1.3.Eiseres heeft bij haar bij de rechtbank Noord-Nederland ingediende beroepschrift (zie procesverloop) een uitspraak op bezwaar als bijlage meegestuurd. Op deze uitspraak op bezwaar staat onder ‘Uw kenmerk’ vermeld ‘ [kenmerk 3, eerste regel] ’ en ‘ [kenmerk 3, tweede regel] ’ en onder ‘Onze referentie’ ‘ [kenmerk 4] ’.
Ontvankelijkheid van het beroep
2. Eiseres stelt dat het beroep tijdig is ingesteld per fax van 10 juni 2015 aan Rechtbank Gelderland (zie 1.2). Rechtbank Gelderland had het beroepschrift moeten doorsturen op grond van artikel 6:15 van de Algemene wet bestuursrecht, aldus eiseres.
3. Gemachtigde van eiseres heeft voorts ter zitting gesteld dat hij contact heeft gehad met Rechtbank Gelderland. Rechtbank Gelderland heeft medegedeeld dat aldaar geen beroepszaak bekend is tegen de uitspraak op bezwaar en er verder op gewezen dat gelet op de vestigingsplaats van eiseres het beroep bij de Rechtbank NoordNederland ingesteld moet worden.
4. Verweerder heeft ter zitting verklaard voor het eerst bij brief van 22 juli 2019 van de Rechtbank Noord-Nederland in kennis te zijn gesteld van een beroepsprocedure tegen de uitspraak op bezwaar.
5. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk. Daartoe overweegt de rechtbank als volgt.
6. Op de door eiseres overgelegde faxbevestiging staat dat het beroep ziet op de uitspraak op bezwaar met kenmerk van verweerder ‘ [kenmerk 1] ’ en kenmerk van gemachtigde ‘ [kenmerk 2] ’ (zie 1.2.). De door eiseres bij haar pro forma beroep overgelegde uitspraak op bezwaar heeft echter als referentie van verweerder ‘ [kenmerk 4] ’ en als kenmerk van gemachtigde ‘ [kenmerk 3, eerste regel] ’ en ‘ [kenmerk 3, tweede regel] ’ (zie 1.3.). Gelet hierop, en gelet op hetgeen gemachtigde van eiseres en verweerder ter zitting hebben verklaard (zie 3. en 4.), is naar het oordeel van de rechtbank niet aannemelijk dat eiseres eerder beroep heeft ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar waar zij nu bij de Rechtbank Noord-Nederland beroep tegen heeft ingesteld.
7. De rechtbank merkt verder op dat de faxbevestiging alleen de eerste pagina van de verzonden fax weergeeft. Uit de faxbevestiging is niet af te leiden wat de verdere inhoud van de fax was.
8. Gelet op het voorgaande moet er van uitgegaan worden dat eiseres niet eerder beroep heeft ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar.
9. Het bij de rechtbank ingestelde beroep is ruim vier jaar na afloop van de beroepstermijn ontvangen. Het beroep is dan in beginsel niet-ontvankelijk, tenzij de termijnoverschrijding verschoonbaar is.
10. Voor zover eiseres al heeft bedoeld te stellen dat de termijnoverschrijding verschoonbaar is omdat zij in de veronderstelling was dat zij al beroep had ingesteld, overweegt de rechtbank als volgt. Als eiseres in de veronderstelling verkeerde al beroep te hebben ingesteld op 10 juni 2015, dan levert dat geen verschoonbaarheid op voor een termijnoverschrijding van ruim vier jaar. Het had op de weg van eiseres gelegen om – bij het uitblijven van enig bericht vanuit rechtbank Gelderland – te informeren naar de ontvangst van haar beroepschrift dan wel naar de voortgang van de procedure. Dit temeer nu eiseres zich laat vertegenwoordigen door een professioneel gemachtigde.
11. Nu het beroep niet-ontvankelijk is, komt de rechtbank niet toe aan een inhoudelijke beoordeling van de door eiseres aangevoerde gronden.
12. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. P.P.D. Mathey-Bal, rechter, in aanwezigheid van mr. J.P. Raateland op 19 maart 2021. De uitspraak wordt openbaar gemaakt op de eerstvolgende maandag na deze datum.
w.g. griffier w.g. rechter
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.