ECLI:NL:RBNNE:2021:3319

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
3 augustus 2021
Publicatiedatum
3 augustus 2021
Zaaknummer
8886066 CV EXPL 20-8636
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot terugbetaling en afrekening na incassoprocedure met Nova Legal B.V.

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 3 augustus 2021 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen een besloten vennootschap, aangeduid als [eiser], en Nova Legal B.V., ook gevestigd in Groningen. De zaak betreft een vordering van [eiser] op haar debiteur, die in juli 2017 ter incasso is gegeven aan Nova Incasso B.V. Na een aantal betalingen door de debiteur, is deze in 2018 failliet verklaard. [eiser] heeft Nova Incasso B.V. verzocht om een eindafrekening en het resterende saldo aan haar over te maken, maar ontving geen reactie. Vervolgens heeft [eiser] Nova Legal B.V. aangesproken, die de gerechtelijke procedure tegen de debiteur had gestart. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [eiser] Nova Legal als contractspartij mocht beschouwen op basis van de verklaringen en gedragingen van beide partijen. Nova Legal heeft verweer gevoerd, maar de kantonrechter oordeelde dat zij onvoldoende onderbouwing had geleverd voor haar stellingen. Uiteindelijk heeft de kantonrechter Nova Legal veroordeeld tot het retourneren van de originele stukken aan [eiser] en tot betaling van een bedrag van € 7.965,35, vermeerderd met wettelijke rente. Tevens zijn de proceskosten en buitengerechtelijke kosten toegewezen aan [eiser].

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling Privaatrecht
Locatie Groningen
zaak-/rolnummer: 8886066 \ CV EXPL 20-8636
Vonnis van de kantonrechter d.d. 3 augustus 2021
inzake
de besloten vennootschap
[eiser],
gevestigd te Groningen ,
eiseres,
gemachtigde: Bureau Mercuur,
tegen
de besloten vennootschap
NOVA LEGAL B.V.,
gevestigd te Groningen,
gedaagde,
gemachtigde: eigen gemachtigde.
Partijen zullen hierna [eiser] en Nova Legal worden genoemd.
PROCESGANG
De kantonrechter heeft kennis genomen van de volgende processtukken:
  • dagvaarding met producties;
  • conclusie van antwoord met producties;
  • conclusie van repliek met productie;
  • conclusie van dupliek met producties;
  • akte uitlating producties.
Vonnis is bepaald op heden.
OVERWEGINGEN

1.De vaststaande feiten

1.1.
Als gesteld en erkend, dan wel niet (gemotiveerd) weersproken, alsmede op grond van de in zoverre onbetwiste inhoud van de overgelegde producties staat het volgende vast.
1.2.
Nova Incasso B.V. en Nova Legal zijn onderdeel van Nova Group. Beide zijn gevestigd op hetzelfde adres en hebben dezelfde aandeelhouder en directeur.
1.3.
[eiser] had een vordering van € 8.700,00 op [debiteur] ( [debiteur] ). De vordering op [debiteur] heeft [eiser] in juli 2017 ter incasso uit handen gegeven aan Nova Incasso B.V. Het dossier staat bekend onder het nummer [dossiernummer] . Nova Incasso B.V. heeft getracht de gehele vordering te incasseren.
1.4.
Op 18 augustus 2017 heeft [debiteur] een bedrag van € 1.818,80 betaald en op 22 augustus 2017 een bedrag van € 1.000,00. Het resterende deel van de vordering heeft [debiteur] niet betaald.
1.5.
Nova Legal is in opdracht van [eiser] een gerechtelijke procedure gestart om haar vordering voldaan te krijgen. [debiteur] is niet in rechte verschenen. De kantonrechter heeft op 31 oktober 2017 een verstekvonnis gewezen. [debiteur] is veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 6.860,86, te vermeerderen met de wettelijke rente en tot betaling van € 1.450,00 voor elke maand of gedeelte daarvan dat [debiteur] het perceel in gebruik heeft vanaf 1 oktober 2017. Tevens is [debiteur] veroordeeld tot betaling van de proceskosten van € 470,00 aan griffierecht, € 85,21 aan dagvaardingskosten en € 250,00 aan salaris van de gemachtigde.
1.6.
[debiteur] is op 18 april 2018 in staat van faillissement gesteld. Het faillissement is thans nog niet afgewikkeld.
1.7.
[debiteur] heeft in totaal een bedrag van € 6.008,41 betaald.
1.8.
Bij brief van 24 maart 2020 heeft [eiser] Nova Incasso B.V. gevraagd om in het dossier [debiteur] een gespecificeerde eindafrekening op te maken en deze te vergezellen met de originele stukken van het dossier. Tevens heeft [eiser] verzocht om het aan haar toekomende saldo van de eindafrekening aan haar over te maken.
1.9.
Nova Incasso B.V. heeft niet gereageerd op de brief.
1.10.
Op 29 oktober 2020 heeft de gemachtigde van [eiser] een e-mail verzonden aan Nova Legal en zij heeft Nova Incasso B.V. in de cc opgenomen. In de e-mail staat onder meer het volgende:
"(…) [eiser] heeft u diverse keren verzocht om tot uitkering van de ontvangen gelden in uw dossier [dossiernummer] [debiteur] . Helaas bleek het noodzakelijk voor [eiser] om de vordering op u ter incasso aan ons in behandeling te geven. Ook naar aanleiding van onze verzoeken in dossier 650005 betaalde u vooralsnog niet. Een reactie bleef ook uit. (…)
1.11.
De gemachtigde van [eiser] heeft op 3 november 2020 contact opgenomen met Nova Incasso B.V. In de opgemaakte belnotitie staat onder meer het volgende:
"(…) gebeld naar [telefoonnummer] Nova Incasso, doorverwezen naar Nova Legal, want daar ligt het dossier. Ik werd intern doorverbonden naar (…), die vraagt of zaakbehandelaar (…), zaakbehandelaar, mij mag terugbellen. Gemeld dat ik danwel vandaag een reactie/betaling wil omdat we al vanaf maart bezig zijn en op mijn mail van vorige week ook niet werd gereageerd. Hij is met me eens dat dit te lang is blijven liggen en geeft eea direct aan zijn collega door. (…)"
1.12.
Nova Incasso B.V. en Nova Legal hebben niet meer gereageerd.

