Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
[verdachte] ,
Tenlastelegging
Beoordeling van het bewijs
A: Ik heb geprobeerd iets moois te maken.
A: Ik heb vodka in de brand gestoken. Het vuur werd groter en groter.
Op 5 juni 2020 ging ik ter plaatse aan de [straatnaam] in Groningen in verband met een woningbrand. Ik zag ter plaatse dat er rook uit de woning kwam van [straatnaam]. Ik liep naar de voordeur van [verdachte] . Ik zag dat de woning van binnen helemaal vol stond met rook. Ik hoorde dat [verdachte] niet uit zijn woning wilde komen. Ik ving de brandweer op en ik zag dat zij de brand bluste. Ik hoorde dat de brandweer vertelde dat er brand was geweest in een bankstel in de woonkamer.
Bewezenverklaring
hij op 8 juni 2020 te Groningen opzettelijk brand heeft gesticht door open vuur in aanraking te brengen met een hoeveelheid wodka en/of met een bankstel ten gevolge waarvan de portiekwoning [straatnaam] en de inventaris van die portiekwoning geheel zijn verbrand, en daarvan gemeen gevaar voor die portiekwoning en belendende percelen in dat portiek en de in die portiekwoning en belendende percelen aanwezige goederen, en levensgevaar voor in die belendende percelen in dat portiek aanwezige personen, te duchten was;
hij op 5 juni 2020 te Groningen opzettelijk brand heeft gesticht door open vuur in aanraking te brengen met een bankstel ten gevolge waarvan dat bankstel van die portiekwoning gedeeltelijk is verbrand en daarvan gemeen gevaar voor die portiekwoning en de in die portiekwoning aanwezige goederen, te duchten was.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
is.
Strafbaarheid van verdachte
Motivering van de maatregel
Toepassing van wetsartikelen
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij ten tijde van het bewezen verklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van deze uitspraak gelden.