In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Nederland op 10 september 2021 uitspraak gedaan in een verzoek tot benoeming van een bijzondere curator voor een minderjarige, vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. J.S. Bauer. De minderjarige, geboren in 2005, heeft een verzoek ingediend om een bijzondere curator te benoemen, omdat zij zich niet gehoord voelt in haar huidige situatie en meer contact met haar moeder wenst. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minderjarige onder toezicht staat en dat haar voogd, de William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering, verantwoordelijk is voor haar welzijn. De rechtbank heeft de minderjarige afzonderlijk gehoord en haar zorgen over de huidige woonomstandigheden en de omgang met haar moeder zijn besproken. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de benoeming van een bijzondere curator niet noodzakelijk is, omdat de belangenstrijd tussen de minderjarige en de voogd niet van dien aard is dat dit gerechtvaardigd zou zijn. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de voogd voldoende aandacht heeft voor de belangen van de minderjarige en dat de huidige omgangsregeling met de moeder al is uitgebreid. De rechtbank heeft het verzoek om benoeming van een bijzondere curator afgewezen, omdat dit de situatie van de minderjarige zou kunnen verergeren en de strijd rondom haar welzijn zou kunnen vergroten.