2.De vordering en het verweer

2.1
[eiser] heeft voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad gevorderd om:
- Nova Legal te veroordelen om alle originele stukken in dossier [dossiernummer] te retourneren aan [eiser] en het dossier te sluiten;
- Nova Legal te veroordelen om een bedrag van € 7.965,35 aan [eiser] te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119a BW over de hoofdsom van € 6.008,01 vanaf 5 november 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
- Nova Legal te veroordelen in de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente indien de proceskosten niet binnen veertien dagen na dagtekening van dit vonnis zijn betaald;
- Nova Legal te veroordelen tot betaling van de nakosten.
2.2
[eiser] heeft aan haar vordering ten grondslag gelegd - samengevat
weergegeven - dat zij een vordering op haar debiteur [debiteur] aan Nova Incasso B.V. uit handen heeft gegeven. Er is een gerechtelijke procedure gestart door Nova Legal nadat [debiteur] in gebreke bleef met het (volledig) voldoen van de vordering. [debiteur] heeft een bedrag van
€ 6.008,01 betaald aan de (toenmalig) incassogemachtigde van [eiser] . [debiteur] is in 2018 failliet verklaard en [eiser] heeft in maart 2020 Nova Incasso B.V. verzocht om het dossier te sluiten, een eindafrekening op te maken en het saldo dat daaruit voortvloeit, aan [eiser] over te maken. Hiertoe zijn zowel Nova Incasso B.V. als Nova Legal aangesproken, maar beide zijn hiertoe niet overgegaan. Nova Legal is volgens [eiser] gehouden om het door [debiteur] betaalde bedrag van € 6.008,01 te voldoen. [eiser] heeft verder gesteld dat nu Nova Legal niet tijdig is overgegaan tot betaling van voornoemd bedrag, zij hierover wettelijke handelsrente verschuldigd is. Tevens zijn buitengerechtelijke werkzaamheden verricht waardoor Nova Legal buitengerechtelijke kosten van € 817,23 verschuldigd is.
2.3
Nova Legal heeft verweer gevoerd tegen de vorderingen en heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van [eiser] in haar vorderingen dan wel tot afwijzing daarvan. Hiertoe heeft Nova Legal - verkort weergegeven - aangevoerd dat [eiser] de verkeerde partij heeft gedagvaard. Volgens Nova Legal heeft [debiteur] het bedrag van € 6.008,01 aan Nova Incasso B.V. betaald en kan zij daarom niet worden veroordeeld tot betaling van enig bedrag. Mocht [eiser] ontvankelijk in haar vordering worden verklaard, dan heeft te gelden dat de kosten van de procedure hoger zijn dan de opbrengsten en dat het daarom goed mogelijk is dat [eiser] geen bedrag van Nova Legal tegoed heeft en zelfs moet bij betalen.
2.4
Op de standpunten van partijen wordt hierna bij de beoordeling - voor zover van belang - nader ingegaan.

