Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
de feiten 1 primair, 3 primair en 4 primairwettig en overtuigend bewezen acht, zoals hierna opgenomen in de bewezenverklaring, en verdachte deze feiten duidelijk en ondubbelzinnig heeft bekend, volstaat de rechtbank met een opgave van de bewijsmiddelen overeenkomstig artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering.
feiten 2 primair en 5 primairhet volgende. De rechtbank acht -evenals de hiervoor door verdachte erkende diefstallen van vogels- bewezen dat verdachte zich ook schuldig heeft gemaakt aan diefstal van vogels (en eieren) van [slachtoffer 4] te Jubbega en [slachtoffer 7] te Alteveer. De rechtbank acht, mede gelet op de korte tijd tussen deze diefstallen en de respectieve verkopen, niet aannemelijk -zoals verdachte heeft verklaard - dat hij de gestolen vogels eerst van een zekere [naam 1] heeft gekocht en daarna (meteen) heeft doorverkocht, zodat er sprake zou zijn van heling.
feit 2 primair:
Ik doe aangifte van diefstal van 40 parkieten en papegaaien uit mijn garage van mijn woning aan de [adres 4] in Jubbega, gemeente Heerenveen. Op 10 september 2020 omstreeks 23.00 uur heb ik mijn garage afgesloten en gezien dat het [naam 5] niet was verbroken en mijn parkieten en papagaaien aanwezig waren. Op 11 september 2020 omstreeks 7.00 uur zag ik het hout van de garagedeur op de grond liggen. Ik zag dat de nachtschoot was afgebroken. Ik zag dat bijna alle vogels waren verdwenen uit de kooien. Ik zag dat er ruim 20 kooien open stonden waar geen parkieten of papagaaien meer in zaten. Ik zag dat er nog 5/6 kooien dicht zaten. Ik weet dat dit mijn minder kostbare parkieten en papagaaien waren. Daarmee vermoed ik dat de dader (s) specifiek uit was op mijn kostbare parkieten en papagaaien. Ik kreeg signalen uit mijn vogelnetwerk dat er twee verdachten van diefstal van papagaaien waren aangehouden. Een persoon is bij mij thuis geweest om een parkiet te kopen. Ook heb ik deze persoon toen verteld dat ik een papagaai heb met eieren. Ik heb toen verteld dat ik deze papagaai met eieren op zolder heb. In de weken daarna heeft deze persoon mij gevraagd via Marktplaats of de eieren al waren uitgekomen. Ik heb toen op dit bericht geantwoord dat er twee jongen uit de eieren waren gekomen. Ik kreeg sterk het vermoeden dat de hierboven genoemde persoon buitengewoon veel interesse had in mijn kostbare parkieten en papagaaien zonder dat hij deze zou willen kopen. De naam van deze persoon is [verdachte] . De gestolen parkieten en papagaaien hebben allemaal een ring om hun poten. Daarnaast heeft elke parkiet en papagaai een certificaat waarop het ringnummer, naam/code vogel, geslacht en het certificaatnummer staat. Kopieën van deze certificaten stel ik beschikbaar voor de aangifte.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 17 oktober 2020, opgenomen op pagina 589 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant 1] :
Op 15 oktober 2020 heb ik contact gezocht met aangever [slachtoffer 4] te Jubbega, in verband met de door hem gedane aangifte. Hij zei dat [naam 2] had verteld dat een maat van [naam 2] vogels waren aangeboden die zo goed als zeker de vogels moesten zijn die bij hem waren gestolen. Op 16 oktober 2020 belde [slachtoffer 4] mij, met de mededeling dat het telefoonnummer van die aanbieder [telefoonnummer] was. Hierop heb ik verbalisant het politie-registratiesysteem geraadpleegd en zag dat dit nummer toebehoorde aan [naam 3] . Op 16 oktober 2020 heb ik contact opgenomen met [naam 2] . [slachtoffer 4] vertelde hem dat alles gestolen was. Waarop [naam 2] zich herinnerde dat ongeveer drie weken geleden (21-27 september) zijn maat, [naam 8], bij hem thuis was geweest en vertelde dat hem een week daarvoor (14-20 september) vogels waren aangeboden. Hetgeen een paar dagen na de diefstal was. Deze vogels waren van hetzelfde ras en leeftijd als de gestolen vogels van [slachtoffer 4] . Opvallend was dat de vogels heel goedkoop werden aangeboden en er nog geen DNA-certificaten bij waren. De aanbieder met telefoonnummer [telefoonnummer] had [naam 8] verteld dat hij ze via inruil verkregen had volgens [naam 2] . Vervolgens heeft [naam 2] mij Whats-app berichten gestuurd met de mededeling dat het de volgende vogels betrof die aangeboden waren aan [naam 8].
