Beoordeling van het bewijs
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor de feiten 1 en 2. De officier van justitie acht de feiten te bewijzen op grond van de zich in het dossier bevindende bewijsmiddelen.
Standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte integraal moet worden vrijgesproken van het ten laste gelegde. Hij heeft daartoe - samengevat - het volgende aangevoerd.
Niet kan worden bewezen dat verdachte wist dan wel redelijkerwijs kon vermoeden dat de inreis en het verblijf van de personen die hij naar Nederland vervoerde wederrechtelijk waren.
Deze wederrechtelijkheid is ook pas ontstaan op het moment dat zij in Ter Apel aangaven asiel te willen aanvragen. Immers, het ging om Moldaviërs met geldige paspoorten en die mogen in beginsel 90 dagen zonder visum binnen de Europese Unie reizen (tijdens de zogenaamde ‘vrije termijn’ als bedoeld in artikel 12 van de Vreemdelingenwet).
Verdachte is door [naam 11] verzocht om een aantal Moldaviërs met een busje naar Nederland te rijden en verdachte was niet op de hoogte van het doel van die reis. Hij heeft onderweg de paspoorten van deze personen nog gecontroleerd toen hij aan het doel van hun reis begon te twijfelen. De vervoerden bleken in het bezit te zijn van rechtsgeldige Moldavische paspoort waarmee zij zonder problemen bij grenscontroles mochten doorreizen.
De verklaringen van de vervoerde personen zijn ongeloofwaardig. Hun verklaring dat zij pas in Duitsland bij verdachte en medeverdachte in de auto zijn gestapt is aantoonbaar onjuist want strookt niet met de bevindingen over de controle bij de Hongaarse grens. Daar is namelijk gebleken dat zeven van hen gezamenlijk met medeverdachte in de auto de Hongaarse grens zijn gepasseerd.
Van winstbejag was geen sprake. Verdachte zou netto 200 euro aan de reis overhouden wat niet veel is voor het heen en weer rijden van een dergelijke afstand.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank past ten aanzien van het onder 1 en 2 ten laste gelegde de volgende bewijsmiddelen toe die de voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden bevatten zoals hieronder zakelijk weergegeven. Ieder bewijsmiddel is -ook in onderdelen- slechts gebruikt voor het feit waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
1. De door verdachte ter zitting van 15 juli 2021 afgelegde verklaring, voor zover inhoudend:
Het klopt dat we de passagiers die bij ons in de auto zijn aangetroffen vanuit Duitsland mee naar Nederland hebben genomen. De auto waarin men ons heeft aangetroffen is van [naam 11] en hij is degene die mij had verzocht deze mensen vanuit Moldavië mee naar Nederland te nemen. Ik zou voor de rit betaald krijgen. De passagiers zouden mij het geld geven en ik zou het doorgeven aan [naam 11]. Als we terug zouden zijn, dan zou ik daarvan 200 euro krijgen.
2. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van aangifte d.d. 7 augustus 2019, opgenomen op pagina 36 e.v. van het dossier van Koninklijke Marechaussee met nummer 27MOGEND0URA / 27DAE190004, d.d. 16 januari 2020, inhoudend als relaas van verbalisanten:
Wij zagen op 7 augustus 2019 omstreeks 10:15 uur een witte bestelbus voorzien van het kenteken afkomstig uit Litouwen: [kenteken] , zijnde een Mercedes-Benz VITO. Wij zagen dat er in het voertuig meerdere mensen zaten. De bestuurder overhandigde mij een paspoort op naam van: [verdachte] . De bijrijder overhandigde een paspoort voorzien op naam van: [medeverdachte] . De overige inzittenden betroffen 2 mannen, 3 vrouwen en 5 kinderen.
Ik vroeg middels een tolk aan de mensen achterin de auto wat deze mensen hier deden. Ik hoorde een aantal zeggen dat ze naar Nederland kwamen, vanuit Duitsland, om asiel aan te vragen.
3. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 8 augustus 22019, opgenomen op pagina 97 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Controle van de passagiers/gesmokkelden/getuigen wees uit dat het de volgende personen betreft.