3.Beoordeling

3.1.
Ten eerste moet worden beoordeeld of [eiser] de juiste partij in rechte heeft betrokken. Nova Legal heeft namelijk aangevoerd dat [debiteur] het thans door [eiser] gevorderde bedrag aan Nova Incasso B.V. heeft betaald en Nova Legal daarom niet kan worden veroordeeld tot betaling van dat bedrag en dat Nova Legal dus niet de contractspartij is.
3.2.
De beantwoording van de vraag wie als contractspartij moet worden aangemerkt, dient aan de hand van de in het zogenoemde Kribbe-bijtersarrest (ECLI:NL:HR:1977:AC1877) neergelegde maatstaf te worden beantwoord. In dat arrest is overwogen dat de beantwoording van de vraag of iemand bij het sluiten van een overeenkomst in eigen naam en dus als contractspartij heeft opgetreden of als vertegenwoordiger van een ander, waarbij die ander dus als contractspartij moet worden aangemerkt, afhangt van hetgeen de betrokken partijen daaromtrent jegens elkaar hebben verklaard en over en weer uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en mochten afleiden. Op 20 december 2019 heeft de Hoge Raad overwogen dat niet is uitgesloten dat op enig moment na het sluiten van de overeenkomst een ander dan een van de oorspronkelijke contractspartijen in plaats van die oorspronkelijke contractspartij dient te worden aangemerkt als contractspartij. De beantwoording van de vraag of op enig moment na het aangaan van de overeenkomst sprake is van een wijziging van een van de contractspartijen als hiervoor bedoeld, hangt eveneens af van hetgeen de betrokken partijen daaromtrent jegens elkaar hebben verklaard en over en weer uit elkaars verklaringen en gedragingen hebben afgeleid en redelijkerwijze mochten afleiden (HR 20 december 2019, ECLI:NL:HR;2019:2034).
3.3.
Tegen deze achtergrond overweegt de kantonrechter als volgt. Vast staat dat [eiser] in 2017 haar vordering op [debiteur] uit handen heeft gegeven aan Nova Incasso B.V. en dat Nova Legal namens [eiser] een gerechtelijke procedure tegen [debiteur] is gestart. De kantonrechter is van oordeel dat [eiser] vanwege verklaringen en gedragingen van Nova Incasso B.V. en Nova Legal mocht afleiden dat Nova Legal haar tegenpartij is geworden en dat dat de partij is die aangesproken dient te worden voor de (financiële) afwikkeling van het dossier [debiteur] . Bij dit oordeel heeft de kantonrechter de volgende omstandigheden in overweging genomen.
3.4.
Nova Legal heeft weliswaar aangevoerd dat alle betalingen door [debiteur] aan Nova Incasso B.V. zijn verricht, maar naar het oordeel van de kantonrechter heeft zij dit onvoldoende onderbouwd. De overgelegde print screen is daartoe onvoldoende. Dit geldt temeer omdat anders dan Nova Legal heeft aangevoerd, uit de overgelegde inleidende dagvaarding inzake [eiser] - [debiteur] niet blijkt dat alle betalingen aan Nova Incasso B.V. zijn verricht. In die dagvaarding, waarbij Nova Legal reeds als gemachtigde heeft opgetreden, is enkel gesteld dat [debiteur] op 18 augustus 2017 een bedrag van € 1.818,80 heeft betaald aan de incassogemachtigde en op 22 augustus 2017 een bedrag van € 1.000,00. Wanneer en aan wie [debiteur] de resterende (deel)betalingen van € 3.189,21 heeft betaald, is de kantonrechter onduidelijk. Daarom komt anders dan Nova Legal heeft aangevoerd en door [eiser] is weersproken, niet vast te staan dat alle betalingen door [debiteur] aan Nova Incasso B.V. zijn gedaan en dus ook niet dat Nova Incasso B.V. om die reden dient te worden aangesproken tot betaling.
3.5.
Verder acht de kantonrechter de gedraging van belang - zo heeft [eiser] onweersproken gesteld - dat de jurist die bij de gerechtelijke procedure betrokken was, ook reeds tijdens de buitengerechtelijke procedure berichten aan het (digitale) dossier heeft toegevoegd. Daarnaast is in aanmerking genomen dat [eiser] Nova Incasso B.V. op 24 maart 2020 heeft aangeschreven om over te gaan tot het sluiten van het dossier [debiteur] , een eindafrekening op te maken en het resterende saldo aan haar over te maken, maar dat Nova Incasso B.V. hierop niet heeft gereageerd. Vervolgens heeft [eiser] zowel Nova Legal als Nova Incasso B.V. aangeschreven, maar heeft zij wederom geen reactie ontvangen. [eiser] heeft - zo heeft zij onweersproken gesteld en met overlegging van een belnotitie onderbouwd - op 3 november 2020 telefonisch contact met Nova Incasso B.V. opgenomen over de sluiting van het dossier en de afrekening, waarbij haar vervolgens door Nova Incasso B.V. te kennen is gegeven dat het dossier is overgedragen aan Nova Legal en [eiser] intern is doorgeschakeld. Uit bovenstaande verklaringen en gedragingen mocht [eiser] naar het oordeel van de kantonrechter redelijkerwijs afleiden dat Nova Legal haar contractspartij is (geworden). [eiser] is dan ook ontvankelijk in haar vordering.
