Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Stichting Reclassering Nederland,
1.De procedure
met 26;
2.De feiten
€ 4.487,73 bruto per maand. Op de arbeidsovereenkomst van [verzoeker] is de cao Reclassering van toepassing.
7 januari 2020. [verzoeker] heeft daarna zijn gemachtigde in de arm genomen. De gemachtigde heeft per brief van 2 januari 2020 aan de Reclassering gemeld dat [verzoeker] tijdens het gesprek niet zal verschijnen en dat zij nog inhoudelijk op de zaak zal terugkomen.
volgens zijn toelichting ter zitting ruim 1000 uren, ktr.) diende op te nemen. De Reclassering heeft verder aangegeven dat het voor haar bespreekbaar zou zijn om gedurende de periode van vrijstelling van de re-integratieverplichtingen 100% salaris te betalen.
- Ten onrechte zijn geen probleemanalyse en geen plan van aanpak opgesteld. Werknemer heeft geen vrije toegang tot de bedrijfsarts en werkgever houdt ook minimaal contact met de werknemer. Dat is de werkgever aan te rekenen, want hij voldoet daarmee niet aan zijn re-integratieverplichtingen in gevolge de wet poortwachter. Het is in deze opmerkelijk (…) dat de werkgever wél het aspect van de loondoorbetaling conform de wet poortwachter uitvoert.
- In het gesprek van 23 juli 2019 zijn verwachtingen gewerkt, waar de werkgever vervolgens niet op teruggekomen lijkt te zijn.
- De aan de werknemer toegezegde psychologische begeleiding is niet van de grond gekomen.
- In oktober 2019 stelt de bedrijfsarts dat de werkgever het initiatief moet nemen voor een dialoog met werknemer. Vervolgens wordt de werknemer pas in januari 2020 uitgenodigd voor een gesprek. (…)"
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
(ECLI:NL:HR:2017:1187) heeft geformuleerd. Het gaat er uiteindelijk om dat de werknemer wordt gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever, waarbij geldt dat de billijke vergoeding geen specifiek punitief karakter heeft.
€ 996,00
6.De beslissing
26 februari 2021;
1 maart 2021;
€ 996,00 aan salaris gemachtigde.