Zwartkop Caique koppel van 2012
Roestkop Caique koppel van 2005
Roestkop Caique koppel van 2015
Deze gegevens kwamen overeen met de door [slachtoffer 4] opgegeven certificaten die als bijlage zijn gevoegd. Ook waren volgens de berichten aan [naam 2] zelf Caiques aangeboden op 29 september 2020 om 21:40 door dezelfde man, [naam 3] .
O: In totaal heeft [naam 3] 10 vogels van [verdachte] gekocht. Eerst twee keer muisparkieten voor 100 euro cash begin september. Daarna, ongeveer een paar dagen later, belde [verdachte] dat hij Geeldij Caiques had voor 800 euro cash.
V: Die 10 die we net genoemd hebben zijn dus de enige vogels die je ooit gekocht hebt van [verdachte] ?
A: Dat kan
O: De door de persoon, die gebruik maakte van telefoonnummer [telefoonnummer] , aangeboden vogels betroffen
Zwartkop Caique koppel van 2012
Roestkop Caique koppel van 2005
Roestkop Caique koppel van 2015
A: Als dat er bij stond dan klopt dat. Het geboortejaar is dan van de ring afgenomen.
V: Deze vogels waren van exact hetzelfde ras, type, leeftijd en aantallen als de vogels die kort daarvoor van 10 op 11 september waren gestolen. Hoe verklaart u dat?
A: O..,Dus dat betekent dat ik van [verdachte] gestolen vogels heb gekocht.
proces-verbaal van bevindingenvan 28 oktober 2020, opgenomen op pagina 79 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [verbalisant 2] :
Naar aanleiding van verdenking van diefstal van diverse vogels, waaronder papegaaien, is onder de verdachte [verdachte] een Samsung GSM, met het nummer [telefoonnummer] inbeslaggenomen. Op de GSM zijn meerdere locatie gegevens die leiden naar de [adres 4] te Jubbega. De locatiegegevens zijn gekoppeld aan de zoek-items. Deze locatiegegevens zijn vastgelegd 19 en 20 dagen voordat de diefstal heeft plaatsgevonden.
13 Searched Items, betreffende periode 22-8-2020 16:43:25(UTC+0) tot en met 21-8-2020 13:43:42(UTC+0) [adres 4] te Jubbega.
V: Hoe weet [verdachte] naar welk adres hij moet?
A: Het schijnt dat hij een Marktplaatsaccount heeft. Hij kent de mensen die vogels hebben. Hij toont interesse via Marktplaats. Hij gaat daar dan eerst op bezoek. Als een soort voorverkenning. Hij weet precies wat hij moet doen en waar hij moet zijn. [verdachte] heeft daar kopers voor. Zoals een [naam 3] uit Musselkanaal.
V: De meeste aangevers zijn door jou benaderd in verband met interesse van jou, in hun vogels. Hoe zit dat?
A: Dat klopt.
feit 5 primair
Ik heb in mijn tuin, [adres 3] te Alteveer, diverse vogelhokken staan. In deze hokken hou ik diverse vogels, waaronder ara's. Op zaterdag 19 september 2020, omstreeks 17.30 uur, was alles in orde. Toen ik zondag weer bij mijn vogelkooien kwam, zag ik dat er ara's waren gestolen. Uit diverse hokken zijn de volgende vogels gestolen:
1 koppel Ara’s met 2 jongen
1 koppel Venezuela Amazone's met 2 jongen
1 koppel geel voorhoofd Amazone's
1 koppel blauw voorhoofd
1 geelwang Amazone
Aantal/eenheid:12 stuks: 4 ara, 2 jongen, 4 Venezuela amazone, 2 amazone geelhoofd, 2 blauwhoofd amazone 1 geelwang amazone Bijzonderheden: 12 vogels: 4 ara's, 2 jongen, 4 amazone Venezuela etc
Ik heb aangever [slachtoffer 7] , telefonisch gehoord.
V: Ik wil u graag nader horen over uw aangifte van diefstal van uw vogels, welke u op 19 september 2020 bij de politie heeft gedaan.
A: Ik hoorde het via vogelvrienden dat er mensen zijn opgepakt. Een van die gasten die vast zit die heeft bij mij een ara gekocht. Drie dagen voor de diefstal is hij hier geweest om een ara te kopen. Ik denk dat hij toen de boel hier bekeken heeft. Die persoon is [verdachte] uit Noordbroek.
Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 11 november 2020, opgenomen op pagina 479 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant [naam 4] :
Aangever [slachtoffer 7] deelde mij mede dat hij een van zijn weggenomen vogels op 8 november 2020 op marktplaats te koop zag staan. Dit betrof een jonge Ara, met ringnummer 6NLR1. Aangever [slachtoffer 7] belde op 9 november 2020 met de verkoper [naam 5] . Daar hebben zij de ringnummers van de gestolen Ara en de Ara die de verkoper had vergeleken. Deze kwamen overeen, waarna aangever [slachtoffer 7] zijn Ara terug kreeg. De verkoper [naam 5] had tegen aangever [slachtoffer 7] gezegd dat hij deze Ara van een andere handelaar had gekocht.