3.6.
Nova Legal heeft verder aangevoerd dat haar kosten hoger zijn dan het door [debiteur] betaalde bedrag en de vordering van [eiser] daarom moet worden afgewezen. De kantonrechter kan haar niet volgen in dit verweer. Nova Legal heeft aangevoerd dat zij het verstekvonnis ter betekening en executie uit handen heeft gegeven aan de deurwaarder en de deurwaarder diverse beslagen heeft gelegd om de vordering te incasseren en hier kosten uit voortvloeien. Nova Legal heeft enkel gesteld dat de gemaakte kosten hoger zijn, maar heeft dit geenszins onderbouwd. [eiser] heeft voorafgaande aan deze procedure meerdere malen gevraagd om een eindafrekening, maar Nova Legal (dan wel Nova Incasso B.V.) heeft nimmer een overzicht verstrekt. Nova Legal heeft bij conclusie van antwoord weliswaar verwezen naar een overzicht van de kosten, maar deze is - zoals [eiser] ook heeft opgemerkt - niet aangetroffen in het dossier. De onderbouwing heeft Nova Legal ook niet alsnog bij conclusie van dupliek overgelegd, terwijl [eiser] daar specifiek om heeft gevraagd. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Nova Legal haar verweer gelet op de gemotiveerde betwisting aan de zijde van [eiser] van een onvoldoende onderbouwing voorzien en daarom zal haar verweer worden gepasseerd.
3.7.
De conclusie van het bovenstaande is dat, nu Nova Legal verder geen verweren heeft gevoerd, de vordering van [eiser] voor toewijzing gereed ligt. Nova Legal zal dus worden veroordeeld om alle originele stukken in dossier [dossiernummer] te retourneren aan [eiser] en het dossier te sluiten. Daarnaast zal [eiser] worden veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 6.008,01. De hierover gevorderde en niet weersproken handelsrente ligt voor toewijzing gereed.
3.8.
[eiser] heeft voldoende gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. De gevorderde buitengerechtelijke kosten zullen worden toegewezen tot ten hoogste het bedrag van de wettelijke staffel zoals vermeld in artikel 2 van het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten, zijnde een bedrag van € 817,23.
3.9.
Nova Legal zal als de in het ongelijk te stellen partij in de proceskosten worden veroordeeld. De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten is toewijsbaar, met dien verstande dat de wettelijke rente verschuldigd is vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis. De gevorderde nakosten zijn eveneens toewijsbaar.
BESLISSING
De kantonrechter:
veroordeelt Nova Legal om alle originele stukken in dossier [dossiernummer] te retourneren aan [eiser] en het dossier te sluiten;
veroordeelt Nova Legal tot betaling van een bedrag van € 7.965,35 aan [eiser] , te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119a BW over de hoofdsom van € 6.008,01 vanaf 5 november 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
veroordeelt Nova Legal tot betaling van de proceskosten welke tot aan deze procedure zijn vastgesteld op € 106,47 aan explootkosten, € 499,00 aan griffierecht en € 750,00 aan salaris van de gemachtigde, te vermeerderen met de wettelijke rente over de proceskosten tot de dag der algehele betaling indien Nova Legal niet binnen veertien dagen na betekening van dit vonnis is overgegaan tot betaling van de proceskosten;
veroordeelt Nova Legal tot betaling van de nakosten welke zijn begroot op € 120,00;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Aldus gewezen door mr. M. Haisma, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 3 augustus 2021 in tegenwoordigheid van de griffier.
c 412