:1485
Rechtbank Noord-Nederland
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot betaling transitievergoeding en beoordeling van verwijtbaarheid in arbeidsovereenkomst
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 13 april 2022 uitspraak gedaan in een verzoek tot betaling van een transitievergoeding door [verzoeker] aan [verweerder]. [Verzoeker], geboren op 21 maart 1970, was in dienst bij [verweerder], een eenmanszaak die zich bezighoudt met schoonmaakwerkzaamheden. De arbeidsovereenkomst is opgezegd door [verweerder] op basis van bedrijfseconomische omstandigheden, na een periode waarin [verzoeker] betrokken was bij laakbaar gedrag, namelijk de verkoop van gemeentelijke goederen via Marktplaats. De gemeente had [verzoeker] de toegang tot gemeentelijke gebouwen ontzegd en dit leidde tot het verlies van opdrachten voor [verweerder]. [Verzoeker] verzocht om een transitievergoeding van € 30.521,00 bruto, terwijl [verweerder] betoogde dat deze vergoeding niet verschuldigd was vanwege ernstig verwijtbaar handelen van [verzoeker]. De kantonrechter oordeelde dat het ontslag niet was gebaseerd op dit laakbare gedrag, maar op bedrijfseconomische redenen, en dat [verzoeker] recht had op de transitievergoeding. De rechter heeft ook de wettelijke rente toegewezen en [verweerder] veroordeeld tot het overleggen van een specificatie van het bedrag binnen tien dagen, onder verbeurte van een dwangsom. De proceskosten zijn voor rekening van [verweerder].