1. [naam 1] , [geboortedatum] -1990
2. [naam 2] , [geboortedatum] - 1994, nationaliteit Moldavië
3. [naam 3] , [geboortedatum] -2013, nationaliteit Moldavië
4. [naam 4] , [geboortedatum] -2015, nationaliteit Moldavië
5. [naam 5] , [geboortedatum] -2016, nationaliteit Moldavië
6. [naam 6] , [geboortedatum] -2019, nationaliteit Moldavië
Opgemerkt wordt dat dit het gezin [naam gezin 1] betreft met vader, moeder en 4 kinderen.
7. [naam 7] , [geboortedatum] -1997, nationaliteit Moldavië
8. [naam 8] , [geboortedatum] -1998, nationaliteit Moldavië
9. [naam 9] , [geboortedatum] -2017, nationaliteit Moldavië
Opgemerkt wordt dat dit gezin [naam gezin 2] betreft met vader, moeder en 1 kind.
10. [naam 10] , [geboortedatum] -1967, nationaliteit Moldavië
Opgemerkt wordt dat dit de moeder van [naam 8] betreft.
Alle 10 gesmokkelden zijn in het bezit van een geldig biometrisch Moldavisch paspoort met een inreisstempel Schengen d.d. 6 augustus 2019 van het land Hongarije.
Gezien het feit dat de gesmokkelden tijdens de staande houding hebben verklaard dat zij allen naar Nederland kwamen om asiel aan te vragen, kan worden gesteld dat zij niet voldoen aan termijn om toegestaan te verblijven in Nederland. De intentie van binnenkomst is namelijk om een verblijfsvergunning te krijgen, middels een asielaanvraag, en dus langer dan de vrije termijn in Nederland te verblijven.
Navraag IND
Door de Immigratie en Naturalisatie Dienst (IND) werd medegedeeld:
"De Moldaviërs in het bezit van een Biometrisch Moldavisch paspoort hebben geen circulatierecht (vrij mogen reizen) binnen de EU. Omdat ze asiel aanvragen, zijn ze in strijd met artikel 12 Vreemdelingen Wet. Dit omdat artikel 12 VW toeziet op verblijf bepaalde tijd. Asielaanvraag is per definitie voor onbepaalde tijd.”
Omdat de gesmokkelden/getuigen/passagiers dus niet voldoen aan de geldende wetgeving, is er geen sprake van "90 dagen vrije termijn" en hebben zij op het moment dat zij Nederland inreizen een onrechtmatige status in Nederland en kunnen zij als illegaal worden aangemerkt.
4. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 16 augustus 2019, opgenomen op pagina 104 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op woensdag 7 augustus 2019 om 15:56 uur is in verband met het onderzoek naar mensensmokkel een Samsung Galaxy A50 kleur zwart in beslaggenomen onder verdachte [verdachte] . Op dinsdag 13 augustus 2019 heeft een tolk een chat conversatie vertaald afkomstig van de Samsung Galaxy A50 van [verdachte] . De conversatie vond mogelijk plaats tussen [verdachte] met nummer: [telefoonnummer] en [naam 11] met nummer [telefoonnummer] . De conversatie is van 1 juni 2019 tot en met 7 augustus 2019. Hieronder volgen mijn bevindingen.
Op 5 augustus 2019 om 11:33 uur stuurt [verdachte] : [naam 11] , ik ga slapen, mocht er wat zijn, ik sta om 16:00 u op, dan vertrekken we als het moet. [naam 11] antwoord om 12:40 uur: We vertrekken om 6 u. Om 20:43 uur stuurt [naam 11] een telefoonnummer: [telefoonnummer] en zegt om 20:59 uur: Vergeet de verzekering niet voor de zigeuners. Om 22:41 uur vraagt [naam 11] : Ben je gepasseerd.
Vervolgens vinden er van 5 augustus 2019, 23:11 uur, tot en met 6 augustus 2019, 11:04 uur,
3 uitgaande gesprekken en 3 inkomende gesprekken tussen [naam 11] en [verdachte] plaats.
(p. 105) Op 6 augustus om 11:14 uur stuurt [verdachte] naar [naam 11] : Alles gewoon 50, echter tegen de zigeuners zei ik 100. [naam 11] antwoord met: ok.