Ik ben eigenaar van vogelwinkel [bedrijfsnaam 1] . Een paar dagen voorafgaand aan vrijdag 18 september 2020 ben ik telefonisch benaderd door [naam 6] . Toen [naam 6] mij benaderde hoorde ik hem zeggen dat hij een hele partij vogels had. Ook bood [naam 6] mij een jonge blauw/gele Ara aan. Op 20 september 2020 heeft [naam 6] mij die jonge blauw/gele Ara gebracht. De jonge blauw/gele Ara zette ik vervolgens online voor de verkoop. Hierop werd ik vervolgens een paar dagen later gebeld door een persoon die mij vroeg wat het ringnummer van deze Ara was. Vervolgens vertelde de persoon dat er bij hun was ingebroken en dat ze een Ara missen die erg lijkt op de Ara welke ik online aanbood. De persoon vertelde mij dat de Ara op donderdag 17 september 2020 bij hun was gestolen. We konden door de papieren en de ring om de poot van de Ara concluderen dat het inderdaad om de gestolen Ara ging. Het betrof een ouder echtpaar uit Alteveer. Ik had begrepen van [naam 6] dat hij een partij vogels had gekocht van [verdachte] , waaronder de jonge blauwe/gele Ara.
V: De eigenaar van de [bedrijfsnaam 1] verklaarde dat jij hem in september 2020 een partij vogels aanbood. Je bood onder anderen een jonge blauw/gele ara aan. Wat kan je hierover vertellen?
A: In september 2020 kreeg ik een aanbod van [verdachte] dat hij diverse soorten vogels had. Hij had Amazone papegaaien, een ara en een baby ara. Ik kocht die ara en ging meteen door naar [naam 7] van [bedrijfsnaam 1] . Ik hoorde later dat deze ara gestolen zou zijn.
V: Hoe weet [verdachte] naar welk adres hij moet?
A: Het schijnt dat hij een Marktplaatsaccount heeft. Hij kent de mensen die vogels hebben. Hij toont interesse via Marktplaats. Hij gaat daar dan eerst op bezoek. Als een soort voorverkenning. Hij weet precies wat hij moet doen en waar hij moet zijn. [verdachte] heeft daar kopers voor.
V: De meeste aangevers zijn door jou benaderd in verband met interesse van jou, in hun vogels. Hoe zit dat?
A: Dat klopt.
V: Alteveer op 20 september 2020. Hier zijn diverse Ara's en Amazones, waaronder jongen, gestolen. Getuige [naam 6] heeft verklaard dat jij hem in september 2020 verschillende vogels te koop hebt aangeboden. Amazone papegaaien, een ara en een baby ara. Wat kun je hier over verklaren?
A: Volgens mij heb ik vogels aan [naam 6] verkocht.
A: Deze heb ik gekocht. In Alteveer. Ik ben met die mensen in contact gekomen.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Benadeelde partijen
1. [slachtoffer 1] , tot een bedrag van € 1.140,00 ter zake van vergoeding van materiële schade en
2. [slachtoffer 2] , tot een bedrag van € 1.984,63 ter vergoeding van materiële schade en
3. [slachtoffer 5] , tot een bedrag van € 9.095,00 ter vergoeding van materiële schade, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de datum waarop de schade is ontstaan en € 50,00, ter vergoeding van proceskosten;
Toepassing van wetsartikelen
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.
Uitspraak
De rechtbank
een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden.
[slachtoffer 1]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
€ 15,--(zegge: vijftien euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2020, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
[slachtoffer 1] ,te betalen een bedrag van
€ 15,--(zegge: vijftien euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2020, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling voor de duur van 1 dag worden toegepast, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[slachtoffer 2]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
€ 1073,25(zegge: duizenddrieënzeventig euro en vijfentwintig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2020, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
[slachtoffer 2] ,te betalen een bedrag van
€ 1073,25(zegge: duizenddrieënzeventig euro en vijfentwintig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 oktober 2020, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling voor de duur van 20 dagen worden toegepast, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[slachtoffer 5], met betrekking tot de fokschade, niet-ontvankelijk is en dat deze slechts bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht. Wijst de vordering voor het overige af.
[slachtoffer 7]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
€ 6.000,--(zegge: zesduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 september 2020.
[slachtoffer 7] ,te betalen een bedrag van
€ 6.000,--(zegge: zesduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 september 2020, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling voor de duur van 65 dagen worden toegepast, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.
[slachtoffer 6]toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van
€ 525,--(zegge: vijfhonderdvijfentwintig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2020.
[slachtoffer 6] ,te betalen een bedrag van een bedrag van
€ 525,--(zegge: vijfhonderdvijfentwintig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2020, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling voor de duur van 10 dagen worden toegepast, met dien verstande dat de toepassing van de gijzeling de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft. Dit bedrag bestaat uit materiële schade.