Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d.
[nummer] november 2021 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
Ik vroeg aan [verdachte] hoe hij deze offerte ging onthouden. Ik hoorde hem zeggen dat hij daar wel wat op zou bedenken. Of zal ik er een foto van maken zei ik tegen [verdachte] . Ik hoorde [verdachte] zeggen: “Nee, jij krijgt hiervan helemaal niks mee”. Ik zag toen dat [verdachte] iets uitprintte en dit dubbelgevouwen onder de bar weglegde. Vervolgens heb ik de bus achteruit in het magazijn geparkeerd en hielp [naam 2] mij mee om de 38 zakken kokos in te laden. Daarna ben ik vertrokken.
Ik zag dat hij naar het kantoor liep en even later terug kwam lopen met de offerte in zijn handen. Deze offerte herkende ik als diegene die ik bij mijn vorige bezoek had op laten maken door [verdachte] . Ik herkende de offerte onder meer door het geschreven bedrag van 4300 euro onder aan de uitgeprinte offerte. Ik vroeg aan [medeverdachte] of de spullen volgende week woensdag geleverd konden worden. Ik hoorde hem zeggen dat dit geen probleem was maar dat hij voor 2 goederen voor alle zekerheid even moest bellen met een persoon. Toen hij dit zei zag ik dat hij op de offerte 2 pennestreepjes voor 2 verschillende regels zette. Daarnaast hoorde ik [medeverdachte] zeggen dat hij wel een aanbetaling van de helft wilde hebben. Ik zei tegen hem dat ik nu iets meer als 1000 euro bij mij had en dat ik dus niet de helft kon betalen. Ik vroeg aan hem of dit niet afdoende was. [medeverdachte] belde toen in mijn bijzijn met de kennelijke baas en legde de situatie uit. Na het telefoongesprek zei [medeverdachte] tegen mij dat de baas toch echt een aanbetaling wil hebben van de helft van het bedrag van de offerte. Ik zei tegen hem dat ik dit geld dan morgen wel kom brengen. Ik heb hem toen de zakken kokos betaald met
Tijdens het inladen hoorde ik dat de “slangen” die door [naam 4] besteld waren niet geleverd waren. Ik hoorde dat het in januari erg druk was met leveringen en dat de slangen volgende week woensdag zouden arriveren. Ik reageerde hierop dat dit niet handig was voor [naam 4] , omdat hij nu twee keer terug moest komen. Ik zei tegen [verdachte] dat ik de spullen nu mee zou nemen maar dat zij onderling hierover contact moesten hebben om dit op te lossen. Ik vroeg [verdachte] of hij het telefoonnummer had van [naam 4] , hierop zei [verdachte] ; “ik had het telefoonnummer van [naam 4] op de offerte opgeschreven maar die heb ik in de shredder gedaan. Ik bewaar hier niets” of woorden van gelijke strekking. Toen [medeverdachte] mij de bestellijst wilde overhandigen zag ik dat [verdachte] deze uit de handen van [medeverdachte] pakte. Hij zei hierbij tegen mij dat dit soort gegevens de deur niet zou verlaten of woorden van gelijke strekking. Nadat alles was ingeladen heb ik afscheid genomen en ben ik weggereden.
Bewezenverklaring
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Strafbaarheid van verdachte
Strafmotivering
Inbeslaggenomen goederen
Toepassing van wetsartikelen
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.