Er volgt nog een spraakbericht om 11:17 uur, mogelijk van [verdachte] met daarin: Ik heb bij de grensovergang Krakau ingevoerd en ik denk dat ik niet eens door Slowakije kom. Om 11:31 uur wordt [verdachte] gebeld door [naam 11] voor de duur van 1:11 min. Om 15:24 uur is er nog een gemiste oproep. Om 15:16 uur vraagt [naam 11] : Waar ben je? Om 20:02 uur vind er een uitgaand gesprek plaats.
Daaropvolgend stuurt [naam 11] een afbeelding met het bezoekadres van Ter Apel te weten: Ter Apel bezoekadres: Ter Apelervenen 4 9561 MC Ter Apel. Dit vond om 21:48 uur plaats. Om 21:49 uur vindt er vanaf de telefoon van [verdachte] nog een spraakbericht plaats waarin het volgende gevraagd wordt: Ik heb nog 400 km tot Berlijn, kan ik nu dit adres invoeren?
Om 02:05 uur stuurt [naam 11] : Ben je gepasseerd. Om 02:09 uur stuurt [verdachte] : 150 km tot Berlijn. Om 02:10 uur stuurt [naam 11] : ok.
5. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 16 augustus 2019, opgenomen op pagina 121 van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op dinsdag 13 augustus 2019 heeft een tolk een chat conversatie vertaald afkomstig van de Samsung Galaxy A50 van [verdachte] . De conversatie vond mogelijk
plaats tussen [verdachte] en [medeverdachte] (de rechtbank begrijpt: medeverdachte [medeverdachte]) .
Op 6 augustus 2019 om 14:43 uur deelt ' [medeverdachte] ' het bezoekadres van Ter Apel te weten:
Ter Apel bezoekadres: Ter Apelervenen 4 9561 MC Ter Apel.
6. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van bevindingen d.d. 16 oktober 2019, opgenomen op pagina 234 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als relaas van verbalisant:
Op donderdag 8 augustus 2019, zijn de gegevens van een Samsung SM-J510h Galaxy J5 veiliggesteld, nadat deze op dezelfde dag onder verdachte [medeverdachte] in beslag was genomen. Tijdens de analyse zijn er een aantal audiobestanden naar voren gekomen welke door een tolk zijn vertaald. Op woensdag 16 oktober 2019 heb ik de vertaling van de audiobestanden geanalyseerd.
Bijlage 1: Vertaling audiobestanden app Voice recorder Samsung Galaxy J5
(p. 336) gesprek met [naam 12] [telefoonnummer] , 5 augustus 2019, 16:29 uur:
Man2 : We zal het weten [medeverdachte]
Man1 : En in Nederland waar, in welke plaats?
Man2 : waar we met die lul [naam 13] (fon) zijn geweest.
Man1 : Aha.
Man2 : Van daar, 30 km tot naar de grens met Nederland.
Man 1 : We gaan naar Nederland, laden en keren terug zonder
Man 1 : Nederland- Moldavië en klaar.
7. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 7 augustus 2019, opgenomen op pagina 280 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [naam 1] :
(p. 281) V: Welke nationaliteiten bezit u?
A: Alleen de Moldavische nationaliteit.
A: Ik ben getrouwd met [naam 2] (fonetisch)
A: Ik heb vier kinderen. Ze heten [naam 4] [naam 3] [naam 6] en [naam 5] (fonetisch).
V: Kunt u precies zeggen wie er in de auto zat?
A: Er zaten vijf (5) volwassenen en vijf (5) kinderen.
V: Uw vrouw heet [naam 2] . Haar tante [naam 10] was erbij. Hoe heet de zuster van uw vrouw?
(p. 283) V: Hoe heet de man van de nicht van uw vrouw?
A: [naam 7] .
V: En verder?
A: Familienaam? [naam 7] .
V: Er zijn nog twee volwassenen in de auto. Wie waren dat?
A: De ene is de chauffeur van de auto. De andere die was naast hem.
A: De chauffeur vroeg waar moeten jullie heen en vervolgens hebben we gezegd dat we asiel wilden aanvragen.
V: De communicatie ging dus via uw vrouw. Wat heeft ze gevraagd aan de chauffeur?
A: Ze heeft gevraagd om ons naar Ter Apel te brengen om asiel aan te vragen. Dit heeft ze aan de chauffeur gevraagd om ons daar naar toe te brengen.
V: Waar is jullie reis begonnen?
A: In Moldavië.
8. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 7 augustus 2019, opgenomen op pagina 286 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [naam 1] :
(p. 287) Eergisteren zijn we vertrokken uit Moldavië, met tien mensen, 5 volwassenen en 5 kinderen. Allemaal Familie.
(p.291) V: Wisten de bestuurder en de bijrijder van jullie doel om asiel aan te vragen in Ter Apel?
A: Ja, dat hebben wij hen verteld. Dat zijn mijn vrouw en mijn tante geweest.
9. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 7 augustus 2019, opgenomen op pagina 312 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [naam 7] :
V: Hebben jullie ook verteld waar jullie naar toe wilden? En wat jullie wilden gaan doen?
A: Ja, we hebben gezegd dat we asiel aan wilden vragen in Nederland.
V: Heeft de bestuurder of bijrijder gevraagd of jullie in het bezit waren van geldige reisdocumenten?
A: Nee, geen van beiden heeft daar om gevraagd.
10. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 13 augustus 2019, opgenomen op pagina 316 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [naam 7] :
V: Hebben de personen voorin de bus gevraagd of u in het bezit was van geldige documenten om naar Nederland te reizen?
A: Ze hebben ons niet gevraagd naar onze paspoorten.
V: Hebben jullie het doel van de reis ook besproken?
A: We hebben gesproken dat we asiel wilden in Nederland.
11. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van getuigenverhoor d.d. 8 augustus 2019, opgenomen op pagina 326 e.v. van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van [naam 8] :
(p.329) V: Hebben de twee mannen nog gezegd wat zij daar deden?
A: Wij zeiden wij willen naar Nederland, asiel aanvragen. Toen begrepen zij ons.
12. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 8 augustus 2019, opgenomen op pagina 28 e.v. (persoonsdossier) van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van verdachte:
(p. 31) A: Ik kreeg de opdracht van [naam 14] om naar Risnari, republiek Moldavië, te rijden om daar vijf volwassenen en vijf kinderen op te halen. Deze personen moest ik naar Nederland brengen. De afspraak was dat ik in Duitsland het juiste adres per SMS zou krijgen van [naam 14] . De mensen die ik vervoerde, wisten precies waar ze naar toe moesten. Deze mensen zijn zigeuners. Ze vertelden dat ze onderweg waren naar een trouwerij maar volgens mij was dat gewoon een smoes. We zijn uit Riscani afgelopen maandag omstreeks 22:00 uur vertrokken.
V: Wat kunt u verklaren over de verblijfstatus van de personen die bij u in de auto zaten?
A: Dat weet ik niet. Dit zijn zigeuners.
V: Over welke documenten beschikken zij ?
A: Ik heb geen paspoorten of iets dergelijks gezien.
A: Ik heb van de passagiers 950 euro ontvangen voor de reis naar Nederland. [naam 14] had mij verteld dat dit geld aan hem moest worden gegeven. Ik zou dan tweehonderd euro krijgen en mijn broer ook. Dus tweehonderd euro per persoon.
A: Ik heb zelf de brandstof en eten betaald. Ik mocht dit van de 950 euro aftrekken. De kassabonnetjes moest ik bij terugkomst aan [naam 14] overleggen.
13. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 15 augustus 2019, opgenomen op pagina 34 e.v. (persoonsdossier) van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van verdachte:
(p. 36) V: Wie is je baas?
A: Het zijn twee broers, [naam 14] en [naam 11] . Alle passagiers bellen [naam 11] op, de chauffeurs hebben geen communicatie met de passagiers. En ik communiceer met [naam 11] en hij zegt mij waar ik naar toe moet rijden.
(p. 41) A: In Polen heb ik [naam 11] opgebeld. En toen stuurde hij een Nederlands adres.
V: Zijn er nog mensen in of uitgestapt?
A: Nee vanuit Moldavië naar Nederland dezelfde mensen. En ik en mijn broer. Wij
reden om de beurt.
A: Bij de laatste stop in Duitsland heb ik de paspoorten gecontroleerd. Want ze zouden dan asiel gaan aanvragen. Dat had ik gehoord.
V: Dus u controleerde de documenten omdat u dacht dat ze asiel aan gingen vragen?
A: Ja, omdat ik het niet vertrouwde of ze echt naar een trouwerij gingen of zouden gaan werken.
V: U wist toen dus dat ze verschillende verhalen vertelde?
A: Ja.
V: Je broer was de hele rit bij je, hoe noem je je broer altijd?
A: [medeverdachte] .
V: Hoe staat hij in je telefoon.
A: [medeverdachte]
(p. 42) V: Wie bepaald het bedrag voor de rit?
A: [naam 11] .
V: Wat was het bedrag dat zij per persoon moesten betalen?
A: Ik begreep dat het 120 per volwassen was en 70 per kind maar in totaal was het 950 zijn.
14. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 15 augustus 2019, opgenomen op pagina 45 e.v. (persoonsdossier) van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van verdachte:
(p. 46) V: Wat zegt het adres: Ter Apelervenen 4 9561 MC Ter Apel jou?
A: Ik heb dit adres gekregen van [naam 11] .
A: Ik weet de wegen niet in Europa. Ik had dit adres gekregen van [naam 11] . Ik had nog 400 kilometer tot Nederland en ik vroeg of ik dit adres mocht invoeren.
(p. 51) V: Hoe wordt jij zelf genoemd door je broer?
A: [naam 12] .
15. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 8 augustus 2019, opgenomen op pagina 31 e.v. (persoonsdossier) van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van medeverdachte [medeverdachte] :
(p. 33) V: U bent gisteren aangehouden voor mensensmokkel. Waar kwam u vandaan?
A: Ik ben uit Moldavië gekomen. We hebben de mensen in Moldavië, Riscani, opgepikt.
V: Wie is de persoon die bij u in de auto naast u zat?
A: Mijn broer, [verdachte] .
V: Wie zijn de overige personen in het voertuig?
A: Ik ken ze persoonlijk niet, heb ook niet met ze gesproken, de eigenaar van de auto vertelde dat ze in Nederland een ceremonie hadden . De eigenaar van de auto vroeg aan mijn broer als hij wilde rijden. We hebben het adres ingevoerd op de navigatie van waar we heen
moesten.
(p. 34) V: Wat kunt u verklaren over de verblijfstatus van de personen die bij u in de auto zaten?
A: Het zijn mogelijk zigeuners. Moldaviërs.
A: Ik heb niet gezien of ze documenten of paspoorten bij zich hadden.
V: Je broer heeft verklaard dat jullie beiden tweehonderd euro zouden krijgen.
A: Dit geld zouden we pas krijgen als we weer terug in Moldavië waren.
16. Een naar wettelijk voorschrift opgemaakt proces-verbaal van verhoor d.d. 15 augustus 2019, opgenomen op pagina 37 e.v. (persoonsdossier) van voornoemd dossier, inhoudend als verklaring van medeverdachte [medeverdachte] :
(p.42) A: In Riscani zijn de personen die vervoerd moesten worden in het busje gestapt. 5 volwassenen en 5 kinderen. Er is niet gesproken, mijn broer zou de personen naar Duitsland brengen op verzoek van de eigenaar.
V: Is er iets afgesproken over een betaling ofzo?
A: De eigenaar zou mijn broer 400,- euro geven. Van dat geld zou mijn broer mij ook iets geven.
(p.45) V: U was onderweg naar een plaats vlakbij de grens met Duitsland en Nederland?
A: Mijn broer heeft het adres gekregen. Ik weet dat hij dat adres in de GPS van de telefoon heeft gezet en dat wij de route hebben gereden via die GPS.
A: Ik weet dat dit een adres is wat aan mijn broer is doorgegeven via de telefoon. Voordat hij vertrok uit Moldavië heeft hij dit besproken met de eigenaar. Ik ging op reis om mijn broer te helpen.